NL1032823C2 - Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp, - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp, Download PDF

Info

Publication number
NL1032823C2
NL1032823C2 NL1032823A NL1032823A NL1032823C2 NL 1032823 C2 NL1032823 C2 NL 1032823C2 NL 1032823 A NL1032823 A NL 1032823A NL 1032823 A NL1032823 A NL 1032823A NL 1032823 C2 NL1032823 C2 NL 1032823C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
water
reservoir
filter
separator
cleaned
Prior art date
Application number
NL1032823A
Other languages
English (en)
Inventor
Regina Nordmann
Original Assignee
Regina Nordmann
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Regina Nordmann filed Critical Regina Nordmann
Priority to NL1032823A priority Critical patent/NL1032823C2/nl
Priority to US11/564,899 priority patent/US20080131103A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1032823C2 publication Critical patent/NL1032823C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F6/00Air-humidification, e.g. cooling by humidification
    • F24F6/02Air-humidification, e.g. cooling by humidification by evaporation of water in the air
    • F24F6/025Air-humidification, e.g. cooling by humidification by evaporation of water in the air using electrical heating means

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Air Humidification (AREA)

Description

Titel: Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bevochtigen van lucht met waterdamp, waarbij water in het bijzonder door middel van elektrische stroom aan het koken gebracht wordt en verdampt wordt en in het water bevatte mineralen of droogresten, in het bijzonder 5 kalk, afgescheiden worden, waarbij vers, mineralen en droogresten bevattend water ongeveer overeenkomstig de verdampte waterhoeveelheid aangevuld wordt, waarbij tijdens het verdampen uit het kokende en te verdampen water een deel afgetakt wordt, door afscheiden van mineralen of droogresten gereinigd en/of gefilterd en dan weer aan het koken en het te 10 verdampen water toegevoerd wordt.
De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp met een in het bijzonder elektrisch verwarmbaar reservoir voor het opnemen van het water, waarin het water aan het koken en tot verdampen gebracht wordt, waarbij het reservoir een 15 watertoevoer voor het aanvullen van water overeenkomstig de verdampte waterhoeveelheid omvat, waarbij aan het reservoir tenminste één uitwendige kringloop met ten minste één leiding voorzien is die naar een buiten het reservoir opgestelde afscheider of filter voert, van welke een terugvoerleiding weer in het reservoir voert, en waarbij in de leiding tussen 20 reservoir en afscheider of filter een hoogteverschil of een transportinrichting voorzien zijn.
Zogenoemde dampluchtbevochtigers worden in de klimaatindustrie ten behoeve van luchtbevochtiging toegepast. In een dergelijke dampluchtbevochtiger wordt water aan het koken gebracht en verdampt.
25 Daarbij onderscheidt men in wezen tussen twee verwarmingssystemen, namelijk dergelijke systemen met verwarmingsweerstanden en dergelijke 1032823 2 systemen met elektroden. Beide systemen functioneren op verschillende wijze. Het basisproces van de verdamping is echter bij beide systemen identiek, dat wil zeggen water wordt onder in de regel atmosferische druk gekookt waardoor waterdamp opgewekt wordt.
5 Een probleem van dergelijke dampluchtbevochtigers is de afscheiding van mineralen of droogresten, in het bijzonder van kalk tijdens het bedrijf. Onder het begrip "kalk" worden daarbij alle vaste stoffen verstaan die zich bij een waterverdamping uitscheiden. Deze kunnen daarbij zeer veelsoortig zijn.
10 Dampluchtbevochtigers met verwarmingsweerstanden worden bij voorkeur van behandeld water, namelijk zogenoemd onthard of ontzout water voorzien, omdat het verwarmingssysteem onafhankelijk van de elektrische geleidbaarheid van het water functioneert. Bij deze methode en dit verwarmingssysteem wordt in de regel aanbevolen om behandeld water 15 toe te passen waardoor de verkalking tot een minimum gereduceerd kan worden. Wordt namelijk leidingwater toegepast, dan ontstaan grote kalkhoeveelheden die tot verkorstingen van de verwarmingselementen leiden. Deze verkorstingen kunnen tot beschadigingen en verbrandingen van verwarmingsstaven leiden. Daarom is een veelvuldige reiniging van het 20 reservoir of ketel, waarin het water verwarmd wordt, noodzakelijk. Daarbij zijn deze reservoirs of ketels afhankelijk van de constructie relatief moeilijk te reinigen. Alleen al daarom geldt de genoemde aanbeveling om slechts behandeld water toe te passen.
Deze behandeling of zuivering van het water is echter duur, in het 25 bijzonder omdat in de regel een separate, dure zuiveringsinrichting daartoe noodzakelijk is.
