NL1036257C2

NL1036257C2 - Houder voor gerei.

Info

Publication number: NL1036257C2
Application number: NL1036257A
Authority: NL
Inventors: Ronald Vriend
Original assignee: Middendorp O
Priority date: 2008-11-30
Filing date: 2008-11-30
Publication date: 2010-06-01

Description

Houder voor gerei

De uitvinding heeft betrekking op een houder voor gerei bevattende een 5 nagenoeg plankvormig gedeelte met één of meer verzinkingen voor het gerei. De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het produceren van een dergelijke houder en op de toepassing van een dergelijke houder.

Een houder met verzinkingen voor gerei wordt alom toegepast zoals bij voorbeeld voor fast food toepassingen, toepassing in vervoersmiddelen zoals 10 vliegtuigen en treinen, en in ziekenhuizen. Zo’n houder is vanwege de instabiliteit niet geschikt om op een arm of rugleuning van een meubelstuk te plaatsen. Nu is een armleuning met een naar buiten zwenkende bekerhouder, al of niet met verzinkingen voor gerei, zoals bij voorbeeld beschreven in EP 593169 welbekend, en deze wordt vooral toegepast in vervoersmiddelen, zoals vliegtuigen. Deze oplossing is duur en in 15 die zin omslachtig dat de houder moet worden uitgeklapt. Een dergelijke naar buiten zwenkende bekerhouder ligt ook niet voor de hand voor toepassing binnenshuis.

Met de onderhavige uitvinding wordt beoogd te voorzien in een eenvoudige houder voor gerei geschikt om op een arm of rugleuning van een meubelstuk gerei te plaatsen. Op deze wijze is een tafeltje of bijzettafeltje overbodig.

20 Om het beoogde doel te bereiken biedt de uitvinding een houder voor gerei van de in de aanhef genoemde soort met het kenmerk dat de houder naast een nagenoeg plankvormig gedeelte met één of meer verzinkingen voor het gerei een al dan niet losneembare lip bevat die nagenoeg verticaal op het plankvormig gedeelte staat. In een voorkeursbelichaming van de uitvinding bestaat het plankvormig gedeelte en de lip van 25 de houder volgens de uitvinding uit één geheel, waarbij het plankvormig gedeelte en de lip bij voorkeur van kunststof, bij voorbeeld van polystyreen of plastic zijn, maar ook houders van ander materiaal zoals hout behoren tot de uitvinding.

Het plankvormig gedeelte van de houder volgens de uitvinding heeft bij voorkeur een lengte van ongeveer 100-300 mm, bij nadere voorkeur van ongeveer 150 30 - 250 mm, in het bijzonder rond de 200 mm. Het plankvormig gedeelte van de houder volgens de uitvinding heeft bij voorkeur een breedte van ongeveer 50 - 200 mm, bij nadere voorkeur van ongeveer 80- 120 mm, in het bijzonder rond 105 mm. Het 1036257 2 plankvormig gedeelte van de houder volgens de uitvinding heeft bij voorkeur een hoogte van ongeveer 20 - 60 mm, bij nadere voorkeur van ongeveer 40-50 mm, in het bijzonder rond 47 mm.

De lip van de houder volgens de uitvinding heeft bij voorkeur een lengte van 5 ongeveer 75- 125 mm, bij voorkeur van 90-110 mm, bij nadere voorkeur rond de 100 mm. De breedte van de lip van de houder volgens de uitvinding bedraagt ongeveer 50 -80 mm, bij voorkeur ongeveer 60 - 70 mm, bij nadere voorkeur rond de 65 mm.

De houder volgens de uitvinding heeft bij voorkeur tenminste één en bij nadere voorkeur twee verzinkingen met de afmeting van ongeveer de omtrek van een beker of 1 o kopje, bij voorbeeld met een straal van ongeveer 10-50 mm, in het bijzonder van ongeveer 20 - 40 mm, meer in het bijzonder van ongeveer 15-30 mm. Elke verzinking heeft optioneel een uitsparing voor een oortje van kopje of beker.

Volgens een ander aspect van de uitvinding wordt de uitvoeringsvorm van de houder van kunststof die uit één stuk bestaat bij voorkeur geproduceerd door een 15 verhitte plaat kunststof in een spuitgietmatrijs met de vorm van de houder te spuiten en deze daaruit na afkoelen te verwijderen.

Een verder aspect van de uitvinding vormt de toepassing waarbij de houder volgens de uitvinding in het bijzonder zodanig geplaatst wordt bovenop de arm of rugleuning van een meubelstuk met de lip tussen de leuning en tenminste één ander 20 voorwerp, dat het plankvormig gedeelte van de houder nagenoeg loodrecht staat op het andere voorwerp en de lip nagenoeg evenwijdig aan het andere voorwerp. Het betreffende voorwerp bevat tenminste één vlak nagenoeg loodrecht op het plankvormig gedeelte van de houder. Daartoe dient bij voorbeeld een voorwerp buiten het meubelstuk zoals een muur waar het meubelstuk tegenaan is geplaatst. Maar ook een 25 voorwerp als een rugkussen kan daarvoor dienen. Ook kan gedacht worden aan twee voorwerpen als onderdelen van het meubelstuk zoals twee kussens zoals bij voorbeeld zitkussens of rugkussens waar tussenin de lip van de houder kan worden geplaatst. Bij meubelstuk moet in de eerste plaats gedacht worden aan een bank of stoel.

