NL1035552C2 - Slaapsysteem. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Slaapsysteem.

BESCHRIJVING

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een slaapsysteem 5 omvattende een onderstel, een ondervering en een bovenmatras. Het onderstel kan zijn uitgevoerd als een eventueel verstelbaar frame, een houten plaat of enige andere geschikte constructie.

Een dergelijk slaapsysteem is sinds de zeventiger jaren van de 20e eeuw bekend als een slaapsysteem van het boxspring type. Daarbij is op het 10 onderstel als ondervering een plaat gemonteerd die is voorzien van pocketveren of diaboloveren. De plaat met veren is omgeven door een bekleding. Op de ondervering van het bekende slaapsysteem bevindt zich gewoonlijk een conventioneel matras van schuimmateriaal en/of mechanische veren.

Boxspring slaapsystemen met ondervering bieden een goed 15 slaapcomfort. Een nadeel van slaapsystemen met een boxspring ondervering is echter dat zij zwaar en slecht hanteerbaar zijn. Dit geeft problemen bij het transporteren en het installeren. Wanneer een bekend boxspring slaapsysteem eenmaal in een slaapkamer is geïnstalleerd is het moeilijk verplaatsbaar en is het lastig om de vloer onder het slaapsysteem te reinigen.

20 De onderhavige uitvinding beoogt daarom een slaapsysteem volgens de inleiding te verschaffen, dat de nadelen van het bekende boxspring slaapsysteem althans ten minste ten dele opheft. Dit wordt door de onderhavige uitvinding bereikt, doordat de ondervering van het slaapsysteem gezien in de lengterichting is samengesteld uit twee of meer afzonderlijke, of althans ten minste 25 van elkaar te scheiden zich over de breedte van het onderstel uitstrekkende onderveringelementen. Hiermee wordt bedoeld dat de ondervering in de lengterichting, dat wil zeggen de richting waarin een persoon geacht wordt op het slaapsysteem plaats te nemen, in een aantal secties wordt verdeeld. De secties strekken zich in hoofdzaak over de gehele breedte (of in geval van een twijfelaar of 30 een tweepersoonsbed eventueel over in hoofdzaak de halve breedte) van het onderstel uit. Hierdoor kan de ondervering in delen van het onderstel worden genomen, waardoor de ondervering van het slaapsysteem eenvoudiger kan worden gehanteerd. Dit heeft ook voordelen bij het transport van dergelijke slaapsystemen. Dit is een uitkomst voor meubelwinkels die uit voorraad verkopen en waarbij de klant 1035552 λ 2 de gekochte meubels zelf kan meenemen. Doordat de ondervering is opgebouwd uit onderveringelementen is de kans groter dat een dergelijke ondervering door een klant in de auto kan worden meegenomen. Bij de bekende boxspring onderveringen zijn de afmetingen daarvoor al snel te groot. Aldus is de doelstelling van de 5 uitvinding bereikt.

In Europese octrooiaanvrage EP 0 608 635 A wordt een bed met een bedbodemconstructie beschreven, waarbij de bedbodem is samengesteld uit twee of meer zich over de breedte van het bed uitstrekkende strips die zijn vervaardigd van een gietbaar of stijf materiaal. Op dit onderstel bevindt zich echter 10 geen ondervering.

Britse octrooiaanvrage GB 1 352 686 A beschrijft een boxspringmatras met een plint waarop een onderstel met twee lagen mechanische veren is voorzien. Op het onderstel ligt een matras. De ondervering vormt één geheel, waarin zich twee boven elkaar gelegen, zich over de gehele breedte van het 15 onderstel uitstrekkende lagen mechanische veren bevinden.

Europese octrooiaanvrage EP 1 201 164 A1 beschrijft een bed met een matras dat bestaat uit drie onderling verbonden sectoren die ten opzichte van elkaar kunnen worden gescharnierd. Met een dergelijk matras kunnen de voordelen, zoals het in delen van het onderstel kunnen nemen van het matras, waardoor de 20 ondervering van het slaapsysteem eenvoudiger kan worden gehanteerd niet worden gerealiseerd.

