NL1035507C2

NL1035507C2 - Kas voorzien van ventilatiesysteem.

Info

Publication number: NL1035507C2
Application number: NL1035507A
Authority: NL
Inventors: Anthonie Izak Van Der Kooij
Original assignee: Ende Pompen B V V D; Elektravon Haket Tuinbouwprojectpartner Bv
Priority date: 2008-06-02
Filing date: 2008-06-02
Publication date: 2009-07-07
Also published as: US20110143646A1; WO2009148308A1; EP2304327A1; ES2735228T3; EP2304327B1; MX2010013222A; CA2725743A1

Description

KAS VOORZIEN VAN VENTILATIESYSTEEM

De uitvinding heeft betrekking op een land- en/of tuinbouwkas voor het daarin kweken van gewassen, waarbij de 5 kas is voorzien van een ventilatiesysteem omvattende luchtverplaatsingsmiddelen voor het aanzuigen van lucht aan de bovenzijde van de kas en waarbij het ventilatiesysteem is ingericht om de aangezogen lucht in althans in hoofdzaak verticale richting te verplaatsen in de richting van de 10 onderzijde van de kas. De uitvinding heeft voorts betrekking op het ventilatiesysteem voor in een kas en een werkwijze voor het beheersen van het klimaat in een kas.

Dergelijke ventilatiesystemen zijn algemeen bekend.

15

In het bijzonder bij de moderne, hoog uitgevoerde kassen is het een probleem dat de warmte die toegevoerd wordt aan de kas voor het creëren van goede omstandigheden voor de groei van de gewassen zich ophoopt aan de bovenzijde, dat wil 20 zeggen nabij het dak, van de kas, terwijl de onderzijde, dat wil zeggen daar waar het gewas groeit, extra verwarmd moet worden voor het handhaven van een optimale temperatuur.

Vooral onder invloed van de lampen die doorgaans in kassen 25 worden gebruikt voor het bevorderen van de groei, kan het temperatuurverschil tussen de boven- en onderzijde van kas oplopen door afgegeven stralingswarmte van de lampen, daar deze zich doorgaans aan de bovenzijde van kas bevinden.

30 Hoewel er pogingen zijn gedaan dit probleem op te lossen, bijvoorbeeld door het aanbrengen van verticaal blazende ventilatoren nabij de bovenzijde van de kas, hebben deze pogingen niet geleid tot een bevredigend resultaat wat 1035507 2 betreft homogeniteit van het klimaat in het bijzonder in de hoogterichting van de kas.

Het is het doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien 5 in een efficiënte, energiezuinige en/of goedkope kas voorzien van een ventilatiesysteem om de hierboven vermelde problemen althans deels op te lossen.

Hiertoe heeft de kas van de in de aanhef vermelde soort als 10 bijzonderheid dat het ventilatiesysteem voorts ten minste een in hoofdzaak buisvormig luchtkanaal omvat voor het geleiden van de aangezogen lucht van de bovenzijde in de richting van de onderzijde van de kas. De uitvinding is gebaseerd op de realisatie dat het plaatsen van verticaal 15 blazende luchtverplaatsingmiddelen alleen volgens de bekende oplossing niet resulteert in een homogene temperatuurverdeling in de kas. De gewassen onder de opgestelde luchtverplaatsingsmiddelen worden blootgesteld aan een relatief sterke luchtstroom, terwijl op andere 20 plaatsen deze invloed minimaal is. Bovendien is de capaciteit van de luchtverplaatsingsmiddelen volgens de bekende oplossing beperkt om eventuele schade aan de gewassen te voorkomen. Grotere capaciteit zal bovendien leiden tot nog grotere verschillen in temperatuur.

25

Door het geleiden van de door de luchtverplaatsingsmiddelen aangezogen lucht van de bovenzijde in de richting van de onderzijde van de kas middels een luchtkanaal, worden dergelijke problemen vermeden aangezien de luchtstroom 30 afgescheiden van de gewassen naar beneden geleid wordt.

Hierdoor kan de capaciteit van de luchtverplaatsingsmiddelen worden opgevoerd.

