NL1035238C2

NL1035238C2 - Packaging, construction plate and method for manufacturing the packaging.

Info

Publication number: NL1035238C2
Application number: NL1035238A
Authority: NL
Inventors: Sarien Francoise Coumans; Johan Struiksma
Original assignee: Smurfit Kappa Zedek B V
Priority date: 2008-04-01
Filing date: 2008-04-01
Publication date: 2009-10-02
Also published as: WO2009123453A1

Description

Verpakking, bouwplaat; en werkwijze voor het; vervaardigen van de verpakking.Packaging, building board; and method for; manufacture of the package.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 verpakking voor producten, een bouwplaat voor de verpakking en een werkwijze voor het vervaardigen van de verpakking.The present invention relates to a package for products, a building plate for the package and a method for manufacturing the package.

Producten, zoals koffiezetapparaten, worden meestal voor vervoer ingepakt in verpakkingen zoals kartonnen dozen. Een eenvoudige verpakking heeft een viertal zijwanden en een 10 boven- en een onderwand. Om te voorkomen dat een product beschadigd raakt, bevat de verpakking aan de binnenzijde meestal een aantal fixeringselementen die het product fixeren in de verpakking en beschermen tegen krachten van buitenaf. Tegenwoordig worden dergelijke fixerings-elementen gemaakt 15 van bijvoorbeeld piepschuim, karton en/of papierpulp. Deze fixeringselementen worden in de verpakking om het product geplaatst. De fixeringselementen hebben een specifieke vorm zodat deze delen van het product kunnen ontvangen. Een buitenzijde van de fixeringselementen is zodanig van vorm dat 20 deze de vorm heeft van een binnenzijde van de verpakking. Een nadeel van dergelijke verpakkingen is dat extra verpakkingsonderdelen nodig zijn om een product te verpakken. Het verpakken is hierdoor arbeidsintensiever en er wordt meer afval geproduceerd.Products, such as coffee makers, are usually packaged for transport in packaging such as cardboard boxes. A simple package has four side walls and an upper and a lower wall. To prevent a product from being damaged, the package usually contains a number of fixation elements on the inside that fix the product in the package and protect it against external forces. Nowadays, such fixing elements are made of, for example, polystyrene, cardboard and / or paper pulp. These fixation elements are placed in the package around the product. The fixation elements have a specific shape so that they can receive parts of the product. An outer side of the fixing elements is such that it has the shape of an inner side of the package. A disadvantage of such packaging is that additional packaging components are needed to package a product. This makes packaging more labor-intensive and produces more waste.

25 De onderhavige uitvinding heeft als doel een verpakking te verschaffen waarbij een product wordt gefixeerd zonder dat hierbij extra verpakkingonderdelen nodig zijn.The present invention has for its object to provide a package in which a product is fixed without the need for additional package parts.

Dit doel wordt bereikt door een verpakking voor een product omvattende: 30 - een aantal wanden vervaardigd uit plaatmateriaal; - ten minste één fixeringselement, waarbij het fixeringselement: 1035238 2 - aan tenminste één van de wanden scharnierbaar bevestigbaar is, - vervaardigd is uit plaatmateriaal, en - het fixeringselement geschikt is om het product 5 te fixeren in de verpakking en om een ruimtelijke buffer te verschaffen tussen ten minste één van de wanden en het product.This object is achieved by a package for a product comprising: - a number of walls made from sheet material; - at least one fixing element, the fixing element: 1035238 2 - being pivotably attachable to at least one of the walls, - being made of sheet material, and - the fixing element is suitable for fixing the product in the package and for securing a spatial buffer between at least one of the walls and the product.

Doordat het fixeringselement wordt gevormd door een stuk plaatmateriaal dat aan de wanden van de verpakking 10 vastzit, zijn geen aparte opvulmiddelen nodig om het product te fixeren. Dit levert een aanzienlijke tijdwinst op bij de verpakking van de producten. Het inpakken en fixeren gebeurt tegelijkertijd door het dichtvouwen van de verpakking. De ruimtelijke buffer wordt gevormd uit plaatmateriaal wat ook 15 zorgt voor een soort kreukelzone zodat het product minder snel beschadigd raakt indien de verpakking valt of anderszins krachten ondervindt. Extra materiaal zoals piepschuim is niet meer nodig.Because the fixing element is formed by a piece of plate material that is attached to the walls of the package 10, no separate filling means are required to fix the product. This saves a considerable amount of time when packaging the products. Packing and fixing is done simultaneously by folding the package shut. The spatial buffer is formed from plate material which also provides a kind of wrinkle zone so that the product is less likely to be damaged if the package falls or otherwise experiences forces. Extra material such as polystyrene is no longer required.

In een uitvoeringsvorm omvat de verpakking een aantal 20 zijwanden waarbij het fixeringselement koppelbaar is met ten minste één van de zijwanden. De verpakking kan een bovenwand en een onderwand omvatten waarbij het fixeringselement een fixeringsplateau omvat dat op afstand van de bovenwand en/of de onderwand ligt in een gesloten toestand van de verpakking. 25 Doordat een afstand wordt gecreëerd tussen het product en de buitenwanden van de verpakking, zal minder snel schade ontstaand aan het productIn one embodiment the package comprises a number of side walls, wherein the fixing element can be coupled to at least one of the side walls. The package may comprise an upper wall and a lower wall, the fixing element comprising a fixing platform which is spaced apart from the upper wall and / or the lower wall in a closed condition of the package. Because a distance is created between the product and the outer walls of the package, damage to the product is less likely to occur

In een uitvoeringsvorm vormt het fixeringselement in een gesloten toestand van de verpakking, al of niet 30 gedeeltelijk, een afsluiter (deksel) van de verpakking. Op deze wijze zijn geen verdere flappen nodig om de verpakking af te sluiten. In een verdere uitvoeringsvorm vormt het fixeringselement in een gesloten toestand van de verpakking, 3 al of niet gedeeltelijk, een bovenwand vormt van de verpakking. In een verdere uitvoeringsvorm vormt het fixeringselement in een gesloten toestand van de verpakking al of niet gedeeltelijk een onderwand vormt van de 5 verpakking.In one embodiment, in a closed state of the package, the fixing element, partially or not, forms a closure (lid) of the package. In this way no further flaps are needed to close the package. In a further embodiment, the fixation element forms a top wall of the package in a closed state of the package, 3 partially or not. In a further embodiment, the fixation element forms a bottom wall of the package, whether or not partially, in a closed state of the package.

In een verdere uitvoeringsvorm vormen twee fixeringselementen in een gesloten toestand van de verpakking samen een bovenwand of een onderwand van de verpakking vormen. Deze uitvoeringsvorm zorgt voor een verpakking die 10 makkelijk sluit waarbij het product door de elementen op zijn plaats wordt gehouden en wordt beschermd.In a further embodiment, two fixation elements together form a top wall or a bottom wall of the package in a closed state of the package. This embodiment provides a package that closes easily in which the product is held in place and protected by the elements.

