NL1037325C2

NL1037325C2 - TENSION OF COMBINED TIRES AND OTHER CONNECTION SYSTEMS.

Info

Publication number: NL1037325C2
Application number: NL1037325A
Authority: NL
Inventors: Willem Hienekamp
Original assignee: Willem Hienekamp
Priority date: 2009-09-25
Filing date: 2009-09-25
Publication date: 2011-03-28

Description

Titel: Spannen van bundelbanden en andere verbindingssystemen.Title: Tensioning cable ties and other connection systems.

Bundelbanden worden in diverse uitvoeringen gebruikt. Ze bestaan uit een strip of band met een aan een uiteinde ervan bevestigd koppelstuk, waarmee het andere einde kan worden aangekoppeld en gespannen zodat een spanbare lus ontstaat. De strip kan van diverse materialen vervaardigd zijn en kan zijn voorzien van tanden of een ander profiel. De strip kan ook een speciale vorm hebben of een ge-5 weven band zijn of een kabel. In deze beschrijving wordt het begrip strip gebruikt. De werking van de vinding bij ander vormen is vergelijkbaar. Indien noodzakelijk wordt op de andere vormen ingegaan.Bundle belts are used in various designs. They consist of a strip or band with a coupling piece attached to one end thereof, with which the other end can be connected and tensioned so that a tensionable loop is created. The strip can be made of various materials and can be provided with teeth or a different profile. The strip can also have a special shape or be a woven tape or a cable. The term strip is used in this description. The effect of the invention on other forms is comparable. The other forms are considered if necessary.

De combinatie van een strip en een aangekoppeld koppelstuk die met hun uiteinden zijn verbonden aan andere voorwerpen kan ook worden toegepast als flexibele verbinding. De onderlinge werking van de strip en het koppelstuk is hetzelfde bij beide toepassingen en is het uitgangspunt bij de vinding.The combination of a strip and a coupled coupling piece which are connected with their ends to other objects can also be used as a flexible connection. The mutual operation of the strip and the coupling piece is the same for both applications and is the starting point for the invention.

10 De kern van de werking is dat de strip en het koppelstuk aan elkaar kunnen worden gekoppeld en dat de strip gespannen kan worden. Dit gebeurt in veel gevallen door het verplaatsen van de strip door het koppelstuk, dat zo is uitgevoerd dat de strip slechts in een richting er doorheen kan bewegen, de spanrichting.The core of the operation is that the strip and the coupling piece can be coupled to each other and that the strip can be tensioned. In many cases this is done by moving the strip through the coupling piece, which is designed in such a way that the strip can only move through it in the direction of tension.

Het biedt voordelen als de koppeling ook weer op eenvoudige wijze losgemaakt of losser gesteld 15 kan worden. In de eerste plaats geeft dit gebruiksgemak. Vergissingen kunnen snel hersteld worden, er is minder werkvoorraad nodig. Er is geen schade bij losmaken, dat risico bestaat wel bij doorsnijden of knippen. Daarbij is het voordelig als de strip en het koppelstuk na losmaken nog goed functioneren. De onderdelen kunnen dan hergebruikt worden. Het maakt flexibel gebruik mogelijk en spaart kosten, tijd en grondstoffen.It is advantageous if the coupling can also be loosened or loosened in a simple manner. In the first place, this provides ease of use. Mistakes can be corrected quickly and less work is needed. There is no damage when loosening, there is a risk with cutting or cutting. In addition, it is advantageous if the strip and the coupling piece still function properly after loosening. The parts can then be reused. It makes flexible use possible and saves costs, time and resources.

20 De losmaakbare koppeling kan wenselijk zijn. Het mag niet ten koste gaan van de verdere eigen schappen. Een belangrijke eis is dat het koppelstuk goed belast kan worden zonder open te gaan. Verder zijn de betrouwbaarheid en de eigenschappen van snel en makkelijk aanbrengen belangrijk.The releasable coupling may be desirable. It may not be at the expense of further properties. An important requirement is that the coupling piece can be properly loaded without opening. Furthermore, the reliability and the properties of quick and easy application are important.

Koppelingen zijn aan de hand van de constructie in grote lijn te verdelen in twee groepen.Couplings can be broadly divided into two groups based on the construction.

25 De eerste is de groep waarbij het koppelstuk een gesloten vorm heeft, een ringvorm in veel varianten. De veel gewone riemgesp is er een voorbeeld van. Een andere veel gebruikte vorm ervan is het koppelstuk van de kunststof bundelband, met een getande strip zoals bijvoorbeeld bekend van GB1361451A, of GB2097053A, US5911367A1 voor rechte koppelingen of US5193250A1 als losmaakbare vorm. Daarnaast behoren de spanbandkoppelingen voor tassen en riemen met een getande rand en een dubbele slag die 30 zichzelf vasttrekt (US5216786) en de koppelstukken voor band met een verende tandenpal (GB1363056A) tot deze groep.The first is the group in which the coupling piece has a closed shape, a ring shape in many variants. The much common belt buckle is an example of this. Another commonly used form thereof is the coupling piece of the plastic cable tie, with a toothed strip as known for example from GB1361451A, or GB2097053A, US5911367A1 for straight couplings or US5193250A1 as releasable form. In addition, the strap band couplings for bags and belts with a toothed edge and a double stroke that tightens itself (US5216786) and the coupling pieces for strap with a resilient tooth retainer (GB1363056A) belong to this group.

Kenmerk van deze groep is een grote sterkte van de constructie, die kan worden bereikt door de gesloten vorm. Een ander kenmerk is dat bij de meeste uitvoeringsvormen voor de aankoppeling van de strip het uiteinde van de strip door een opening in het koppelstuk moet worden gestoken. Het gevolg 1037325 2 daarvan is dat de strip soms over een grote lengte door het koppelstuk moet worden gehaald om de juiste maat te bereiken.Characteristic of this group is a great strength of the construction, which can be achieved by the closed form. Another feature is that in most embodiments for coupling the strip, the end of the strip must be inserted through an opening in the coupling piece. The consequence of this is that the strip sometimes has to be passed over a large length through the coupling piece in order to reach the correct size.

De andere groep heeft een koppelstuk dat aan een zijde open is, zoals bijvoorbeeld bekend van WO9721606A1, US3837047A1, DE1231614B1 en W02008136660A1. Dat is een minder sterke constructie 5 maar daar staan positieve kanten tegenover. De open zijde leidt ertoe dat de strip er in zijdelingse richting in kan worden gelegd, waarbij de plaats op de striplengte vrij te bepalen is.The other group has a coupling piece that is open on one side, as is known, for example, from WO9721606A1, US3837047A1, DE1231614B1 and WO2008136660A1. That is a less strong construction 5, but there are positive sides to that. The open side means that the strip can be laid in laterally, wherein the location on the strip length can be determined freely.

Dit heeft het voordeel dat bij het inleggen meteen de juiste maat is bereikt, dat het uiteinde van de strip niet vrij hoeft te zijn en dat het invoeren van het uiteinde van de strip in een soms smalle opening niet nodig is. Het gebruiksgemak is daardoor groter. Daarbij biedt dit type meer mogelijkheden tot weer 10 losmaken van de strip, wat de eerder genoemde voordelen heeft.This has the advantage that the correct size is immediately reached during insertion, that the end of the strip does not have to be free and that insertion of the end of the strip into a sometimes narrow opening is not necessary. The ease of use is therefore greater. In addition, this type offers more possibilities for releasing the strip again, which has the aforementioned advantages.

Dit is een type koppeling dat voordelen biedt voor diverse toepassingen.This is a type of coupling that offers advantages for various applications.

Een belangrijk onderdeel van het gebruik is het spannen van de strip. Het doel is met weinig kracht de strip op een goede spanning te kunnen brengen. Met gereedschap gaat dat goed maar bij kleinschalig 15 gebruik wordt bijna altijd met de hand gespannen en dat is lastiger.An important part of the use is tensioning the strip. The goal is to be able to bring the strip to a good tension with little force. This works well with tools, but with small-scale use, tension is almost always achieved by hand, which is more difficult.

Het spannen gebeurt door het losse uitstekende deel uit het koppelstuk te trekken aan de zijde tegenover die waar de strip het koppelstuk binnengaat. De strip wordt door een kanaal in het koppelstuk getrokken.Tensioning is done by pulling the loose protruding part out of the coupling piece on the side opposite that where the strip enters the coupling piece. The strip is pulled through a channel in the coupling piece.

Als dit kanaal in het verlengde ligt van de richting van de strip bij binnenkomst gaat dit goed. Dit 20 is het geval bij het type met zijdelingse inleg. Daar gebeurt het inleggen van de strip in het koppelstuk in de meeste gevallen met de strip in de voorwaartse richting. Het in te leggen deel van de strip ligt daarbij ongeveer evenwijdig met het deel van de strip dat bevestigd is aan het koppelstuk. Ook het doorvoerkanaal in het koppelstuk ligt ongeveer in die richting. De strip wordt dan bij het spannen in rechte richting met weinig wrijving en vervorming door het koppelstuk getrokken.If this channel is in line with the direction of the strip on arrival, this goes well. This is the case with the type with lateral inlay. There the insertion of the strip into the coupling piece takes place in most cases with the strip in the forward direction. The part of the strip to be inserted is approximately parallel to the part of the strip that is attached to the coupling piece. The feed-through channel in the coupling piece also lies approximately in that direction. The strip is then pulled through the coupling piece in the straight direction with little friction and deformation during tensioning.

25 Bij deze methode wordt het koppelstuk met een hand vastgehouden, waarbij in dezelfde bewe ging het koppelstuk wordt gesloten als dat nodig is, met de andere hand wordt aan het losse einde getrokken. Een probleem dat hierbij kan optreden is dat het koppelstuk goed moet worden vastgepakt met de hand om goed kracht te kunnen uitoefenen, maar dat het koppelstuk niet altijd goed is aan te grijpen. Vooral bij koppelstukken zoals die van kleine spuitgegoten kunststof kabelbinders kan dit lastig zijn. Ook 30 als het koppelstuk vastgeklemd zit tegen de ondergrond kan vastpakken van het koppelstuk lastig zijn. Alleen trekken aan het losse einde is geen oplossing, alle onderdelen bewegen dan mee, er wordt niet gespannen.With this method the coupling piece is held with one hand, the coupling piece being closed in the same movement as needed, with the other hand being pulled at the loose end. A problem that may occur here is that the coupling piece must be properly grasped by hand in order to be able to exert good force, but that the coupling piece cannot always be grasped properly. This can be particularly difficult with connection pieces such as those made from small injection-molded plastic cable ties. Even if the coupling piece is clamped against the surface, it is difficult to hold onto the coupling piece. Only pulling at the loose end is not a solution, all parts move with it, there is no tension.

Als het doorvoerkanaal niet in het verlengde ligt met de richting van de strip bij binnenkomst, zoals bijvoorbeeld bij de algemeen gebruikte kabelbinder zoals bekend van het genoemde octrooi 35 GB1361451A, maakt de strip bij binnenkomst van het kanaal een scherpe bocht. Dit geeft wrijving en ver vorming van de strip bij hogere spanningen. Met de hand in de richting van het verlengde van het door- 3 voerkanaal aan het losse deel trekken geeft geen goede spanning.If the lead-through channel is not in line with the direction of the strip upon entry, such as, for example, with the commonly used cable tie as known from the aforementioned patent GB1361451A, the strip makes a sharp turn upon entry of the channel. This gives friction and distortion of the strip at higher voltages. Pulling the loose part by hand in the direction of the extension of the feed-through channel does not give good tension.