Dampluchtbevochtigers die met elektroden verwarmd worden, kunnen met geleidend water, dat wil zeggen met drinkwater, welk kalkhoudend en hard is, werken, omdat de warmtestroom tussen de 30 elektroden direct door het water moet stromen. Dit is het wezenlijke 3 voordeel van een dampluchtbevochtiger met elektrodenverwarming. Een waterzuivering is niet noodzakelijk.
Daarbij zijn dergelijke door middel van elektroden te verwarmen dampluchtbevochtigers meestal zo opgebouwd, dat het reservoir - veelal 5 cilinder genoemd - goedkoop geconstrueerd is en in de regel uit kunststof bestaat. De kalk verzamelt zich daarbij geleidelijk in dit reservoir en deze wordt na afloop van een mogelijke bedrijfsduur in zijn geheel uitgewisseld. Reinigingswerkzaamheden kunnen door de volledige uitwisseling van het reservoir of de dampcilinder vermeden worden. De gebruiker moet evenwel 10 een overeenkomstig vervangingsdeel op de koop toenemen. Daarbij bedraagt de levensduur van een dergelijk reservoir circa 800 tot 2000 uren, al naar gelang de hardheid van het toegepast toevoerwater.
Daarnaast zijn er uitvoeringsvormen waarbij het reservoir uit tenminste twee delen bestaat en ter reiniging geopend kan worden.
15 Reinigingswerkzaamheden en reservoirs van dampluchtbevochtigers met elektrodenverwarming zijn echter relatief duur. De kalk kan zich daarbij in de vorm van meerdere kilogrammen aan slib in het reservoir ophopen en moet daaruit verwijderd worden.
De hiervoor beschreven tekortkomingen kunnen met de 20 maatregelen volgens JP 2000304311A tegengegaan worden, omdat van het te verdampende water een deel afgetakt en door afscheiden van mineralen of droogresten gereinigd en gefilterd kan worden en dan aan het te verdampen water weer teruggevoerd kan worden. Er kan dus voor gezorgd worden dat tijdens het verdampen uit het water, mineralen of droogresten 25 respectievelijk "kalk" afgescheiden worden in plaats van dat deze kalk in het reservoir zelf neerslaat.
Door een separate toevoer wordt gelijktijdig de verdampte waterhoeveelheid door vers, nog mineraalhoudend water vervangen. Zodoende worden vernieuwd dergelijke mineralen of droogresten in het 4 reservoir binnengebracht en zijn aan het reservoir zelf tenminste twee toevoeren noodzakelijk.
Er bestaat daarom de opdracht, een werkwijze en een inrichting van de initieel gedefinieerde soort te verschaffen, waarbij de voordelen van 5 het reinigen van het te verdampen water tijdens het verdampingsproces behouden blijven, waarmee de noodzakelijkheid van het van afvalstoffen ontdoen van een reservoir of zijn reiniging zelf aanmerkelijk vertraagd en verminderd kunnen worden of zelfs vermeden, waarmee gelijktijdig echter ook het toegevoerde verse water, met betrekking tot de daarin bevatte 10 droogresten verdund kan worden.
Ter oplossing van deze schijnbaar tegensprekende opdracht, wordt de initieel gedefinieerde werkwijze daardoor gekenmerkt, dat het gereinigde en/of gefilterde water in een opvangreservoir geleid wordt, waarin ook het aan te vullen verse water aangevuld wordt, en dat het gereinigde en/of 15 gefilterde en het aan te vullen water gezamenlijk en/of gemengd in het verwarmde reservoir geleid worden. Zodoende wordt het verse, nog droogresten bevattend water reeds voor zijn toevoer in het reservoir verdund en daarenboven kan deze toevoer voor het verse water in het reservoir gelijktijdig daartoe benut worden, ook het gereinigde of gefilterde 20 water weer in het reservoir terug te voeren.
Gelijktijdig wordt daarbij daarvoor gezorgd dat tijdens het verdampen uit het water een deel doelmatig, continu afgetakt wordt en van de mineralen of droogresten respectievelijk van de "kalk", gereinigd wordt, in plaats van dat deze "kalk" in het reservoir zelf neerslaat. Gelijktijdig 25 wordt op bekende wijze de verdampte waterhoeveelheid door vers, nog mineraalhoudend water vervangen. Daardoor kan in totaal het neerslaan van zulke mineralen of droogresten in het reservoir vermeden of ten minste aanzienlijk vertraagd worden. Praktisch wordt de kalk uit het reservoir of cilinder onmiddellijk na zijn ontstaan tijdens de verdamping verwijderd.
30 Zodoende kan een manuele reiniging van het reservoir, of zijn volledige 5 uitwisseling, vermeden worden en er kan een verhoogde levensduur van dit dampreservoir bij gelijktijdige reductie van de slijtage van alle delen die met water in contact treden, bereikt worden.