In een verdere uitvoeringsvorm omvat het fixeringselement ten minste drie panelen die althans in een gesloten toestand van de verpakking, samen met een deel van 15 één van de wanden de ruimtelijke buffer vormen. Hierbij zijn bijvoorkeur twee van de ten minste drie panelen scharnierbaar bevestigbaar aan de wand via twee onderling parallelle bevestigingslijnen, waarbij een tussengelegen derde paneel via vouwlijnen is ingericht tussen de twee panelen, waarbij 20 deze vouwlijnen parallel lopen met de twee bevestigingslijnen. Op deze wijze zijn de fixeringselementen plat te vouwen waardoor het vervoer van de verpakking wordt vergemakkelijkt.In a further embodiment the fixing element comprises at least three panels which, at least in a closed state of the package, together with a part of one of the walls form the spatial buffer. In this case, two of the at least three panels are preferably pivotably attachable to the wall via two mutually parallel attachment lines, an intermediate third panel being arranged between the two panels via folding lines, said folding lines running parallel to the two attachment lines. In this way the fixing elements can be folded flat, thereby facilitating the transport of the package.

In een verdere uitvoeringsvorm zijn de panelen zo 25 zijn ingericht dat na het naar binnen toe scharnieren van het fixeringselement een inham in het fixeringselement ontstaat voor het ontvangen van een deel het product, welke inham een minimale afstand heeft tot de zijwand. Zodoende wordt het product op afstand gehouden van de zijwanden, wat schade 30 voorkomt bij geweld van buitenaf.In a further embodiment, the panels are arranged such that after the fixing element is pivoted inwards, an inlet is created in the fixing element for receiving a part of the product, which inlet has a minimal distance from the side wall. The product is thus kept at a distance from the side walls, which prevents damage in the event of external violence.

In een verdere uitvoeringsvorm omvat de verpakking: - een topfixeringselement ingericht aan een eerste rand van één van de wanden, en 4 - een bodemfixeringselement ingericht aan een tweede rand van de ene wand die ligt tegenover de eerste rand.In a further embodiment the package comprises: - a top fixing element arranged on a first edge of one of the walls, and 4 - a bottom fixing element arranged on a second edge of the one wall opposite the first edge.

In nog een verdere uitvoeringsvorm omvat de verpakking: 5 - twee tegenover elkaar gelegen eerste zijwanden; - twee tegenover elkaar gelegen tweede zijwanden; - twee inklapbare topfixeringselementen die ieder aan een bovenrand verbonden zijn met een respectieve eerste zijwand; 10 - twee inklapbare bodemfixeringselementen die ieder aan een onderrand verbonden zijn met een respectieve eerste zijwand.In yet a further embodiment, the package comprises: two opposed first side walls; - two opposite second side walls; - two collapsible top fixing elements, each of which is connected at an upper edge to a respective first side wall; - two collapsible bottom fixing elements, each of which is connected at a bottom edge to a respective first side wall.

In een verdere uitvoeringsvorm is het fixeringselement uit een vlak stuk plaatmateriaal 15 gefabriceerd dat scharnierbaar bevestigbaar is met een respectieve wand via een flapvouwlijn, waarbij het fixeringselement omvat: - een eerste en een tweede vouwlijn die parallel lopen met de flapvouwlijn, waarbij de tweede vouwlijn ligt 20 tussen de flapvouwlijn en de eerste vouwlijn; - een derde vouwlijn ingericht tussen de eerste en de tweede vouwlijn, waarbij de derde vouwlijn wordt onderbroken door een bepaald gebied van het vlakke stuk verpakkingsmateriaal; 25 - een vierde vouwlijn en een vijfde vouwlijn op de grens van het gebied die beide parallel lopen met de flapvouwlijn; - een eerste en een tweede, eventueel onderbroken, snijlijn op de grens van het gebied, waarbij de 30 eerste en de tweede snijlijn ieder de vierde vouwlijn en de vijfde vouwlijn met elkaar verbindt; - een zesde vouwlijn gelegen in het gebied en welke loopt van de eerste snijlijn naar de tweede snijlijn.In a further embodiment the fixation element is manufactured from a flat piece of plate material 15 which is pivotably attachable to a respective wall via a flap fold line, the fixation element comprising: - a first and a second fold line running parallel to the flap fold line, the second fold line being 20 between the flap folding line and the first folding line; - a third folding line arranged between the first and the second folding line, wherein the third folding line is interrupted by a specific area of the flat piece of packaging material; - a fourth fold line and a fifth fold line on the boundary of the area that are both parallel to the flap fold line; a first and a second, possibly interrupted, cutting line at the boundary of the area, the first and the second cutting line each connecting the fourth folding line and the fifth folding line; - a sixth folding line located in the area and which runs from the first cutting line to the second cutting line.

55

Door deze specifieke vouw- en snijlijnen ontstaat een verpakking met weinig tot geen restafval, die gemakkelijk handmatig uit te klappen is, en waarbij weinig lijmstroken nodig zijn.These specific folding and cutting lines result in packaging with little or no residual waste, which can easily be folded out manually, and where few glue strips are required.

5 Bijvoorkeur sluit het fixeringselement waarbij een opening van de verpakking geheel, al dan niet met andere fixeringselement. Dit zorgt voor stevigheid van de verpakking.Preferably, the fixation element closes with an opening of the package completely, with or without other fixation element. This ensures the firmness of the package.

De verpakking is bijvoorkeur vervaardigd uit een 10 enkele uitgesneden bouwplaat. Daardoor is de verpakking eenvoudig in elkaar te zetten, en zijn er weinig lijmactiviteiten.The package is preferably made from a single cut-out building board. This makes the packaging easy to assemble, and there are few gluing activities.

In een uitvoeringsvorm omvat de verpakking aan aantal rechthoekige zijwanden omvat. Rechthoekige dan wel 15 blokvormige verpakkingen zijn makkelijk te stapelen met minimaal ruimteverlies.In one embodiment the package comprises a number of rectangular side walls. Rectangular or block-shaped packages are easy to stack with minimal loss of space.

In een verdere uitvoeringsvorm omvat het plaatmateriaal karton omvat. Karton als verpakkingsmateriaal heeft de voorkeur omdat het relatief licht is en makkelijk 20 recyclebaar.In a further embodiment, the plate material comprises cardboard. Cardboard as a packaging material is preferred because it is relatively light and easily recyclable.