3

Met het ventilatiesysteem volgens de uitvinding wordt warme lucht aan de bovenzijde van de kas aangezogen en door het luchtkanaal zonder in contact te komen met het gewas in de richting van de koelere onderzijde van de kas verplaatst, 5 waarmee lokale klimaatsverandering worden vermeden.

Opgemerkt moet worden dat hoewel er wordt gesproken over een "buisvormig" luchtkanaal, de dwarsdoorsnede van het luchtkanaal niet beperkt is tot bijvoorbeeld een ronde vorm. 10 Zo kan het in bepaalde gevallen voordelig zijn het luchtkanaal met een hoekige dwarsdoorsnede uit te voeren. Onder buisvormig luchtkanaal moet in dit verband dan ook worden verstaan een hol lang voorwerp voor het geleiden van de lucht van de bovenzijde in de richting van de onderzijde 15 van de kas.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de kas overeenkomstig de uitvinding strekt het luchtkanaal zich althans in hoofdzaak in verticale richting uit, waarmee een compacte 20 samenstelling wordt verkregen. Bij voorkeur strekt de ingangszijde van het luchtkanaal zich uit aan de bovenzijde van de kas, waardoor de zich aldaar bevindende warme lucht kan worden opgenomen in het luchtkanaal om te worden geleid in althans in hoofdzaak verticale richting naar de 25 onderzijde.

Hoewel hier gesproken wordt over de "bovenzijde" van de kas is deze locatie niet beperkt tot een locatie bijvoorbeeld vlak onder het oppervlak van het dak van de kas. Met 30 bovenzijde wordt in dit verband bedoeld de locatie waar de temperatuur van de lucht zodanig hoger is in dat het voordelig kan worden deze warme lucht terug te leiden in de richting van de gewassen. Bovendien is het van belang de 4 ingangszijde niet te dicht onder het dak te plaatsen, daar de aanzuigende werking dan wordt beperkt.

Bij voorkeur strekt de ingangszijde van het luchtkanaal zich 5 uit op een hoogte van ongeveer 30 cm onder de goothoogte en meer bij voorkeur strekt de ingangszijde zich uit onder een goot, waardoor lucht aangezogen kan worden uit de volumes onder twee nokken.

10 Bij voorkeur strekt de ingangszijde van het luchtkanaal zich uit tussen de toppen van het gewas en het dak van de kas en meer bij voorkeur strekt de ingangszijde van het luchtkanaal zich uit nabij de toppen van het gewas in de kas. Hiermee wordt warme lucht van boven de gewassen afgezogen en 15 afgeschermd geleid in de richting van de gewassen. Hiermee wordt een althans in hoofdzaak homogeen klimaat bereikt ter plaatse van de gewassen.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de kas 20 overeenkomstig de uitvinding is het luchtkanaal stroomafwaarts van de luchtverplaatsingsmiddelen aangebracht. De luchtverplaatsingsmiddelen strekken zich hierbij uit aan de bovenzijde van de kas en kunnen zo efficiënt de warme lucht aanzuigen en verplaatsen in het 25 luchtkanaal. De verplaatsingsmiddelen en het luchtkanaal sluiten hiertoe bij voorkeur althans in hoofdzaak luchtdicht aan.

Bij voorkeur zijn de luchtverplaatsingsmiddelen aangebracht 30 in de bovenzijde van de kas, waarbij het luchtkanaal aan de ingangszijde is verbonden aan de luchtverplaatsingsmiddelen voor het verticaal geleiden van de door de luchtverplaatsingsmiddelen aangezogen lucht en meer bij 5 voorkeur is het luchtkanaal hangend verbonden aan de verbindingsmiddelen. Voor het plaatsen van het ventilatiesysteem volgens de uitvinding volstaat het dan om de verplaatsingsmiddelen aan te brengen in de bovenzijde van 5 de kas, bijvoorbeeld door deze op te hangen, waarbij het luchtkanaal hangt aan de luchtverplaatsingsmiddelen en daardoor gedragen wordt. Hierdoor zijn er geen installaties benodigd die geplaatst moeten worden op de ondergrond ter plaatse van de gewassen.