Dit is een koppeling van het gesloten type. Bij de andere koppelingen van het gesloten type waarbij het doorvoerkanaal in het verlengde ligt van de strip bij binnenkomst is de situatie ongeveer dezelfde als bij het type koppeling met zijdelingse inleg. Dezelfde problemen met spannen treden hierbij op. 5This is a closed type coupling. With the other couplings of the closed type where the feed-through channel is in line with the strip on arrival, the situation is approximately the same as with the type of coupling with lateral insert. The same problems with tensioning occur here. 5

Een andere veel voorkomende manier van spannen, die beter werkt, is spannen in de terugrichting, volgens de teruglegwijze. Deze wordt uitgevoerd door de strip in het koppelstuk achter een katrol of een ander onderdeel te leggen en dan terug te leggen zo dat hij weer langs het deel van de strip ligt dat het koppelstuk ingaat. Daarna wordt met een hand aan het losse deel getrokken terwijl met de andere hand, 10 als dat nodig is, het deel van de strip dat evenwijdig eraan het koppelstuk ingaat wordt gefixeerd of naar het koppelstuk wordt getrokken. Bij de teruglegwijze hoeft op het koppelstuk zelf geen kracht uitgeoefend te worden met de hand.Another common way of tensioning, which works better, is tensioning in the back direction, according to the laying method. This is carried out by placing the strip in the coupling piece behind a pulley or another component and then laying it back so that it lies again along the part of the strip that the coupling piece enters. Thereafter, with one hand, the loose part is pulled while with the other hand, if necessary, the part of the strip that enters the coupling piece parallel to it is pulled or pulled towards the coupling piece. With the replacement method, no force has to be exerted on the coupling piece itself by hand.

De werking als katrol verlaagt de trekkracht die met de hand moet worden uitgeoefend in verhouding tot de bereikte spanning in de kabel of strip. Bij een goede werking is de bereikte kracht in de 15 gespannen strip groter dan de kracht die met de hand wordt uitgeoefend op het losse deel.The effect as a pulley reduces the tensile force that must be applied by hand in proportion to the tension achieved in the cable or strip. With proper operation, the force achieved in the tensioned strip is greater than the force exerted by hand on the loose part.

Het spannen in de terugrichting lijkt een goede methode van spannen, waarvan het wenselijk is als die kon worden toegepast bij de koppelingen met zijdelingse inleg en bij sommige gesloten koppelingen.Tensioning in the back direction seems to be a good method of tensioning, of which it is desirable if it could be used with the couplings with lateral inserts and with some closed couplings.

20 Korte beschrijving van de uitvindingBrief description of the invention

Het koppelstuk wordt voorzien van een geleidesysteem dat bestaat uit een dwars geplaatste geleidings-balk waaromheen de strip zich kan bewegen en uit andere onderdelen. Deze geleidingsbalk functioneert als katrol. Als de strip naar voren wordt getrokken tot bij de voorkant van het koppelstuk waar de strip 25 het koppelstuk ingaat komt de strip om de balk heen te liggen. Dit is de loop van de strip waarbij het spannen gebeurt. De kracht van de strip komt bij het spannen geheel op de balk. Deze steunt tegen het achtervlak van het koppelstuk dicht bij de plaats van de bevestiging van het koppelstuk.The coupling piece is provided with a guide system consisting of a transversely placed guide beam around which the strip can move and of other parts. This guide bar functions as a pulley. When the strip is pulled forward to the front of the coupling piece where the strip enters the coupling piece, the strip comes to lie around the beam. This is the course of the strip where the tensioning takes place. The tension of the strip comes entirely on the beam when tensioned. This rests against the rear face of the coupling piece close to the location of the coupling piece attachment.

De strip moet zich goed om de balk heen kunnen bewegen, ook bij de belasting van de gespannen strip. De eisen die dat stelt aan aan de vorm is onder meer afhankelijk van het materiaal van de balk. 30 De geleidingsbalk kan zijn uitgevoerd in verschillende vormen zoals een drager van een of meer rollen die kunnen roteren om een as of als een massief lichaam.The strip must be able to move well around the beam, even when loading the tensioned strip. The demands that this places on the shape depend, among other things, on the material of the beam. The guide beam can be designed in various forms such as a carrier of one or more rollers that can rotate about an axis or as a solid body.

Er zijn toepassingen mogelijk waarbij de geleidingsbalk uit meerdere delen bestaat of waarbij er meerdere balken bestaan, maar bij deze beschrijving wordt het voorbeeld beschreven dat het spansysteem uit een enkele geleidingsbalk bestaat die massief is of een meeverende vorm heeft.Applications are possible in which the guide beam consists of several parts or in which there are several beams, but this description describes the example that the clamping system consists of a single guide beam that is solid or has a resilient shape.

De toepassing van de uitvinding is beschreven aan de hand van drie soorten koppelstukken, 35 4 - gesloten koppelstukken, - koppelstukken waarbij de strip zijdelings kan worden ingelegd en die zijn voorzien van een enkel aanhechtingspunt voor bevestiging, - koppelstukken waarbij de strip zijdelings kan worden ingelegd en die zijn voorzien van twee 5 aanhechtingspunt voor bevestiging.The application of the invention is described on the basis of three types of coupling pieces, - closed coupling pieces, - coupling pieces wherein the strip can be inserted laterally and which are provided with a single point of attachment for attachment, - coupling pieces whereby the strip can be inserted laterally and which are provided with two attachment points for confirmation.

Bij toepassen van de geleidingsbalk bij het koppelingstype met zijdelingse inleg treden staan twee eisen centraal. De geleidingsbalk moet te openen zijn om de strip eronder te leggen en de geleidingsbalk moet een ondersteuning vinden, waarbij er moet rekening mee moet worden gehouden dat een open vorm 10 zwakker is dan een gesloten ringvorm. De krachten die op het koppelstuk worden uitgeoefend tijdens het spannen zijn anders dan die bij de normale belasting. Voorkomen moet worden dat het koppelstuk daardoor opent tijdens het spannen.When applying the guide beam to the coupling type with lateral insert steps, two requirements are central. The guide beam must be openable to place the strip underneath and the guide beam must find a support, taking into account that an open shape 10 is weaker than a closed ring shape. The forces exerted on the coupling piece during the tensioning are different from those under the normal load. It must be prevented that the coupling piece thereby opens during tensioning.

De geleidingsbalk kan om die reden worden voorzien van onderdelen die inhaken op onderdelen die zijn bevestigd aan andere beweegbare onderdelen van het koppelstuk en die opengaan blokkeren. Dit 15 kan zo worden vormgegeven dat bij een toenemende kracht op de geleidingsbalk de blokkerende kracht ook toeneemt. Daardoor kan ook bij een grote kracht en daardoor een grote vervorming van de onderdelen de gesloten stand van het koppelstuk in stand blijven.For this reason, the guide beam can be provided with parts that hook onto parts that are attached to other movable parts of the coupling piece and that open to block. This can be designed in such a way that with an increasing force on the guide beam the blocking force also increases. As a result, the closed position of the coupling piece can remain intact even with a great force and therefore a great distortion of the parts.

Afhankelijk van de uitvoeringsvorm van het koppelstuk kunnen de beweegbare delen bij de openende en sluitende beweging van het koppelstuk een verende kracht ondervinden. Daarvoor kan de aan-20 wezigheid van een sluiting nodig zijn. Deze kan worden gecombineerd met de aangrijping van de geleidingsbalk.Depending on the embodiment of the coupling piece, the movable parts may experience a resilient force during the opening and closing movement of the coupling piece. This may require the presence of a closure. This can be combined with the engagement of the guide beam.

Om soepel sluiten van het koppelstuk te bereiken kunnen de geleidingsbalk en de beweegbare onderdelen worden voorzien van onderdelen die de onderlinge beweging van de beweegbare delen volgens een baan stuurt.In order to achieve smooth closing of the coupling piece, the guide beam and the movable parts can be provided with parts that control the mutual movement of the movable parts along a path.

25 Het kan zijn dat een korte geleidingsbalk wenselijk is, wegens de wijze van inleggen en verwijde ren of om andere redenen. Dan komt meer kracht op de constructie van de hakende onderdelen.It may be that a short guide bar is desirable due to the method of insertion and removal or for other reasons. Then more strength comes to the construction of the hooking parts.

Een optredend verschijnsel bij gebruik is dat het koppelstuk bij het spannen neerkantelt onder sommige omstandigheden. De voorkant van het koppelstuk waar bij het spannen de strip naar binnen gaat, beweegt naar beneden. Dit kanteleffect wordt beperkt door aanbrengen van steundelen die zorgen 30 voor een verlenging en een kantelkracht in de andere richting.An occurring phenomenon during use is that the coupling piece tilts down during tensioning under some circumstances. The front of the coupling piece where the strip enters when tensioning, moves downwards. This tilting effect is limited by providing support parts that provide an extension and a tilting force in the other direction.

Om de mogelijkheid te verbeteren van toepassen van de koppeling met behulp van gereedschap kan het koppelstuk worden voorzien van aangrijpprofielen.In order to improve the possibility of applying the coupling with the aid of tools, the coupling piece can be provided with engagement profiles.

Een bundelband bestaat uit een aan elkaar gehechte combinatie van koppelstuk en een strip.A bundle consists of a combination of coupling piece and a strip attached to each other.

Deze kan volgens de uitvinding worden voorzien van twee bevestigingsgaten bij de plaats van aanhech-35 ting. Door doorknippen van de combinatie tussen de gaten ontstaan twee delen die beide geschikt zijn om aan voorwerpen te bevestigen die op deze wijze spanbaar met elkaar kunnen worden verbonden.According to the invention, this can be provided with two fixing holes at the point of attachment. By cutting the combination between the holes, two parts are created which are both suitable for attaching to objects which can be connected to each other in this way.

55

Overzicht en korte beschrijving van de figuren.Overview and short description of the figures.

5 De vermelde nummers bij de onderdelen van de figuren komen overeen met de nummers genoemd in de voorgaande beschrijving en bij de conclusies.The numbers mentioned in the parts of the figures correspond to the numbers mentioned in the preceding description and in the claims.

De figuren zijn de volgende:The figures are the following:

Figuur 1 is een bovenaanzicht van een toepassing van het geleidesysteem bij een rondom gesloten koppelstuk, met de aanhechting voor de kracht bij de bodem en met de geleidingsbalk vast bevestigd 10 aan de achterzijde. Een strip is ingestoken en kan gespannen worden in de lengterichting.Figure 1 is a top plan view of an application of the guide system with an all-round coupling piece, with the attachment for the force at the bottom and with the guide beam fixedly attached at the rear. A strip is inserted and can be stretched in the longitudinal direction.

Figuur 2 is een doorsnede vanaf de zijkant van deze uitvoeringsvorm.Figure 2 is a sectional view from the side of this embodiment.

Figuur 3 is een doorsnede vanaf de achterzijde van deze uitvoeringsvorm.Figure 3 is a sectional view from the rear of this embodiment.

