NL1031944C2 - Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten. Download PDF

Info

Publication number
NL1031944C2
NL1031944C2 NL1031944A NL1031944A NL1031944C2 NL 1031944 C2 NL1031944 C2 NL 1031944C2 NL 1031944 A NL1031944 A NL 1031944A NL 1031944 A NL1031944 A NL 1031944A NL 1031944 C2 NL1031944 C2 NL 1031944C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
containers
row
buffer device
holders
buffer
Prior art date
Application number
NL1031944A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1031944A1 (nl
Inventor
Anthony Visser
Original Assignee
Visser S Gravendeel Holding
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1031944A priority Critical patent/NL1031944C2/nl
Application filed by Visser S Gravendeel Holding filed Critical Visser S Gravendeel Holding
Priority to AT07747315T priority patent/ATE465627T1/de
Priority to US12/303,032 priority patent/US8359786B2/en
Priority to EP07747315A priority patent/EP2023710B1/en
Priority to DK07747315.5T priority patent/DK2023710T3/da
Priority to EP09158816A priority patent/EP2108252A1/en
Priority to PCT/NL2007/000133 priority patent/WO2007142513A1/en
Priority to DE602007006181T priority patent/DE602007006181D1/de
Priority to ES07747315T priority patent/ES2341380T3/es
Publication of NL1031944A1 publication Critical patent/NL1031944A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1031944C2 publication Critical patent/NL1031944C2/nl
Priority to US13/306,770 priority patent/US8359787B2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • A01G9/143Equipment for handling produce in greenhouses
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/08Devices for filling-up flower-pots or pots for seedlings; Devices for setting plants or seeds in pots
    • A01G9/086Devices for repotting
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/34Devices for discharging articles or materials from conveyor 
    • B65G47/46Devices for discharging articles or materials from conveyor  and distributing, e.g. automatically, to desired points
    • B65G47/51Devices for discharging articles or materials from conveyor  and distributing, e.g. automatically, to desired points according to unprogrammed signals, e.g. influenced by supply situation at destination
    • B65G47/5104Devices for discharging articles or materials from conveyor  and distributing, e.g. automatically, to desired points according to unprogrammed signals, e.g. influenced by supply situation at destination for articles
    • B65G47/5109Devices for discharging articles or materials from conveyor  and distributing, e.g. automatically, to desired points according to unprogrammed signals, e.g. influenced by supply situation at destination for articles first In - First Out systems: FIFO
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Specific Conveyance Elements (AREA)
  • Container Filling Or Packaging Operations (AREA)
  • Wrapping Of Specific Fragile Articles (AREA)
  • Supplying Of Containers To The Packaging Station (AREA)
  • Packaging Of Special Articles (AREA)
  • Time-Division Multiplex Systems (AREA)
  • Small-Scale Networks (AREA)
  • Hydroponics (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het 5 bufferen van houders met planten, zoals trays of potten in een warenhuis. De uitvinding betreft tevens een bufferinrichting voor het bufferen van houders met planten.
Het is bekend planten te kweken in houders zoals trays of potten. De houders kunnen tijdelijk opgeslagen worden door 10 deze te bufferen.
Het doel van de uitvinding is een werkwijze en inrichting te verschaffen voor het bufferen van houders, waarbij de kosten voor het bufferen aanzienlijk worden verminderd, terwijl het gebruiksgemak gelijk blijft of vergroot wordt ten 15 opzichte van de stand van de techniek.
Dat doel wordt bereikt volgens een eerste aspect van de uitvinding door middel van een werkwijze waarbij een bufferruimte wordt verschaft voor het bufferen van de houders in een warenhuis. Tevens worden houders met planten 20 verschaft.
De houders worden bij voorkeur toegevoerd aan de bufferruimte en in een rij in een eerste richting opgesteld. De zodanig opgestelde houders worden bij voorkeur gebufferd door de rij aan te grijpen, op te tillen, en door de 25 bufferruimte te verplaatsen in een tweede richting, die verschilt van de eerste richting, en die rij houders in de bufferruimte neer te zetten. Hierdoor wordt een werkwijze verkregen, waarbij houders worden toegevoerd aan de bufferruimte en in die bufferruimte worden opgesteld.
30 De bufferruimte kan bijvoorbeeld een tafel of een vloer omvatten waarop de houders worden geplaatst. Het tafeloppervlak vormt het oppervlak waarop de houders tijdelijk worden geplaatst voor bufferen. Het oppervlak 1031944 2 waarop de houders worden geplaatst hoeft niet horizontaal of vlak te zijn. In een uitvoeringsvorm kan het oppervlak voorzien zijn van aanvullende ondersteuningsmiddelen voor het plaatsen van de houders. In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn 5 aanvullende verzorgingsmiddelen aanwezig in de bufferruimte. De verzorgingsmiddelen, bijvoorbeeld een watertoevoer met sproeier, kunnen gebruikt worden voor het onderhouden van de gebufferde planten. In een uitvoeringsvorm kunnen tevens waterafvoermiddelen zijn aangebracht. Het oppervlak kan 10 omgegeven zijn door een opstaande wand waarbinnen het water wordt verzameld, en waarin de houder gedeeltelijk in geplaatst zijn. Een deel van de houder is ondergedompeld.
De in één of meerdere rijen opgestelde buffers worden bij voorkeur aangegrepen en opgetild en in de bufferruimte 15 neergezet. Hierbij worden zij verplaatst door de bufferruimte in een tweede richting. De bufferruimte is voorzien van een oppervlak. Het oppervlak strekt zicht uit in de eerste richting en in de tweede richting. Door de houders op te stellen in een rij die zich ten minste uitstrekt in de eerste 20 richting, kan de rij van meerdere houders opgepakt worden en verplaatst worden in de tweede richting en zo neergezet worden. De rij van houders worden zo verdeeld en/of verspreid over de zich in eerste en tweede richting uitstrekkende bufferruimte.
25 Het heeft de voorkeur de rij van houders te plaatsen in de bufferruimte, waarbij de geplaatste rij zich in de eerste richting uitstrekt. De rij omvat twee of meer houders. In een voordelige uitvoeringsvorm heeft de rij meer dan tien houders. In een uitvoeringsvorm wordt niet de complete rij 30 van opgestelde houders aangepakt, maar slechts een deel, bij voorkeur het deel dat het langst al stond opgesteld. De rij wordt dan niet verdraaid tijdens de verplaatsing door de bufferruimte. Hierdoor blijven de rijen parallel aan elkaar 3 gericht en wordt de bufferruimte op effectieve wijze gebruikt.
