NL2001259C1 - Speennaald met kopse afschermwand. - Google Patents

Speennaald met kopse afschermwand. Download PDF

Info

Publication number
NL2001259C1
NL2001259C1 NL2001259A NL2001259A NL2001259C1 NL 2001259 C1 NL2001259 C1 NL 2001259C1 NL 2001259 A NL2001259 A NL 2001259A NL 2001259 A NL2001259 A NL 2001259A NL 2001259 C1 NL2001259 C1 NL 2001259C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
needle
teat
needle shaft
flow channel
axial direction
Prior art date
Application number
NL2001259A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter-Jan Van Der Molen
Louis Van Vessem
Original Assignee
Helvoet Rubber & Plastic Techn
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Helvoet Rubber & Plastic Techn filed Critical Helvoet Rubber & Plastic Techn
Priority to NL2001259A priority Critical patent/NL2001259C1/nl
Priority to EP09707392A priority patent/EP2247257B1/en
Priority to AT09707392T priority patent/ATE541532T1/de
Priority to PCT/NL2009/000011 priority patent/WO2009099320A1/en
Priority to DK09707392.8T priority patent/DK2247257T3/da
Application granted granted Critical
Publication of NL2001259C1 publication Critical patent/NL2001259C1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61DVETERINARY INSTRUMENTS, IMPLEMENTS, TOOLS, OR METHODS
    • A61D1/00Surgical instruments for veterinary use
    • A61D1/02Trocars or cannulas for teats; Vaccination appliances

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Surgery (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Infusion, Injection, And Reservoir Apparatuses (AREA)
  • Medicines Containing Material From Animals Or Micro-Organisms (AREA)