Figuur 4 toont dezelfde doorsnede als bij figuur 2, nu met de strip teruggebogen naar de voorzijde, om de geleidingsbalk heen, voor spannen in de terugrichting.Figure 4 shows the same section as in Figure 2, now with the strip bent back to the front, around the guide beam, for tensioning in the back direction.

15 Figuur 5 is een weergave van de toepassing van het geleidesysteem bij een rondom gesloten koppelstuk waarbij de aanhechting voor de kracht aan de achterzijde in een U-vorm omhoog doorloopt tot de bovenkant van het koppelstuk en is bevestigd aan de geleidingsbalk.Figure 5 is a representation of the use of the guide system with an all-round coupling piece in which the attachment for the rear force extends upwards in a U-shape to the top of the coupling piece and is attached to the guide beam.

Figuur 6 is een doorsnede vanaf de zijkant van deze uitvoeringsvorm. Goed zichtbaar is de uitvoeringsvorm van geleidingselement 34 waarbij de geleiding verloopt via een flexibel vlak dat meebuigt met 20 de strip 4.Figure 6 is a sectional view from the side of this embodiment. The embodiment of guide element 34 is clearly visible, wherein the guide runs through a flexible surface that bends along with the strip 4.

Figuur 7 is een doorsnede vanaf de achterzijde van deze uitvoeringsvorm.Figure 7 is a sectional view from the rear of this embodiment.

Figuur 8 is een weergave van de toepassing van het geleidesysteem bij een koppelstuk dat van bo ven open is, wat de mogelijkheid geeft dat de strip zijdelings wordt ingelegd. De aanhechting voor de kracht vindt plaats bij de bodem. De geleidingsbalk is scharnierend bevestigd aan een van de beweegbare 25 zijwanden de achterzijde en haakt bij deze uitvoeringsvorm in aan de andere zijwand met een sluiting die permanent is. Deze is hier open.Figure 8 is a representation of the application of the guide system to a connector that is open from above, allowing the strip to be inserted laterally. The adhesion for the force takes place at the bottom. The guide beam is hinged to one of the movable side walls at the rear and, in this embodiment, hooks into the other side wall with a closure that is permanent. This is open here.

Figuur 9 toont hetzelfde beeld als het vorige maar nu met de sluiting dicht.Figure 9 shows the same image as the previous one but now with the closure closed.

Figuur 10 is een doorsnede van de vorige figuur. Een strip is ingestoken en kan gespannen worden in de lengterichting.Figure 10 is a sectional view of the previous figure. A strip is inserted and can be stretched in the longitudinal direction.

30 Figuur 11 is een achteraanzicht en doorsnede van figuur 10.Figure 11 is a rear view and sectional view of Figure 10.

Figuur 12 is een bovenaanzicht van een toepassing van het geleidesysteem dat een strip toont die is opgenomen door een gesloten koppelstuk. Dit koppelstuk is in deze uitvoering met twee aparte delen verbonden met het onderdeel dat dient voor de bevesting met ingelegde strip. De geleidingsbalk bevindt zich boven de strip, loopt door tot onder de twee delen en is voorzien van een haakconstructie. De grip-35 zijde van de strip is naar boven gericht. De strip kan in de getoonde stand worden gespannen in de lengterichting van het doorvoerkanaal.Figure 12 is a plan view of an application of the guide system showing a strip received by a closed connector. In this embodiment, this coupling piece is connected with two separate parts to the part that serves for the attachment with inserted strip. The guide beam is located above the strip, extends below the two parts and is provided with a hook construction. The grip side of the strip is directed upwards. The strip can be tensioned in the position shown in the longitudinal direction of the feed-through channel.

66

Figuur 13 is een doorsnede van figuur 12.Figure 13 is a sectional view of Figure 12.

Figuur 14 toont dezelfde doorsnede als bij figuur 13 maar nu met een strip waarvan het losse deel zich in een om de geleidingsbalk heen omhoog gebogen stand bevindt, als tussenstand in de beweging naar voren.Figure 14 shows the same section as in Figure 13 but now with a strip whose loose part is in a position that is bent upwards around the guide beam, as an intermediate position in the forward movement.

5 Figuur 15 toont dezelfde doorsnede als figuur 6 en 7 maar nu is de strip verder om de geleidingsbalk heen omhoog gebogen tot de stand waarin de strip kan worden gespannen door trekken aan het losse deel in de terugrichting.Figure 15 shows the same cross-section as Figures 6 and 7, but now the strip is further bent upwards around the guide beam to the position in which the strip can be tensioned by pulling on the loose part in the back direction.

Figuur 16 is het koppelstuk van de uitvoering met aparte bevestigingsdelen zoals bij figuur 12, in deze figuur bij geopende stand, gezien vanaf de bovenzijde. Zichtbaar zijn de onderdelen die zorgen 10 voor het aangrijpen.Figure 16 is the coupling piece of the embodiment with separate fixing parts as in Figure 12, in this figure with the position open, viewed from the top. Visible are the parts that ensure engagement.

Figuur 17 is hetzelfde koppelstuk als bij figuur 16, gezien vanaf de zijkant.Figure 17 is the same connector as Figure 16 when viewed from the side.

Figuur 18 is hetzelfde koppelstuk als bij figuur 16, gezien vanaf de achterzijde.Figure 18 is the same connector as Figure 16, viewed from the rear.

Figuur 19 toont hetzelfde beeld als bij de vorige figuur, maar nu met de koppelinrichting iets gesloten, zodat de aanraking van de aangrijpdelen zichtbaar is.Figure 19 shows the same image as in the previous figure, but now with the coupling device slightly closed, so that the contact of the engaging parts is visible.

15 Figuur 20 is een ruimtelijke weergave van het geleidesysteem en een geopende koppelinrichting met een erin liggende strip. Zichtbaar is hoe de strip ingelegd kan worden of kan worden uitgenomen onder de omhoog gekantelde geleidingsbalk door.Figure 20 is a spatial representation of the guide system and an opened coupling device with a strip lying therein. It is visible how the strip can be inserted or taken out under the tilted-up guide bar.

Figuur 21 toont dezelfde toepassing in een aanzicht in dezelfde richting als bij figuur 6, bij deze figuur bevindt de strip zich in de teruggebogen stand waarin de strip gespannen kan worden.Figure 21 shows the same application in a view in the same direction as in Figure 6, with this Figure the strip is in the bent back position in which the strip can be tensioned.

20 Figuur 22 toont een doorsnede van de de geleidingsbalk en van de aangrijpende onderdelen van de vorige figuur, gezien vanaf de achterzijde.Figure 22 shows a cross-section of the guide beam and of the engaging parts of the previous figure, viewed from the rear.

Figuur 23 toont een aanzicht van hetzelfde beeld als bij figuur 22.Figure 23 shows a view of the same image as in Figure 22.

Figuur 24 is dezelfde doorsnede als figuur 22, maar de strip is hier uitgevoerd met een extra rand in het midden.Figure 24 is the same cross-section as Figure 22, but the strip is made here with an extra edge in the middle.

25 Figuur 25 is een aanzicht van de strip van figuur 13, gezien vanaf de zijde met het gripprofiel. De rand is zichtbaar.Figure 25 is a view of the strip of Figure 13, viewed from the side with the grip profile. The border is visible.

Figuur 26 is een zijaanzicht van een kunststof bundelband uit een stuk die is voorzien van het geleidesysteem, waarbij het koppelstuk en de strip aan elkaar zijn bevestigd door aanhechting van de strip op twee plaatsen. Deze combinatie is hier in ongebruikte toestand en het koppelstuk is geopend. De gelei-30 dingsbalk is zichtbaar.Figure 26 is a side view of a one-piece plastic bundle provided with the guide system with the connector and the strip attached to each other by attachment of the strip at two locations. This combination is here in unused condition and the coupling piece is open. The guide bar is visible.

Figuur 27 is de bundelband van figuur 26, de strip rondgebogen, klaar om in te leggen in het koppelstuk.Figure 27 is the bundle of Figure 26, the strip bent around, ready for insertion into the connector.

Figuur 28 is de bundelband van figuur 27, met gesloten koppelstuk en de strip ingelegd, klaar om te spannen in de lengterichting.Figure 28 is the bundle band of Figure 27, with the connector closed and the strip inlaid, ready to stretch in the longitudinal direction.

35 Figuur 29 is de bundelband van figuur 28, met teruggelegde strip, klaar om te spannen in de terug richting.Fig. 29 is the bundle of Fig. 28, with laid-back strip, ready to tension in the back direction.

77

Figuur 30 is een ruimtelijke weergave van het spannen van een kunststof bundelband die is voorzien van het geleidesysteem, in de terugrichting.Figure 30 is a spatial representation of the tensioning of a plastic bundle that is provided with the guide system in the back direction.

Figuur 31 is vergelijkbaar met figuur 12, ook bij de weergave van deze uitvoeringsvorm wordt een bovenaanzicht getoond van een gesloten koppelstuk met twee aparte verbindingsdelen, met toepassing 5 van het geleidesysteem. Het verschil met de uitvoeringsvorm van figuur 12 is dat de geleidingsbalk niet doorloopt tot onder de twee verbindingsdelen. De getoonde haakconstructie laat de geleidingsbalk vastgrijpen op de achterzijde van het koppelstuk.Figure 31 is similar to Figure 12, also in the representation of this embodiment a top view is shown of a closed coupling piece with two separate connecting parts, with application of the guide system. The difference with the embodiment of Figure 12 is that the guide bar does not extend below the two connecting parts. The hook construction shown causes the guide beam to engage on the rear of the coupling piece.

Figuur 32 toont een achteraanzicht van het koppelstuk met korte geleidingsbalk van figuur 31.Figure 32 shows a rear view of the coupling piece with short guide bar of Figure 31.

Figuur 33 is een bovenaanzicht van het koppelstuk van figuur 31 in open toestand.Figure 33 is a top view of the connector of Figure 31 in the open state.

10 Figuur 34 is een zijaanzicht van het koppelstuk van figuur 31 in open toestand.Figure 34 is a side view of the connector of Figure 31 in the open state.

Figuur 35 is een achteraanzicht van het koppelstuk van figuur 31 in open toestand.Figure 35 is a rear view of the connector of Figure 31 in the open state.

Figuur 36 Deze figuur toont in een bovenaanzicht zonder strip de toepassing van het geleidesysteem bij een koppelstuk met twee aparte verbindingsdelen, net als in figuur 16 en figuur 33. Het verschil is dat bij deze uitvoeringsvorm de gripzijde van de strip naar beneden is gericht. Daarbij is de geleidingsbalk 15 niet voorzien van een haak, de geleidingsbalk vindt aansluiting onder de verbindingsdelen. Ook zijn bij deze uitvoering het koppelstuk en de strip aan elkaar gehecht en zijn twee doorboringen aanwezig in het overgangsgebied tussen het koppelstuk en de aangehechte strip. Getoond wordt hier een geopende toestand.Figure 36 This figure shows in a top view without strip the application of the guide system to a coupling piece with two separate connecting parts, just like in figure 16 and figure 33. The difference is that in this embodiment the grip side of the strip is directed downwards. The guide beam 15 is not provided with a hook, the guide beam is connected under the connecting parts. Also in this embodiment the coupling piece and the strip are adhered to each other and two holes are present in the transition area between the coupling piece and the attached strip. An opened state is shown here.