De uitvinding heeft ook betrekking op een bouwplaat voor het vormen van een verpakking zoals hierboven beschreven. De bouwplaat omvat in een uitvoeringsvorm: - vier plaatelementen voor het vormen van vier 25 zijwanden van de verpakking; - vier flappen verbonden aan weerszijden van twee van de vier, niet aan elkaar grenzende, plaatelementen via een respectieve flapvouwlijn, waarbij ieder van de vier flappen omvat: 30 - een eerste en een tweede vouwlijn die parallel lopen met de flapvouwlijn, waarbij de tweede vouwlijn ligt tussen de flapvouwlijn en de eerste vouwlijn; 6 - een derde vouwlijn ingericht tussen de eerste en de tweede vouwlijn, waarbij de derde vouwlijn wordt onderbroken door een bepaald gebied van het vlakke stuk verpakkingsmateriaal; 5 - een vierde vouwlijn en een vijfde vouwlijn op de grens van het gebied die beide parallel lopen met de flapvouwlijn; - een eerste en een tweede, eventueel onderbroken, snijlijn op de grens van het gebied, waarbij de 10 eerste en de tweede snijlijn ieder de vierde vouwlijn en de vijfde vouwlijn met elkaar verbindt; - een zesde vouwlijn gelegen in het gebied en welke loopt van de eerste snijlijn naar de tweede snijlijn.The invention also relates to a building plate for forming a package as described above. In one embodiment, the building plate comprises: - four plate elements for forming four side walls of the package; - four flaps connected on either side of two of the four non-adjacent plate elements via a respective flap fold line, each of the four flaps comprising: - a first and a second fold line running parallel to the flap fold line, the second fold line lies between the flap fold line and the first fold line; - a third folding line arranged between the first and the second folding line, the third folding line being interrupted by a specific area of the flat piece of packaging material; - a fourth fold line and a fifth fold line on the boundary of the area that are both parallel to the flap fold line; a first and a second, possibly interrupted, cutting line at the boundary of the area, the first and the second cutting line each connecting the fourth folding line and the fifth folding line; - a sixth folding line located in the area and which runs from the first cutting line to the second cutting line.

Tot slot heeft de uitvinding betrekking op een 15 werkwijze voor vervaardigen van een verpakking zoals hierboven omschreven, omvattende het verschaffen van het plaatmateriaal, het verschaffen van een mes, en het middels het mes vormen van de bouwplaat. Deze werkwijze kan verder omvatten: 20 - het transporteren van de bouwplaat in een initiële planotoestand; - het vanuit de initiële planotoestand uitvoeren van een vouwbewerking voor het vormen van het fixeringselement middels een vouwbewerking die een flap van de bouwplaat vouwt 25 in de transportrichting; - het vanuit de initiële planotoestand uitvoeren van een vouwbewerking voor het vormen van het fixeringselement middels een vouwbewerking die een flap van de bouwplaat vouwt tegengesteld aan de transportrichting; waarbij deze stappen 30 worden uitgevoerd tijdens een continue transportbeweging.Finally, the invention relates to a method for manufacturing a package as described above, comprising providing the plate material, providing a knife, and forming the building plate by means of the knife. This method may further comprise: - transporting the building board in an initial blank state; - performing a folding operation from the initial blank state to form the fixing element by means of a folding operation that folds a flap of the building board in the direction of transport; - performing a folding operation from the initial blank state to form the fixing element by means of a folding operation that folds a flap of the building plate opposite to the direction of transport; wherein these steps 30 are performed during a continuous transport movement.

Hierbij kan tijdens het uitvoeren van de vouwbewerking tegen de transportrichting in ten minste een 7 deel van de flap worden tegengehouden middels een zwaard dat positioneerbaar is boven een tegenhouddeel van de flap.During performing the folding operation, at least a 7 part of the flap can be retained against the direction of transport by means of a sword which is positionable above a retaining part of the flap.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de 5 onderhavige uitvinding worden verklaard aan de hand van een aantal uitvoeringsvormen onder verwijzing naar de aangehechte figuren, waarbij: - Figuur 1 in een 3D-weergave een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding toont; 10 - Figuur 2 een opgewerkt vooraanzicht toont van de doos uit Figuur 1; - Figuur 3 een opgewerkt vooraanzicht toont van de doos van Figuur 2; - Figuur 4 een bovenaanzicht toont van de doos 15 waarbij de bovenwand van de doos 1 geopend is; - Figuur 5 een voorbeeld toont van een bouwplaat voor het fabriceren van een verpakking van een product; - Figuur 6 een tweede voorbeeld toont van een bouwplaat voor het fabriceren van een verpakking van een 20 product.Further advantages, features and details of the present invention are explained on the basis of a number of embodiments with reference to the attached figures, wherein: Figure 1 shows a first embodiment of the invention in a 3D representation; Figure 2 shows a finished front view of the box of Figure 1; Figure 3 shows a finished front view of the box of Figure 2; Figure 4 shows a top view of the box 15 with the top wall of the box 1 open; Figure 5 shows an example of a building board for manufacturing a package of a product; Figure 6 shows a second example of a building board for manufacturing a package of a product.

Figuur 1 toont in een driedimensionale weergave een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding waarbij een verpakking 1 bestaat uit een kartonnen doos 1 met een viertal 25 zijwanden 2,3,4,5 waarvan in Figuur 1 er drie zichtbaar zijn. In plaats van karton, kunnen ook andere verpakkingsmaterialen worden gebruikt zoals kunststof. De doos 1 omvat een tweetal flappen 6, 7 die hier een bovenwand vormen. Opgemerkt wordt dat in deze tekst voor de begrijpelijkheid gebruik wordt 30 gemaakt van de gangbare termen zijwand, bovenwand en onderwand. Het zal voor de lezer duidelijk zijn dat deze termen afhankelijk zijn van de positionering van de doos 1 ten opzichte van het horizontale vlak. De doos 1 kan 8 bijvoorbeeld ook zo gepositioneerd worden dat de bovenwand 6,7 aan de onderkant zit, enzovoort.Figure 1 shows in a three-dimensional representation a first embodiment of the invention in which a package 1 consists of a cardboard box 1 with four side walls 2,3,4,5 of which three are visible in Figure 1. Instead of cardboard, other packaging materials such as plastic can also be used. The box 1 comprises two flaps 6, 7 which here form an upper wall. It is noted that in this text use is made for the sake of comprehensibility of the usual terms side wall, top wall and bottom wall. It will be clear to the reader that these terms depend on the positioning of the box 1 relative to the horizontal plane. The box 1 can for instance also be positioned such that the top wall 6, 7 is at the bottom, and so on.

Figuur 2 toont een opgewerkt vooraanzicht van de doos 1 uit Figuur 1. Nu zijn aan de binnenzijde van de doos 1 een 5 topfixeringselement 10 en een bodemfixeringselement 11 te zien. In topfixeringselement 10 bevindt zich een inham 12 waarin een deel van een product kan worden opgenomen. In het bodemfixeringselement 11 bevindt zich een inham 13. In het voorbeeld van Figuur 2 wordt de inham 13 bepaald door een 10 fixeringsplateau 18 dat op afstand van de onderwand ligt in een gesloten toestand van de verpakking. Het plateau 18 dient ter ondersteuning en fixatie van het product 30. In dit geval is de vorm van het plateau 18 een gevulde halve 8.Figure 2 shows a worked-up front view of the box 1 from Figure 1. Now on the inside of the box 1 a top fixing element 10 and a bottom fixing element 11 can be seen. In top fixing element 10 there is a recess 12 in which a part of a product can be received. In the bottom fixing element 11 there is a recess 13. In the example of Figure 2 the recess 13 is defined by a fixing platform 18 which is spaced from the bottom wall in a closed condition of the package. The tray 18 serves to support and fix the product 30. In this case, the shape of the tray 18 is a filled half-eight.