Description

P29195NL00/RR
Korte aanduiding: Speennaald met kopse afschermwand.
De uitvinding heeft betrekking op een speennaald voor toediening van een injectiemedium in een speenkanaal van de uier van een melkdier zoals een koe of geit.
Een dergelijke speennaald is bijvoorbeeld bekend uit BE-1005479. De speennaald heeft hierbij een dun uitlopende naaldschacht die glijdend in te brengen is in het 5 speenkanaal van de uier. De lengte van de naaldschacht is dusdanig dat wanneer deze volledig in het speenkanaal is ingebracht, een geneesmiddel of zalf via de speennaald rechtstreeks in de uier kan worden ingespoten. De speennaald is hiertoe aangesloten op een koker die gevuld is met een bepaalde hoeveelheid van het geneesmiddel of zalf. De speennaald begrenst een doorgaand doorstromingskanaal met een naar voren toe gerichte 10 uitstroomopening.
Nadelig hierbij is dat het gebruiksgemak en de diervriendelijkheid van de speennaald te wensen over laten. Zo komt het voor dat de naaldschacht weerstand ondervindt tijdens het inbrengen daarvan in het speenkanaal. Ook komt het voor dat het speenkanaal tijdens inbreng van de naaldschacht beschadigd raakt. Dit gebeurt met name indien tijdens 15 vervaardiging vliesjes of braampjes achterblijven op de naaldschacht ter plaatse van bijvoorbeeld de uitstroomopening. Het risico bestaat dan dat deze vliesjes of braampjes zich in het vlees naar binnen snijden. Dergelijke verwondingen zijn pijnlijk voor het dier en kunnen tot gevaarlijke infecties leiden en tot vervuiling van melk die uit de uier onttrokken wordt na behandeling met de speennaald. Dergelijke verwondingen voeren ook tot 20 economische schade voor de boer. Verder komt het voor dat de uitstroomopening verstopt raakt tijdens inbreng in het speenkanaal. De naaldschacht met zijn naar voren gerichte uitstroomopening schraapt als het ware allerlei materie die het tegenkomt los van de wand van het speenkanaal, welke materie via de uitstroomopening een weg in het doorstromingskanaal naar binnen probeert te vinden.
25 Verder is er een speennaald bekend uit GB-914,131. Deze speennaald is bestemd voor het aanbrengen van antibioticum in een geïnfecteerd en beschadigd speenkanaal, en kan desgewenst in het speenkanaal blijven zitten indien dit nodig wordt geacht voor de genezing. De naaldschacht is hier voorzien van zowel een naar voren toe gerichte uitstroomopening alsook een zijdelings gerichte uitstroomopening. Hoewel de zijdelings 30 gerichte uitstroomopening het probleem van verstopping vermindert, brengt de naar voren gerichte uitstroomopening nog steeds de bovengenoemde nadelen met zich mee.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel de bovengenoemde nadelen ten minste gedeeltelijk te ondervangen, dan wel een bruikbaar alternatief te verschaffen. In het - 2 - bijzonder heeft de uitvinding tot doel een gebruiksvriendelijke speennaald te verschaffen die relatief goedkoop en eenvoudig te vervaardigen is en die niet snel tot verwondingen aan het speenkanaal leidt.
Dit doel wordt bereikt door een speennaald volgens conclusie 1. Hierbij omvat de 5 speennaald een langwerpige naaldschacht met een distaai einddeel dat glijdend in te brengen is in een speenkanaal. Door de naaldschacht strekt zich in axiale richting een doorstromingskanaal uit dat in het distale einddeel aansluit op één of meerdere zijdelings gelegen uitstroomopeningen. Er is een kopse afschermwand voorzien die het doorstromingskanaal naar voren toe ten minste gedeeltelijk afsluit. Deze kopse 10 afschermwand ligt hierbij in het verlengde van het doorstromingskanaal en schermt daarbij het distale einde van het doorstromingskanaal in axiale richting ten minste gedeeltelijk af. Aldus is met voordeel een speennaald verkregen die uitgevoerd kan worden met een kopse afschermwand die via geleidelijke overgangen aansluit op de naaldschacht. Een ponsende of schrapende werking van de naaldschacht kan hierdoor met voordeel worden voorkomen.
15 Dit vermindert het risico op verstoppingen van de speennaald. Verder vergemakkelijkt het de inbreng van de naaldschacht in een speenkanaal en voorkomt het verwondingen aan de wand daarvan.