Figuur 37 is een bovenaanzicht van het systeem van figuur 36 in gesloten toestand.Figure 37 is a top view of the system of Figure 36 in the closed state.

20 Figuur 38 is een zijaanzicht in doorsnede van het koppelstuk van figuur 37, met een strip die naar vo ren is gelegd voor het spannen in de terugrichting.Figure 38 is a cross-sectional side view of the connector of Figure 37, with a strip laid forward for tensioning in the back direction.

Figuur 39 is een achteraanzicht van het koppelstuk van figuur 38.Figure 39 is a rear view of the connector of Figure 38.

Figuur 40 is een aanzicht van het koppelstuk van figuur 36 in geopende stand, zonder strip.Figure 40 is a view of the connector of Figure 36 in the open position, without a strip.

Figuur 41 toont hoe deze combinatie van koppelstuk en strip midden tussen de twee doorboringen 25 kan worden gesplitst in twee delen.Figure 41 shows how this combination of coupling piece and strip can be split into two parts in the middle between the two bores.

Figuur 42 laat zien hoe de twee delen van figuur 41 samen een verbindingsmiddel vormen met aan de uiteinden bevestigingsogen.Figure 42 shows how the two parts of Figure 41 together form a connecting means with attachment eyes at the ends.

Figuur 43 geeft een bovenaanzicht van de toepassing van het geleidesysteem bij een koppelstuk met twee aparte verbindingsdelen met het aanhechtingspunt, voor dunne band, in gesloten toestand, zonder 30 band. De steundelen zijn hier een vast onderdeel van de scharnierende zijwanden.Figure 43 shows a top view of the application of the guide system to a coupling piece with two separate connecting parts with the point of attachment, for thin tape, in the closed state, without tape. The support parts are here a fixed part of the hinged side walls.

Figuur 44 is een zijaanzicht van het koppelstuk van figuur 43.Figure 44 is a side view of the connector of Figure 43.

Figuur 45 is een achteraanzicht van het koppelstuk van figuur 43. Het koppelstuk is voorzien van scharnieren met een as.Figure 45 is a rear view of the coupling piece of Figure 43. The coupling piece is provided with hinges with a shaft.

Figuur 46 is hetzelfde achteraanzicht van het koppelstuk van figuur 43, nu in geopende stand. Zicht-35 baar zijn de in elkaar grijpende delen.Figure 46 is the same rear view of the connector of Figure 43, now in the open position. The interlocking parts are visible.

88

Figuur 47 is een doorsnede in zijaanzicht van het koppelstuk van figuur 43, met ingelegde band. Zichtbaar is hoe de band tijdens spannen bij een lage stand van de band de gripdelen loskoppelt van de band.Figure 47 is a cross-sectional side view of the connector of Figure 43 with the band inserted. It is visible how the tire disconnects the grip parts from the tire during tensioning at a low position of the tire.

Figuur 48 geeft een bovenaanzicht van de toepassing van het geleidesysteem bij een koppelstuk met 5 twee aparte verbindingsdelen met het aanhechtingspunt, te gebruiken in combinatie met ronde materialen zoals kabel of massief kunststof met tanden, in gesloten toestand.Figure 48 shows a top view of the application of the guide system to a coupling piece with two separate connecting parts with the point of attachment, to be used in combination with round materials such as cable or solid plastic with teeth, in the closed state.

Figuur 49 is een zijaanzicht van het koppelstuk van figuur 48. Te zien zijn de steundelen die onderdeel zijn van de geleidingsbalk.Figure 49 is a side view of the connector of Figure 48. The support members that are part of the guide beam can be seen.

Figuur 50 is een achteraanzicht van het koppelstuk van figuur 48. De geleidingsbalk is niet voorzien 10 van hakende delen en steunt aan de bovenzijde met de steundelen tegen de verbindingsdelen.Fig. 50 is a rear view of the coupling piece of Fig. 48. The guide beam is not provided with hooking parts and is supported at the top with the supporting parts against the connecting parts.

Figuur 51 toont hetzelfde aanzicht in geopende stand.Figure 51 shows the same view in the open position.

Figuur 52 is een zijaanzicht van het koppelstuk van figuur 48 met ingelegde kabel die gespannen wordt.Fig. 52 is a side view of the connector of Fig. 48 with the cable being laid and tensioned.

1515

Beschrijving van de uitvinding met verwijzing naar de figuren.Description of the invention with reference to the figures.

De toepassing van de uitvinding is beschreven bij vier soorten koppelstukken, met de volgende nummers: 20 - 5 figuur 1-4 bij het gesloten type koppelstuk, met een lage aanhechting voor de kracht, - 6 figuur 5-7 bij het gesloten type koppelstuk, met een hoge aanhechting voor de kracht, - 7 figuur 8-11 bij een type koppelstuk waarbij de strip zijdelings kan worden ingelegd, dat open kan scharnieren door flexibiliteit van het materiaal en dat is voorzien van een enkele aanhechting, - 8 figuur 12-52 bij een type koppelstuk waarbij de strip zijdelings kan worden ingelegd, dat open kan 25 scharnieren door flexibiliteit van het materiaal of door scharnieren rond een as en dat is voorzien van een een aanhechting via twee verbindingen.The application of the invention has been described with four types of coupling pieces, with the following numbers: - Figure 1-4 with the closed type of coupling piece, with a low adhesion for the force, - Figure 5 - 7 with the closed type of coupling piece, with a high adhesion to the force, - 7 figure 8-11 with a type of coupling piece in which the strip can be inserted laterally, which can pivot open due to flexibility of the material and which is provided with a single attachment, - 8 figure 12-52 in a type of coupling piece in which the strip can be inserted laterally, which can be hinged open by flexibility of the material or by hinging about an axis and which is provided with an attachment via two connections.

In de figuren worden twee combinaties van koppelstuk 5, 6, 7, 8 en strip 4 onderscheiden. Bij combinatie 1 zijn koppelstuk 5, 6, 7, 8 en strip 4 niet noodzakelijk verbonden. Bij combinatie 2 zijn ze aan elkaar ge-30 hecht met bevestigingsdeel 18 van het koppelstuk en stripuiteinde 26 en vormen ze een bundelband.In the figures, two combinations of coupling piece 5, 6, 7, 8 and strip 4 are distinguished. With combination 1, coupling piece 5, 6, 7, 8 and strip 4 are not necessarily connected. In combination 2, they are bonded to each other with attachment part 18 of the connector and strip end 26 and form a bundle.

Diverse figuren (4,10,15, 38,47, 52) laten in doorsnede het spannen met de teruggelegde strip zien. Het koppelstuk 5, 6, 7, 8 is voorzien van het geleidesysteem 3 dat bestaat uit een dwars geplaatste geleidingsbalk 34 die is voorzien van een vlak 33. Deze balk 34 functioneert als onderdeel voor terugleggen 35 van de strip 4. Als deel 22 van de strip 4 naar voren wordt getrokken tot stand 42 bij de voorkant 54 van het koppelstuk komt de strip 4 om de balk 34 heen te liggen. Dit is de loop van de strip bij het spannen. De kracht van de strip komt bij het spannen geheel op de balk. Deze steunt tegen het achtervlak van het 9 koppelstuk dicht bij de plaats 19, 87 van de bevestiging 14 van het koppelstuk.Various figures (4,10,15, 38,47, 52) show the section with the laid-back strip in cross-section. The coupling piece 5, 6, 7, 8 is provided with the guide system 3 which consists of a transversely placed guide beam 34 which is provided with a surface 33. This beam 34 functions as part for replacing 35 of the strip 4. As part 22 of the strip 4 is pulled forward to position 42 at the front 54 of the coupling piece, the strip 4 comes to lie around the beam 34. This is the course of the strip when tensioning. The tension of the strip comes entirely on the beam when tensioned. It rests against the rear face of the coupling piece close to the location 19, 87 of the mounting 14 of the coupling piece.

Een aantal figuren laat een wijze van inhaken zien die sterk met elkaar overeenkomstig is. Daarbij is de geleidingsbalk 34 voorzien van delen 35, 36 of 37 die inhaken op onderdelen die zijn bevestigd aan an-5 dere onderdelen 78,14 van het koppelstuk en die opengaan blokkeren.A number of figures show a method of hooking in which is very similar to each other. The guide beam 34 is herein provided with parts 35, 36 or 37 which hook onto parts which are attached to other parts 78, 14 of the coupling piece and which open block.

Delen 35 hebben tot doel om te haken onder de verbindingsdelen 14. Van de geleidingsbalk 34 is een uiteinde is bevestigd aan het beweegbare delen 82 van het koppelstuk 8. Als het andere uiteinde bij de gesloten stand onder het bevestigingsdeel 14 aan het beweegbare deel 81 is geplaatst raakt het deel 35 bij openen onderzijde 78 van bevestigingsdeel 14 en belemmert dat het koppelstuk open gaat, 10 door de scharniernende beweging. Bovendien zorgt de aanwezigheid van de strip 4 aan de onderzijde van element 34 voor beperking van de beweging in die richting. Bij een rechte of iets hakende vorm van het delen 35 van de geleidingsbalk 34 die tegen de bevestigingsdelen 14 steunen zal de geleidingsbalk 34 het openscharnieren van de beweegbare delen 81,82 sterker beletten.Parts 35 have the purpose of hooking under the connecting parts 14. One end of the guide beam 34 is attached to the movable parts 82 of the coupling piece 8. If the other end is in the closed position under the fixing part 14 on the movable part 81 When placed, the part 35 touches the underside 78 of the fastening part 14 when it is opened and prevents the coupling piece from opening, due to the hinged movement. Moreover, the presence of the strip 4 on the underside of the element 34 limits the movement in that direction. With a straight or slightly hooked form of the parts 35 of the guide beam 34 which are supported against the fastening parts 14, the guide beam 34 will more strongly prevent the hinges of the movable parts 81,82 from hinging open.

Onderdelen 36 en 37 haken aan andere delen zoals 78. Dit kan zo worden vormgegeven dat bij 15 een toenemende kracht op de geleidingsbalk 34 in de richting van de voorzijde de blokkerende kracht ook toeneemt. Bij een kleinere hoek van het haakvlak ten opzichte van de lengterichting van het koppelstuk 7, 8 neemt de haakkracht sterker toe bij een uitgeoefende kracht Bij voldoende haakkracht kan ook bij spannen met een grote trekkracht aan het uitstekende deel 22 van de strip, wat vervorming van de onderdelen veroorzaakt, de gesloten stand van het koppelstuk 7, 8 in stand blijven. Een nadeel van een ster-20 ke haakwerking is dat het openen van het koppelstuk 7, 8. Ook kan de aanhaking voorzien zijn van een haakvorm 37, 78 , in figuur 8 en 9, die niet meer losgemaakt kan worden, wat leidt tot een permanente sluiting.Parts 36 and 37 hook onto other parts such as 78. This can be designed such that with an increasing force on the guide beam 34 in the direction of the front, the blocking force also increases. With a smaller angle of the hook surface with respect to the longitudinal direction of the coupling piece 7, 8, the hook force increases more strongly with an exerted force. With sufficient hook force, even with tensioning with a large tensile force on the projecting part 22 of the strip, some deformation of causes the parts to remain in the closed position of the coupling piece 7, 8. A drawback of a strong hooking action is that opening of the coupling piece 7, 8. The hooking can also be provided with a hooking shape 37, 78, in figures 8 and 9, which can no longer be released, which leads to a permanent closure.