Bij voorkeur omvat het verplaatsen in de tweede richting het verplaatsen van de rij houders door deze aan te grijpen 5 en op te tillen en een afstand in de tweede richting te verplaatsen die in hoofdzaak gelijk is aan C + n * x, waarbij C een constante is, n een integer en x een voorafbepaalde tussenafstand tussen de rijen houders. Wanneer de houders bijvoorbeeld een diameter hebben van acht centimeter, kan de 10 vooraf bepaalde tussenafstand bijvoorbeeld negen centimeter zijn en kunnen elke negen centimeter een rij houders in de bufferruimte worden geplaatst. Hierdoor kan een optimale vulling van de bufferruimte worden verkregen. De tussenafstand is een vast bepaalde afstand in een deel van de 15 bufferruimte, bijvoorbeeld het deel van de bufferruimte waarin een gesorteerde categorie van houders wordt geplaatst. In een uitvoeringsvorm verschilt de tussenafstand per gesorteerde gebufferde houders. In een eerste deel van de bufferruimte wordt een tussenruimte xx toegepast voor 20 categorie 1 houders en een tussenruimte x2 in een ander deel van de bufferruimte voor houders van de categorie 2.
Eventueel kan een verspringing in de posities worden uitgevoerd, waardoor een verdere ruimte besparing wordt verkregen. Dit is bijzonder voordelig bij ronde houders zoals 25 potten. Door de verspringing wordt een hogere dichtheid van bufferen verkregen. In een voorkeursuitvoeringsvorm kunnen zeshoekige potten gebruikt worden. Deze kunnen volgens een honingraat patroon worden gebufferd.
Het bufferen omvat volgens een voorkeursuitvoeringsvorm 30 bij voorkeur het in een geheugen opslaan van de afstand van verplaatsing in de tweede richting van de rij houders die wordt gebufferd. Hierdoor wordt in het geheugen bijgehouden op welke plaatst, weergegeven door de afstand in de tweede 4 richting, houders gebufferd zijn. Bij het ophalen en afvoeren van de buffers kan hiermee rekening worden gehouden.
Bij voorkeur omvat de werkwijze verder het sorteren van de houders door een eigenschap van de houders waar te nemen 5 en bij voorkeur te vergelijken met een voorafbepaalde eigenschap. Hierdoor kunnen de toegevoerde houders in bepaalde klassen worden ingedeeld en, afhankelijk van die klasse worden gebufferd.
Het heeft verder de voorkeur dat het sorteren verder 10 omvat het opstellen van de houders volgens de waargenomen eigenschap in verschillende rijen. Wanneer bijvoorbeeld gesorteerd wordt in drie categorieën, kunnen drie rijen houders worden opgesteld, welke tijdens het bufferen kunnen worden aangegrepen en worden verplaatst.
15 Bij voorkeur strekken de rijen van gesorteerde houders zich allen parallel uit in de eerste richting. Hierdoor kunnen de in verschillende rijen opgestelde gesorteerde houders door een hetzelfde verdeelmiddel worden aangegrepen en verplaatst, zonder dat het verdeelmiddel apart moet worden 20 ingesteld voor de respectievelijke rijen.
Het heeft ook de voorkeur dat de werkwijze verder omvat het reserveren van een vloeroppervlak in het warenhuis en het op die vloer van het warenhuis bufferen van de houders door de houders op die vloer te plaatsen. Hierdoor wordt een 25 werkwijze verkregen waarbij een aanzienlijke besparing kan worden gehaald doordat de vloer in het warenhuis gebruikt wordt als opslagruimte of bufferoppervlak voor de houders.
Een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze omvat het afvoeren van houders door de rij van gebufferde houders aan 30 te grijpen, op te tillen, en af te voeren uit de ruimte.
Hierdoor wordt het bufferen van de houder beëindigd en kunnen zij voor verder gebruik worden behandeld, bijvoorbeeld worden verpakt. Het afvoeren vindt bij voorkeur plaats door de 5 gebufferde houders aan te grijpen, op de tillen en te plaatsen op een afvoerband. De afvoerband strekt zich bij voorkeur uit in de eerste richting.
Volgens de werkwijze wordt een ruimte in een warenhuis 5 gebruikt voor het bufferen van de houders, waarbij in die ruimte, waarbij het grootste deel van die ruimte bereikbaar wordt gemaakt door gebruik te maken van een in een tweede richting bewegende grijper. De grijper beweegt over het oppervlak waarop de houders gebufferd kunnen worden. Bij 10 voorkeur wordt hiervoor een kasruimte gebruikt van het Venlo-type of een breedkapper. In een uitvoering is de kap 12,8 meter breed is, wat overeenkomt met de spanbreedte van een uitvoering van een kas van het Venlo-type.
In de bufferruimte hoeft slechts het toevoeren en 15 opstellen van de houders mogelijk gemaakt te worden, bij voorkeur door middel van een zich in een eerste richting uitstrekkende geleider, alsmede een afvoer, eveneens mogelijk gevormd door een zich in een eerste richting uitstrekkende geleider. De overige ruimte, in het bijzonder de ruimte waar 20 de houders worden gebufferd of niet of nauwelijks te worden bewerkt waardoor een aanzienlijke kostenbesparing wordt gehaald. De zich in een tweede richting bewegende grijper kan aan een zich in een tweede richting uitstrekkende geleiding bevestigd zijn, welke de beweging geleidt. Volgens de 25 uitvinding beweegt de grijper zich telkens boven de opgestelde rij van houders naar de bufferruimte, waarbij de gebufferde positie en eigenschappen van de gebufferde potten/planten worden opgeslagen en worden bij het afvoeren de aan een verzoek van een gebruiker voldoende houders uit de 30 bufferruimte gevoerd door de grijper naar de opgeslagen positie te brengen en de houder aan te grijpen en naar de afvoer te tillen.
6
Het is mogelijk op het oppervlak meerdere houders, in het bijzonder trays te stapelen. Hierdoor neemt de buffercapaciteit verder toe, aangezien meerdere lagen trays op elkaar geplaatst kunnen worden. Het betreft in het 5 bijzonder stapelbare trays, voorzien van stapelmiddelen, zoals bijvoorbeeld opstaande randen. In een geheugen kan een array of drie dimensionale structuur van de gebufferde houders worden opgeslagen zodanig dat de gebufferde houders op een gewenst moment kunnen worden opgeroepen.