Het heeft de voorkeur dat een onderveringelement een plaatvormige onderkant omvat. De plaatvormige onderkant verschaft het onder-veringelement een stijfheid aan de onderkant. Bovendien kan het ondervering-25 element eenvoudig met de plaatvormige onderkant aan een onderstel worden bevestigd.

Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat het onderveringelement een veerkrachtig schuimmateriaal. Voor slaap-systemen zijn verschillende typen schuimmateriaal bekend. Hieruit kan bijvoorbeeld 30 een type worden gekozen voor het verschaffen van een gewenste veerkracht aan het onderveringelement.

Het is ook mogelijk dat een onderveringelement mechanische veren omvat. Dit kunnen bijvoorbeeld pocketveren of diaboloveren van metaal of kunststof zijn die bekend zijn als veerelementen voor slaapsystemen. De mechanische veren 3 kunnen als alternatief voor een veerkrachtig schuimmateriaal zijn voorzien. Het is echter ook mogelijk een combinatie van schuimmateriaal en mechanische veren toe te passen voor het verschaffen van gewenste veereigenschappen aan het onderveringelement. Dergelijke combinaties zijn bekend van bovenmatrassen.

5 Om een goede vering te kunnen verschaffen heeft een ondervering element bij voorkeur een hoogte van ten minste 12 cm en meer bij voorkeur ten minste 15 cm. Hierbij kan een substantieel klein deel (1 tot 2 cm) van de hoogte worden gerealiseerd door een plaatvormige onderkant en zal een substantieel groot deel van de hoogte in beslag worden genomen door de vering, ongeacht of dit 10 vering van schuimmateriaal of mechanische veren of een combinatie daarvan betreft. Gewoonlijk zal het onderveringelement zijn bekleed met een daarvoor geschikt materiaal. Hiervoor kunnen verschillende materialen worden toegepast, zoals alcantara, skai, leer, een microvezelproduct of textiel.

Een onderveringelement strekt zich bij toepassing bij voorkeur over 15 ten minste in hoofdzaak de breedte van het onderstel uit. Dat wil zeggen, de breedte van een onderveringelement correspondeert met de breedte van het slaapsysteem. Hierbij zij opgemerkt dat bij een slaapsysteem met een tweepersoonsbed een onderveringelement zich mogelijk over ten minste in hoofdzaak de breedte van de helft van het slaapsysteem uitstrekt. Het is ook mogelijk dat het betreffende 20 onderveringelement zich over de hele breedte van een tweepersoonsbed uitstrekt.

Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat de ondervering onderveringelementen met van elkaar verschillende veereigenschappen. Aldus is het mogelijk de veereigenschappen aan te passen aan de wensen of behoeften die corresponderen met een lichaamsdeel van een 25 gebruiker. Zo kunnen bijvoorbeeld de veereigenschappen voor een hoofddeel, een schouderdeel, een rompdeel en de benen van elkaar verschillen. Het is zelfs mogelijk de onderveringelementen aan te passen aan eventuele therapeutische behoeften van een gebruiker.

Het onderstel van het slaapsysteem kan van het instelbaar type zijn, 30 waarbij het onderstel in de lengterichting is verdeeld in ten opzichte van elkaar scharnierbare segmenten. Dergelijke onderstellen zijn weliswaar bekend en worden in de regel toegepast bij slaapsystemen waarbij een matras zonder een ondervering op het onderstel is of wordt geplaatst. Indien enige ruimte tussen naast elkaar gelegen onderveringelementen in acht wordt genomen maakt de vrije ruimte tussen 4 twee naburige onderveringelementen het slaapsysteem met een scharnierbaar onderstel eenvoudig instelbaar. Een gebruiker van het bed zal geen hinder ondervinden van het ontbreken van vering ter plaatse van de vrije ruimten omdat de bovenmatras de duiksprong compenseert.

5 Anders gezegd, het slaapsysteem volgens de onderhavige uitvinding heeft het voordeel dat het de mogelijkheid verschaft om bij een slaapsysteem een ondervering en een bovenmatras toe te passen in combinatie met een instelbaar onderstel.

Het heeft daarbij de voorkeur dat althans ten minste in hoofdzaak 10 ieder segment van het onderstel een afzonderlijk bijbehorend onderveringelement heeft. Als gevolg hiervan is een goede scharnierwerking van het onderstel mogelijk, omdat de ondervering op de scharnierlijnen is onderbroken.

Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding is een onderveringelement losneembaar aan het onderstel bevestigd. Hierbij kan het 15 onderstel zijn voorzien van plaatvormige elementen waarvan de afmetingen corresponderen met de afmetingen van de onderveringelementen, bijvoorbeeld met een plaatvormige onderkant daarvan.

De losneembare bevestiging kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd door middel van mechanische klikverbinding. Kunststof steunen kunnen bijvoorbeeld in 20 draagarmen van onderstel klikken. Aan hoofd- en voeteinde kunnen relatief stugge steunen worden gebruikt, en in het midden minder stugge steunen voor het eenvoudiger kunnen losnemen omdat op die plaats de kans groter is dat onderveringelementen moeten worden vervangen, bijvoorbeeld door onderveringelementen met andere veereigenschappen.

25 Bij voorkeur is de bekleding van een onderveringelement losneembaar aan het onderveringelement bevestigd. De losneembare bevestiging kan bijvoorbeeld worden verschaft door middel van Velcro. Bodemplaten kunnen aan onderkant zijn voorzien van velours en de hoes kan zijn voorzien van haakelementen van Velcro. Dit heeft ais voordeel dat de bekleding of hoes 30 eenvoudig kan worden losgenomen en te reinigen of om het uiterlijk van het slaapsysteem aan te passen.

Voor het nog beter hanteerbaar maken van het slaapsysteem heeft het de voorkeur dat het onderstel is voorzien van wielen voor afsteuning op een ondergrond. Hierdoor kan het onderstel, bijvoorbeeld nadat een matras en de 5 ondervering van het slaapsysteem van het onderstel zijn verwijderd, eenvoudig worden gemanoeuvreerd. Aldus is de mogelijkheid verschaft de ruimte onder een slaapsysteem te kunnen reinigen zonder al te grote krachtsinspanningen voor het tijdelijk verplaatsen van het slaapsysteem. Dit is bij de bekende boxspring 5 slaapsystemen vaak een probleem.

De onderhavige uitvinding zal hiernavolgend nader worden toegelicht onder verwijzing naar een voorkeursuitvoeringsvorm van een slaapsysteem volgens de onderhavige uitvinding, onder verwijzing naar de bijgesloten figuren, waarin: 10 Figuur 1 een perspectivisch aanzicht is van een slaapsysteem volgens de onderhavige uitvinding;

Figuur 2 een perspectivisch aanzicht is van het onderstel en ondervering uit figuur 1 in horizontale toestand;

Figuur 3 een onderaanzicht is van een onderveringelement van het 15 slaapsysteem uit figuren 1 en 2; en

Figuren 4a en 4b een boven- respectievelijk zijaanzicht tonen van een verbindingselement voor toepassing bij de onderhavige uitvinding.

Nu kijkend naar figuur 1 wordt een slaapsysteem 1 volgens de onderhavige uitvinding getoond met een onderstel 2, ondervering 3 bestaande uit 20 onderveringelementen 3a tot en met 3f, en een bovenveringmatras 4. Het onderstel . 2 heeft poten 5 die ieder zijn voorzien van een wiel, een horizontaal gesteldeel 7 en een scharnierbaar gesteldeel 8 bestaande uit elementen 8a tot en met 8f.

Figuur 2 toont het onderstel en de ondervering uit figuur 1 bij een slaapsysteem in horizontale toestand, waarbij onderveringelementen 3d, 3e en 3f 25 opengewerkt zijn weergegeven. Onderveringelement 3 heeft een veersysteem van schuimmateriaal 10 waarin gaten 11 zijn geboord waarin veren 12 zijn opgenomen. Onderveringelement 3e heeft een vering van pocketveren 13 en onderveringelement 3f heeft een vering van schuimmateriaal 14. Om de vering van de onderveringelementen is steeds een hoes 9 gewikkeld.

30 Figuur 3 toont een onderaanzicht van een deel van ondervering element 3c met een bodemplaat 15 met doorgaande gaten 16 en een hoes 9 met stroken haakelementen van klittenband.

Figuren 4a en 4b tonen een boven- respectievelijk zijaanzicht van een steun 17 met pennen 18, een verbindingsstuk 19 en klemelementen 20.