Afhankelijk van de uitvoeringsvorm kunnen de beweegbare delen 81, 82 bij de openende en sluitende beweging van het koppelstuk een verende kracht ondervinden, sluitend of openend. Met dat doel 25 kan het koppelstuk 7, 8 ook zijn voorzien van een aangrijping. Deze moet voldoen aan andere eisen omdat deze een ander doel heeft en onder andere omstandigheden werkzaam moet zijn. De aangrijping moet ook werken als er niet gespannen wordt, levert een kleinere sluitkracht en ondervindt niet een versterkende kracht zoals die van de voorwaartse kracht op de geleidingsbalk 34. Wel is de richting van blokkeren van de onderlinge beweging van de beweegbare delen 81, 82 gelijk dus een combinatie met de 30 sluiting van de geleidingsbalk kan goed gemaakt worden.Depending on the embodiment, the movable parts 81, 82 may experience a resilient force in the opening and closing movement of the coupling piece, closing or opening. For that purpose the coupling piece 7, 8 can also be provided with an engagement. This must meet other requirements because it has a different purpose and must operate under different circumstances. The engagement must also work when there is no tension, provides a smaller closing force and does not experience a reinforcing force such as that of the forward force on the guide beam 34. The direction of blocking the mutual movement of the movable parts 81, 82 is the same. thus a combination with the closure of the guide beam can be made well.

Figuur 1 toont een bovenaanzicht van een toepassing van de uitvinding bij een rondom gesloten koppelstuk 5. De aanhechting van de bevestiging 18 voor de kracht is geplaatst bij de onderzijde 52. De geleidingsbalk is vast bevestigd aan de achterzijde. In figuur 2 is een doorsnede te zien vanaf de zijkant. Strip 4 35 met de onderdelen 26, 21 en 22 die loopt door kanaal 15 heeft ongeveer dezelfde richting als de richting van de verbinding 18 10Figure 1 shows a top view of an application of the invention with an all-round coupling piece 5. The attachment of the force-fixing 18 is placed at the bottom 52. The guide beam is fixedly attached at the rear. Figure 2 shows a section from the side. Strip 4 with the parts 26, 21 and 22 which runs through channel 15 has approximately the same direction as the direction of the connection 18

Figuren 5, 6 en 7 laten ook een rondom gesloten koppelstuk 6 zien. Hierbij loopt de aanhechting 19 voor de kracht aan de uittreezijde 53 in een U-vorm via de vlakken 11 omhoog door tot de bovenkant 51 van het koppelstuk en is bevestigd aan de geleidingsbalk 34. De onderkant van de delen 11 is tot op enige afstand vanaf de uittreezijde 53 verbonden via aanhechting 13 aan het aanhechtingsdeel 19. Hier-5 door wordt het buigpunt van het aanhechtingsdeel verlegd, om kanteling van koppelstuk 6 tijdens spannen te beperken. Deze figuren laten een uitvoeringsvorm van geleidingselement 34 zien waarbij de geleiding verloopt via een flexibel vlak dat meebuigt met de strip 4 en dat samenbuigt tot het een minimum maat heeft bereikt.Figures 5, 6 and 7 also show a coupling piece 6 closed all round. Hereby the attachment 19 for the force on the exit side 53 extends in a U-shape through the surfaces 11 up to the top 51 of the coupling piece and is attached to the guide beam 34. The bottom of the parts 11 is up to some distance from the exit side 53 is connected via attachment 13 to the attachment part 19. As a result, the bending point of the attachment part is shifted, in order to limit tilting of coupling piece 6 during tensioning. These figures show an embodiment of guide element 34 wherein the guide runs via a flexible surface that bends with the strip 4 and that bends together until it has reached a minimum size.

Figuur 8 geeft een bovenaanzicht van een koppelstuk 7 dat van boven open is en dat voorzien is 10 van twee beweegbare delen 81, 82 , wat de mogelijkheid geeft dat de strip zijdelings wordt ingelegd of uitgenomen via opening 12, zoals bijvoorbeeld volgens EP1752384A2. De aanhechting voorde kracht 18 vindt plaats bij de bodem 52. De volgens de uitvinding toegepaste geleidingsbalk 34 is scharnierend bevestigd aan de beweegbare zijwand 82 aan de achterzijde 53 en haakt in aan de andere zijwand 81 met een aangrijpen van 78 en 37 die permanent is. De sluiting is bij figuur 8 open, bij figuur 9 gesloten 15 Figuur 12 geeft een bovenaanzicht van een koppelstuk 8 dat voorzien is van twee beweegbare delen en dat met twee aparte delen 14 verbonden met het bevestigingsstuk 18. Een strip 4 is opgenomen, de doorsnede van figuur 13 toont het verloop door kanaal 15. Het ombuigen van het uitstekende strip-deel 22 naar de voorkant 54 is te zien in een tussenstand in figuur 14. De stand 42 voor het spannen is te zien in figuur 15. Het uitstekende stripdeel 22 ligt dicht bij het deel 26 dat het koppelstuk 8 ingaat 20 bij spannen. Strip 4 ligt om geleidingsbalk 34 heen, tegen vlak 33.Figure 8 shows a top view of a coupling piece 7 which is open from above and which is provided with two movable parts 81, 82, which gives the possibility that the strip is inserted or removed laterally via opening 12, such as for instance according to EP1752384A2. The attachment for the force 18 takes place at the bottom 52. The guide beam 34 used according to the invention is hingedly attached to the movable side wall 82 at the rear 53 and hooks into the other side wall 81 with a grip of 78 and 37 which is permanent. The closure is open in figure 8, closed in figure 9. Figure 12 shows a top view of a coupling piece 8 which is provided with two movable parts and which is connected with two separate parts 14 to the fixing piece 18. A strip 4 is included, the cross section of figure 13 shows the course through channel 15. The bending of the protruding strip part 22 to the front side 54 can be seen in an intermediate position in figure 14. The position 42 for tensioning can be seen in figure 15. The protruding strip part 22 is close to the part 26 which enters the coupling piece 8 on tensioning. Strip 4 lies around guide beam 34, against surface 33.

Figuur 16 is een bovenaanzicht van de uitvoering bij een koppelstuk 8 met aparte bevestigings-delen zoals bij figuur 12, bij geopende stand. Zichtbaar is de open toegang 12 voor inleggen en de onderdelen die voor de inhaking van de geleidingsbalk 34 bij de gesloten stand zorgen. Figuur 18,19, 22 en 23 tonen een achteraanzicht waarop dit zichtbaar is. Een gedetailleerde beschrijving van de aangrijping is 25 hierboven gegeven.Figure 16 is a top view of the embodiment with a coupling piece 8 with separate fixing parts as with Figure 12, with the position open. Visible is the open entry 12 for insertion and the components that ensure the engagement of the guide beam 34 at the closed position. Figures 18, 19, 22 and 23 show a rear view on which this is visible. A detailed description of the engagement is given above.

Figuur 17 laat het gripprofiel zien aan de buitenzijde van het beweegbare deel 81. Om de mogelijkheid te verbeteren van toepassen van het koppelsysteem met behulp van gereedschap is het koppelstuk voorzien van aangrijpprofielen(65). Dit is zo uitgevoerd dat het gereedschap zowel het koppelstuk 8 aan kan grijpen als deze open en dicht laten scharnieren. Daarbij moet het inleggen of uitnemen van de 30 strip 4 niet belemmerd worden.Figure 17 shows the grip profile on the outside of the movable part 81. To improve the possibility of using the coupling system with the aid of tools, the coupling piece is provided with engagement profiles (65). This is designed in such a way that the tool can both engage the coupling piece 8 and let it pivot open and closed. The insertion or removal of the strip 4 must not be impeded.

Figuur 18 geeft een beeld van de open stand met de doorgangsruimte 12 voor inleggen of uitnemen van de strip 4.Figure 18 shows the open position with the passage space 12 for inserting or removing the strip 4.

Figuur 19 is een achteraanzicht behorende bij de vorige figuren vanaf figuur 16. In deze afbeelding is het koppelstuk 8 iets gesloten, zodat de aanraking van aangrijpdelen 39 en 78 zichtbaar is. Het 35 sluiten gebeurt door naar elkaar toe knijpen van de beweegbare delen 81, 82 . De aangrijpdelen 39 en 78 11 zorgen ervoor dat dit soepel verloopt door de combinatie van beweegbaar deel 82 en de balk 34 naar beneden te geleiden ten opzichte van beweegbaar deel 81 zodat balk 34 onder verbindingsdeel 14 beweegt. Bij het sluiten veert de geleidingsbalk 34 naar achteren zodat de aangrijpdelen over elkaar glijden tot de haak 16 inklikt op het uitstekende deel 78.Figure 19 is a rear view associated with the previous figures from Figure 16. In this figure, the coupling piece 8 is slightly closed, so that the contact of engagement parts 39 and 78 is visible. The closing is done by squeezing the movable parts 81, 82 towards each other. The engaging parts 39 and 78 11 ensure that this runs smoothly by guiding the combination of movable part 82 and the beam 34 downwards relative to movable part 81 so that beam 34 moves under connecting part 14. When closing, the guide beam 34 springs backwards so that the engaging parts slide over each other until the hook 16 clicks into the projecting part 78.

5 Figuur 20 is een ruimtelijke weergave van een geopende koppelinrichting 8 met een erin liggen de strip 4. Zichtbaar is hoe het opneemdeel 21 van de strip 4 zijdelings uit de koppeling kan worden bewogen onder het omhoog gekantelde geleidesysteem 3 door.Figure 20 is a spatial representation of an opened coupling device 8 with the strip 4 lying therein. It can be seen how the receiving part 21 of the strip 4 can be moved laterally out of the coupling underneath the upwardly tilted guide system 3.

Figuur 24 is dezelfde doorsnede als figuur 22, maar de strip is hier uitgevoerd met een extra rand in het midden. Dit ook te zien in een aanzicht van de strip 4 van figuur 25, gezien vanaf de zijde met 10 het gripprofiel. Als het koppelstuk 8 voorzien is van pallen 44, 45 met aangrijpprofiel die zich bevinden aan de kant van de bovenzijde 51 glijdt de strip met de zijde waarop het profiel aanwezig is bij het spannen over het vlak 33. Om de effecten van het glijden van de toppen van het profiel over het vlak te beperken , is de strip hier voorzien van een gladde rand in het midden. Vooral bij toepassing van zachte materialen is dit van belang.Figure 24 is the same cross-section as Figure 22, but the strip is made here with an extra edge in the middle. This can also be seen in a view of the strip 4 of figure 25, seen from the side with the grip profile. If the coupling piece 8 is provided with catches 44, 45 with engaging profile which are situated on the side of the top side 51, the strip with the side on which the profile is present slides over the surface 33 when clamping. To limit the crests of the profile over the surface, the strip here has a smooth edge in the middle. This is especially important when using soft materials.