De voorziening van de kopse afschermwand in combinatie met de één of meerdere zijdelings gelegen uitstroomopeningen maakt het met voordeel mogelijk om tijdens een 20 vervaardiging van de naaldschacht als (spuit)gietproduct te werken met binnen de buitenomtrek van de naaldschacht op elkaar aansluitende matrijskernen. In het bijzonder kunnen op de bijvoorbeeld cilindrisch of conisch verlopende buitenomtrekswand van een matrijskern voor het vormen van het doorstromingskanaal, één of meerdere matrijskernen worden aangesloten voor het vormen van de één of meerdere uitstroomopeningen. Doordat 25 de aanligging tussen de matrijskernen dan plaats vindt ter plaatse van de overgang(en) tussen het te vormen doorstromingskanaal en de te vormen zijdelings gelegen uitstroomopening(en), zullen eventuele vliesjes of braampjes die na vervaardiging overblijven ter plaatse van deze overgang(en) met voordeel over de wanddikte van de naaldschacht binnen de buitenomtrek van de naaldschacht komen te liggen. Aldaar kunnen 30 de vliesjes of braampjes niet of nauwelijks leiden tot verwondingen voor het dier bij inbreng in haar speenkanaal.
In een bijzondere uitvoeringsvorm zetten de één of meerdere zijdelings gelegen uitstroomopeningen zich in axiale richting voort in naast de kopse afschermwand gelegen uitsparingen. Het injectiemedium zal hierdoor tijdens inspuiten niet alleen zijdelings uit de 35 naaldschacht worden weggespoten, maar tevens enigszins naar voren toe gericht in de uier kunnen stromen. Verder maakt deze uitvoeringsvorm het mogelijk om de bovengenoemde matrijskernen elkaar, tijdens positionering in een met de naaldschacht overeenkomende - 3 - vormholte, in axiale richting te laten naderen totdat de beoogde eindposities bereikt zijn waarin de matrijskernen gedeeltelijk zijdelings tegen elkaar zijn komen te liggen ter plaatse van de overgang(en) tussen het doorstromingskanaal en de uitstroomopening(en).
In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn ten minste twee, in het bijzonder drie rondom 5 de omtrek van de naaldschacht verdeeld opgestelde zijdelings gelegen uitstroomopeningen voorzien. Door deze bovendien symmetrisch rondom de naaldschacht te voorzien, wordt voorkomen dat wanddelen van het speenkanaal in de uitstroomopeningen naar binnen plooien tijdens inbreng van de naaldschacht. Dit voorkomt met voordeel dat eventuele zich ter plaatse van de overgangen van het doorstromingskanaal naar de uitstroomopeningen 10 bevindende vliesjes of bramen niet alsnog tot verwondingen kunnen leiden.
In het bijzonder is de kopse afschermwand integraal aangevormd aan het distale einddeel van de naaldschacht. De naaldschacht kan uit verscheidene materialen zijn vervaardigd, zoals metaal of kunststof. Bij voorkeur is de naaldschacht vervaardigd uit kunststof in een spuitgietproces. Desgewenst kan de naaldschacht zijn opgebouwd uit 15 verschillende materialen die bijvoorbeeld in een twee-componenten spuitgietproces in één stap vervaardigd zijn.
Verdere voorkeursuitvoeringsvormen zijn vastgelegd in de onderconclusies.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van de speennaald, alsmede op het gebruik van de speennaald.
20
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen, waarin:
Fig. 1 een schematisch aanzicht is in perspectief van een uitvoeringsvorm van een injectiespuit met speennaald volgens de uitvinding voorafgaand aan assemblage; 25 Fig. 2 een gedeeltelijk opengewerkt aanzicht is overeenkomstig figuur 1 met in het spuitlichaam gemonteerde speennaald en breekorgaan;
Fig. 3 een aanzicht is overeenkomstig figuur 2 met in het spuitlichaam gemonteerd zuigerorgaan;
Fig. 4 een aanzicht is overeenkomstig figuur 2 met verbroken spuitmondverzegeling en 30 volledig ingedrukt zuigerorgaan;
Fig. 5 een deelaanzicht is op vergrote schaal van figuur 4;
Fig. 6 een vergroot aanzicht is van het samenstel van speennaald met breekorgaan uit figuur 1; en
Fig. 7 een gedeeltelijk opengewerkt aanzicht is van de speennaald uit figuur 6.
In figuur 1 is de injectiespuit in zijn geheel aangeduid met het verwijzingscijfer 1. De injectiespuit 1 omvat een spuitlichaam 2 met een cilindrisch deel 3 met een axiale richting 35 - 4 - waaraan een distaai einde 3a en een proximaal einde 3b kunnen worden onderscheiden. Verder omvat de injectiespuit 1 een zuigerorgaan 5 met een zuigerstang 6 en een zuiger 7. De zuigerstang 6 gaat aan zijn vrije einde over in een duimsteun 8 en is verder uitgevoerd met een cilindrisch wanddeel. De zuiger 7 maakt hier integraal deel uit van het zuigerorgaan 5 5 en is voorzien van twee elastisch vervormbare ringvormige wanddelen 11. De zuiger 7 is zodanig gedimensioneerd dat deze in een gemonteerde stand met zijn wanddelen 11 afdichtend aanligt tegen de binnenomtrekswand van het cilindrische deel 3. Hiertoe zijn de radiale buitenafmetingen van de zuiger 7 in hoofdzaak gelijk aan de radiale binnenafmetingen van het cilindrische deel 3.