Doelmatig is het daarbij wanneer het van het kokend water 5 afgetakte water door middel van zwaartekracht en/of door middel van een transportinrichting of pomp naar een afscheider of filter getransporteerd wordt. Wordt zwaartekracht toegepast, dan moet de afscheider of filter lager dan de aftakking uit het reservoir opgesteld zijn. Wordt een transportinrichting of pomp toegepast, dan kan de afscheider of het filter 10 ook hoger dan het reservoir opgesteld worden. Zodoende kan als geheel een kringloop voor dit water daartoe benut worden om de kalk of dergelijke droogresten buiten het reservoir uit te scheiden en te verzamelen, waarbij een mechanische scheiding mogelijk is, omdat de kalk tijdens de verdamping uit het water afgescheiden wordt. De buitengelegen kringloop 15 voor dit water wordt daardoor afgesloten dat deze achter de reinigings- of filterplaats weer in het reservoir terugvoert.
Doelmatig is het daarbij wanneer het afgetakte water van de aftakking op een grotere hoogte naar een hoger dan de aftakking gelegen afscheider of filter getransporteerd wordt en na het reinigen en/of filteren in 20 het bijzonder door middel van zwaartekracht in het verwarmde reservoir teruggevoerd wordt. Dit water kan zodoende door de afscheider of het filter stromen en daarna in de telkens ontstane hoeveelheid, praktisch automatisch weer in het reservoir teruggeraken.
Het te reinigen en/of te filteren water kan uit het kokend water 25 met afstand tot die plaats afgetakt worden, waaraan het aan te vullen en het gereinigde en/of gefilterde water in het reservoir geleid worden.
Daardoor kan vermeden worden dat een deel van het gereinigde water weer in de buitengelegen kringloop en naar de afscheider of het filter geraakt en derhalve deze afscheiding van kalk in de gesloten buitengelegen kringloop 30 ineffectief is.
6
Als voorbeeld kan het gereinigde en/of gefilterde en het verse water van onder in het reservoir gevuld worden en het te reinigen en/of te filteren water met afstand boven deze watertoevoer afgetakt worden. Daardoor kan ook met het feit rekening gehouden worden dat de grotere warmte in de 5 regel zich op grotere hoogte bevindt, dus het aftakken en afvoeren van water uit het reservoir in een bijbehorend warm bereik volgt, waar het afscheiden van kalk door het verdampingsproces overeenkomstig bevoordeeld is.
De het afgetakte water reinigende afscheider of filter kan op zijn beurt continu of met tijdsafstanden gespoeld of gereinigd worden, waarbij 10 een eventueel separaat toegevoerd spoelwater tegen de stromingsrichting van het te reinigen water door de afscheider of het filter gedrukt en door een eigen afloop neergelaten wordt of waarbij de spoelvloeistof in richting van het te reinigen en/of te filteren water in de afscheider of het filter geleid en de daarin verzamelde mineralen of droogresten via de bovengelegen en 15 zijdelings gelegen rand van de afscheider of het filter weggespoeld worden. De afscheider of het filter kan daarbij vergaand of volledig automatisch teruggespoeld worden en de kalk aan een waterafvoer toegevoerd worden, zodat een automatische, volledige en vergaand continu reiniging van het reservoir of de dampcilinder mogelijk gemaakt wordt.
20 De initieel gedefinieerde inrichting wordt ter oplossing van de opgave daardoor gekenmerkt dat tussen de afscheider of het filter of een de afscheider of het filter bevattend reservoir en het verwarmbare reservoir een verzamelreservoir of mengreservoir voorzien is, waarin enerzijds de terugvoerleiding voor het gereinigde en/of gefilterde water en anderzijds een 25 toevoerleiding voor het aan te vullen water uitmonden, en dat vanuit het verzamelreservoir een gemeenschappelijke leiding naar de waterinlaat van het verwarmde reservoir voert. Een dergelijke inrichting staat toe dat relatief eenvoudige en voordelige opbouw het uitvoeren van de hiervoor beschreven werkwijze, dus een vergaand continu verwijdering van kalk of 30 droogresten uit het te verdampen, zodat zich dergelijke resten niet of 7 nauwelijks in het reservoir zelf verzamelen kunnen en deze daardoor een hogere levensduur krijgt en zijn kostbare reinigen vergaand vermeden kan worden. Deze aanzienlijke voordelen worden door een eenvoudig aanbrengbare kringloopleiding met afscheider of filter bereikt, wat de 5 vervaardigingskosten van de inrichting praktisch niet vergroot, maar het latere bedrijf vereenvoudigt en op den duur aanzienlijk voordeliger maakt.
In de leiding tussen het reservoir en de afscheider of het filter kan als transportinrichting ten minste een pomp, in het bijzonder een slangpomp voorzien zijn. Deze kan niet alleen het uit het reservoir af te 10 takken water overeenkomstig goed aanzuigen en doseren, maar additioneel in het bijzonder continu naar een afscheider of filter en ook daardoorheen bevorderen.