15 Figuur 26 is een zijaanzicht van een kunststof bundelband uit een stuk die is voorzien van het geleidesysteem, waarbij het koppelstuk 8 en de strip 4 aan elkaar zijn bevestigd door aanhechting van de strip 4 op twee plaatsen. Deze combinatie is hier in ongebruikte toestand en het koppelstuk 8 is geopend. De figuren 27, 28 en 29 laten de stadia zien van sluiten van het koppelstuk 8 en naar voren leggen van de strip bij deze toepassing. Figuur 30 is een ruimtelijke weergave van het spannen van de kunststof bundel-20 band met teruggelegde strip volgens de uitvinding.Figure 26 is a side view of a one-piece plastic bundle provided with the guide system, the coupling piece 8 and the strip 4 being attached to each other by attaching the strip 4 at two locations. This combination is in an unused condition here and the coupling piece 8 is open. Figures 27, 28 and 29 show the stages of closing the coupling piece 8 and placing the strip forward in this application. Figure 30 is a spatial representation of the tensioning of the plastic bundle belt with laid back strip according to the invention.

Figuur 31 toont een uitvoeringsvorm van koppelstuk 8 die verschilt van die van figuur 12 t/m 30. Bij deze uitvoeringsvorm is de geleidingsbalk 34 korter. Hij loopt niet door tot onder de twee verbindingsdelen 14. De aangrijpende werking van het haken van geleidingsbalk 34 onder het verbindingsdeel 14 bij beweegbaar deel 81 ontbreekt. Een korte balk 34 kan wenselijk zijn, bijvoorbeeld wegens de grotere ruim-25 te 12 voor inleggen en verwijderen van band. Het in elkaar haken van elementen 36 en 78 zorgt ervoor dat de geleidingsbalk vastgrijpt op de achterzijde van het koppelstuk.Fig. 31 shows an embodiment of coupling piece 8 that differs from that of Figs. 12 to 30. In this embodiment, the guide bar 34 is shorter. It does not extend below the two connecting parts 14. The gripping action of the hooking of guide beam 34 under the connecting part 14 with movable part 81 is missing. A short beam 34 may be desirable, for example due to the larger space for inserting and removing tape. The interlocking of elements 36 and 78 ensures that the guide bar grips on the rear of the coupling piece.

Figuur 36 toont een uitvoeringsvorm van een koppelstuk 8 die verschilt van die van figuur 12 en van dat van figuur 31. Het verschil is dat bij deze uitvoeringsvorm van strip 4 en koppelstuk 8 de gripzijde van de strip 4 naar beneden is gericht waardoor de de vorm van het koppelstuk 8 verschilt. Ook is bij deze 30 toepassing een geleidingssysteem 3 aangebracht waarvan de geleidingsbalk 34 niet voorzien is van een haak voor aangrijping, de geleidingsbalk 34 vindt met deel 35 aansluiting op raakvlak 78 aan de onderzijde van de verbindingsdelen 14. Het koppelstuk 8 en de strip 4 zijn bij deze uitvoering aan elkaar gehecht en er wordt nog een ander onderdeel van de uitvinding in deze figuur toegepast, er zijn twee doorboringen 17 aanwezig in het overgangsgebied tussen het koppelstuk en de aangehechte strip.Figure 36 shows an embodiment of a coupling piece 8 that differs from that of Figure 12 and that of Figure 31. The difference is that in this embodiment of strip 4 and coupling piece 8 the grip side of the strip 4 is directed downwards, so that the shape differs from the coupling piece 8. In this application a guide system 3 is also provided whose guide beam 34 is not provided with a hook for engagement, the guide beam 34 is connected with part 35 to contact surface 78 on the underside of the connecting parts 14. The coupling piece 8 and the strip 4 are in this embodiment adhered to each other and yet another part of the invention is applied in this figure, there are two bores 17 present in the transition area between the coupling piece and the attached strip.

35 Figuur 41 toont hoe deze combinatie 2 van koppelstuk en strip kan worden gesplitst in twee de len waarna figuur 42 laat zien dat de twee delen van figuur 41 samen een verbindingsmiddel 1 vormen 12 met aan de uiteinden bevestigingsogen 17.Figure 41 shows how this combination 2 of coupling piece and strip can be split into two parts, after which figure 42 shows that the two parts of figure 41 together form a connecting means 1 12 with fixing eyes 17 at the ends.

Figuur 43 geeft een bovenaanzicht van een koppelstuk 8 voor dunne band of strip 4, dat is voorzien van twee aparte verbindingsdelen 14, in gesloten toestand, zonder ingelegde strip 4.Fig. 43 shows a top view of a coupling piece 8 for thin tape or strip 4, which is provided with two separate connecting parts 14, in the closed state, without inserted strip 4.

Figuur 44 laat het zijaanzicht van het koppelstuk 8 van figuur 43 zien, Hierbij is het steundeel 90, 5 aan de kant van beweegbaar deel 82, te zien. Het andere steundeel 90, aan de kant van beweegbaar deel 81 is vast bevestigd aan deel 81. geleidingsbalk 34 is daarom kort. Deze steundelen 90 zijn er ter voorkoming van een ongunstig optredend verschijnsel. Dat is dat het koppelstuk 8 bij het spannen in de terug-richting wil kantelen onder sommige omstandigheden. Het koppelstuk kan neerkantelen; de voorkant 54 van het koppelstuk beweegt naar beneden 52. Dit treedt vooral op bij nog niet sterk gespannen strips. Dit 10 kan de goede werking belemmeren. De strip 4 oefent dan kracht uit op de bovenkant van het kanaal 15 bij de voorkant 54 wat risico geeft dat strip 4 uit kanaal 15 geraakt. Het schuiven van de strip 4 in het koppelstuk wordt gehinderd door de scherpe bocht die ontstaat in de strip. De steundelen 90 zorgen voor een kantelkracht in de andere richting. Deze steundelen 90 raken bij kanteling met de bovenvlakken 70 de verbindingsdelen 14 en ondervinden hierbij een kracht die de kanteling tegengaat. De steundelen kunnen 15 ook onderdeel zijn van de geleidingsbalk, dit wordt getoond bij figuur 48.Fig. 44 shows the side view of the coupling piece 8 of Fig. 43. Here, the support part 90, 5 can be seen on the side of the movable part 82. The other support member 90, on the side of movable member 81, is fixedly attached to member 81. guide beam 34 is therefore short. These support members 90 are there to prevent an unfavorable occurrence. That is that the coupling piece 8, when tensioning, wants to tilt in the back direction under some circumstances. The coupling piece can tilt; the front side 54 of the coupling piece moves downwards 52. This occurs especially with strips that are not yet strongly tensioned. This can impede proper functioning. The strip 4 then exerts force on the top of the channel 15 at the front 54, which presents the risk that the strip 4 will come out of the channel 15. The sliding of the strip 4 into the coupling piece is impeded by the sharp bend that arises in the strip. The support members 90 provide a tilting force in the other direction. When tilted with the upper surfaces 70, these support parts 90 touch the connecting parts 14 and thereby encounter a force that counteracts the tilt. The support members can also be part of the guide beam, this is shown in Figure 48.

Figuur 45 en 46 zijn beide een achteraanzicht waarop het steundeel 90 te zien is dat is bevestigd aan beweegbaar element 81. Ook zijn beide naar boven uitstekende hendels 85 en 86 te zien en de daaraan verbonden gripdelen 44 en 45.Figures 45 and 46 are both a rear view showing the support member 90 attached to movable member 81. Also, both upwardly projecting levers 85 and 86 and the grip members 44 and 45 connected thereto are shown.

Figuur 47 is een doorsnede in zijaanzicht van het koppelstuk 8 van figuur 43, met ingelegde 20 strip. De strip wordt gespannen door trekken aan het uitgaande deel 22 van strip 4 dat in teruggelegde positie 42 is. Uitgaand deel 22 van strip 4 oefent tijdens spannen bij een lage stand van de strip, zoals hier getoond, drukkracht uit op de hendels, tegen de veerkracht in. Een drukveer en de hendel 85 is hier zichtbaar. Te zien is hoe gripdeel 44 door rotatie door deze drukkracht loskomt van de strip 4 en dus geen blokkerende kracht meer uit kan oefenen.Fig. 47 is a cross-sectional side view of the coupling piece 8 of Fig. 43 with the strip inserted. The strip is tensioned by pulling on the output part 22 of strip 4 which is in the set position 42. Outgoing part 22 of strip 4, during tensioning at a low position of the strip, as shown here, exerts pressure force on the levers, against the spring force. A compression spring and the lever 85 are visible here. It can be seen how the grip part 44 is released from the strip 4 by rotation due to this pressure force and can therefore no longer exert a blocking force.

25 Figuur 48 geeft een bovenaanzicht van de toepassing van het geleidesysteem 3 bij een koppel stuk 8 dat is verbonden door twee aparte verbindingsdelen 14 met het aanhechtingspunt 18, dat is te gebruiken in combinatie met een strip 4 die hier de vorm heeft van ronde materialen zoals kabel of massief kunststof met een tandprofiel. Bij deze uitvoeringsvorm is de geleidingsbalk 34 voorzien van twee steundelen 90. De geleidingsbalk 34 vindt een aangrijpende werking door steun van deel 35 tegen vlak 78 van 30 het verbindingsdeel 14 dat is verbonden met beweegbaar deel 81.Figure 48 shows a top view of the application of the guide system 3 to a coupling piece 8 which is connected by two separate connecting parts 14 to the attachment point 18, which can be used in combination with a strip 4 which here has the shape of round materials such as cable or solid plastic with a tooth profile. In this embodiment the guide beam 34 is provided with two support parts 90. The guide beam 34 finds an engaging action by supporting part 35 against surface 78 of the connecting part 14 which is connected to movable part 81.

Bij de beschrijving en de tekeningen worden voorbeelden van toepassing en van combinaties van onderdelen gepresenteerd. De uitvoering in de praktijk is afhankelijk van omstandigheden zoals het doel van de toepassing, de afmetingen van de uitvoering, de wijze van produceren en de keuze uit de mogelijke te 35 gebruiken materialen. De uitvinding beperkt zich niet tot de beschreven voorbeelden en combinaties.Examples of application and combinations of parts are presented with the description and the drawings. The practical implementation depends on circumstances such as the purpose of the application, the dimensions of the implementation, the method of production and the choice of the possible materials to be used. The invention is not limited to the examples and combinations described.