10 Als verder onderdeel voorafgaand aan assemblage omvat de injectiespuit 1 een integraal gevormd samenstel van een speennaald 12 die middels verzwakte wanddelen 13 verbonden is met een breekorgaan 14 (zie ook fig. 6 en 7). Dit samenstel is bestemd om verbroken te worden tijdens de assemblage, waarna het breekorgaan 14 en de speennaald 12 achtereenvolgens in hun gewenste eindpositie kunnen worden verbonden met het 15 spuitlichaam 2 (zie fig. 2).
Het breekorgaan 14 is bestemd om na assemblage dienst te doen als zuigerverzegeling tezamen met op de zuigerstang 6 voorziene inveerbare nokken.
De speennaald 12 is bestemd om aan het distale einde 3a een spuitmond te vormen en dient vanaf het proximale einde 3b in het spuitlichaam 2 te worden ingebracht. Ter 20 plaatse van het distale einde 3a kan de speennaald 12 vast worden verbonden met het spuitlichaam 2. Bij de hier getoonde uitvoeringsvorm vindt dit plaats middels een klikverbinding met complementair in elkaar grijpende wanddelen, in het bijzonder een veer-groef verbinding (zie fig. 2).
De speennaald 12 omvat een langwerpige naaldschacht 20 die hier is uitgevoerd als 25 zich conisch verjongend distaai einddeel. Door de naaldschacht 20 strekt zich in axiale richting een zich eveneens conisch verjongend doorstromingskanaal 21 uit. Het doorstromingskanaal 21 mondt uit in drie zijdelings gelegen in de schachtwand uitgespaarde uitstroomopeningen 22 die symmetrisch rondom de omtrek verdeeld zijn aangebracht.
Overeenkomstig de uitvinding is de tip van de speennaald 12 uitgerust met een 30 kopse afschermwand 24. De afschermwand 24 ligt in het verlengde van het doorstromingskanaal 21 en dekt deze in axiale richting volledig af. De afschermwand 24 is hier integraal aangevormd aan de naaldschacht 20. De uitstroomopeningen 22 zetten zich in axiale richting voort in naast de afschermwand 24 gelegen uitsparingen 26. Hierdoor ontstaat als het ware een cilindrisch kerngedeelte 27 dat middels ribben 28 verbonden is 35 met de rest van de naaldschacht 20.
Zowel de het kerngedeelte 27 alsook de ribben 28 van de afschermwand 24 zijn uitgevoerd met een radius, waardoor een afgeronde tip is verkregen.
- 5 -
De speennaald 12 is uit kunststof vervaardigd, in het bijzonder PE, PP en/of TPE. Desgewenst kunnen gedeelten van de speennaald 12, bijvoorbeeld de naaldschacht 20, de ribben 28 en de afschermwand 24 ten opzichte van de rest van de speennaald 12 uit verschillende materialen vervaardigd zijn die bijvoorbeeld in een twee-componenten 5 spuitgietproces vervaardigd zijn.
Aan het distale einde 3a van het spuitlichaam 2 is een verzegeling voorzien van de door de speennaald 12 gevormde spuitmond. Deze spuitmondverzegeling 30 wordt hier gevormd door een afschermkap 31 die middels een verzwakt omtrekswanddeel 32 integraal is aangevormd aan het spuitlichaam 2. De afschermkap 31 is hier tweedelig uitgevoerd 10 waarbij de beide delen 31a, 31b wederom middels een verzwakt omtrekswanddeel 33 met elkaar verbonden zijn. Dit maakt het mogelijk om alleen het voorste deel 31a te verwijderen, of ook het achterste deel 31b. Dit geeft een gebruiker de mogelijkheid om een langer of korter deel van de naaldschacht 20 van de speennaald 12 vrij te maken voor inbreng in een lichaamsdeel.
15 De afschermkap 31 van de spuitmondverzegeling 30 is zodanig uitgevoerd dat deze met zijn voorste deel 31a afdichtend aanligt tegen de uitstroomopeningen 22 van de naaldschacht 20 van de speennaald 12.
Naast de getoonde uitvoeringsvormen zijn vele varianten mogelijk. Zo kunnen de diverse onderdelen van de injectiespuit verschillende vormen en afmetingen worden 20 meegegeven. In plaats van de integraal aangevormde spuitmondverzegeling kan aan het distale einde ook een ander type tamper evident constructie worden toegepast teneinde het distale einde op betrouwbare wijze te verzegelen en/of af te dichten. In dat geval is het tevens mogelijk om de speennaald integraal aan te vormen aan het spuitlichaam dan wel een speennaald toe te passen die vanaf de buitenzijde verbonden kan worden met het 25 distale einde van het spuitlichaam. Ook is het mogelijk om de speennaald los te gebruiken, bijvoorbeeld voor het afvoeren van melk uit de uier, of om de speennaald te gebruiken in combinatie met een andersoortige injectiespuit of toevoereenheid. De uitstroomopeningen kunnen ook op een lager niveau langs de naaldschacht voorzien zijn en in aantal variëren. De afschermwand zal zich dan over de gehele tip kunnen uitstrekken.
30 Aldus is volgens de uitvinding een speennaald verschaft die eenvoudig en goedkoop te vervaardigen is en die zich zeer goed leent voor het inbrengen van een injectiemedium in een speen van een uier van een melkdier zoals een koe of geit, bijvoorbeeld een zalf met antibiotische eigenschappen, dan wel een uithardbaar medium dat de speen tijdelijk kan afdichten.
35