10 De uitvinding betreft tevens een bufferinrichting. De bufferinrichting is ingericht voor het tijdelijk in een bufferruimte opslaan van houders met planten zoals trays of potten. De bufferinrichting volgens de uitvinding omvat een toevoermiddel voor het toevoeren van houders, een 15 opstelmiddel voor het opstellen van een aantal toegevoerde houders in tenminste een zich in een eerste richting uitstrekkende rij. De bufferinrichting omvat verder een verdeelmiddel voorzien van ten minste één bestuurbaar aangrijpmiddel voor het aangrijpen van een rij van houders, 20 waarbij dit verdeelmiddel in hoofdzaak in een tweede richting beweegbaar is, waarbij die tweede richting bij voorkeur verschilt van de eerste richting. Hierdoor kan de rij van te bufferen houders in de tweede richting verplaatst worden. Zowel de eerste als de tweede richting kunnen een rechte 25 vector zijn als een gekromde lijn. In een uitvoeringsvorm is de tweede richting een radiale richting van een cirkel.
De bufferinrichting omvat verder volgens een voorkeursuitvoeringsvorm een bufferruimte, die een oppervlak heeft, dat zich in hoofdzaak uitstrekt in de eerste en tweede 30 richting. De te bufferen houders worden op het oppervlak geplaatst om tijdelijk te worden opgeslagen.
Bij voorkeur is het verdeelmiddel beweegbaar boven het opstelmiddel en door de bufferruimte. Hierdoor wordt een 7 bufferinrichting verkregen, waaraan via toevoermiddel houders, zoals trays of potten met planten, kunnen worden toegevoerd en die worden opgevangen in het opstelmiddel. Het verdeelmiddel omvat bij voorkeur een zich in de tweede 5 richting uitstrekkende geleider welke is ingericht voor het geleiden van het aangrijpmiddel in de tweede richting.
Het opstelmiddel plaatst de houders in tenminste een eerste rij, die zich tenminste in een eerste richting uitstrekt. De opgestelde houders kunnen door het 10 aangrijpmiddel van het verdeelmiddel worden aangegrepen, waarbij een hele of een gedeelte van die rij in één keer kan worden opgetild. Het verdeelmiddel is daarbij beweegbaar in een tweede richting, bij voorkeur haaks op de eerste richting, en kan daardoor de gehele aangegrepen rij naar een 15 andere positie brengen. De andere positie bevindt zich in de bufferruimte, die een oppervlak heeft waarop de houders geplaatst kunnen worden. Door het optillen en plaatsen van de houders is de bufferruimte zelf, behoudens het opstelmiddel en eventueel afvoermiddelen, in hoofdzaak vrij van bijzondere 20 voorzieningen, voor het bufferen van de houders. Hierdoor wordt een aanzienlijke besparing gehaald ten opzichte van bekende bufferinrichtingen. Het verdeelmiddel beweegt zich boven het opstelmiddel en is zodoende in staat de houders uit het opstelmiddel op te tillen en te verplaatsen. Verder 25 beweegt het verdeelmiddel zich boven het oppervlak van de bufferruimte en kan zodoende de houders van boven op het oppervlak neer zetten en de houders zodoende bufferen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is het verdeelmiddel ingericht voor het plaatsen van houders op het oppervlak van 30 de bufferruimte in rijen die zich in hoofdzaak in de eerste richting uitstrekken. De opgestelde en aangegrepen rijen houders behouden zodoende de oorspronkelijke richting en worden niet verdraaid. Hierdoor kan een groot aantal rijen 8 houders parallel aan de eerste richting en aan het opstelmiddel in de bufferruimte worden geplaatst.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de bufferinrichting verder een afvoermiddel voor het afvoeren van houders. Het 5 verdeelmiddel is bij voorkeur boven het opstelmiddel, boven het afvoermiddel en door de bufferruimte beweegbaar. Hierdoor kunnen gebufferde houders in rijen worden opgepakt en worden geplaatst op het afvoermiddel om uit de bufferinrichting te worden afgevoerd.
10 Verder is het voordelig wanneer het toevoermiddel, het opstelmiddel en/of het afvoermiddel voorzien zijn van een aandrijfbare transportband. Alleen deze delen, in tegenstelling tot de stand van de techniek, hoeven te worden voorzien van aandrijfbare transportbanden voor het bufferen 15 van de houders. Het opslaan en bufferen van de houders in de bufferruimte wordt mogelijk gemaakt door het verdeelmiddel, waarbij één verdeelmiddel gebruikt kan worden voor alle gebufferde houders.
Het opstelmiddel omvat bij voorkeur een zich in de eerste 20 richting uitstrekkende geleider. Bij voorkeur is die geleider een goot. Het opstelmiddel is zodoende in staat de houders in een rij in een eerste richting te positioneren, zodat deze kunnen worden aangegrepen door het aangrijpmiddel van het verdeelmiddel.
25 Bij voorkeur is de bufferinrichting voorzien van een detectiemiddel voor het detecteren van ten minste één eigenschap van de houders. Hierdoor is het mogelijk dat de bufferinrichting de houders op basis van de gemeten eigenschap kan selecteren of sorteren. In een 30 voorkeursuitvoeringsvorm is het detectiemiddel verbonden met het geheugen waardoor in het geheugen wordt opgeslagen welke eigenschap is gedetecteerd aan de houder. In het geheugen kan de positie van de houder in de bufferinrichting worden 9 bij gehouden en bij de afvoer van de houder uit de bufferinrichting kan de eigenschap worden meegegeven.
Bij voorkeur omvat de bufferinrichting een aantal, parallel aan elkaar aangebrachte, zich in de eerste richting 5 uitstrekkende opstelmiddelen voor het opstellen van een aantal rijen van houders. Hierdoor kan een groot aantal houders worden opgesteld, waarbij de houders allen een rij vormen, zich uitstrekkend in de eerste richting.
Het heeft verder de voorkeur dat het toevoermiddel is 10 ingericht voor het toevoeren van de houders volgens de gedetecteerde eigenschap aan de opstelmiddelen, in het bijzonder aan de verschillende parallel aan elkaar aangebrachte opstelmiddelen. De bijvoorbeeld vier opstelmiddelen kunnen dan worden gebruikt voor het opstellen 15 van houders die voldoen aan een bepaalde eigenschap. Hierdoor wordt een rij van houders verkregen met overeenkomstige eigenschappen, zoals waargenomen door detectiemiddelen. Bij het bufferen wordt in één keer een rij met overeenkomstige eigenschappen gebufferd. Bij het afvoeren kan dan een rij met 20 overeenkomstige eigenschappen in één keer worden afgevoerd.
De bufferinrichting omvat bij voorkeur een besturing voorzien van een geheugen voor het opslaan van ten minste een eigenschap van de in de bufferruimte geplaatste houders, in het bijzonder de geplaatste rij houders. Hierdoor kan bij het 25 afvoeren rekening worden gehouden met de eigenschappen die zijn waargenomen aan de houders.