•Λ

Onder plankvormig dient in dit octrooi schrift een driedimensionale vorm te worden verstaan waarbij de boven en onderkant naast een gewoonlijk rechthoekige vorm ook rond of ovaal kan zijn. Het plankvormig gedeelte kan zowel massief zijn als doosvormig. Onder verzinking in het plankvormig gedeelte dient een driedimensionale, 5 in het algemeen cylindervormige opening in een massief plankvormig gedeelte te worden verstaan of een cylindervormige buis indien het plankvormig gedeelte doosvormig is.

Bij gerei dat in of op de houder wordt geplaatst moet vooral gedacht worden aan één of meer bekers, glazen, kopjes, blikjes, flessen. Maar daarnaast kan in of op de 10 houder ook een melkkannetje of suikerpotje worden geplaatst of benodigdheden voor een maaltijd zoals een bord en bestek. Bij voorkeur bevat de toegepaste houder verzinkingen voor het gerei zodat dit stabiel in de houder staat.

Het plankvormig gedeelte en de lip van de houder vormen bij voorkeur één geheel, maar ook een uitvoeringsvorm van de houder waarbij deze gedeeltes 15 losmaakbaar ten opzichte van elkaar zijn geconstrueerd en bij voorbeeld door middel van een kliksysteem in en uit elkaar gehaald kunnen worden behoort tot de uitvinding.

De onderhavige uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de volgende schematische tekeningen: 20 Figuur 1: rugaanzicht van de houder (1) met plankvormig gedeelte (2) en lip (3)

Figuur 2: bovenaanzicht van de houder (1) met twee verzinkingen (4) geschikt voor kopje, beker of glas met elk een uitsparing (5) geschikt voor oortje van kopje of beker, in een plankvormig gedeelte (2)

Figuur 3: schuin vooraanzicht van de houder (1) met plankvormig gedeelte (2), 25 lip (3) en twee verzinkingen (4) met elk een uitsparing (5)

Figuur 4: schuin zijaanzicht van de houder (1) met plankvormig gedeelte (2), lip (3) en twee verzinkingen (4) met elk een uitsparing (5).

De figuren zijn overwegend schematisch en niet op schaal getekend. Overeenkomstige delen zijn in de figuren met eenzelfde verwijzingscijfer aangeduid.

4

Figuur 1 toont de rugzijde van een voorkeursuitvoeringsvorm van de houder volgens de uitvinding. Wordt de lip (3) van de houder tussen twee voorwerpen gestoken zoals bij voorbeeld tussen de rug of armleuning van een meubelstuk en een muur waar 5 het meubelstuk tegenaan staat dan kan de houder stabiel op de respectieve leuning rusten. De lip voorkomt dat de houder van de leuning afkan glijden. De figuren geven een voorkeursuitvoeringsvorm van de houder weer waarbij het plankvormig gedeelte twee verzinkingen heeft voor bij voorbeeld elk een beker en/of glas. Een kopje of glas kan in een verzinking (4) van de houder zoals weergegeven in Figuur 2, 3 of 4 worden 10 geplaatst. De uitsparing (5) maakt de toepassing van de houder voor een kopje met oortje mogelijk. Wanneer de houder volgens de uitvinding op deze wijze wordt toegepast dan is het gerei onder handbereik en hoeft er niet steeds naar een tafeltje gebukt te worden om een kopje of glas te pakken of weg te zetten. Deze uitvoeringsvorm is bekend onder de naam BankBuddy™.

15 Tenslotte dient nadrukkelijk vermeld te worden, dat in de huidige octrooiaanvrage voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding zijn beschreven en dat vanzelfsprekend verdere modificaties en dergelijke mogelijk zijn, zonder dat de beschermingsomvang van dit octrooischrift wordt beperkt.

20 1036257

Claims

1. Houder voor gerei, met het kenmerk dat de houder naast een nagenoeg 5 plankvormig gedeelte met één of meer verzinkingen voor het gerei een al dan niet losneembare lip bevat die nagenoeg verticaal op het plankvormig gedeelte staat.

2. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het plankvormig gedeelte en de lip uit één geheel bestaan. 10

3. Houder volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het plankvormig gedeelte en de lip van kunststof zijn.

4. Houder volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de kunststof polystyreen is. 15

5. Houder volgens één of meer der conclusies 1-4, met het kenmerk dat het plankvormig gedeelte een lengte heeft van ongeveer 100-300 mm, een breedte van ongeveer 50 - 200 mm en een hoogte van ongeveer 20 - 60 mm.

6. Houder volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de lip een lengte heeft van 75 - 125 mm en een breedte van 50 - 80 mm.

7. Houder volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk dat tenminste één verzinking de afmeting van ongeveer de omtrek van een beker of kopje heeft met elke 25 verzinking optioneel een uitsparing voor een oortje.

8. Houder volgens conclusie 7, met het kenmerk dat de verzinking een straal van 10-50 mm heeft.

9. Werkwijze voor het produceren van een houder zoals beschreven in één of meer der conclusies 2-8, met het kenmerk dat een verhitte plaat kunststof in een 1036257 spuitgietmatrijs met de vorm van de houder wordt gespoten en daaruit na afkoelen wordt verwijderd.

10. Toepassing van een houder zoals beschreven in één of meer der conclusies 1 -5 8, met het kenmerk dat deze geplaatst wordt op de arm of rugleuning van een meubelstuk met de lip tussen de leuning en tenminste één ander voorwerp, waarbij dit voorwerp tenminste één vlak nagenoeg loodrecht op het plankvormig gedeelte van de houder bevat, en waarbij het plankvormig gedeelte van de houder nagenoeg loodrecht staat op het andere voorwerp en de lip nagenoeg evenwijdig aan het andere voorwerp. 10 1036257