6

Kijkend naar figuur 1 wordt het slaapsysteem 1 volgens de onderhavige uitvinding getoond waarbij het onderstel door middel van scharnierbare versteldelen 8a-8f in een gebogen vorm is georiënteerd. In figuur 2 is hetzelfde slaapsysteem weergegeven met onderveringelementen 3a-3f in horizontale toestand 5 ten opzichte van elkaar georiënteerd. Het is echter mogelijk dat een onderstel van een slaapsysteem volgens de onderhavige uitvinding geen scharnierbare elementen omvat en dat het slaapsysteem 1 slechts in de horizontale toestand die in figuur 2 is weergegeven kan worden gebruikt. In figuur 1 is te zien dat de vrije ruimte tussen de verschillende onderveringelementen 3a tot en met 3f zich aanpassen aan de 10 toestand van de onderveringelementen 3a tot en met 3f, waardoor het scharnierbaar gesteldeel 8 van onderstel 2 gemakkelijker kan worden ingesteld. Verder is te zien dat de bovenmatras 4 zich geleidelijk vormt naar de instelling van de onderveringelementen 3a tot en met 3f en voorkomt dat een gebruiker hinder ondervindt van eventuele vrije ruimten tussen onderveringelementen 3a tot en met 3f.

15 In figuur 2 zijn onderveringelementen 3d, 3e en 3f opengewerkt weergegeven om verschillende toe te passen veersystemen te illustreren. Het moge duidelijk zijn dat behalve deze drie veersystemen ook andere veersystemen kunnen worden toegepast. Voor bedden zijn in de loop der jaren vele typen en varianten veersystemen ontwikkeld, die in principe alle als ondervering van een slaapsysteem 20 volgens de uitvinding kunnen worden toegepast. Onderveringelement 3d heeft een bodemplaat 15 waarop schuimmateriaal 10 is aangebracht waarin doorgaande gaten 11 zijn geboord. In de doorgaande gaten 11 bevinden zich metalen spiraalveren 12 die samen met het schuimmateriaal 10 de veereigenschappen van onderveringelement 3d verschaffen. Om de buitenrand van bodemplaat 15 en het 25 schuim is een hoes 9 van textiel gespannen. Onderveringelement 3e heeft eveneens een bodemplaat 15 waarop pocketvering is aangebracht voor het verschaffen van andere veereigenschappen dan onderveringelement 3d. Ook hier is een hoes 9 om de buitenrand van de bodemplaat 15 en de pocketveren 13 gespannen. Onderveringelement 3f heeft een bodemplaat 15 waarop schuimmateriaal 14 is 30 aangebracht. Ook dit onderveringelement 3f heeft een hoes 9 die is gespannen om de buitenranden van bodemplaat 15 en het schuimmateriaal 14.

Figuur 2 is weergegeven om verschillende opbouwen van een slaapsysteem volgens de onderhavige uitvinding te illustreren. De onderveringelementen 3a tot en met 3f tonen een uitvoeringsvorm waarbij voor verschillende 7 lichaamsdelen van een gebruiker verschillende onderveringelementen worden toegepast voor het verschaffen van verschillende veereigenschappen in afhankelijkheid van het betreffende lichaamsdeel en specifieke wensen of eisen van een gebruiker. Het is echter mogelijk het aantal onderveringelementen te variëren en 5 ook de veereigenschappen van ieder individueel onderveringelement kunnen worden vervangen door een onderveringelement met vergelijkbare afmetingen maar afwijkende veereigenschappen. Aldus is een zeer flexibel systeem mogelijk waarbij een ondervering exact kan worden aangepast aan de behoeften of vereisten van een gebruiker en waarbij bovendien de transporteerbaarheid van het slaapsysteem 10 ten opzichte van bekende slaapsystemen met ondervering zijn verbeterd. Bovendien is het eenvoudig mogelijk het systeem aan te passen in het geval dat de wensen of zelfs medische eisen van de gebruiker in de loop der tijd veranderen. Het is dan niet nodig een geheel nieuwe ondervering te kopen, of het verschil met de veranderde vereisten te compenseren met halfslachtige tussenoplossingen.