Het aangrijpmiddel is bij voorkeur een grijper. In uitvoeringsvorm is het aangrijpmiddel voorzien van wateropvangmiddelen. Hierdoor kan water dat van de 30 aangegrepen houders vrijkomt, worden opgevangen, in het bijzonder wanneer de houders boven de toevoermiddelen of boven gebufferde houders in de bufferruimte wordt bewogen. De druppels zouden schade kunnen veroorzaken aan de gebufferde 10 houders of de planten in de gebufferde houders. De wateropvangmiddelen kunnen bijvoorbeeld een scharnierende opvangbak omvatten die onder de aangegrepen houders zwenkbaar is, wanneer het aangrijpmiddel in de tweede richting wordt 5 bewogen.
Alhoewel de uitvinding zal worden beschreven aan de hand van uitvoeringsvormen, zoals getoond in de bijgesloten tekeningen, zal het de vakman duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de getoonde voorbeelden. De 10 uitvinding is slechts beperkt door de bijgesloten conclusies. Het zal de vakman tevens duidelijk zijn dat het mogelijk is afsplitsingen in te dienen op onderdelen die genoemd zijn in de beschrijving, onafhankelijk van het feit of voordelen van de kenmerken zijn aangegeven. Tevens is duidelijk aan de 15 vakman dat diverse combinaties van de verschillende in de beschrijving genoemde maatregelen van de inrichting volgens de uitvinding mogelijk zijn en dat de vakman deze maatregelen op verschillende voordelige wijzen kunnen combineren, zelfs tot inrichtingen waarvan de voordelen indirect of direct in 20 de beschrijving thans zijn aangegeven.
De uitvinding zal verder worden beschreven aan de hand van de voorkeursuitvoeringsvormen, welke getoond worden in de bijgevoegde tekeningen, waarin:
Figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een 25 bufferinrichting volgens een eerste uitvoeringsvorm,
Figuur 2 een bovenaanzicht toont van een tweede uitvoeringsvorm van een bufferinrichting,
Figuur 3 een detail toont van een aangrijpmiddel volgens een pijl I in figuur 1 volgens een tweede uitvoeringsvorm.
30 Figuur 1 toont een aanzicht van een deel van een ruimte in een warenhuis. Een warenhuis heeft een aantal kappen, zoals een warenhuis van het bekende Venlo-type. In figuur 2 is met A de breedte aangegeven van een kap in een 11 uitvoeringsvorm 12,8 meter. De kap heeft tevens een bepaalde lengte. Deze is afhankelijk van het warenhuis. In een uitvoering kan de lengte meer dan 50 meter zijn. Het is mogelijk de bufferinrichting te gebruiken in een warenhuis 5 waarbij vrijwel het complete vloeroppervlak van een kap als bufferruimte wordt gebruikt voor de bufferinrichting en als bufferoppervlak. In een andere uitvoering worden meerdere kappen gebruikt en of wordt een deel van een kap gebruikt. In de getoonde uitvoeringsvorm van Figuur 2 wordt de ruimte van 10 een kap deel gebruikt voor de toevoer en afvoer van houders en voor het bufferen van de houders. Sorteerinrichtingen en andere inrichting zijn aanvullend onder een naastliggend kapdeel geplaatst.
Het warenhuis heeft een vloer 1. Op de vloer 1 kunnen 15 toestellen geplaatst worden en/of kunnen bedienden 2 werkzaam zijn en/of kunnen potten geplaatst worden.
Houders 3 worden toegevoerd in getoonde uitvoeringsvorm op een transportband 4 van een toevoerinrichting 5. De toevoerinrichting is ingericht als sorteermiddel. De 20 toevoerinrichting omvat vier sorteerkanalen 6-9. Een toegevoerde houder 3 wordt gekwalificeerd en afhankelijk van de kwalificatie via een van de sorteerkanalen 6-9 afgevoerd naar de respectievelijk opstelmiddelen 10-13 die zich stroomafwaarts bevinden van de respectievelijk sorteerkanalen 25 6-9.
Potten/planten van een bepaalde vooringestelde kwaliteit worden met een duwer 14 in het eerste sorteerkanaal geduwd en toegevoerd aan het eerste opstelmiddel 10. De duwer is verbonden met een besturing. De duwer is een overduwer. Op de 30 toevoerinrichting kan bijvoorbeeld een detectiemiddel zoals een camera zijn aangebracht dat een bepaalde meting doet en een vergelijking uitvoert met een in een geheugen opgeslagen parameter. Op basis van de vergelijking kan de besturing de 12 duwer inschakelen en de pot/plant in het respectievelijke sorteerkanaal duwen.
In een andere uitvoering worden houders 3 zoals potten voorzien van een plant door de bediende op toevoerinrichting 5 geplaatst worden. Daarbij kan de bediende een bepaalde sortering uitvoeren. Potten/planten van een bepaalde kwaliteit kunnen op de eerste sorteerkanaal 6 geplaatst worden, potten/planten van een tweede kwaliteit op de tweede sorteerkanaal 7, etc.
10 De opstelmiddelen 10-13 vormen een geleider en omvatten een transportmiddel op bekende wijze uitgevoerd door een riem 18 gespannen tussen twee rollen, en opstaande wanddelen 19,20, die een goot vormen. De pot 3 staat op de band en wordt door de wanddelen geleid. De transportband zal wanneer 15 deze op gebruikelijk wijze wordt aangedreven (niet getoond), de pot volgens pijl 21 transporteren in een eerste richting.
De opstelmiddelen 10-13 zijn ingericht om, wanneer via het sorteerkanaal een houder wordt toegevoerd, deze zo ver mogelijk in de richting van de pijl 21 te bewegen, tot dat 20 die houder tegen de reeds gereedstaande houder botst. De reeds gereedstaande houders zullen ondanks de beweging van de transportbaan niet van plaats verwisselen. De transportband en de houder slippen, waarbij de houder zijn ingenomen positie vasthoudt. In een andere uitvoeringsvorm wordt de 25 houder van de transportband getild wanneer de houder de opstelpositie heeft bereikt.
Een houder die op een lege goot van een opstelmiddel 10 geleid wordt, wordt bewogen tot het einde van de goot en loopt dan op tegen een nok of een andere stopmiddel.
30 In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm is opstelmiddel 11 en opstelmiddel 13 vrijwel geheel gevuld met een rij zich in de eerste richting 21 uitstrekkende houders. Alhoewel de getoonde uitvoeringsvorm een rechte rij toont, is 13 dit voor de uitvinding niet noodzakelijk en kan de eerste richting 21 bijvoorbeeld gekromd zijn.
De volgens de uitvinding opgestelde rij van houders kan met een aangrijpmiddel 30 dat gevormd wordt door twee 5 klemmende bladen 31,32 worden aangegrepen. De bladen 31,32 kunnen bijvoorbeeld aangrijpen op of onder de rand van de pot. In figuur 1 is een aangegrepen rij van potten getoond, welke worden geklemd en aangegrepen door het aangrijpmiddel 30.
10 Aangrijpmiddel 30 is via een aantal bestuurbare cilinders 34,35 verbonden met het verdeelmiddel 36 dat in deze uitvoeringsvorm een tweetal profieldelen 37,38 omvat, welke uitgevoerd zijn als rail, waarbij deze rail zich in een tweede richting 32, in de getoonde uitvoeringsvorm dwars op 15 de eerste richting 21, uitstrekt. De rails 37,38 zijn ingericht voor het geleiden van een wagentje 40 waaraan de cilinders 34,35 bevestigd zijn. Het wagentje 40 omvat tevens een aandrijfmiddel 41 dat verbonden is met een aantal rollen 42,43 voor het laten bewegen van karretje 40 volgens pijl 39 20 over de rails 37,38. Het karretje 40 omvat verder gelagerde wielen 44.