10

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de kas volgens de uitvinding strekt de uitgangszijde van het luchtkanaal zich uit nabij de onderzijde van het gewas. Het is volgens de uitvinding van belang dat ter plaatse van de gewassen het 15 klimaat zo homogeen mogelijk wordt gehouden en zo min mogelijk lokale veranderingen in klimaat te veroorzaken. Hiervoor is het voordelig de warmere lucht aan de onderzijde van de gewassen, bijvoorbeeld bij de wortels, vrij te geven.

20 Wanneer de gewassen echter zijn geplant in een zich op afstand van de ondergrond van de kas bevindende goot, verdient het de voorkeur dat de uitgangszijde zich onder de goot die het gewas houdt uitstrekt. Hiermee worden eventuele lokale schommelingen in bijvoorbeeld temperatuur door het 25 vrijgeven van warmere lucht bij de gewassen voorkomen. Bij voorkeur strekt de uitgangszijde zich uit vlak onder de teeltgoot, daar op deze wijze de uitstroom van de lucht wordt bevorderd.

30 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de kas overeenkomstig de uitvinding is het luchtkanaal vervaardigd uit kunststof en bij voorkeur is het luchtkanaal flexibel.

Op deze wijze wordt een goedkoop en robuust luchtkanaal 6 verkregen dat tevens geen schade toebrengt aan de gewassen. Vooral wanneer het luchtkanaal zich tussen de gewassen uitstrekt, bijvoorbeeld hangend aan de ventilator, is dit zeer voordelig.

5

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de kas volgens de uitvinding omvatten de luchtverplaatsingsmiddelen ten minste een ventilator. Bij voorkeur is de ventilator bestand tegen vocht en warmte. En meer bij voorkeur hebben de 10 luchtverplaatsingsmiddelen een capaciteit van ongeveer 3000 m3/uur. Het zal duidelijk zijn dat dit een significante verbetering is ten opzichte van de bekende systemen.

Hoewel hierboven wordt gesproken over het luchtkanaal en de 15 luchtverplaatsingsmiddelen die een ventilator omvatten, zal de vakman begrijpen dat er in een kas meerdere luchtkanalen en luchtverplaatsingsmiddelen, bijvoorbeeld in vorm van ventilatoren, aangebracht kunnen worden op afstand van elkaar. De onderlinge afstand van de verschillende eenheden, 20 in hoofdzaak bestaande uit bijvoorbeeld een ventilator en een verbonden luchtkanaal, kan bepaald worden aan de hand van de capaciteit van de luchtverplaatsingsmiddelen, zodanig dat het althans het grootste gedeelte van het luchtvolume aan de bovenzijde van de kas kan worden aangezogen door ten 25 minste een van de luchtverplaatsingsmiddelen.

Ook moet begrepen worden dat hoewel de uitvinding voorziet in een voordelige temperatuurverdeling in de kas, de uitvinding ook voorziet in een goede verdeling van overige 30 klimaatvariabelen, zoals bijvoorbeeld vochtigheid, CO2-gehalte en zuurstofgehalte.

7

De uitvinding heeft voorts betrekking op een ventilatiesysteem en een luchtkanaal voor gebruik in de’ kas volgens de uitvinding.

5 De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het beheersen van het klimaat in een land- en/of tuinbouwkas, omvattende het aanzuigen van lucht aan de bovenzijde van de kas, het geleiden van de lucht in althans in hoofdzaak verticale richting middels een althans in 10 hoofdzaak buisvormig luchtkanaal in de richting van de onderzijde van de kas en het aldaar vrijgeven van de aangezogen lucht. Bij voorkeur omvat het aanzuigen het met behulp van luchtverplaatsingsmiddelen, bijvoorbeeld een ventilator, aanzuigen van warme lucht aan de bovenzijde van 15 de kas. En bij voorkeur omvat vrijgeven van de lucht het vrijgeven van lucht ter plaatse van de onderzijde van de gewassen, bij voorkeur onder een goot die de gewassen houdt. En meer bij voorkeur omvat het geleiden het afgeschermd van de gewassen geleiden van de aangezogen lucht, zodat lokale 20 variaties in bijvoorbeeld temperatuur vermeden worden.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een in tekening weergegeven figuur van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, waarin het 25 ventilatiesysteem schematisch in een zijaanzicht is weergegeven.