In Figuur 2 is met referentienummer 14 een tweetal 15 flapdelen getoond die onderdeel uitmaken van de flappen 6,7. De flapdelen 14 steken door een bovenkant (niet zichtbaar in Figuur 2) van het topfixeringselement 10. Het topfixeringselement 10 is met behulp van een plakstrip 15 aan een binnenzijde van de zijwand 4 bevestigd. Het 20 bodemfixeringselement 11 is met behulp van een plakstrip 16 aan een binnenzijde van de zijwand 4 bevestigd. Bijvoorkeur zijn de plakstrippen 15 en 16 onderdeel van een stuk verpakkingsmateriaal, zoals karton, waaruit de respectieve fixeringselementen 10, 11 zijn opgebouwd.In Fig. 2 reference number 14 shows two flap parts that form part of the flaps 6,7. The flap parts 14 protrude through a top (not visible in Figure 2) of the top fixing element 10. The top fixing element 10 is attached to an inner side of the side wall 4 by means of an adhesive strip 15. The bottom fixing element 11 is attached to an inner side of the side wall 4 by means of an adhesive strip 16. The adhesive strips 15 and 16 are preferably part of a piece of packaging material, such as cardboard, from which the respective fixing elements 10, 11 are constructed.

25 Figuur 3 toont een opgewerkt vooraanzicht van de doos 1 van Figuur 2, waarin bij wijze van voorbeeld een koffiezetapparaat 30 is geplaatst. Het koffiezetapparaat 30 heeft een 8-vormige onderzijde dat past in de inham 13 van de doos 1. Ook is in Figuur 3 goed te zien dat een bovenzijde 30 van het koffiezetapparaat 30 past in de inham 12 van het topfixeringselement 10. De hele doos 1, zoals getoond in Figuur 1, omvat twee topfixeringselementen 10 en twee bodemfixeringselementen 11. In het koffiezetapparaat 9 voorbeeld zijn de beide topfixeringselementen 10 spiegelsymmetrisch, maar het zal duidelijk zijn dat voor het verpakken van niet symmetrische producten, andere uitvoeringsvormen mogelijk en gewenst zijn. Door de 5 fixeringselementen 10, 11 wordt het product 30 gefixeerd in de doos 1. Extra fixatiemiddelen zoals piepschuimen pasvormen of een pasvorm van pulp zijn hierdoor overbodig geworden.Figure 3 shows a worked-up front view of the box 1 of Figure 2, in which a coffee maker 30 is placed by way of example. The coffee maker 30 has an 8-shaped underside that fits into the recess 13 of the box 1. It is also clearly visible in Figure 3 that an upper side 30 of the coffee maker 30 fits into the recess 12 of the top fixing element 10. The entire box 1 , as shown in Figure 1, comprises two top fixing elements 10 and two bottom fixing elements 11. In the coffee maker 9 example, both top fixing elements 10 are mirror symmetrical, but it will be clear that for packaging non-symmetrical products, other embodiments are possible and desirable. As a result of the fixing elements 10, 11, the product 30 is fixed in the box 1. Extra fixing means such as styrofoam fits or a fit of pulp have hereby become superfluous.

Figuur 4 toont een bovenaanzicht van de doos 1 waarbij de bovenwand van de doos 1 geopend is. In Figuur 4 10 zijn de flappen 6 en 7 opengeklapt waardoor de topfixeringselementen 10 zichtbaar zijn. De topfixeringselementen 10 zijn naar binnen uitklapbaar waardoor de doos 1 als het ware gesloten wordt en het product 30 op zijn plek wordt gefixeerd. De topfixeringselementen 10 15 alsook de bodemfixeringselementen 11 kunnen ook worden dichtgeklapt zodat ze plat worden en parallel aan de zijwanden 2,4 staan. In die situatie is de doos 1 open en kan het product 30 in de doos 1 worden geplaatst dan wel uit de doos 1 worden gehaald. In een uitvoeringsvorm zijn in een 20 bovenzijde van de topfixeringselementen 10 spleten 40 aangebracht waarin uiteindes van de flappen 6, 7 kunnen worden gestoken zodat de doos 1 geheel gesloten wordt. De flappen 6, 7 hebben in een uitvoeringsvorm twee aparte flapdelen die ieder in een spleet 4 0 v.an de 25 topfixeringselementen 10 komen. Hierdoor worden de topfixeringselementen 10 bij elkaar gehouden. Dit zorgt voor meer stevigheid van de doos 1. Op dezelfde wijze kan de onderzijde van de doos 1 wordt ingericht. Verder zijn nog in Figuur 4 openingen 41, 42 in respectievelijk de zijwand 3 en 30 5 te zien, die dienen als handvat voor het optillen van de doos 1.Figure 4 shows a top view of the box 1 with the top wall of the box 1 open. In Figure 4, the flaps 6 and 7 are folded open, so that the top fixing elements 10 are visible. The top fixing elements 10 are foldable inwards, as a result of which the box 1 is closed as it were and the product 30 is fixed in place. The top fixing elements 10 as well as the bottom fixing elements 11 can also be closed so that they become flat and are parallel to the side walls 2,4. In that situation the box 1 is open and the product 30 can be placed in the box 1 or removed from the box 1. In one embodiment, slits 40 are provided in a top side of the top fixing elements 10 into which ends of the flaps 6, 7 can be inserted so that the box 1 is completely closed. In one embodiment, the flaps 6, 7 have two separate flap parts that each come into a gap 40 of the top fixing elements 10. As a result, the top fixing elements 10 are held together. This ensures more robustness of the box 1. The underside of the box 1 can be arranged in the same way. Further, in Figure 4, openings 41, 42 in the side wall 3 and 30, respectively, can be seen, which serve as a handle for lifting the box 1.

1010

De hele doos 1 kan vervaardigd worden uit een enkele bouwplaat. Een uitvoeringsvorm van een bouwplaat voor de doos 1 zal hieronder in meer detail worden besproken.The entire box 1 can be made from a single building board. An embodiment of a building plate for the box 1 will be discussed in more detail below.

Figuur 5 toont een voorbeeld van een bouwplaat 50 5 voor het fabriceren van een verpakking van een product zoals hierboven beschreven werd. De plaatelementen van de bouwplaat zijn genummerd met dezelfde referentienummers als de dooselementen van de Figuren 1-4. In dit voorbeeld omvat de bouwplaat 50 vier plaatelementen 2,3,4,5 die de zijwanden van 10 de doos 1 gaan vormen. Aan weerszijde van de plaatelementen 2 en 4 zijn flappen 51,52,53,54 aanwezig die ieder één van de fixeringselementen 10,11 gaan vormen. Verder omvat de bouwplaat 50 de flappen 6 en 7 die de bovenzijde van de doos 1 afsluiten. De flap 6 omvat twee vouwflappen 6a,6b en de 15 flap 7 omvat twee vouwflappen 7a,7b. Aan de onderkant vanFigure 5 shows an example of a building board 50 for manufacturing a package of a product as described above. The plate elements of the building plate are numbered with the same reference numbers as the box elements of Figures 1-4. In this example, the building plate 50 comprises four plate elements 2,3,4,5 which form the side walls of the box 1. On either side of the plate elements 2 and 4, flaps 51, 52, 53, 54 are present, each of which will form one of the fixing elements 10, 11. Furthermore, the mounting plate 50 comprises the flaps 6 and 7 which close the top side of the box 1. The flap 6 comprises two folding flaps 6a, 6b and the flap 7 comprises two folding flaps 7a, 7b. At the bottom of

Figuur 5 zijn flappen 56,57 te zien die de onderzijde van de doos 1 gedeeltelijk kunnen afsluiten. De flap 56 omvat een vouwflap 56', en de flap 57 omvat een vouwflap 57'.Figure 5 shows flaps 56, 57 which can partially close the underside of the box 1. The flap 56 comprises a folding flap 56 ', and the flap 57 comprises a folding flap 57'.