Wanneer de opgestelde rij houders is aangegrepen door het aangrijpmiddel 30 kunnen deze in de tweede richting 39 worden verplaatst. Daarbij wordt de rij van houders uit het 25 opstelmiddel opgetild door klemming in de getoonde uitvoeringsvorm, doordat de bladen 31 en 32 middels een bestuurbare cilinder 46 naar elkaar toegebracht kunnen worden. Door de houders op te tillen, kunnen de houders in een ander deel van de ruimte worden geplaatst.
30 Volgens de uitvinding omvat het optillen en verplaatsen het zich in een tweede richting 39 verplaatsen van de rij houders en deze in de bufferruimte plaatsen. In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een dergelijke rij op de vloer 1 14 geplaatst. Hierdoor wordt een aanzienlijke besparing verkregen, aangezien er geen bijzondere maatregelen zijn voor het bufferen van de rij houders anders dan het verdeelmiddel 36. Er is geen aparte transportband van de opstelmiddelen 5 naar de positie waar de houders gebufferd worden. Tevens worden de houders op de vloer 1 geplaatst, zonder dat daar een bijzondere ondersteuning voor nodig is. De vloer 1 is direct geschikt voor het plaatsen van de houders.
Wanneer een rij wordt gebufferd wordt in een geheugen van 10 een besturingsmiddel een aantal parameters met betrekking tot de gebufferde rij opgeslagen. Een parameter kan de plaats van buffering zijn. In de getoonde uitvoeringsvorm kan deze parameter worden aangegeven met een afstand in de tweede richting. Ook kunnen de sorteervoorwaarden worden opgeslagen. 15 Een mogelijk parameter is het moment van bufferen. Dit maakt bijvoorbeeld een periodieke verzorging van de gebufferde planten mogelijk, zoals later zal worden beschreven. Nog een andere parameter kan de grootte van de houders zijn, of het aantal houders. De gegevens worden in een geheugen 20 opgeslagen. Het geheugen kan via een server gekoppeld zijn aan een netwerk. Hierdoor is het mogelijk om op afstand de gebufferde planten/potten/trays te raadplegen. Hierdoor wordt een betere beheersing van het bufferen mogelijk. Een verkoper kan opvragen wat de huidige voorraad is. In een 25 uitvoeringsvorm is het mogelijk een bestelling te doen via de interface, waardoor de bufferinrichting op afstand een instructie ontvangt, waardoor de gevraagde gebufferde houders worden opgeroepen om te worden afgevoerd.
Doordat een rij houders wordt opgesteld en aangegrepen, 30 kan worden volstaan met de toepassing van een verdeelmiddel. Dit verdeelmiddel vervangt op zijn beurt de in de stand van de techniek bekende oplossingen voor het vervoeren van de houders naar een geschikte plek voor bufferen.
15
In figuur 1 is een rij 50 van houders getoond, welke op de vloer 1 zijn geplaatst. De rij 50 strekt zich uit in de eerste richting 21 en is een afstand in de richting van tweede pijl 39 verplaatst ten opzichte van de opstelmiddelen 5 10-13.
Een aantal rijen van houders kunnen parallel aan elkaar worden gebufferd in de bufferruimte, welke in de getoonde uitvoeringsvorm wordt gevormd door de vloer 1 die zich uitstrekt in de eerste richting en in de tweede richting. Een 10 aantal rijen kan parallel aan elkaar op de vloer worden geplaatst. Zij strekken zich in het bijzonder parallel aan de eerste richting 21 uit.
In een uitvoeringsvorm kunnen de houders versprongen neergezet worden, waardoor een verdere verdichting van de 15 gebufferde houders plaatsvindt.
Wanneer bijvoorbeeld houders met een diameter van 8cm op de vloer 1 worden geplaatst, kunnen houders elke 9cm op de vloer 1 worden geplaatst in rijen zoals getoond in figuur 1. Hierdoor is telkens een tussenruimte van lcm tussen de 20 opgestelde en gebufferde houders aanwezig, waardoor de bladen 31 en 32 onder de rand van de pot kunnen aangrijpen.
De bufferinrichting volgens figuur 1 is voorzien van een besturing, welke de bestuurbare elementen zoals de duwers, de opstelmiddelen, transportbanden en de verdeelmiddelen 36 25 kunnen aansturen. De diverse aandrijfbare elementen kunnen voorzien zijn van een radio ontvanger waardoor de besturing de instructies op draadloze wijze kunnen toevoeren aan de respectievelijke elementen.
In een uitvoeringsvorm is de besturing voorzien van een 30 invoermiddel (niet getoond) waarmee een bediende 2 kan aangeven dat een bepaalde gebufferde soort houders/planten uit de buffering kan worden gehaald en verder verwerkt kunnen worden. Na deze instructies zal het verdeelmiddel de rij 16 ophalen. De positie van de op de vloer 1 geplaatste rij houders 50 is in een geheugen van de besturing (niet getoond) opgeslagen. Wanneer de desbetreffende rij wordt opgevraagd, beweegt de verdeler 36 volgens pijl 39 naar de opgestelde rij 5 50 en zal deze aangrijpen door middel van klemming.
Wanneer met het verdeelmiddel de gewenste rij is opgehaald, beweegt het verdeelmiddel over de rails 37,38 naar de afvoermiddelen 60-62. Deze worden gevormd door een transportband 63 en opstaande wanddelen 64,65. Ze zijn 10 geplaatst op een gestel 66. In figuur 1 is een rij 67 zojuist geplaatst op afvoermiddel 61. De afvoermiddelen 60-62 vormen een geleider, welke zich uitstrekt parallel in deze getoonde uitvoeringsvorm aan de eerste richting 21. Hierdoor is geen verdraaiing en dergelijke noodzakelijk van de 15 verdeelinrichting.
De besturing leidt het verdeelmiddel 36 tot boven het respectievelijke afvoermiddel 60-62 en plaatst de potten op de transportband, tussen de wanddelen 64,65. De verdeler beweegt dan weer weg.
20 De rij 67 wordt volgens pijl 69 afgevoerd in de richting van één de drie bufferschijven 70-72. De bufferschijf omvat een blad 73 dat kan roteren. Een houder 74 wordt tussen de armen 75,76 geleid en zal worden ondersteund door het blad 73 en daarbij roteren volgens pijl 77. De bedienden 2 kunnen de 25 uit de bufferinrichting afgevoerde houders 74 van de tafel afnemen en verder verwerken. In een andere uitvoeringvorm kunnen de afvoermiddelen 60-62 gekoppeld zijn aan een automatische verwerking. Een verdere verwerking kari bijvoorbeeld worden gevormd door een inpakeenheid of 30 dergelijke.
De verdere bewerking/verwerking van de potten is geen onderdeel van de onderhavige uitvinding.
17