Op grond van de inrichting volgens de uitvinding kan het verse aan te vullen water met het gereinigde of gefilterde water vermengd worden en 15 daarmee gemeenschappelijk in het reservoir geleid worden, zodat het reeds bij de intrede in het reservoir "verdund" is. Daarbij heeft de tussen het reservoir en de afscheider of het filter op gestelde pomp of slagpomp nog het voordeel dat de afgetakte waterhoeveelheid goed gedoseerd kan worden.
Bij een inrichting met een reservoir waarin in het te verwarmen of 20 te verdampen water ondergedompelde elektroden voorzien zijn, kan op doelmatige wijze een meetinrichting voor de stroomopname van de elektroden voorzien zijn, die de hoeveelheid van de afgetakte en te reinigen en/of te filter water bij toenemende geleidbaarheid van het water in die zin stuurt dat discontinu of continu een variabele waterhoeveelheid aftakbaar 25 is. Neemt in het reservoir de waterhoeveelheid door verdamping af en stijgt daardoor de concentratie van de mineralen in dit water dan neemt de geleidbaarheid toe. Deze maat van de toename van de geleidbaarheid kan ook op doelmatige wijze daartoe benut worden, overeenkomstig meer water af te takken en te reinigen en ook de toevoer van vers water overeenkomstig 30 te verhogen.
8
Daarbij kan de intrede in de aftakleiding binnen het reservoir onder de elektroden en boven de toevoer voor het aan te vullen water opgesteld zijn en aan zijn intrede of voor zijn intrede een beschermingsfilter omvatten. Zodoende kunnen de pompbedreigende verontreinigingen ver 5 daarvan gehouden worden.
#
Bij een inrichting met een in het te verdampende water ondergedompelde verwarmingsstaaf, verwarmingsweerstand of een verwarminsspiraal kan het reservoir een niveauregeling voor zijn vulhoogte door middel van sensoren omvatten. Daardoor kan dan ook telkens zeker 10 gesteld worden dat de verdampte waterhoeveelheid door een overeenkomstige hoeveelheid vers water vervangen wordt.
De verbindingsleiding van het mengreservoir tot het het te verdampen water bevattende reservoir kan in het bovengelegen bereik of aan de bovenzijde van het reservoir uitmonden en een sifon omvatten of 15 vormen. Zodoende kan het terugvoeren van het gereinigde water en het aanvullen van het verse water in zo groot mogelijke afstand tot een aftakking uit het reservoir volgen, waarbij de sifon kan verhinderen dat de ontstane damp door de terugvoerleiding en het mengreservoir ontwijkt.
De aftakking en een bovendien doelmatigerwijze nog voorziene 20 uitlaat uit het verwarmbare reservoir kunnen ongeveer op gelijke hoogte ten opzichte van elkaar op afstand naar verschillende richtingen gericht opgesteld zijn. Aldus kan het reservoir ook bij niet-gebruik bij gelegenheid via de uitlaat geledigd worden.
Vooral bij combinatie van enkele of meerdere van de hierboven 25 beschreven kenmerken en maatregelen kan kalk uit het reservoir of dampcilinder onmiddellijk na zijn ontstaan, respectievelijk tijdens de verdamping, verwijderd worden, waardoor het water van het reservoir in een gesloten buitengelegen kringloop, bijvoorbeeld met een kleine pomp met een opbrengst van enige kubieke centimeter per seconde rondgepompt en in 30 deze buitengelegen kringloop in het bijzonder mechanisch gefilterd wordt.
9
De kalk verzamelt zich daardoor in een filtersysteem buiten het reservoir en niet in dit reservoir zelf. Daarbij is een mechanische scheiding mogelijk omdat de kalk tijdens de verdamping afgescheiden wordt. Het ontkalkte water kan samen met vers water weer aan het reservoir toegevoerd worden, 5 zodat deze de noodzakelijke vulhoogte praktisch voortdurend bijhoudt. Een manuele reiniging van het reservoir is niet noodzakelijk, hetgeen de onderhoudskosten vermindert. Gelijktijdig wordt een verhoogde levensduur van het reservoir en alle met water in contact tredende delen bereikt omdat de slijtage gereduceerd wordt.
10 Hierna worden uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding aan de hand van de tekeningen nader beschreven. Daarin wordt schematisch getoond:
Fig. 1. een inrichting volgens de uitvinding voor het bevochtigen van lucht met waterdamp met een door middel van elektroden elektrisch 15 verwarmbaar reservoir, waaruit tijdens het verdampen een deel van het water afgetakt en in een buitengelegen kringloop aan een afscheider of filter toegevoerd wordt en na het reinigen tezamen met vers water weer aan het reservoir toegevoerd wordt, waarbij een meetinrichting voor de stroomopname van de elektroden ter besturing van de hoeveelheid van de 20 afgetakte en het toegevoerde verse water voorzien is, alsmede
Fig. 2. een met fig. 1 overeenkomende weergave, waarbij als elektrische verwarming voor het water in het reservoir een verwarmingsweerstand en voor de besturing van de hoeveelheid van het afgetakte en het verse water in het reservoir een niveauregeling voorzien is. 25 Bij de hierna volgende beschrijving van de uitvoeringsvoorbeelden bevatten qua functie in wezen overeenstemmende delen ook bij verschillende opstelling dezelfde verwijzingscijfers.