Nu zal nader worden ingegaan op de constructie van 20 flap 53. Voor de flappen 51 geldt hetzelfde. De flappen 52 en 54 hebben een iets andere constructie en de details daarvan zullen alleen besproken worden waar de flappen 52, 54 afwijken van flap 53.The construction of flap 53 will now be discussed in more detail. The same applies to flaps 51. The flaps 52 and 54 have a slightly different construction and the details thereof will only be discussed where the flaps 52, 54 deviate from flap 53.

Zoals hierboven reeds besproken, kan ieder 25 fixeringselement 10,11 uit een vlak stuk verpakkingsmateriaal gefabriceerd worden. Een voorbeeld van een dergelijk stuk verpakkingsmateriaal is flap 53. De flap 53 is verbonden met plaatelement 2 via een flapvouwlijn 60, zie Figuur 5. De flap 53 is grofweg verdeeld in vier panelen 76, 77, 78 en 79. De 30 flap 53 omvat een eerste vouwlijn 61 en een tweede vouwlijn 62 die parallel lopen met de flapvouwlijn 60. De tweede vouwlijn 62 ligt tussen de flapvouwlijn 60 en de eerste vouwlijn 61. Verder is een derde vouwlijn 63 ingericht tussen 11 de eerste vouwlijn 61 en de tweede vouwlijn 62. De derde vouwlijn 63 wordt onderbroken door een bepaald gebied 70 van de flap 53. Op de grens van het gebied 70 zijn een vierde vouwlijn 64 en een vijfde vouwlijn 65 aanwezig die beide 5 parallel lopen met de flapvouwlijn 60. Op de grens van het gebied 70 zijn verder een eerste snijlijn 71 en een tweede snijlijn 72 aangebracht die ieder de vierde vouwlijn 64 en de vijfde vouwlijn 65 met elkaar verbinden.As already discussed above, each fixing element 10, 11 can be manufactured from a flat piece of packaging material. An example of such a piece of packaging material is flap 53. The flap 53 is connected to plate element 2 via a flap fold line 60, see Figure 5. The flap 53 is roughly divided into four panels 76, 77, 78 and 79. The flap 53 comprises a first fold line 61 and a second fold line 62 that run parallel to the flap fold line 60. The second fold line 62 is located between the flap fold line 60 and the first fold line 61. Further, a third fold line 63 is arranged between 11 the first fold line 61 and the second fold line 62. The third fold line 63 is interrupted by a certain area 70 of the flap 53. At the boundary of the area 70 a fourth fold line 64 and a fifth fold line 65 are present, both of which run parallel to the flap fold line 60. At the border of the region 70 furthermore comprises a first cutting line 71 and a second cutting line 72, which each connect the fourth fold line 64 and the fifth fold line 65 to each other.

De snijlijnen kunnen ook de vorm hebben van uitsneden 10 zoals in Figuur 5 is aangegeven met referentienummers 81,82. De uitsneden 81, 82 kunnen eventueel onderbroken worden door een overbruggingsstrip, zoals overbruggingsstrip 83. Deze overbruggingstrip 83 is ook te zien in Figuur 2.The cutting lines may also be in the form of cut-outs 10 as indicated in Figure 5 by reference numbers 81.82. The cutouts 81, 82 can optionally be interrupted by a bridging strip, such as bridging strip 83. This bridging strip 83 can also be seen in Figure 2.

De flap 53 omvat verder een zesde vouwlijn 66 gelegen 15 in het gebied 70 en welke loopt van de eerste snijlijn 71 naar de tweede snijlijn 72. De vouwlijn 66 wordt bij voorkeur tegengesteld voorgevouwen ten opzichte van de vouwlijn 63. Hierdoor ontstaat tijdens het dichtklappen van de verpakking, waarbij het fixeringselement 10 een ruimtelijke buffer gaat 20 vormen, een inham in het fixeringselement 10.The flap 53 further comprises a sixth folding line 66 located in the area 70 and which runs from the first cutting line 71 to the second cutting line 72. The folding line 66 is preferably pre-folded opposite to the folding line 63. This results during folding the package, wherein the fixing element 10 starts to form a spatial buffer, a recess in the fixing element 10.

Verder zijn twee sleuven 73, 74 aanwezig waardoor de vouwflappen 6b en 7a komen. De vouwlijn 61 definieert een plakdeel van flap 53 waarop lijmstroken worden aangebracht.Furthermore, two slots 73, 74 are provided through which the folding flaps 6b and 7a come. The fold line 61 defines an adhesive portion of flap 53 on which adhesive strips are applied.

De flap 53 wordt in een vouwmachine om tweede vouwlijn 62 25 gevouwen. Hierbij wordt een onderdeel 76 van de flap 53 vlak gehouden met een vasthoudmiddel waardoor wordt voorkomen flapvouwlijn 60 gaat vouwen. Nadat flap 53 is omgevouwen via vouwlijn 62, wordt het plakdeel (paneel 79) van de flap 53 op element 2 gedrukt. Dit gebeurt ook met de andere flappen 51, 30 52, 54. Hierdoor vormen de flappen 51,52,53,54 ieder een kartonnen fixeringselement dat in- en uitgeklapt kan worden, zie ook Figuren 3 en 4. De fixeringselementen zijn hierbij in beide toestanden aan de zijwanden verbonden via de 12 flapvouwlijn 60 en de vouwlijn 61 die daarom ook wel bevestigingslijnen 60,61 worden genoemd.The flap 53 is folded around a second folding line 62 in a folding machine. A part 76 of the flap 53 is hereby kept flat with a retaining means, whereby flap folding line 60 is prevented from folding. After the flap 53 has been folded over via fold line 62, the adhesive part (panel 79) of the flap 53 is pressed onto element 2. This also happens with the other flaps 51, 52, 54. As a result, the flaps 51, 52, 53, 54 each form a cardboard fixing element that can be folded in and out, see also Figures 3 and 4. The fixing elements are in both states on the side walls connected via the 12 flap fold line 60 and the fold line 61, which are therefore also referred to as fastening lines 60,61.

De bouwplaat 50 omvat ook een plakstrip 90 die van lijm wordt voorzien en tegen element 5 wordt gedrukt.The building plate 50 also comprises an adhesive strip 90 which is provided with glue and pressed against element 5.