Figuur 2 toont een tweede uitvoeringsvorm. Een aanvoerband 101 voert houders volgens pijl 102 naar een detectie 103. Daar worden één of meer parameters van de houders waargenomen. Het detectiemiddel 103 is onderdeel van 5 een sorteerinrichting. Hier kan een parameter worden waargenomen en worden vergeleken met een vooraf bepaalde waarde die is opgeslagen in een geheugen van het besturingsmiddel (niet getoond).
De transportband 101 voert de houders verder naar de 10 sorteerinrichting/toevoerinrichting 105. Deze is vergelijkbaar met de eerste uitvoeringsvorm uitgevoerd door middel van duwers 106. Door de duwers kunnen de houders op één van de vier geleiders 107-110 geplaatst worden, die in vergelijking met de eerste uitvoeringsvorm zijn uitgevoerd.
15 De geleiders 107-110 vormen opstelmiddelen voor het in een rij doen opstellen van de houders, waarbij de rij zich in een eerste richting 111 uitstrekt. Een boven de opstelmiddelen 107-110, bijvoorbeeld aan een plafond van een warenhuis bevestigde geleider 112, strekt zich uit in de tweede 20 richting 113, welke in de getoonde uitvoeringsvorm haaks staat op de eerste richting 111. Aan de geleider 112 is een verdeelmiddel 115 beweegbaar opgehangen, welke een aangrijpmiddel 114 omvat voor het aangrijpen van een opgestelde rij houders vanaf de opstelmiddelen 107-110.
25 De bufferinrichting volgens de uitvinding is plaatsbaar in een warenhuis. Een warenhuis heeft kappen, welke bijvoorbeeld een breedte A hebben, zoals getoond in figuur 2. De kap heeft bijvoorbeeld een lengte B, zoals getoond in figuur 2. De bufferinrichting is grotendeels geplaatst onder 30 één van de kappen van het warenhuis, aangegeven met AxB. De verdeler 115 is langs de geleider 112 over de gehele breedte verplaatsbaar. Een aangegrepen rij potten kan zodoende van het opstelmiddel 107 worden opgetild en worden geplaatst op 18 een andere locatie, bij voorkeur in een parallelle rij in de bufferruimte, welke een oppervlak heeft van AxB.
In een geheugen wordt de positie van de geplaatste buffer opgeslagen. De buffers kunnen in een aantal rijen worden 5 geplaatst. De rijen kunnen op regelmatige afstanden van elkaar worden geplaatst. Hierdoor kan een hoge dichtheid van gebufferde potten in de bufferruimte worden verkregen.
In de getoonde uitvoeringsvorm omvat de inrichting tevens een afvoerinrichting 120, welke gevormd worden door een 10 aantal parallelle uitstrekkende geleiders, welke bijvoorbeeld uitgevoerd kunnen zijn zoals in figuur 1 of op een andere wijze voorzien kunnen zijn van middelen voor het uitvoeren van een rij potten.
Naast de bufferinrichting kan een verder 15 behandelinrichting 130 aanwezig zijn. Die kan tevens deels in de AxB ruimte van de kap geplaatst zijn. Deze bestaat ook uit een aantal parallelle geleiders of goten, waarin houders kunnen worden geplaatst. Het is bijvoorbeeld uitgevoerd als waterbak. De gebufferde planten/potten kunnen op gezette 20 tijden door de verdeler 115 worden opgetild en geplaatst op een goot 131 van het verzorgmiddel 130. Hier kunnen de potten bijvoorbeeld in water geplaatst worden.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is het aangrijpmiddel 114 van de verdeler 115 uitgevoerd om de planten op een goot 131 25 te plaatsen. Daarbij is het aangrijpmiddel bijzonder uitgevoerd om water, waarin de rij planten is gedompeld op te vangen, zodat dit niet druppelt op in de bufferruimte gebufferde planten, wanneer de aangegrepen rij over die planten in de bufferruimte heen bewegen terug naar de oude 30 positie of naar een nieuwe positie. Daarbij wordt dan in het geheugen opgeslagen dat de planten op een bepaald moment voorzien zijn van water en wordt een nieuwe positie van de 19 planten met de bij de detectie inrichting 103 waargenomen eigenschappen gekoppeld aan de nieuwe positie.
Figuur 3 toont een detail van een andere uitvoeringsvorm van een aangrijpmiddel 30. Hier is een dwarsdoorsnede 5 getoond. Aangrijpmiddel 130 is onder een in hoofdzaak zich in een horizontaal vlak uitstrekkende rails 131 gehangen. Een trolley 132 verbindt het aangrijpmiddel 130 met de rails 131. De trolley omvat een aantal wielen 133 die in de rails zijn opgenomen. De rails kan een geextrudeerd profiel hebben, 10 waarin de wielen aangrijpen. Een niet getoond aandrijfmiddel is verbonden met de wielen en kan de trolley 132 volgens pijl 134 in de tweede richting verplaatsen. Daarbij beweegt het aangrijpmiddel over de gebufferde trays of potten heen.
Het aangrijpmiddel 130 volgens deze twee uitvoering omvat 15 een huis 135, waaraan scharnierend twee armen 136,137 zijn verbonden, welke volgens pijlen 138,139 kunnen zwenken. In de getoonde positie kan tussen de armen 136,137 tussen de uiteinden die voorzien zijn van hakende elementen een pot 140 worden aangegrepen en geklemd. De hakende elementen 141 20 grijpen in deze uitvoering aan onder een rand 142 van de pot. De armen zijn met een scharnier met het lichaam 135 verbonden. Een aandrijfmiddel (niet getoond) kan de twee armen 136,137 doen zwenken rond het scharnier. De aandrijfmiddelen kunnen op afstand worden bestuurd.
25 Het aangrijpmiddel 130 volgens deze twee uitvoeringsvorm is tevens voorzien van een grotere derde arm 150. Deze is uitgevoerd als water of druppelopvang element. In de getoonde positie is arm 150 naar een positie bewogen waarbij de pot 140 kan worden aangegrepen door de armen 136,137. Wanneer de 30 pot eenmaal is aangegrepen en is opgetild doordat de afstand tussen huis 135 en rails 131 is verkleind door middel van een geschikte aandrijfmiddel zoals een cilinder, kan de derde arm worden gezwenkt volgens pijl 139 rond scharnier 152, waarbij 20 het boogdeel 151 van de derde arm gepositioneerd wordt onder de aangegrepen houder, zoals getoond met stippellijnen. Mogelijk aan de houder gevormde druppels water zullen nu worden opgevangen in de boogvorm 151 en zullen niet op 5 planten vallen waar overheen het aangrijpmiddel 130 wordt bewogen tijdens het bufferen. Dit leidt tot minder beschadigingen. De vakman zal bekend zijn met mogelijke maatregelen waarmee opgevangen water in het boogdeel 151 kan worden afgevoerd op het moment dat houders weer op een 10 oppervlak worden geplaatst, wanneer de derde arm weer moet worden gezwenkt naar de in figuur 3 getoond positie. Een verder afvoermiddel kan op het boogdeel 151 zijn aangebracht.
Het zal de vakman duidelijk zijn dat verschillende variaties binnen het concept van deze uitvinding mogelijk 15 zijn. De uitvinding is dan ook niet beperkt tot de getoonde uitvoeringsvormen. Diverse in de beschrijving genoemde onderdelen zijn als mogelijke basis voor afsplitsingen te identificeren.
1031944