15 Kijkend naar figuren 3, 4a en 4b wordt getoond hoe een onderveringelement 3c aan een onderkant (niet getoond in figuren 3, 4a en 4b) kan worden bevestigd. Aan het onderstel van het slaapsysteem 1 bevinden zich afdek-kappen voor (motor)strengen waarmee de stand van het onderstel kan worden ingesteld. Op de afdekkappen zijn op regelmatige afstand nokken aangebracht waar 20 overheen klemelementen 20 van steunen 17 kunnen worden geplaatst. De steunen 17 kunnen met pennen 18 in gaten 16 in de bodemplaat 15 van een onderveringelement (in dit geval onderveringelement 3c) worden gestoken. Wanneer gewenst is dat het onderveringelement 3c tijdelijk wordt verwijderd of definitief wordt vervangen kan het onderveringelement 3c eenvoudig met klemelementen 20 van de nokken 25 worden getrokken. De pennen 18 zijn vanwege hun sparconstructie stevig en nagenoeg permanent met de bodemplaat 15 verbonden. Later kan hetzelfde onderveringelement 3c of een alternatief onderveringelement op vergelijkbare wijze worden teruggeplaatst. De onderkant van bodemplaat 15 is voorzien van een velours-achtige bekleding. Aan de rand van hoes 9 bevinden zich stroken 21 met de 30 haakzijde van een Velcro-element. De stroken 21 zijn met stippellijnen getekend omdat die zich aan de binnenkant van de hoes 9 bevinden. Wanneer de hoes 9 om de bodemplaat 15 wordt geslagen en wordt aangedrukt zullen de haakelementen van de stroken 21 vanzelf in lussen van de velours-achtige bekleding grijpen waardoor een goede maar losneembare bevestiging van de hoes 9 aan bodemplaat 8 15 is gegarandeerd.

Hierboven is slechts één uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding beschreven aan de hand van de bijgevoegde tekeningen. Het moge duidelijk zijn dat noch de beschrijving, noch de tekeningen een beperkende invloed 5 hebben op de beschermingsomvang van de onderhavige uitvinding, die wordt gedefinieerd door de hiernavolgende conclusies. Voor de vakman zullen binnen de beschermingsomvang verschillende aanpassingen mogelijk blijken. Zo kan bijvoorbeeld één hoes worden aangebracht over alle onderveringelementen, zodat het voor een gebruiker lijkt of er sprake is van één onderveringelement. De hoes kan 10 ook aan de zijkant van een onderveringelement worden aangebracht in plaats van aan de onderkant. Hoewel het slaapsysteem volgens het uitvoeringsvoorbeeld een verstelbaar metalen frame heeft, zijn ook andere onderconstructies mogelijk, bijvoorbeeld een eenvoudige onderplaat van hout.

15 1035552

Claims (12)

1. Slaapsysteem omvattende een onderstel, een ondervering en een bovenmatras, met het kenmerk, dat de ondervering gezien in de lengterichting is 5 samengesteld uit twee of meer afzonderlijke, of althans ten minste van elkaar te scheiden zich over de breedte van het onderstel uitstrekkende ondervering-elementen.

2. Slaapsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een onderveringelement een plaatvormige onderkant omvat.

3. Slaapsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een onderveringelement een veerkrachtig schuimmateriaal omvat.

4. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een onderveringelement mechanische veren omvat.

5. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, 15 met het kenmerk, dat een onderveringelement een hoogte heeft van ten minste 12 cm.

6. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een onderveringelement zich over in hoofdzaak de breedte van een onderstel uitstrekt.

7. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ondervering onderveringelementen met van elkaar verschillende veereigenschappen omvat.

8. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderstel van het instelbaar type is, waarbij het onderstel 25 in de lengterichting is verdeeld ten opzichte van elkaar scharnierbare segmenten.

9. Slaapsysteem volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat althans ten minste in hoofdzaak ieder segment van het onderstel een afzonderlijk bijbehorend onderveringelement heeft.

10. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, 30 met het kenmerk, dat een onderveringelement losneembaar aan het onderstel is bevestigd.

11. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bekleding van een onderveringelement losneembaar aan het onderveringelement is bevestigd. 1035552

12. Slaapsysteem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderstel is voorzien van wielen voor afsteuning op een ondergrond. 5 1035552J