5 Zodoende ontstaat een gesloten constructie die snel en eenvoudig tot de doos 1 te maken is. De constructie met de platgedrukte flappen 51,52,53, 54 en tegen elkaar gedrukte elementen 2,3,4,5, is makkelijk te vervoeren en op te slaan.In this way a closed construction is created which can be made into the box 1 quickly and easily. The construction with flattened flaps 51, 52, 53, 54 and elements 2, 4, 4 pressed together is easy to transport and store.

In Figuur 5 is met nummer 101 een gekromd deel van 10 een snijlijn getoond waardoor na het vouwen een gevormde vouwstrip 102 plaatselijk breder is. Op deze plek wordt een lijmstrook aangebracht die langer kan zijn dan indien de kromming 101 niet aanwezig zou zijn. Het resultaat is een betere hechting van de vouwstrip/plakstrip 102.In Fig. 5, with number 101, a curved part of a cut line is shown, as a result of which, after folding, a shaped folding strip 102 is locally wider. An adhesive strip is applied at this location which may be longer than if the curvature 101 were not present. The result is better adhesion of the folding strip / adhesive strip 102.

15 In Figuur 6 is een tweede voorbeeld getoond van een bouwplaat voor een verpakking volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. De bouwplaat komt grotendeels overeen met die getoond in Figuur 5. In de bouwplaat van Figuur 6 zijn de flappen 6a, 6b, 7a, 7b, 57' en 56' echter anders van vorm waarbij 20 de flappen minder breed zijn dan de plaatelementen waar ze aanzitten. Veder zijn inkepingen aanwezig, zoals weergegeven met referentienummer 69 in de uitvergroting van een zijkant van de flap 7a, zie Figuur 6. In Figuur 6 is ook te zien dat de bouwplaat een opening 89 heeft die in de gesloten toestand 25 van de verpakking (maar waarbij de flappen 6,7 nog niet zijn dichtgevouwen) een ingang tot het fixeringselement verschaf zodat hierin toebehoren van het product, zoals een koffiepadhouder, kan worden geplaatst. De flap 52' verschilt van de flap 52 van Figuur 5 waarbij in de flap 52' van Figuur 30 6 een vouwlijn 98 overgaat in een rand van de opening 99 zodat een overbruggingsstrip 100 iets langer is dan die in Figuur 5. Hierdoor zal de strip 100 schuiner staan dan die 13 van Figuur 5 zodat de inham 13 en dus het product 30 op die plek een (of meer) afstand heeft tot de zijwand.Figure 6 shows a second example of a building board for a package according to an embodiment of the invention. The building board largely corresponds to that shown in Figure 5. However, in the building board of Figure 6, the flaps 6a, 6b, 7a, 7b, 57 'and 56' have a different shape with the flaps being less wide than the plate elements where they are to touch. There are also notches present, as shown with reference number 69 in the enlargement of a side of the flap 7a, see Figure 6. In Figure 6 it can also be seen that the building plate has an opening 89 which in the closed state of the package (but wherein the flaps 6,7 have not yet been folded shut) provided an entrance to the fixing element so that accessories of the product, such as a coffee pod holder, can be placed therein. The flap 52 'differs from the flap 52 of Figure 5 in which in the flap 52' of Figure 30 a folding line 98 merges into an edge of the opening 99 so that a bridging strip 100 is slightly longer than that in Figure 5. As a result, the strip 100 are more inclined than those 13 of Figure 5, so that the inlet 13 and thus the product 30 have a (or more) distance to the side wall at that location.

Volgens een aspect heeft de uitvinding ook betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een verpakking uit 5 een bouwplaat zoals hierboven omschreven, waarbij de werkwij ze de onderstaande stappen omvat.In one aspect, the invention also relates to a method for manufacturing a package from a building plate as described above, the method comprising the steps below.

Eerst wordt de bouwplaat uitgesneden uit een stuk verpakkingsmateriaal met een mes of andere snijmiddelen. Vervolgens worden vouwlijnen op de bouwplaat aangebracht 10 zoals flapvouwlijn, de eerste, tweede, derde, vierde, vijfde en zesde vouwlijn. Daarna wordt lijm op een plakstrip van de vier flappen aangebracht, waarbij de plakstrip is bepaald door de eerste vouwlijn. Vervolgens worden de flappen gevouwen om de tweede vouwlijn zodanig dat de lijmstrook op 15 een binnenzijde van de plaatelementen voor de zijwanden komt. Daarna worden de respectieve lijmstroken op de bijbehorende plaatelementen aangedrukt. In een uitvoeringsvorm wordt de bouwplaat in een transportrichting (stroomrichting) door een vouwmachine bewogen, waarbij de flapvouwlijnen loodrecht op 20 de transportrichting staan, en waarbij twee stroomopwaarts gelegen flappen worden omgevouwen via de eerste vouwlijn door middel van een in de transportrichting meebewegende vouwinrichting. Door het tijdens het voortbewegen van de bouwplaat omvouwen van de flappen, wordt een 25 productieverhoging gerealiseerd die aanzienlijk is.First the building board is cut out of a piece of packaging material with a knife or other cutting means. Next, folding lines are provided on the building plate such as flap folding line, the first, second, third, fourth, fifth and sixth folding lines. Glue is then applied to an adhesive strip of the four flaps, the adhesive strip being determined by the first folding line. The flaps are then folded around the second folding line such that the glue strip comes onto an inside of the plate elements for the side walls. The respective glue strips are then pressed onto the associated plate elements. In one embodiment the building plate is moved in a conveying direction (flow direction) by a folding machine, wherein the flap folding lines are perpendicular to the conveying direction, and wherein two upstream flaps are folded over via the first folding line by means of a folding device moving along in the conveying direction. By folding over the flaps while the building plate is being moved, a production increase is realized which is considerable.

Tijdens het uitvoeren van de vouwbewerking tegen de transportrichting in wordt ten minste een deel van de flap tegengehouden middels een zwaard dat positioneerbaar is boven een tegenhouddeel 103 van de flap 53. Hierdoor zal de flap 53 30 worden omgevouwen om de vouwlijn 62 en niet om de flapvouwlijn 60.During the execution of the folding operation against the conveying direction, at least a part of the flap is retained by means of a sword that is positionable above a retaining part 103 of the flap 53. As a result, the flap 53 will be folded over the folding line 62 and not around the folding line 62. flap fold line 60.

In de bovengenoemde voorbeelden sluiten de flappen 6 en 7 de doos aan de bovenzijde af. Het zal voor de vakman 14 duidelijk zijn dat deze flappen niet noodzakelijk zijn aan dat ook alleen de topfixeringselementen 10 de bovenwand van de verpakking zouden kunnen vormen. Ditzelfde geldt voor de onderwand. Ook is het mogelijk dat de bovenzijde van de 5 verpakking geheel wordt gesloten door een enkel fixeringselement. In het fixeringselement is dan bij voorkeur een inham aanwezig dat een bovenzijde van het product 30 ontvangt.In the above examples, the flaps 6 and 7 close the box on the top. It will be clear to a person skilled in the art 14 that these flaps are not necessary because only the top fixing elements 10 could also form the top wall of the package. The same applies to the bottom wall. It is also possible that the top of the package is completely closed by a single fixing element. The fixation element then preferably contains an inlet that receives an upper side of the product.