Claims (22)

1. Werkwijze voor het bufferen van houders met planten, zoals trays of potten in een warenhuis, omvattende: 5. het verschaffen van een bufferruimte voor het bufferen van houders in een warenhuis; - het verschaffen van houders met planten; - het toevoeren en in een rij in een eerste richting opstellen van een aantal houders; 10. het bufferen van de rij van opgestelde houders, door de rij aan te grijpen, op te tillen, door de bufferruimte te verplaatsen in een tweede richting, die verschilt van de eerste richting, en in de bufferruimte neer te zetten.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het neerzetten omvat het plaatsen van de rij, waarbij de rij zich in de eerste richting uitstrekt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het 20 verplaatsen in de tweede richting van de aangegrepen en opgetilde rij houders een afstand lang is die in hoofdzaak gelijk is aan C + n * x, waarbij C een constante is, n een integer en x een voorafbepaalde tussenafstand tussen de rijen houders. 25
4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het bufferen tevens omvat het in een geheugen opslaan van de afstand van verplaatsing in de tweede richting.
5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de werkwijze verder omvat het sorteren van de houders door een eigenschap van de houders waar te nemen en te vergelijken met een voorafbepaalde eigenschap. 1031944
6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarbij het sorteren verder omvat het opstellen in verschillende rijen van de houders volgens de waargenomen eigenschap. 5
7. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de werkwijze verder omvat het reserveren van een vloeroppervlak in het warenhuis en het op die vloer van het warenhuis bufferen van de houders. 10
8. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de werkwijze verder omvat het afvoeren van de houders door de rij van gebufferde houders aan te grijpen, op te tillen, en af te voeren uit de ruimte. 15
9. Bufferinrichting voor het tijdelijk in een bufferruimte opslaan van houders met planten zoals trays of potten, omvattende een toevoermiddel voor het toevoeren van houders, 20 een opstelmiddel voor het opstellen van een aantal toegevoerde houders in een zich in een eerste richting uitstrekkende rij een verdeelmiddel voorzien van ten minste een bestuurbaar aangrijpmiddel voor het aangrijpen van een rij van houders, 25 waarbij het verdeelmiddel in hoofdzaak in een tweede richting beweegbaar is, die verschilt van de eerste richting, en beweegbaar is boven het opstelmiddel.
10. Bufferinrichting volgens conclusie 9, waarbij het 30 verdeelmiddel een zich in een tweede richting uitstrekkende geleider omvat, voor het geleiden van het aangrijpmiddel in een tweede richting.
11. Bufferinrichting volgens conclusie 9 of 10, waarbij de bufferinrichting verder een afvoermiddel voor het afvoeren van de houders omvat, waarbij het verdeelmiddel boven het opstelmiddel, boven het afvoermiddel en door de bufferruirate 5 beweegbaar is.
12. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-11, waarbij het toevoermiddel, het opstelmiddel en/of het afvoermiddel voorzien zijn van een aandrijfbare 10 transportband.
13. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-12, waarbij het opstelmiddel een zich in de eerste richting uitstrekkende geleider omvat. 15
14. Bufferinrichting volgens conclusie 13, waarbij de geleider een goot is.
15. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-14, 20 waarbij de bufferinrichting een detectiemiddel omvat voor het detecteren van ten minste een eigenschap van de houders.
16. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-15, waarbij de bufferinrichting een aantal, parallel aan elkaar 25 aangebrachte, zich in de eerste richting uitstrekkende opstelmiddelen omvat voor het opstellen van een aantal rijen van houders.
17. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-16, 30 waarbij het toevoermiddel is ingericht voor het toevoeren van de houders volgens een gedetecteerde eigenschap aan de opstelmiddelen.
18. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-17, waarbij de bufferinrichting een besturing omvat voorzien van een geheugen voor het opslaan van ten minste een eigenschap van de in de bufferruimte geplaatste rij houders. 5
19. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-18, waarbij de bufferinrichting een bufferruimte omvat die zich in hoofdzaak in de eerste en tweede richting uitstrekt.
20. Bufferinrichting volgens conclusie 19, waarbij de bufferruimte een oppervlak heeft, dat zich in hoofdzaak uitstrekt in de eerste en tweede richting, en waarbij het verdeelmiddel is ingericht voor het plaatsen van houders op het oppervlak van de bufferruimte 15
21. Bufferinrichting volgens conclusie 19 of 20, waarbij de bufferruimte zich aan weerszijde van het opstelmiddel in een tweede richting uitstrekt.
22. Bufferinrichting volgens een van de conclusies 9-21, waarbij het verdeelmiddel is ingericht voor het plaatsen in rijen die zich in hoofdzaak in de eerste richting uitstrekken. 25 1031944
NL1031944A 2006-06-02 2006-06-02 Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten. NL1031944C2 (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031944A NL1031944C2 (nl) 2006-06-02 2006-06-02 Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.
US12/303,032 US8359786B2 (en) 2006-06-02 2007-05-24 Method and device for buffering containers with plants
EP07747315A EP2023710B1 (en) 2006-06-02 2007-05-24 Method and device for buffering containers with plants
DK07747315.5T DK2023710T3 (da) 2006-06-02 2007-05-24 Fremgangsmåde og apparat til midlertidig lagring af beholdere med planter
AT07747315T ATE465627T1 (de) 2006-06-02 2007-05-24 Verfahren und vorrichtung zum lagern von pflanzenbehältern
EP09158816A EP2108252A1 (en) 2006-06-02 2007-05-24 Device for buffering containers with plants and distributing means therein or therefor
PCT/NL2007/000133 WO2007142513A1 (en) 2006-06-02 2007-05-24 Method and device for buffering containers with plants
DE602007006181T DE602007006181D1 (de) 2006-06-02 2007-05-24 Verfahren und vorrichtung zum lagern von pflanzenbehältern
ES07747315T ES2341380T3 (es) 2006-06-02 2007-05-24 Metodo y dispositivo para almacenar temporalmente recipientes con plantas.
US13/306,770 US8359787B2 (en) 2006-06-02 2011-11-29 Device for buffering containers with plants and distributing means therein or therefor