10373251037325

Claims

1 Samenstel (1) voor het verbinden van voorwerpen, omvattende - een kleminrichting (5, 6, 7,8), met een bovenzijde (51), een onderzijde (52), een uittreezijde 5 (53), een intreezijde (54), omvattende een opneemruimte (15) die de uittreezijde (53) en de intreezijde (54) verbindt en een bevestigingsdeel (18) voor krachtsuitoefening dat is aangehecht aan de uittreezijde (53), - een langwerpig flexibel lichaam (4) waarvan de buitenvorm van de dwarsdoorsnede in de lengterichting van het lichaam (4) beweegbaar passend is in de opneemruimte (15) en waaraan te onderschei- 10 den is een bevestigingsuiteinde (26), een insluitgedeelte (21) en een uitgaand gedeelte (22), waarbij de kleminrichting (5, 6, 7, 8) bestemd is voor het opnemen en vasthouden van het insluitgedeelte (21) van het lichaam (4) en waarbij de kleminrichting (5, 6, 7,8) krachtmiddelen (43,44,45) omvat die in staat zijn om bewegen van het lichaam (4) in de opneemruimte (15) in de richting van de intreezijde (54) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8) te blokkeren, met het kenmerk, dat aan de kleminrichting (5, 6, 7, 8) een ge-15 leideinrichting (3) is bevestigd die een of meer elementen (34) omvat die zijn ingericht om het lichaam (4) te geleiden wanneer het lichaam (4) zich in de opneemruimte (15) bevindt en het uitgaande gedeelte (22) zich in een langs de bovenzijde (51) naar de intreezijde (54) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8) gebogen positie (42) bevindt en daarbij op het uitgaande gedeelte (22) een trekkracht wordt uitgeoefend, waarbij het geleiden van het lichaam (4) wordt bewerkstelligd door aanliggen van het lichaam (4) bij de gebogen po-20 sitie (42) langs een geleidevlak (33) dat gevormd wordt door buitenzijden van de elementen (34).An assembly (1) for connecting objects, comprising - a clamping device (5, 6, 7,8), with a top side (51), a bottom side (52), an exit side 5 (53), an entrance side (54) , comprising a receiving space (15) connecting the exit side (53) and the entrance side (54) and a force-applying attachment part (18) attached to the exit side (53), - an elongated flexible body (4) of which the outer shape of the cross-section in the longitudinal direction of the body (4) is movably fitting into the receiving space (15) and to which a fixing end (26), an enclosing part (21) and an outgoing part (22) can be distinguished, the clamping device (5, 6, 7, 8) is intended for receiving and retaining the containment portion (21) of the body (4) and wherein the clamping device (5, 6, 7,8) comprises force means (43,44,45) capable of moving the body (4) into the receiving space (15) toward the entrance side (54) of the clamp device (5, 6, 7, 8), characterized in that a guiding device (3) is attached to the clamping device (5, 6, 7, 8) which comprises one or more elements (34) which are arranged to guide the body (4) when the body (4) is in the receiving space (15) and the outgoing portion (22) is in a direction along the top (51) to the entry side (54) of the clamping device ( 5, 6, 7, 8) in the curved position (42) and a tensile force is thereby exerted on the output part (22), the guiding of the body (4) being effected by abutment of the body (4) at the curved position (42) along a guide surface (33) formed by the outer sides of the elements (34).

2 Samenstel (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het genoemde geleidevlak (33) dat deel uitmaakt van de geleideinrichting (3) tijdens geleiding van het lichaam (4) de vorm heeft van een in één richting gebogen bol vlak dat een geleidelijk krommingsverloop heeft, waarbij dit vlak op de plaats 25 die het meest nabij de opneemruimte (15) ligt in grote lijn aansluit op de richting van het lichaam (4) nabij de uittreezijde (53) en waarbij de tangentiële lengte van de bocht van het geleidevlak (33) groter is dan drie maal de grootste buitenmaat in de richting van de straal van buiging van de dwarsdoorsnede van het lichaam (4) tijdens de buiging en waarbij de totale buiging van het geleidevlak (33) groter is dan 120 graden. 30An assembly (1) according to claim 1, characterized in that said guide surface (33) which forms part of the guiding device (3) has the shape of a convex surface bent in one direction during guiding of the body (4) that has a gradual curve, this plane at the place closest to the receiving space (15) broadly connecting to the direction of the body (4) near the exit side (53) and wherein the tangential length of the bend of the guide surface (33) is greater than three times the largest outer dimension in the direction of the radius of bending of the cross-section of the body (4) during the bending and wherein the total bending of the guide surface (33) is greater than 120 degrees. 30

3 Samenstel (1) volgens conclusie 1 , met het kenmerk, dat het genoemde geleidevlak (33) dat deel uitmaakt van de geleideinrichting (3) gevormd wordt door het oppervlak van een element (34) dat flexibel is met de opzet dat het bol buigt aan de zijde van het lichaam (4) bij uitoefening van kracht door het lichaam (4) op het element (34) tijdens de geleiding. 35 1037325An assembly (1) according to claim 1, characterized in that said guide surface (33) forming part of the guide device (3) is formed by the surface of an element (34) which is flexible with the design that the sphere bends on the side of the body (4) when exerting force through the body (4) on the element (34) during conduction. 35 1037325

4 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 1 - 3 , met het kenmerk, dat de ge-leideinrichting (3) onderdeel is van een kleminrichting (6) waarbij het bevestigingsdeel (18) van de klemin-richting (6) delen (11) omvat waarvan een gebied van aanhechting (19) aan de uittreezijde (53) tot bij de bovenzijde (51) van de kleminrichting (6) aanwezig is en waarvan een gebied van aanhechting (13) aan 5 een deel (16) aan de onderzijde (52) van het bevestigingsdeel (18) aanwezig is tot aan een afstand vanaf de uittreezijde (53) van de kleminrichting (6) die groter is dan een kwart van de afstand van de intreezijde (54) tot de uittreezijde (53) van kleminrichting (6).Assembly (1) according to any of claims 1 to 3, characterized in that the guiding device (3) is part of a clamping device (6), wherein the fixing part (18) of the clamping device (6) is part ( 11) of which an area of attachment (19) is present on the exit side (53) up to the top side (51) of the clamping device (6) and of which an area of attachment (13) on a part (16) on the bottom (52) of the fastening part (18) is present up to a distance from the exit side (53) of the clamping device (6) that is greater than a quarter of the distance from the entrance side (54) to the exit side (53) of clamping device (6).

5 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 1 - 3 , met het kenmerk, dat de klemin-10 richting (7, 8) elementen (81, 82) omvat, die beweegbaar zijn in een richting dwars op de lengterichting van het insluitgedeelte (21), die zijn ingericht om als onderdeel van de krachtmiddelen (43,44, 45) te functioneren en die in staat zijn te bewegen tussen een eerste onderlinge, open, positie, waarin voor het insluitgedeelte (21) van het lichaam (4) een vrije doorgang aanwezig is naar en uit de opneemruimte (15) in een richting dwars op de lengterichting van het lichaam (4), en een tweede onderlinge, gesloten, posi-15 tie, waarin het insluitgedeelte (21) van het lichaam (4) wordt omsloten.Assembly (1) according to any of claims 1 to 3, characterized in that the clamping direction (7, 8) comprises elements (81, 82) which are movable in a direction transverse to the longitudinal direction of the containment section (21), which are arranged to function as part of the force means (43, 44, 45) and which are able to move between a first mutual, open position, in which for the containment part (21) of the body (4) ) there is a free passage to and from the receiving space (15) in a direction transverse to the longitudinal direction of the body (4), and a second mutual, closed position, in which the containment part (21) of the body (21) 4) is enclosed.

6 Samenstel (1) volgens conclusie 5 , met het kenmerk, dat de geleideinrichting (3) elementen (35, 36, 37) omvat die bestemd zijn om bij het bereiken van de gesloten onderlinge positie van de beweegbare elementen (81, 82) in een aangrijping te komen met elementen (78) die onderdeel zijn van de beweeg- 20 bare elementen (81, 82) om weerstand uit te oefenen tegen onderling bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) in de richting van de open positie.An assembly (1) according to claim 5, characterized in that the guiding device (3) comprises elements (35, 36, 37) which are intended to reach the closed mutual position of the movable elements (81, 82). to engage with elements (78) that are part of the movable elements (81, 82) to exert resistance to mutual movement of the movable elements (81, 82) in the direction of the open position.

7 Samenstel (1) volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat elementen (36) van de geleideinrichting (3) zijn ingericht om te bewerkstelligen dat de kracht van de aangrijping toeneemt wanneer de be- 25 weegbare elementen (81, 82) zich in de gesloten onderlinge positie bevinden en een kracht wordt uitgeoefend door het lichaam (4) op het geleidevlak (33) van de geleideinrichting (3) in de richting van de intreezijde (54) van de kleminrichting (6).An assembly (1) according to claim 6, characterized in that elements (36) of the guiding device (3) are adapted to cause the force of the engagement to increase when the movable elements (81, 82) are in the closed mutual position and a force is exerted by the body (4) on the guide surface (33) of the guide device (3) in the direction of the entrance side (54) of the clamping device (6).

8 Samenstel (1) volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat elementen (37) van de geleideinrich-30 ting (3) zijn ingericht om te bewerkstelligen dat de genoemde aangrijping een permanente verbinding vormt.Assembly (1) according to claim 7, characterized in that elements (37) of the guide device (3) are adapted to cause the said engagement to form a permanent connection.

9 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 5 - 8 , met het kenmerk, dat elementen (39) van de geleideinrichting (3) zijn ingericht om ze met elementen die bevestigd zijn aan de beweegbare 35 elementen (81, 82) in contact te laten komen bij het bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) om het onderling bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) volgens een patroon te sturen.An assembly (1) according to any one of claims 5 - 8, characterized in that elements (39) of the guiding device (3) are arranged to contact them with elements attached to the movable elements (81, 82) to allow movement of the movable elements (81, 82) to control the mutual movement of the movable elements (81, 82) according to a pattern.

10 Samenstel (1) volgens conclusie 5 , met het kenmerk, dat de geleideinrichting (3) onderdeel is van een kleminrichting (8) waarbij de bevestiging van het bevestigingsdeel (18) aan de kleminrichting (8) via twee of meer verbindingsdelen (14) is gerealiseerd, waarbij deze verbindingsdelen (14) op verschillen- 5 de bevestigingspunten (87) aan de kleminrichting (8) gehecht zijn.Assembly (1) according to claim 5, characterized in that the guide device (3) is part of a clamping device (8), wherein the attachment of the fixing part (18) to the clamping device (8) via two or more connecting parts (14) is realized, wherein these connecting parts (14) are attached to the clamping device (8) at different fixing points (87).

11 Samenstel (1) volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de geleideinrichting (3) elementen (35, 36, 37) omvat die bestemd zijn om bij bereiken van de gesloten onderlinge positie van de beweegbare elementen (81, 82) in een aangrijping te komen met elementen (78) die onderdeel zijn van de beweeg- 10 bare elementen (81, 82) om weerstand uit te oefenen tegen onderling bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) in de richting van de open positie.An assembly (1) according to claim 10, characterized in that the guiding device (3) comprises elements (35, 36, 37) which are intended to reach a closed mutual position of the movable elements (81, 82) in a to engage with elements (78) that are part of the movable elements (81, 82) to exert resistance to mutual movement of the movable elements (81, 82) in the direction of the open position.

12 Samenstel (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat elementen (36) van de geleideinrichting (3) zijn ingericht om te bewerkstelligen dat de kracht van de aangrijping toeneemt wanneer de be- 15 weegbare elementen (81, 82) zich in de gesloten onderlinge positie bevinden en een kracht wordt uitgeoefend door het lichaam (4) op het geleidevlak (33) van de geleideinrichting (3) in de richting van de in-treezijde (54) van de kleminrichting (6).Assembly (1) according to claim 11, characterized in that elements (36) of the guiding device (3) are adapted to cause the force of the engagement to increase when the movable elements (81, 82) are in the closed mutual position and a force is exerted by the body (4) on the guide surface (33) of the guide device (3) in the direction of the in-tree side (54) of the clamping device (6).