Verder wordt opgemerkt dat de uitvinding zich 10 geenszins beperkt tot dozen met 4 zijwanden of met dozen met rechthoekige wanden. Dozen met bijvoorbeeld driehoekige boven- en onderwanden zijn ook denkbaar, evenals andere doosvormen bekend bij de vakman. Opgemerkt wordt verder dat het plaatmateriaal voor de flappen 51,52,53,54 niet per se 15 hetzelfde materiaal moeten zijn als het plaatmateriaal van de elementen 2,3,4,5. Voor de flappen kan bijvoorbeeld dunner materiaal worden gebruikt, dan wel dikker of van een andere grondstof.It is further noted that the invention is in no way limited to boxes with 4 side walls or with boxes with rectangular walls. Boxes with, for example, triangular upper and lower walls are also conceivable, as well as other box shapes known to those skilled in the art. It is further noted that the plate material for the flaps 51, 52, 53, 54 does not necessarily have to be the same material as the plate material of the elements 2,3,4,5. For the flaps, for example, thinner material may be used, or thicker or of a different raw material.

De bovengenoemde vouwlijn 61 van de flap 53 is in een 20 andere uitvoeringsvorm afwezig, waarbij de flap 53 met bijvoorbeeld plaktape aan de wand 2 wordt bevestigd. Paneel 79 is dus niet noodzakelijk.The above-mentioned folding line 61 of the flap 53 is absent in another embodiment, wherein the flap 53 is attached to the wall 2 with, for example, adhesive tape. Panel 79 is therefore not necessary.

In het voorgaande is de onderhavige uitvinding 25 beschreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvormen. Verschillende aspecten van verschillende uitvoeringen worden beschreven geacht in combinatie met elkaar waarbij alle combinaties die op basis van dit document door een vakman kunnen worden gemaakt dienen te worden meegelezen. De 30 genoemde uitvoeringsvormen zijn niet beperkend voor de beschermingsomvang van deze uitvinding. De gevraagde rechten worden bepaald in de aangehechte conclusies.In the foregoing, the present invention has been described with reference to a few preferred embodiments. Different aspects of different embodiments are considered described in combination with each other, wherein all combinations that can be made by a person skilled in the art on the basis of this document must be read. The aforementioned embodiments are not limitative of the scope of this invention. The rights requested are defined in the appended claims.

10352381035238

Claims

1. Verpakking voor een product omvattende: 5. een aantal wanden vervaardigd uit plaatmateriaal; - ten minste één fixeringselement, waarbij het fixeringselement: - aan tenminste één van de wanden scharnierbaar bevestigbaar is, 10. vervaardigd is uit plaatmateriaal, en - het fixeringselement geschikt is om het product te fixeren in de verpakking en om een ruimtelijke buffer te verschaffen tussen ten minste één van de wanden en het product.A package for a product comprising: 5. a number of walls made of sheet material; - at least one fixing element, wherein the fixing element: - is hinged to at least one of the walls, is made of sheet material, and - the fixing element is suitable for fixing the product in the package and for providing a spatial buffer between at least one of the walls and the product.

2. Verpakking volgens conclusie 1, waarbij de verpakking een aantal zijwanden omvat en waarbij het fixeringselement koppelbaar is met ten minste één van de zijwanden. 202. Package as claimed in claim 1, wherein the package comprises a number of side walls and wherein the fixing element can be coupled to at least one of the side walls. 20

3. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de verpakking een bovenwand en een onderwand omvat en waarbij het fixeringselement een fixeringsplateau omvat dat op afstand van de bovenwand en/of 25 de onderwand ligt in een gesloten toestand van de verpakking.3. Package as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the package comprises an upper wall and a lower wall and wherein the fixing element comprises a fixing platform that is spaced apart from the upper wall and / or the lower wall in a closed condition of the package.

4. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het fixeringselement in een gesloten toestand van de verpakking al of niet gedeeltelijk een 30 afsluiter (deksel) vormt van de verpakking.4. Package as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein in a closed state of the package the fixing element may or may not partially form a valve (lid) of the package.

5. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het fixeringselement in een gesloten 1035238 toestand van de verpakking al of niet gedeeltelijk een bovenwand vormt van de verpakking.5. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein in a closed state of the packaging, the fixing element may or may not partially form an upper wall of the packaging.

6. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande 5 conclusies, waarbij het fixeringselement in een gesloten toestand van de verpakking al of niet gedeeltelijk een onderwand vormt van de verpakking.6. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein in a closed state of the packaging the fixing element may or may not partially form a bottom wall of the packaging.

7. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande 10 conclusies, waarbij twee fixeringselementen in een gesloten toestand van de verpakking samen een bovenwand of een onderwand van de verpakking vormen.7. Package as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein two fixation elements together form an upper wall or a lower wall of the package in a closed state of the package.

8. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande 15 conclusies, waarbij het fixeringselement ten minste drie panelen omvat die althans in een gesloten toestand van de verpakking, samen met een deel van één van de wanden de ruimtelijke buffer vormen.8. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the fixing element comprises at least three panels which, at least in a closed state of the packaging, together with a part of one of the walls form the spatial buffer.

9. Verpakking volgens conclusie 8, waarbij twee van de ten minste drie panelen scharnierbaar bevestigbaar zijn aan de ene van de wanden via twee onderling parallelle bevestigingslijnen, waarbij een tussengelegen derde paneel via vouwlijnen is ingericht tussen de twee panelen, waarbij 25 deze vouwlijnen parallel lopen met de twee bevestigingslijnen.9. Package as claimed in claim 8, wherein two of the at least three panels are pivotally attachable to the one of the walls via two mutually parallel fixing lines, wherein an intermediate third panel is arranged between the two panels via folding lines, said folding lines running parallel with the two attachment lines.

10. Verpakking volgens één of meer van de conclusies 8-9, waarbij de panelen zo zijn ingericht dat na het naar 30 binnen toe scharnieren van het fixeringselement een inham in het fixeringselement ontstaat voor het ontvangen van een deel het product, welke inham een minimale afstand heeft tot de zijwand.10. Packaging as claimed in one or more of the claims 8-9, wherein the panels are arranged such that after hinging the fixation element inwards a recess is created in the fixation element for receiving a part of the product, which recess a minimum distance to the side wall.

11. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de verpakking omvat: - een topfixeringselement ingericht aan een eerste 5 rand van één van de wanden, en - een bodemfixeringselement ingericht aan een tweede rand van de ene wand die ligt tegenover de eerste rand.11. Package as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the package comprises: - a top fixing element arranged on a first edge of one of the walls, and - a bottom fixing element arranged on a second edge of the one wall opposite the first edge.

12. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande 10 conclusies, waarbij de verpakking omvat: - twee tegenover elkaar gelegen eerste zijwanden; - twee tegenover elkaar gelegen tweede zijwanden; - twee inklapbare topfixeringselementen die ieder aan een bovenrand verbonden zijn met een respectieve eerste 15 zijwand; - twee inklapbare bodemfixeringselementen die ieder aan een onderrand verbonden zijn met een respectieve eerste zijwand.12. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the packaging comprises: - two opposite first side walls; - two opposite second side walls; - two collapsible top fixing elements, each of which is connected at an upper edge to a respective first side wall; - two collapsible bottom fixing elements, each of which is connected at a bottom edge to a respective first side wall.

13. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het fixeringselement uit een vlak stuk plaatmateriaal is gefabriceerd en dat scharnierbaar bevestigbaar is met een respectieve wand via een flapvouwlijn, waarbij het fixeringselement omvat: 25. een eerste en een tweede vouwlijn die parallel lopen met de flapvouwlijn, waarbij de tweede vouwlijn ligt tussen de flapvouwlijn en de eerste vouwlijn; - een derde vouwlijn ingericht tussen de eerste en de tweede vouwlijn, waarbij de derde vouwlijn wordt 30 onderbroken door een bepaald gebied van het vlakke stuk verpakkingsmateriaal; - een vierde vouwlijn en een vijfde vouwlijn op de grens van het gebied die beide parallel lopen met de flapvouwlijn; - een eerste en een tweede, eventueel onderbroken, snijlijn op de grens van het gebied, waarbij de 5 eerste en de tweede snijlijn ieder de vierde vouwlijn en de vijfde vouwlijn met elkaar verbindt; - een zesde vouwlijn gelegen in het gebied en welke loopt van de eerste snijlijn naar de tweede snijlijn.A package according to one or more of the preceding claims, wherein the fixing element is manufactured from a flat piece of sheet material and which is pivotably attachable to a respective wall via a flap folding line, wherein the fixing element comprises: 25. a first and a second folding line parallel to one another run with the flap fold line, the second fold line lying between the flap fold line and the first fold line; a third folding line arranged between the first and the second folding line, wherein the third folding line is interrupted by a specific area of the flat piece of packaging material; - a fourth fold line and a fifth fold line at the boundary of the area that are both parallel to the flap fold line; a first and a second, possibly interrupted, cutting line at the boundary of the area, the first and the second cutting line each connecting the fourth folding line and the fifth folding line; - a sixth folding line located in the area and which runs from the first cutting line to the second cutting line.

14. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij indien de verpakking gesloten wordt, het fixeringselement, bij voorkeur met andere fixeringselementen, een opening van de verpakking geheel afsluit.14. Package as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein if the package is closed, the fixing element, preferably with other fixing elements, completely closes an opening of the package.

15. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de verpakking is vervaardigd uit een enkele uitgesneden bouwplaat.15. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the packaging is made from a single cut-out building board.

16. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande 20 conclusies, waarbij de verpakking aan aantal rechthoekige zijwanden omvat.16. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the packaging comprises a number of rectangular side walls.

17. Verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij het plaatmateriaal karton omvat. 2517. Packaging as claimed in one or more of the foregoing claims, wherein the plate material comprises cardboard. 25

18. Bouwplaat voor het vormen van een verpakking volgens één of meer van de voorgaande conclusies.18. Building plate for forming a package according to one or more of the preceding claims.

19. Bouwplaat volgens conclusie 18, omvattende: 30. vier plaatelementen voor het vormen van vier zijwanden van de verpakking; - vier flappen verbonden aan weerszijden van twee van de vier, niet aan elkaar grenzende, plaatelementen via een respectieve flapvouwlijn, waarbij ieder van de vier flappen omvat: - een eerste en een tweede vouwlijn die parallel lopen met de flapvouwlijn, waarbij de tweede vouwlijn ligt 5 tussen de flapvouwlijn en de eerste vouwlijn; - een derde vouwlijn ingericht tussen de eerste en de tweede vouwlijn, waarbij de derde vouwlijn wordt onderbroken door een bepaald gebied van het vlakke stuk verpakkingsmateriaal; 10. een vierde vouwlijn en een vijfde vouwlijn op de grens van het gebied die beide parallel lopen met de flapvouwlijn; - een eerste en een tweede, eventueel onderbroken, snijlijn op de grens van het gebied, waarbij de 15 eerste en de tweede snijlijn ieder de vierde vouwlijn en de vijfde vouwlijn met elkaar verbindt; - een zesde vouwlijn gelegen in het gebied en welke loopt van de eerste snijlijn naar de tweede snijlijn.19. Building plate as claimed in claim 18, comprising: 30. four plate elements for forming four side walls of the package; - four flaps connected on either side of two of the four non-adjacent plate elements via a respective flap fold line, each of the four flaps comprising: - a first and a second fold line running parallel to the flap fold line, the second fold line being 5 between the flap fold line and the first fold line; - a third folding line arranged between the first and the second folding line, wherein the third folding line is interrupted by a specific area of the flat piece of packaging material; 10. a fourth fold line and a fifth fold line on the boundary of the area that are both parallel to the flap fold line; a first and a second, possibly interrupted, cutting line at the boundary of the area, wherein the first and the second cutting line each connect the fourth folding line and the fifth folding line; - a sixth folding line located in the area and which runs from the first cutting line to the second cutting line.

20. Werkwijze voor vervaardigen van een verpakking omvattende een bouwplaat volgens conclusie 18 of 19, omvattende: - het verschaffen van het plaatmateriaal; - het verschaffen van een mes; 25. het middels het mes vormen van de bouwplaat.A method of manufacturing a package comprising a building plate according to claim 18 or 19, comprising: - providing the plate material; - providing a knife; 25. forming the building plate by means of the knife.

21. Werkwijze voor vervaardigen van een verpakking omvattende een bouwplaat volgens conclusie 18 of 19, de werkwijze verder omvattende: 30. het transporteren van de bouwplaat in een initiële planotoestand; - het vanuit de initiële planotoestand uitvoeren van een vouwbewerking voor het vormen van het fixeringselement middels een vouwbewerking die een flap van de bouwplaat vouwt in de transportrichting; - het vanuit de initiële planotoestand uitvoeren van een vouwbewerking voor het vormen van het fixeringselement 5 middels een vouwbewerking die een flap van de bouwplaat vouwt tegengesteld aan de transportrichting; waarbij deze stappen worden uitgevoerd tijdens een continue transportbeweging.A method of manufacturing a package comprising a building board according to claim 18 or 19, the method further comprising: 30. transporting the building board in an initial blank state; - performing a folding operation from the initial blank state to form the fixing element by means of a folding operation that folds a flap of the building board in the direction of transport; - performing a folding operation from the initial blank state to form the fixing element 5 by means of a folding operation that folds a flap of the building plate opposite to the direction of transport; wherein these steps are performed during a continuous transport movement.

22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij tijdens 10 het uitvoeren van de vouwbewerking tegen de transportrichting in ten minste een deel van de flap wordt tegengehouden middels een zwaard dat positioneerbaar is boven een tegenhouddeel van de flap. 15 103523822. Method as claimed in claim 21, wherein during performing of the folding operation against at least a part of the flap against the direction of transport is retained by means of a sword which is positionable above a retaining part of the flap. 15 1035238