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1031944 2006-06-02
NL1031944A NL1031944C2 (nl) 2006-06-02 2006-06-02 Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1031944A1 NL1031944A1 (nl) 2007-12-04
NL1031944C2 true NL1031944C2 (nl) 2010-07-13

Family

ID=38445579

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1031944A NL1031944C2 (nl) 2006-06-02 2006-06-02 Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.

Country Status (8)

Country Link
US (2) US8359786B2 (nl)
EP (2) EP2023710B1 (nl)
AT (1) ATE465627T1 (nl)
DE (1) DE602007006181D1 (nl)
DK (1) DK2023710T3 (nl)
ES (1) ES2341380T3 (nl)
NL (1) NL1031944C2 (nl)
WO (1) WO2007142513A1 (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1031944C2 (nl) 2006-06-02 2010-07-13 Visser S Gravendeel Holding Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.
JP4935442B2 (ja) * 2007-03-16 2012-05-23 村田機械株式会社 板材搬出装置および板材搬出方法
NL1036002C2 (nl) * 2008-09-30 2009-05-26 Wilfridus Adiranus Barendse Dubbelwerkende transportband.
DE202010013543U1 (de) * 2010-09-23 2012-01-19 Kamal Daas Vorrichtung zur Aufzucht von Pflanzen
JP6032972B2 (ja) * 2012-06-29 2016-11-30 株式会社椿本チエイン 移植装置及び移植方法
TWI481804B (zh) * 2012-10-03 2015-04-21 Wei Hua Chaing 瓶裝藥劑製程之自動化取送料軌道搬運車
GB2551802B (en) * 2016-06-30 2021-10-13 Growpura Ltd A system and method of growing plants in the absence of soil
BE1025814B1 (nl) * 2017-12-22 2019-07-23 Smo Bvba Systeem voor het sorteren van planten
US11297777B2 (en) * 2018-05-01 2022-04-12 John H. Oberthier Apparatus and methods for growing organic matter
DE102020213923A1 (de) 2020-11-05 2022-05-05 Be-Bots GmbH Anordnung zur Pflanzenzucht mit Transportvorrichtung für Pflanzbehältnisse

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9211099U1 (de) * 1992-01-11 1992-10-29 Mayer KG Apparate und Maschinenbau, 7920 Heidenheim Vorrichtung zum Transportieren und Absetzen von Topfpflanzen
WO1993005643A1 (en) * 1991-09-26 1993-04-01 Famigro Hydroponic Oy Cultivation arrangement
EP1308082A1 (en) * 2001-10-30 2003-05-07 Rijnplant B.V. Method for growing plants accommodated in containers on a bearer provided at a first, low level in a glasshouse
WO2005084417A1 (en) * 2004-03-03 2005-09-15 Cornelis Kap System and method for the cultivation/movement of plants

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9104207U1 (de) 1991-04-08 1991-09-12 Sommer automatic GmbH, 7530 Pforzheim Greifer
US6006500A (en) * 1992-09-30 1999-12-28 Southpac Trust International, Inc. Article packaging system
NL1005626C2 (nl) * 1996-12-11 1998-06-15 Hendrikus Albertus Johannes Lu Transportsysteem
US6135704A (en) * 1997-11-04 2000-10-24 Cascade Corporation Layer-picking clamp supported on a forklift truck
FR2773943B1 (fr) 1998-01-27 2000-04-07 Gerplant Automation Procede et installation de transplantation de plants en mottes
US6185866B1 (en) * 1998-04-27 2001-02-13 Abbas Enfaradi Plant waterer apparatus
NL1019548C1 (nl) 2001-12-12 2003-06-13 Worm Lathum B V Teeltsysteem.
DE60225574T2 (de) * 2002-12-23 2009-04-16 Cropdesign N.V. Automatisiertes Behandlungssystem für Pflanzbehälter
DE102005003515B3 (de) 2005-01-14 2006-04-20 Reischl, Jörg Positioniervorrichtung für Topfpflanzen
NL1031944C2 (nl) 2006-06-02 2010-07-13 Visser S Gravendeel Holding Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1993005643A1 (en) * 1991-09-26 1993-04-01 Famigro Hydroponic Oy Cultivation arrangement
DE9211099U1 (de) * 1992-01-11 1992-10-29 Mayer KG Apparate und Maschinenbau, 7920 Heidenheim Vorrichtung zum Transportieren und Absetzen von Topfpflanzen
EP1308082A1 (en) * 2001-10-30 2003-05-07 Rijnplant B.V. Method for growing plants accommodated in containers on a bearer provided at a first, low level in a glasshouse
WO2005084417A1 (en) * 2004-03-03 2005-09-15 Cornelis Kap System and method for the cultivation/movement of plants

Also Published As

Publication number Publication date
EP2023710A1 (en) 2009-02-18
US20120070261A1 (en) 2012-03-22
ATE465627T1 (de) 2010-05-15
ES2341380T3 (es) 2010-06-18
EP2108252A1 (en) 2009-10-14
US8359787B2 (en) 2013-01-29
DK2023710T3 (da) 2010-08-16
DE602007006181D1 (de) 2010-06-10
NL1031944A1 (nl) 2007-12-04
US8359786B2 (en) 2013-01-29
US20090196725A1 (en) 2009-08-06
EP2023710B1 (en) 2010-04-28
WO2007142513A1 (en) 2007-12-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1031944C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bufferen van houders met planten.
DK3081071T3 (en) System for harvesting mushrooms
EP1226408B1 (en) A grader apparatus
US5157899A (en) Method of and apparatus for sorting and bundling flowers
NL1019257C2 (nl) Werkwijze voor het in een kas op een eerste laag niveau aangebrachte drager kweken van in houders opgenomen gewassen.
AU2002212208B2 (en) A mushroom packing apparatus
FR2924104A1 (fr) Systeme de repartition de barres de produits alimentaires
NL1006410C1 (nl) Werkwijze voor het oogsten, transporteren en sorteren van rozen, en transportstelsel voor rozen.
GB2306427A (en) A device for delivering wound bobbins from a textile machine
NL1033475C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het vullen van een substraathouder zoals potten of trays.
NL1009000C2 (nl) Werkwijze voor het opslaan en verplaatsen van gewasdelen alsmede transport/opslaghouder.
EP0956766B1 (en) Method and apparatus for unloading crates from a container onto a transfer conveyor
NL1006029C2 (nl) Transportstelsel voor het transporteren van rozen naar een sorteermachine.
NL2021618B1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verplaatsen van eieren
NL1030455C2 (nl) Teeltstelsel.
NL1028644C2 (nl) Systeem en werkwijze voor toepassing in bijvoorbeeld een kas of warenhuis, alsmede transportinrichting.
NL1030914C2 (nl) Positioneerinrichting voor potplanten.
NL1018970C2 (nl) Bloemorientatiewijziging bij bossen.
CZ20004304A3 (cs) Způsob a zařízení na zpracování a balení hub a podobně
NL1032932C1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het vullen van een substraathouder zoals potten of trays.
NL2021081B1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verzamelen van geselecteerde bloemen in bossen
JP4197090B2 (ja) 花卉処理装置
NL9100301A (nl) Houder voor teeltmateriaal.
NL1019295C2 (nl) Gerbera-verpakkingsmethode.
NL1022688C2 (nl) Pootmachine voor het poten van al dan niet ontkiemde planten met een automatisch toevoersysteem.

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20120101