13 Samenstel (1) volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat elementen (37) van de geleideinrich-20 ting (3) zijn ingericht om te bewerkstelligen dat de genoemde aangrijping een permanente verbinding vormt.Assembly (1) according to claim 12, characterized in that elements (37) of the guide device (3) are adapted to cause the said engagement to form a permanent connection.

14 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies conclusie 10-13 , met het kenmerk, dat elementen (39) van de geleideinrichting (3) zijn ingericht om ze met elementen die bevestigd zijn aan de 25 beweegbare elementen (81, 82) in contact te laten komen bij het bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) om het onderling bewegen van de beweegbare elementen (81, 82) volgens een patroon te sturen.An assembly (1) according to any of the claims 10-13, characterized in that elements (39) of the guiding device (3) are arranged to accommodate them with elements attached to the movable elements (81, 82). make contact when moving the movable elements (81, 82) to control the mutual movement of the movable elements (81, 82) according to a pattern.

15 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 10 -14, met het kenmerk, dat de geleideinrichting (3) tenminste een element (34) omvat dat erop gericht is in aangrijping te komen met de 30 onderzijde van een verbindingsdeel (14) bij bereiken van de gesloten onderlinge positie van de beweegbare elementen (81, 82).Assembly (1) according to any of the claims 10-14, characterized in that the guiding device (3) comprises at least one element (34) which is aimed at engaging the underside of a connecting part (14) at reaching the closed mutual position of the movable elements (81, 82).

16 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 10-15 , met het kenmerk, dat aan de uittreezijde (53) van de kleminrichting (8) een of meer steundelen (90) zijn vastgehecht, waarvan een raak- 35 vlak (70) erop gericht is in aanraking te komen met een verbindingsdeel (14) bij buiging van het verbindingsdeel (14) van de kleminrichting (8) in de richting van de onderzijde (52) van de kleminrichting (8).Assembly (1) according to any of claims 10-15, characterized in that one or more supporting parts (90) are attached to the exit side (53) of the clamping device (8), an interface of which (35) is designed to come into contact with a connecting part (14) when the connecting part (14) of the clamping device (8) is bent in the direction of the underside (52) of the clamping device (8).

17 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 1 -16 , met het kenmerk, dat de klemin-richting (5, 6, 7, 8) een of meer drukelementen (85, 86) omvat, die zich aan de bovenzijde (51) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8) bevinden en die bij de gesloten onderlinge positie van de beweegbare elemen- 5 ten (81, 82) vanaf de bovenzijde (51) neergedrukt worden door het gedeelte (22) van lichaam (4) als dit zich in een gespannen toestand in een langs de bovenzijde (51) naar de intreezijde (54) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8) gebogen positie (47) bevindt, waarbij deze beweging van de drukelementen (85, 86) bewerkstelligt dat de een of meer krachtmiddelen (43, 44, 45) een positie (48) aannemen bij welke geen aangrijping van lichaam (4) plaatsvindt. 10An assembly (1) according to any one of claims 1 to 16, characterized in that the clamping device (5, 6, 7, 8) comprises one or more pressure elements (85, 86) which are located on the top side (51 ) of the clamping device (5, 6, 7, 8) and which, at the closed mutual position of the movable elements (81, 82), are pressed down from the top (51) by the portion (22) of the body ( 4) when in a tensioned state in a position (47) bent along the top side (51) to the entrance side (54) of the clamping device (5, 6, 7, 8), this movement of the pressure elements (85) 86) causes the one or more force means (43, 44, 45) to assume a position (48) at which no engagement of body (4) takes place. 10

18 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 1 -17 , met het kenmerk, dat een of meer zijden van het lichaam (4) waaraan een gripprofiel aanwezig is, zijn voorzien van een gladde rand (18) die uitsteekt boven het gripprofiel en die gelegen is in de lengterichting in het midden van de zijde. 15An assembly (1) according to any one of claims 1 to 17, characterized in that one or more sides of the body (4) on which a gripping profile is present are provided with a smooth edge (18) protruding above the gripping profile and which is located in the longitudinal direction in the middle of the side. 15

19 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 1 -18 , met het kenmerk, dat een of meer vlakken (33) van de geleideinrichting (3) een of meer om hun as draaibare cylinders omvatten die dienen ter geleiding van het lichaam (4).Assembly (1) according to any of claims 1 to 18, characterized in that one or more faces (33) of the guide device (3) comprise one or more cylinders rotatable about their axis and which serve to guide the body (4) ).

20 Samenstel (1) volgens een willekeurige der conclusies 5 -19, met het kenmerk, dat de klemin-20 richting (7, 8) is voorzien van middelen (65) die zijn ingericht om in aangrijping te komen met inrichtingen die functioneren als hulpmiddel bij toepassing van het samenstel, waarbij deze middelen (65) zo zijn ingericht dat de aangrijping kan blijven bestaan bij willekeurige posities van de beweegbare elementen (81, 82) tussen de gesloten en de open onderlinge positie. 25Assembly (1) according to any of claims 5-19, characterized in that the clamping device (7, 8) is provided with means (65) which are adapted to engage with devices which function as auxiliary means when using the assembly, wherein these means (65) are arranged such that the engagement can continue to exist at arbitrary positions of the movable elements (81, 82) between the closed and the open mutual position. 25

21 Samenstel (2) volgens een willekeurige der conclusies 1 - 20 , met het kenmerk, dat het uitein de (26) van het lichaam (4) is bevestigd aan het bevestigingsdeel (18) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8).An assembly (2) according to any one of claims 1 to 20, characterized in that the end (26) of the body (4) is attached to the fixing part (18) of the clamping device (5, 6, 7, 8 ).

22 Samenstel (1,2) volgens een willekeurige der conclusies 1 - 21, met het kenmerk, dat zowel het lichaam (4) als de kleminrichting (5, 6, 7, 8) uit kunststof vervaardigd zijn. 30An assembly (1, 2) according to any one of claims 1 to 21, characterized in that both the body (4) and the clamping device (5, 6, 7, 8) are made of plastic. 30

23 Samenstel (2) volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat op een plaats in het gebied van de verbinding van het lichaam (4) aan de kleminrichting (5, 6, 7, 8) die niet verder is verwijderd van de uit-treezijde (53) van kleminrichting (5, 6, 7, 8) dan drie maal de afstand van de intreezijde (54) tot de uittree-zijde (53) van kleminrichting (5, 6, 7, 8), het samenstel (2) is voorzien van twee in de lengterichting van het 35 lichaam (4) van elkaar verschoven doorboringen (17), voor doorvoer van bevestigingsmiddelen.An assembly (2) according to claim 21, characterized in that at a location in the region of the connection of the body (4) to the clamping device (5, 6, 7, 8) which is not further away from the tree side (53) of clamping device (5, 6, 7, 8) then three times the distance from the entrance side (54) to the exit side (53) of clamping device (5, 6, 7, 8), the assembly (2 ) is provided with two bores (17) which are displaced from each other in the longitudinal direction of the body (4), for passage of fastening means.

24 Samenstel (2) volgens conclusie 23 , met het kenmerk, dat het samenstel (2) is voorzien van afgeronde inkepingen aan de oppervlakte op de plaats van het doorsnijdingsvlak van de verbinding van het lichaam (4) aan de kleminrichting (5, 6, 7, 8) ongeveer loodrecht op de lengterichting van het lichaam (4) tussen de doorboringen (17). 5Assembly (2) according to claim 23, characterized in that the assembly (2) is provided with rounded notches on the surface at the location of the intersection surface of the connection of the body (4) to the clamping device (5, 6, 7, 8) approximately perpendicular to the longitudinal direction of the body (4) between the bores (17). 5

25 Samenstel (2) voor het verbinden van voorwerpen, omvattende - een kleminrichting (5, 6, 7, 8), met een uittreezijde (53) en een intreezijde (54), en omvattende een opneemruimte (15) die de uittreezijde (53) en de intreezijde (54) verbindt en een bevestigingsdeel (18) voor krachtsuitoefening, 10. een langwerpig flexibel lichaam (4) waaraan te onderscheiden is een bevestigingsuiteinde (26), een insluitgedeelte (21) en een uitgaand gedeelte (22), waarbij de kleminrichting (5, 6, 7, 8) bestemd is voor het opnemen en vasthouden van het insluitgedeelte (21) van het lichaam (4) en waarbij de kleminrichting (5, 6, 7, 8) krachtmiddelen (43,44,45) omvat die in staat zijn om bewegen van het lichaam (4) in de opneemruimte (15) in de richting van de intreezijde (54) 15 van de kleminrichting (5, 6, 7, 8) te blokkeren, waarbij het bevestigingsuiteinde (26) van het lichaam (4) is bevestigd aan het bevestigingsdeel (18) van de kleminrichting (5, 6, 7, 8), met het kenmerk, dat op een plaats in het verbindingsgebied van het lichaam (4) en de kleminrichting (5, 6, 7, 8) die niet verder is verwijderd van de uittreezijde (53) van kleminrichting (5, 6, 7, 8) dan drie maal de afstand van de intreezijde (54) tot de uittreezijde (53) van kleminrichting (5, 6, 7, 8), het samenstel (2) is 20 voorzien van twee in de lengterichting van het lichaam (4) van elkaar verschoven doorboringen (17), voor doorvoer van bevestigingsmiddelen.Assembly (2) for connecting objects, comprising - a clamping device (5, 6, 7, 8), with an exit side (53) and an entrance side (54), and comprising a receiving space (15) that connects the exit side (53 ) and connects the entrance side (54) and a fastening part (18) for exerting force, 10. an elongated flexible body (4) which can be distinguished a fastening end (26), a containment part (21) and an outgoing part (22) the clamping device (5, 6, 7, 8) is intended for receiving and holding the containment part (21) of the body (4) and wherein the clamping device (5, 6, 7, 8) is force means (43, 44.45) ) which are capable of blocking movement of the body (4) in the receiving space (15) towards the entrance side (54) of the clamping device (5, 6, 7, 8), the attachment end (26) ) of the body (4) is attached to the fastening part (18) of the clamping device (5, 6, 7, 8), characterized in that at a location in the t connecting area of the body (4) and the clamping device (5, 6, 7, 8) that is not further away from the exit side (53) of the clamping device (5, 6, 7, 8) than three times the distance from the entry side (54) to the exit side (53) of clamping device (5, 6, 7, 8), the assembly (2) is provided with two bores (17) which are mutually displaced in the longitudinal direction of the body (4) for passage of fasteners.

26 Samenstel (2) volgens conclusie 25 , met het kenmerk, dat het samenstel (2) is voorzien van afgeronde inkepingen aan de oppervlakte op de plaats van het doorsnijdingsvlak van de verbinding van het li- 25 chaam (4) aan de kleminrichting (5, 6, 7, 8) ongeveer loodrecht op de lengterichting van het lichaam (4) tussen de doorboringen (17). 1037325An assembly (2) according to claim 25, characterized in that the assembly (2) is provided with rounded notches on the surface at the location of the intersection surface of the connection of the body (4) to the clamping device (5) 6, 7, 8) approximately perpendicular to the longitudinal direction of the body (4) between the bores (17). 1037325