Een als geheel met 1 aangeduide inrichting dient voor het bevochtigen van lucht met waterdamp en omvat in hoofdzaak een elektrisch 30 verwarmbaar reservoir 2 met een bovengelegen damp-uittredeleiding 3. Dit 10 reservoir 2 bevat water 4, welk met behulp van de verwarming aan het koken en tot verdampen gebracht wordt, zodat de damp door de uittredeleiding 3 ontwijken kan. Op nog te beschrijven wijze omvat het reservoir 2 bovendien een watertoevoer voor het aanvullen van vers water 5 overeenkomstig de verdampte waterhoeveelheid waarbij wezenlijke delen van deze watertoevoer een toevoerleiding 12 en een toevoerinlaatventiel 5 zijn.
In beide uitvoeringsvoorbeelden is aan het reservoir 2 een buitengelegen kringloop met een leiding 6 voorzien die naar een buiten het 10 reservoir 2 opgestelde afscheider of filter 7 leidt, vanuit welke een terugvoerleiding 8 weer in het reservoir 2 leidt, waardoor deze buitengelegen kringloop gesloten wordt. In de leiding 6 tussen reservoir 2 en afscheider of filter 7 zou een hoogteverschil voor de stroom van het water kunnen zorgen, echter in beide uitvoeringsvoorbeelden is in deze leiding 6 15 een als pomp 9, in het bijzonder als slangpomp gevormde transportinrichting voorzien. Deze pomp 9 zuigt een overeenkomstige hoeveelheid van het kokende water uit het reservoir 2 af en transporteert dat naar de afscheider of filter 7.
Met beide inrichtingen kan dus tijdens het verdampen van het 20 kokende en te verdampen water 4 een deel afgetakt worden, door afscheiden van mineralen of droogresten, respectievelijk kalk, gereinigd en/of gefilterd worden en dan weer aan het kokende en te verdampen water 4 toegevoerd worden.
Daarbij ziet men in beide uitvoeringsvoorbeelden tussen de 25 afscheider of het filter 7 of een de afscheider of het filter 7 bevattend reservoir 10 en het verwarmbare reservoir 2 een verzamelreservoir of mengreservoir 11 waarin enerzijds de terugvoerleiding 8 voor het gereinigde of gefilterde water en anderzijds de toevoerleiding 12 voor het aan te vullen water uitmondt. Vanuit het verzamelreservoir 11 waarin het gefilterde en 30 het aan te vullen verse water samenkomen en aldus vermengd worden, 11 voert een gemeenschappelijke leiding 13 naar de waterinlaat 14 van het verwarmde reservoir 2.
Het van het kokende water 4 via de leiding 6 met behulp van de pomp 9 afgetakte water kan aldus naar de afscheider of het filter 7 5 getransporteerd worden, waarbij dit afgetakte water van de aftakking 15, die zich in het inwendige van het reservoir 2 bevindt op een grotere hoogte naar een hoger dan deze aftakking gelegen afscheider of filter 7 getransporteerd wordt en na het reinigen of filteren bijvoorbeeld door middel van zwaartekracht in het verwarmde reservoir 2 teruggevoerd 10 wordt, waarbij het echter allereerst in het opvang- of mengreservoir 11 geleid wordt, in welke ook het aan te vullen water via de toevoerleiding 12 aangevuld wordt. Het gefilterde en het aan te vullen water worden dus in dit reservoir 11 samengevoerd en daardoor gemengd en dan in het verwarmde reservoir 2 via de gemeenschappelijke leiding 13 ingevoerd.
15 In fig. 1 is een uitvoeringsvoorbeeld weergegeven bij welk de inrichting 1 met een reservoir 2 voorzien is, waarin in het te verwarmen en te verdampen water 4 ondergedompelde electroden 16 voorzien zijn. Het water 4 heeft een voldoende geleidbaarheid om een stroomgeleiding tussen de beide electroden 16 te bewerkstelligen. Door het verdampen van een deel 20 van het water 4 neemt de concentratie van de mineralen en vaste stoffen in het water 4 toe, zodat zijn geleidbaarheid toeneemt. In de stroomtoevoer naar de electroden 16 is derhalve een meetinrichting 17 voor de stroomopname van de electroden 16 voorzien die deze toenemende stroomgeleiding bij afnemende waterstand in het reservoir 2 vaststelt en de 25 hoeveelheid van het afgetakte en te reinigen en/of te filteren water bij toenemende geleidbaarheid van het water 4 via een besturingselectronica 18 in die zin bestuurt dat discontinu of continu een grotere waterhoeveelheid aftakbaar is. Gelijktijdig kan de besturingselectronica 18 ook via het inlaatventiel 5 in de toevoerleiding 12 de hoeveelheid aan te vullen vers 30 water veranderen, bijvoorbeeld verhogen. Neemt daarbij de geleidbaarheid 12 te zeer af, dan kan de besturingselectronica 18 ook via een uitlaatventiel 20 in het bereik of van de waterinlaat 14 respectievelijk onder deze waterinlaat 14 de hoeveelheid van het water 4 binnen het reservoir 2 kortstondig verminderen.