Claims (16)

1. Speennaald voor toediening van een injectiemedium in een speenkanaal van de uier van een melkdier, omvattende: - een langwerpige naaldschacht met een distaai einddeel dat glijdend in te brengen is in het speenkanaal; en 5. een doorstromingskanaal dat zich in axiale richting door de naaldschacht heen uitstrekt; waarbij het doorstromingskanaal in het distale einddeel aansluit op ten minste één zijdelings gelegen uitstroomopening die voorzien is in een zijwand van het distale einddeel van de naaldschacht, met het kenmerk, dat 10 het distale einddeel van de naaldschacht een kopse afschermwand omvat die in het verlengde ligt van het doorstromingskanaal en die het doorstromingskanaal in axiale richting ten minste gedeeltelijk afschermt.
2. Speennaald volgens conclusie 1, waarbij de zijdelings gelegen uitstroomopening zich 15 in axiale richting voortzet in een naast de kopse afschermwand gelegen uitsparing.
3. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste twee rondom de omtrek van de naaldschacht verdeeld opgestelde zijdelings gelegen uitstroomopeningen voorzien zijn. 20
4. Speennaald volgens conclusie 3, waarbij ten minste drie rondom de omtrek van de naaldschacht verdeeld opgestelde zijdelings gelegen uitstroomopeningen voorzien zijn.
5. Speennaald volgens conclusie 3 of 4, waarbij de uitstroomopeningen symmetrisch 25 rondom de omtrek van de naaldschacht verdeeld opgesteld zijn.
6. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de ten minste ene uitstroomopening voorzien is ter plaatse van de overgang tussen de kopse afschermwand en de zijwand van de naaldschacht. 30
7. Speennaald volgens één van de conclusies 3-5 en 6, waarbij de uitstroomopeningen van elkaar worden gescheiden door ribben die zich uitstrekken tussen de kopse afschermwand en de zijwand van de naaldschacht. - 7 -
8. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kopse afschermwand een radius heeft.
9. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de overgang tussen 5 de kopse afschermwand en de zijwand van de naaldschacht afgerond is uitgevoerd.
10. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de naaldschacht vervaardigd is uit kunststof, in het bijzonder in een spuitgietproces.
11. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kopse afschermwand integraal deel uitmaakt van het distale einddeel van de naaldschacht.
12. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kopse afschermwand het doorstromingskanaal in axiale richting volledig afschermt. 15
13. Speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kopse afschermwand een kerngedeelte omvat dat ten minste het hart van het doorstromingskanaal afschermt.
14. Werkwijze voor het vervaardigen van een speennaald volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende de stappen: - het in een met de naaldschacht overeenkomende vormholte plaatsen van een zich in axiale richting uitstrekkende eerste matrijskern voor het vrijhouden van het doorstromingskanaal; 25. het in de met de naaldschacht overeenkomende vormholte plaatsen van ten minste een tweede matrijskern voor het vrijhouden van de ten minste ene zijdelings gelegen uitstroomopening, waarbij de tweede matrijskern ter plaatse van de overgang tussen het doorstromingskanaal en de zijdelings gelegen uitstroomopening aanligt tegen een zijwand van de eerste 30 matrijskern.
15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij de eerste en tweede matrijskern tijdens plaatsing in de vormholte elkaar in axiale richting naderen, en gedeeltelijk langs elkaar schuiven totdat zij hun eindpositie bereikt hebben, waarbij de tweede matrijskern zowel de 35 zijdelings gelegen uitstroomopening vrijhoudt alsook een de uitstroomopening in axiale richting voortzettende naast de kopse afschermwand gelegen uitsparing. - 8 -
16. Gebruik van een speennaald volgens één van de voorgaande conclusies voor het injecteren van een injectiemedium in een speen van een uier van een melkdier.
NL2001259A 2008-02-05 2008-02-05 Speennaald met kopse afschermwand. NL2001259C1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001259A NL2001259C1 (nl) 2008-02-05 2008-02-05 Speennaald met kopse afschermwand.
EP09707392A EP2247257B1 (en) 2008-02-05 2009-01-22 Teat needle with protective end wall
AT09707392T ATE541532T1 (de) 2008-02-05 2009-01-22 Zitzennadel mit schützender endwand
PCT/NL2009/000011 WO2009099320A1 (en) 2008-02-05 2009-01-22 Teat needle with protective end wall
DK09707392.8T DK2247257T3 (da) 2008-02-05 2009-01-22 Suttenål med beskyttende endevæg