Figuur 1 toont schematisch in dwarsdoorsnede een kas 1 met schuin aflopende daken la. In deze kas 1 bevinden zich 30 gewassen 8 die in goten 7 zijn geplant die zich op enige afstand bevinden van de ondergrond 2. Voor het verwarmen van de kas 1 is er in deze uitvoering voorzien in warmtelampen 20 en verwarmingsbuizen 21.

8

Het is een probleem in kassen, en in het bij2onder in moderne, hogere kassen, dat de warmte zich ophoopt aan de bovenzijde 4 van de kas 1. Naast het feit dat warme lucht, 5 bijvoorbeeld afkomstig van buizen 21, de neiging heeft te stijgen, aangegeven met 9, geven de lampen 20 bovendien naast licht ook stralingswarmte af. Daar de deze verwarmingslampen 21 zich doorgaans bovenin een kas bevinden, zal de bovenkant 4 van een kas 1 doorgaans warmer 10 zijn dan een ruimte 5 nabij de grond of ter plaatse van de gewassen 8 en gaat er kostbare energie verloren voor het verwarmen van de lucht nabij de gewassen 8.

Om dit temperatuurverschil te verminderen en te voorzien in 15 een althans in hoofdzaak homogeen klimaat over de gehele hoogte van de kas 1 en in het bijzonder ter plaatse van de gewassen 8, is er voorzien in een ventilatiesysteem 10. Dit ventilatiesysteem 10 volgens de uitvinding bestaat in hoofdzaak uit luchtverplaatsingsmiddelen in de vorm van een 20 ventilator 11 waaraan aan de onderzijde een buisvormig luchtkanaal in de vorm van een kunststof slurf 12 is verbonden. De doorsnede van het luchtkanaal is in deze uitvoeringsvorm 31 cm en de ventilator 11 heeft overeenkomstige dimensies. Het luchtkanaal 12 is aan de open 25 ingangszijde 12a verbonden aan de ventilator 11 en de open uitgangszijde 12b van het luchtkanaal 12 strekt zich uit nabij de ondergrond 2 van de kas 1.

De ventilator 11 is middels bevestigingsmiddelen, 30 bijvoorbeeld in de vorm van kabels 11a, op een afstand II van de toppen van de gewassen 8 opgehangen. Het luchtkanaal 12 is met de ingangszijde 12a verbonden aan de uitstroomzijde van de ventilator 11 en hangt hierbij aan de 9 ventilator 11. Aangezogen lucht, aangegeven met pijlen 13, vanuit de bovenzijde 4 van de kas 1 wordt dan via de ingangszijde 12a van de slurf 12 in verticale richting 14 geleid naar de uitgangszijde 12b van het luchtkanaal 12 die 5 zich aan de onderzijde 5 van de kas 1 bevindt. De warme lucht zal dan in de richtingen 15 de gewassen 8 verwarmen. Het is hierbij voordelig dat de stroom 14 gescheiden is van de gewassen 8.

10 Het is hierbij voordelig dat de luchtuitstroom 15 plaatsvindt op een afstand I onder de gewassen 8, in dit geval onder de goten 7, zodat de gewassen 8 niet lokaal worden blootgesteld aan relatief grote klimaatverschillen. Wanneer er bijvoorbeeld geen sprake zou zijn van goten 7 15 voor het houden van de gewassen 8, is het voordelig de uitstroom 15 plaats te laten vinden nabij de wortels van een gewas 8.

Het luchtkanaal 12 is vervaardigd uit een flexibel kunststof 20 waarmee een lichte samenstelling wordt verkregen die eenvoudig kan worden opgehangen aan de ventilator 11. Bovendien zal een dergelijk flexibele materiaal geen schade toebrengen aan de gewassen 8, vooral in gevallen waarbij het luchtkanaal 12 zich in een rij van gewassen bevindt in 25 plaats van tussen twee goten 7 in zoals weergegeven is in figuur 1.

Hoewel in figuur 1 maar één ventilator en verbonden luchtkanaal is afgebeeld, zal het de vakman duidelijk zijn 30 dat in een kas meerdere, bijvoorbeeld op regelmatige afstand van elkaar geplaatste systemen zoals afgebeeld aangebracht kunnen worden.