5 Daarbij is de invoer in de aftakleiding 6 dus de eigenlijke aftakking 15 binnen het reservoir 2 onder de electroden 16 en boven de toevoer voor het aan te vullen water, dus boven de waterinlaat 14 opgesteld. Gelijktijdig ziet men bij de invoer of voor de invoer in de aftakking 15 een grof afdekfilter 21.
10 Het te reinigen en/of te filteren water kan ook uit het kokend water 4 met afstand tot die plaats afgetakt worden waaraan het aan te vullen en het gereinigde of gefilterde water in het reservoir 2 geleid worden, waarbij in het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1 dienovereenkomstig de aftakking 15 met afstand boven de waterinlaat 14 opgesteld is.
15 Het gereinigde of gefilterde en het verse water worden daarbij van onderen aan de laagst gelegen plaats in het reservoir 2 aangevuld, terwijl het te reinigen en te filteren water met afstand boven deze waterinlaat 14 respectievelijk deze watertoevoer afgetakt wordt.
In het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 2 omvat de inrichting 1 een 20 in het te verdampen water 4 ondergedompelde verwarmingsweerstand 26, zodat de geleidbaarheid van het water 4 geen rol speelt.
Het reservoir 2 omvat daarom bij dit uitvoeringsvoorbeeld een niveauregeling 22 voor zijn vulhoogte door middel van meerdere sensoren 23 die bijvoorbeeld een geringste, een middelste en een hoogste vulhoogte 25 kunnen aangeven.
Deze niveauregulering of niveauregeling 22 kan wederom met een besturingselectronica 18 samenwerken welke de pomp 9, een inlaatventiel 5 in de toevoerleiding 12 en ook een nog te beschrijven inlaatventiel 24 voor de spoeling van het filter 7 alsmede tenslotte het uitlaatventiel 20 van het 30 reservoir 2 bestuurt. Zodoende kan via een overeenkomstig openen en 13 sluiten van de ventielen 5, 20 en 24 en een overeenkomstige toerentalverhoging of verlaging van de pomp 9 het niveau binnen het reservoir 2 aan de telkens opgewekte damphoeveelheid en het daarmee gepaard gaande vloeistofverlies aangepast worden.
5 Daarbij ziet men in het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 2 dat de gemeenschappelijke verbindingsleiding 13 van het mengreservoir 11 naar het te verdampen water 4 bevattende reservoir 2 in het bovengelegen bereik of aan de bovenzijde van deze reservoir 2 uitmondt en een sifon 24 omvat of vormt, die een ontwijken van waterdamp door deze gemeenschappelijke 10 leiding 13 verhindert. De aftakking 15 en het uitlaatventiel 20 voor een uitlaat uit de verwarmbare reservoir 2 liggen daarbij ongeveer op gelijke hoogte en zijn ten opzichte van elkaar op afstand gelegen en naar tegenovergestelde richtingen gekeerd.
Bij beide uitvoeringsvoorbeelden is het mogelijk dat de het 15 afgetakte water reinigende afscheider of filter 7 continu of met tijdsafstanden gespoeld of gereinigd wordt, waarbij een door een koelleiding 25 toegevoerd spoelwater tegen de stromingsrichting van de het te reinigen water door de afscheider of het filter 7 gedrukt en door een eigen afloop 27 neergelaten worden kan of, zoals in beide uitvoeringsvoorbeelden voorzien, 20 waarbij de spoelvloeistof in richting van het te reinigen en te filteren water in de afscheider of het filter 7 geleid en de daarin verzamelde mineralen of droogresten via de bovengelegen of zijdelings gelegen rand van de afscheider of het filter 7 in de afloop 27 weggespoeld worden. Daarbij ziet men bij het begin van de spoelleiding 15 het reeds genoemde inlaatventiel 24 voor deze 25 filterspoeling. Deze kan eveneens door de besturingselectronica 18 bestuurd zijn.
Bij het bevochtigen van lucht met waterdamp wordt water door middel van electrische stroom aan het koken gebracht en verdampt. In het water 4 bevattende mineralen of droogresten, in het bijzonder kalk, worden 30 daarbij afgescheiden, waarbij bovendien vers, mineralen en droogresten 14 bevattend water ongeveer overeenkomstig de verdampte waterhoeveelheid weer aangevuld wordt. Daarbij worden de mineralen of droogresten, in het bijzonder kalk, uit de het te verdampen water 4 bevattende reservoir 2 onmiddellijk na het ontstaan respectievelijk tijdens de vedamping 5 verwijderd. Daarvoor wordt het water van het reservoir 2 in een gesloten buitengelegen kringloop, bijvoorbeeld met een kleine pomp 9, rondgepompt. De kringloop omvat een leiding 6, het filter 7 en een terugvoerleiding 8, alsmede een mengreservoir 11, waarin het verse water via een leiding 12 binnentreedt, zodat het samen met het gereinigde water via een 10 gemeenschappelijke leiding 13 weer in het reservoir 2 geraakt. In deze kringloop wordt dus het water mechanisch gefilterd en de afgescheiden kalk verzamelt zich buiten het reservoir 2, zodat deze niet of slechts zeer zelden gereinigd moet worden.
1032823