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001259 2008-02-05
NL2001259A NL2001259C1 (nl) 2008-02-05 2008-02-05 Speennaald met kopse afschermwand.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001259C1 true NL2001259C1 (nl) 2009-08-06

Family

ID=40512457

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2001259A NL2001259C1 (nl) 2008-02-05 2008-02-05 Speennaald met kopse afschermwand.

Country Status (5)

Country Link
EP (1) EP2247257B1 (nl)
AT (1) ATE541532T1 (nl)
DK (1) DK2247257T3 (nl)
NL (1) NL2001259C1 (nl)
WO (1) WO2009099320A1 (nl)

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1797339A (en) * 1927-12-10 1931-03-24 Gudmand-Hoyer Johannes Canule for cow teats
GB914131A (en) 1960-07-06 1962-12-28 Willows Francis Ltd Improved dilators
US4236520A (en) 1978-12-04 1980-12-02 Anderson Mark L Fluid drain or injection tube for an animal's udder
EP0095142B2 (de) * 1982-05-26 1988-10-12 Wilhelm Dr. Brühl Hämorrhoidenbehandlungsstab
BE1005479A3 (nl) 1991-10-31 1993-08-03 Backer Hubert Nv Sa De Veeartsenijkundig instrument voor de toediening van een geneesmiddel.

Also Published As

Publication number Publication date
ATE541532T1 (de) 2012-02-15
EP2247257A1 (en) 2010-11-10
WO2009099320A1 (en) 2009-08-13
DK2247257T3 (da) 2012-05-07
EP2247257B1 (en) 2012-01-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR101509271B1 (ko) 불능화 기구를 구비한 주사기
US5782803A (en) Low dead space, interchangeable needle syringe
KR101538532B1 (ko) 무력화 기구를 갖는 주사기
US8517997B2 (en) Dispenser for medicaments and method and apparatus for making same
US5820598A (en) Syringe for the intramammary administration of veterinary pharmacological compositions
EP3492128B1 (en) Protection device for a needle
JP6722583B2 (ja) シリンジキャップ、針付シリンジ、及びプレフィルドシリンジ製剤
RU2728936C2 (ru) Шприц для имплантата
US10994069B1 (en) Nozzle and ear cleaning device
NL2001259C1 (nl) Speennaald met kopse afschermwand.
ES2318479T3 (es) Dispositivo de inyeccion.
NL9401174A (nl) Inspuitsamenstel met opzuignaald en terugtrekbare inspuitnaald.
BE1005479A3 (nl) Veeartsenijkundig instrument voor de toediening van een geneesmiddel.
BE1020614A5 (nl) Injectiespuit.
JP6659022B2 (ja) 樹脂成形体の射出成形用金型
EP2859874B1 (fr) Seringue d'administration orale de produit
EP2131784B1 (en) Aspirator
BE1020682A4 (nl) Injectiespuit.
JPH057211U (ja) 乳牛***用薬品注入具
OA17944A (en) Oral product administration syringe

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20130901