10

Tests van het ventilatiesysteem volgens de uitvinding hebben uitgewezen dat de temperatuurverschillen tussen de bovenzijde en de onderzijde van een kas ten minste gehalveerd werden. Het zal duidelijk zijn dat dit ten goede 5 komt aan de verlaging van het energieverbruik voor het verwarmen evenals aan het homogeniseren van het klimaat in de kas.

Opgemerkt wordt dat de uitvinding zich niet beperkt tot de 10 weergegeven uitvoeringsvormen, doch zich tevens uitstrekt tot andere voorkeursvarianten vallend binnen het bereik van de aangehechte conclusies. Zo zal de vakman begrijpen dat hoewel hier een kas met hellende daken is weergegeven, de uitvinding ook betrekking heeft op kassen met bijvoorbeeld 15 platte daken. Ook zal de vakman begrijpen dat het ventilatiesysteem en in het bijzonder de ventilator op verschillende manier kan worden aangebracht in de kas, bijvoorbeeld met kettingen, op dwarsbalken van de constructie van de kas of daartoe bestemde stellages. Ook 20 kan het mogelijk zijn andere luchtverplaatsingsmiddelen dan ventilatoren te gebruiken, bijvoorbeeld pompen.

-1 0 3 5 5 0 7

Claims

1. Land- en/of tuinbouwkas voor het daarin kweken van gewassen, waarbij de kas is voorzien van een 5 ventilatiesysteem omvattende luchtverplaatsingsmiddelen voor het aanzuigen van lucht aan de bovenzijde van de kas en waarbij het ventilatiesysteem is ingericht om de aangezogen lucht in althans in hoofdzaak verticale richting te verplaatsen in de richting van de 10 onderzijde van de kas, waarbij het ventilatiesysteem voorts ten minste een in hoofdzaak buisvormig luchtkanaal omvat voor het geleiden van de aangezogen lucht van de bovenzijde in de richting van de onderzijde van de kas met het kenmerk, dat het 15 luchtkanaal stroomafwaarts van de luchtverplaatsingsmiddelen is aangebracht.

2. Land- en/of tuinbouwkas volgens conclusie 1, waarbij de luchtverplaatsingsmiddelen zijn aangebracht in de 20 bovenzijde van de kas, waarbij de ingangszijde van het luchtkanaal is verbonden aan de luchtverplaatsingsmiddelen voor het verticaal geleiden van de door de luchtverplaatsingsmiddelen aangezogen lucht. 25

3. Land- en/of tuinbouwkas volgens conclusie 1 of 2, waarbij het luchtkanaal hangend verbonden is aan de luchtverplaatsingsmiddelen.

4. Land- en/of tuinbouwkas volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij het luchtkanaal zich althans in hoofdzaak verticaal uitstrekt.

5. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en' met 4, waarbij de ingangszijde van het luchtkanaal zich uitstrekt tussen de toppen van het gewas en het dak van de kas. 5

6. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 5, waarbij de uitgangszijde van het luchtkanaal zich uitstrekt nabij de onderzijde van het gewas. 10

7. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 6, waarbij de uitgangszijde zich uitstrekt onder een goot die het gewas houdt.

8. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 7, waarbij het luchtkanaal is vervaardigd uit kunststof.

9. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande 20 conclusies 1 tot en met 8, waarbij het luchtkanaal flexibel is.

10. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusie 1 tot en met 9, waarbij de 25 luchtverplaatsingsmiddelen ten minste een ventilator omvatten.

11. Land- en/of tuinbouwkas volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 10, waarbij de 30 luchtverplaatsingsmiddelen een capaciteit hebben van ongeveer 3000 m3/uur.

12. Ventilatiesysteem volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 11.

13. Luchtkanaal voor gebruik in de kas volgens conclusies 1 5 tot en met 12.

14. Werkwijze voor het beheersen van het klimaat in een land- en/of tuinbouwkas, omvattende het aanzuigen van lucht aan de bovenzijde van de kas, het geleiden van de 10 lucht in althans in hoofdzaak verticale richting middels een althans in hoofdzaak buisvormig luchtkanaal in de richting van de onderzijde van de kas en het aldaar vrijgeven van de aangezogen lucht.