Claims (13)

1. Werkwijze voor het bevochtigen van lucht met waterdamp, waarbij water (4) in het bijzonder door middel van electrische stroom tot koken gebracht en verdampt wordt en in het water (4) bevatte mineralen of droogresten, in het bijzonder kalk, afgescheiden worden, waarbij vers, 5 mineralen en droogresten bevattend water ongeveer overeenstemmend met de verdampte waterhoeveelheid aangevuld wordt, waarbij tijdens het verdampen uit het kokende en te verdampen water (4) een deel afgetakt, door afscheiden van mineralen of droogresten gereinigd en/of gefilterd en dan wederom aan het kokende en te verdampen water (4) toegevoerd wordt, 10 met het kenmerk, dat het gereinigde en/of gefilterde water in een opvang of mengreservoir (11) geleid wordt, waarin ook het aan te vullen water aangevuld wordt, en dat het gereinigde en/of gefilterde en het aan te vullen water gemengd in het verwarmde reservoir (2) gevoerd worden.
2. Werkwijze volgens conclusie 2 met het kenmerk dat van het kokend water (4) afgetakt water door middel van zwaartekracht en/of door middel van een transportinrichting of pomp (9) naar een afscheider of filter (7) getransporteerd wordt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het afgetakte water van de aftakking (15) op een grotere hoogte naar een hoger dan de aftakking gelegen afscheider of filter (7) getransporteerd wordt en na het reinigen en/of filteren in het bijzonder door middel van zwaartekracht in het verwarmde reservoir (2) teruggeleid wordt. 25
4. Werkwijze volgens een der conclusies 1 tot en met 3, met het kenmerk dat het te reinigen en/of te filteren water uit het kokende water (4) 1032823 met afstand tot die plaats afgetakt wordt waaraan het aan te vullen en het gereinigde en/of gefilterde water in het reservoir (2) geleid worden.
5. Werkwijze volgens een der conclusies 1 tot en met 4, met het 5 kenmerk dat het gereinigde en/of gefilterde en het verse water van onder in het reservoir (2) aangevuld wordt en dat het te reinigen en/of te filteren water met afstand boven deze watertoevoer afgetakt wordt.
6. Werkwijze volgens een der conclusies 1 tot en met 5, met het 10 kenmerk dat de het afgetakte water reinigende afscheider of het filter (7) continu of met tijdsafstanden gespoeld of gereinigd wordt, waarbij een eventueel separaat toegevoerd spoelwater tegen de stromingsrichting van het te reinigen water door de afscheider of het filter (7) gedrukt en door een eigen afloop (27) neergelaten wordt, of waarbij de spoelvloeistof in richting 15 van het te reinigen en/of te filteren water in de afscheider of het filter (7) geleid worden en de daarin verzamelde mineralen of droogresten via de bovengelegen of zijdelings gelegen rand van de afscheider of filter (7) weggespoeld worden.
7. Inrichting (1) voor het bevochtigen van lucht met waterdamp met een in het bijzonder elektrisch verwarmbaar reservoir (2) voor het opnemen van het water (4) waarin het water tot koken en tot verdampen gebracht wordt, waarbij het reservoir (2) een watertoevoer voor het aanvullen van water (4) overeenkomstig de verdampte waterhoeveelheid omvat, in het 25 bijzonder voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij aan het reservoir (2) tenminste één buitengelegen kringloop met tenminste één leiding (6) voorzien is, die naar een buiten het reservoir (2) opgestelde afscheider of filter (7) voert, vanuit welke een terugvoerleiding (8) weer in het reservoir (2) voert, en waarbij in de leiding 30 (6) tussen reservoir (2) en afscheider of filter (7) een niveauverschil of een transportinrichting voorzien zijn, met het kenmerk, dat tussen de afscheider of filter (7) of een de afscheider of het filter (7) bevattend reservoir (10) en het verwarmbare reservoir (2) een verzamelreservoir of mengreservoir (11) voorzien is, waarin enerzijds de terugvoerleiding (8) voor 5 het gereinigde en/of gefilterde water en anderzijds een toevoerleiding (12) voor het aan te vullen water uitmonden, en dat vanuit het verzamelreservoir (11) een gemeenschappelijke leiding (13) naar de waterinlaat (14) van het verwarmde reservoir (2) voert.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk dat in de leiding (6) tussen het reservoir (2) en de afscheider of het filter (7) als transportinrichting tenminste een pomp (9), in het bijzonder een slangpomp voorzien is.
9. Inrichting (1) met een reservoir (2) waarin in het te verwarmen en te verdampen water (4) ondergedompelde elektroden (16) voorzien zijn, volgens een der conclusies 7 of 8, met het kenmerk dat een meetinrichting (17) voor de stroomopname van de elektroden (16) voorzien is die de hoeveelheid van de afgetakte en te reinigen en/of te filteren water bij 20 toenemende geleidbaarheid van het water (4) in die zin bestuurt, dat discontinu of continu een variabele waterhoeveelheid aftakbaar is.
10. Inrichting volgens een der conclusies 7 tot en met 9, met het kenmerk dat de invoer in de aftakleiding (6) binnen het reservoir (2) onder 25 de elektroden (16) en boven de toevoer voor het aan te vullen water opgesteld is en aan zijn ingang of voor zijn ingang een beschermingsfilter (21) omvat.
11. Inrichting (1) met een in het te verdampen water (4) 30 ondergedompelde verwarmingsstaaf, verwarmingsweerstand (26) of een verwarmingsspiraal volgens een der conclusies 7 tot en met 9, met het kenmerk dat het reservoir (2) een niveauregulering (22) voor zijn vulhoogte door middel van sensoren (23) omvat.
12. Inrichting volgens één der conclusies 7 tot en met 11, met het kenmerk dat de verbindingsleiding (13) van het mengreservoir (11) naar het te verdampen water (4) bevattende reservoir (2) in het bovengelegen bereik of aan de bovenzijde van het reservoir (2) uitmondt en een sifon (24) omvat of vormt. 10
13. Inrichting volgens één der conclusies 7 tot en met 12, met het kenmerk dat de aftakking (15) en een uitlaat uit het verwarmbare reservoir (2) ongeveer op gelijke hoogte ten opzichte van elkaar op afstand liggend naar verschillende richtingen gekeerd opgesteld zijn. 15 1032823
NL1032823A 2006-11-07 2006-11-07 Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp, NL1032823C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032823A NL1032823C2 (nl) 2006-11-07 2006-11-07 Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp,
US11/564,899 US20080131103A1 (en) 2006-11-07 2006-11-30 Method and device for humidifying air with water vapor

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032823A NL1032823C2 (nl) 2006-11-07 2006-11-07 Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp,
NL1032823 2006-11-07
US11/564,899 US20080131103A1 (en) 2006-11-07 2006-11-30 Method and device for humidifying air with water vapor
US56489906 2006-11-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1032823C2 true NL1032823C2 (nl) 2008-05-08

Family

ID=39862930

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1032823A NL1032823C2 (nl) 2006-11-07 2006-11-07 Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp,

Country Status (2)

Country Link
US (1) US20080131103A1 (nl)
NL (1) NL1032823C2 (nl)

Families Citing this family (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102007035200A1 (de) * 2006-07-26 2008-02-07 Venta-Luftwäscher GmbH Vorrichtung zur Nutzung von Wasser
US11806686B2 (en) 2007-10-16 2023-11-07 Foret Plasma Labs, Llc System, method and apparatus for creating an electrical glow discharge
US9560731B2 (en) 2007-10-16 2017-01-31 Foret Plasma Labs, Llc System, method and apparatus for an inductively coupled plasma Arc Whirl filter press
US9516736B2 (en) 2007-10-16 2016-12-06 Foret Plasma Labs, Llc System, method and apparatus for recovering mining fluids from mining byproducts
US9761413B2 (en) * 2007-10-16 2017-09-12 Foret Plasma Labs, Llc High temperature electrolysis glow discharge device
US8376322B2 (en) * 2009-12-11 2013-02-19 Honeywell International Inc. Steam humidifier with auto-cleaning feature
US20110266272A1 (en) * 2010-04-30 2011-11-03 Colburn Michael G Steam Generator System
US20110268431A1 (en) * 2010-05-03 2011-11-03 Rick Spitzer Contaminated fluid treatment system and apparatus
CA2850512C (en) * 2011-10-04 2021-01-19 Laboratory Corporation Of America Holdings Automated fluid refill system and uses thereof
US9822990B2 (en) 2013-07-19 2017-11-21 Honeywell International Inc. Methods, systems, and devices for humidifying
US10900680B2 (en) 2013-07-19 2021-01-26 Ademco Inc. Humidifier system
US11085656B2 (en) * 2017-02-24 2021-08-10 Ademco Inc. Configurable electrode humidifier allowing for various injects
CN116829877B (zh) * 2021-02-02 2024-02-02 三菱电机株式会社 加湿装置

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1327215A (en) * 1969-09-03 1973-08-15 Johansen B J W Electric steam generator eg for moistening ventilation air
GB1578269A (en) * 1976-05-24 1980-11-05 Defensor Air humidifier
FR2560729A1 (fr) * 1984-03-05 1985-09-06 Samyn Edouard Chaudiere electrique a resistance non isolee avec bac d'isolation et de reception et elimination des boues
JPH0221101A (ja) * 1988-07-11 1990-01-24 Matsushita Electric Ind Co Ltd 蒸気発生装置
JP2000304311A (ja) * 1999-04-20 2000-11-02 Tiger Vacuum Bottle Co Ltd 加湿器

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1327215A (en) * 1969-09-03 1973-08-15 Johansen B J W Electric steam generator eg for moistening ventilation air
GB1578269A (en) * 1976-05-24 1980-11-05 Defensor Air humidifier
FR2560729A1 (fr) * 1984-03-05 1985-09-06 Samyn Edouard Chaudiere electrique a resistance non isolee avec bac d'isolation et de reception et elimination des boues
JPH0221101A (ja) * 1988-07-11 1990-01-24 Matsushita Electric Ind Co Ltd 蒸気発生装置
JP2000304311A (ja) * 1999-04-20 2000-11-02 Tiger Vacuum Bottle Co Ltd 加湿器

Also Published As

Publication number Publication date
US20080131103A1 (en) 2008-06-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1032823C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bevochtigen van lucht met waterdamp,
KR101757486B1 (ko) 정수기
EP1199973B1 (en) Household appliance using water, namely a washing machine, with improved device for softening the water
EP1204364B1 (en) Household appliance using water, namely a washing machine, with improved device for softening the water
CN105980637B (zh) 用于涉及净化、循环和/或分离的水混合装置的调节方法
EP1383711B1 (en) Household apparatus using a fluid, comprising a purifying system of the type in which at least a substance must be removed from said fluid
US20100051519A1 (en) Water treatment device and water treatment method for a passenger aircraft
WO2008075308A2 (en) Steam generator
US20050000902A1 (en) System for reclaiming water softener brine waste
RU2648349C2 (ru) Гладильный аппарат, содержащий устройство обработки воды с фильтром
EP2527733A1 (de) Dampferzeuger für eine Bügelstation
EP3730026A1 (en) A washing device and an operation method of the washing device
JPH06323580A (ja) 加湿器
JP4034421B2 (ja) 蒸溜装置
RU2011102475A (ru) Устройство и способ для очистки питьевой воды
RU2643979C2 (ru) Гладильный аппарат, содержащий устройство обработки воды
KR101584815B1 (ko) 이온 발생장치가 구비된 정수기
CN220695029U (zh) 供水管路***以及包括其的茶吧机
KR101635643B1 (ko) 정수기
JPH11332749A (ja) 自動給茶装置
JP4221870B2 (ja) 給水給湯装置
CN116113601A (zh) 在导水家用电器中对水除垢
DE102005025003B4 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Befeuchten von Luft mit Wasserdampf
CN217578489U (zh) 一种自排水饮水机
EP3115340A1 (en) Liquid treatment apparatus including at least one cross-flow filtration device and method of operating the apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20130601