NL1031138C2 - Gehoorbeschermer, zender, werkwijze, processor en computer programma product. - Google Patents

Description

*

Titel: Gehoorbeschermer, zender, werkwijze, processor en computer programma product

De uitvinding heeft betrekking op een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een specifieke persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal en is voorzien van een 5 geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang.

Een dergelijke gehoorbeschermer is bijvoorbeeld bekend uit de Nederlandse octrooipublicatie NL 1 012 664. Het afsluitlichaam dat is vervaardigd uit flexibel materiaal voor het in een pasvorm afsluiten van de 10 gehoorgang van een persoon is bij de vakman algemeen bekend als een otoplastiek. Het afsluitlichaam heeft door de pasvorm aan de gehoorgang van een specifiek persoon een unieke vorm, zodat een optimale gehoordemping kan worden gerealiseerd. Gehoorbescherming is gewenst en/of noodzakelijk in ruimtes waarin personen gedurende een tijdsperiode 15 met schadelijk lawaai verkeren, bijvoorbeeld in fabricagehallen.

Door toepassing van het afsluitlichaam in de gehoorgang van de gebruiker staat een relatief compacte, lichtgewicht en elegante en relatief weinig hinderlijke gehoorbeschermer ter beschikking.

De gehoorbeschermer zoals beschreven in NL '664 is voorzien van 20 een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven die de gehoorgang indringen en het trommelvlies van de gebruiker bereiken, zodat ondanks de aanwezigheid van het afsluitlichaam in de gehoorgang desgewenst toch geluid met een zeker volume kan worden waargenomen. Door aansluiting van de geluidsbron op een radio-ontvanger kunnen gebruikers van de 25 gehoorbeschermer een favoriet radiokanaal of - programma beluisteren, 10311339 2 terwijl toch gehoorbescherming wordt toegepast. Dit komt het arbeidsgenot van gebruikers die gehoorbescherming behoeven merkbaar ten goede.

Om met andere personen in de lawaaierige omgeving te communiceren wordt het afsluitlichaam van de gehoorbeschermer in de 5 praktijk tijdelijk uit de gehoorgang verwijderd, met name indien andere hulpmiddelen zoals gebarentaal ontoereikend blijkt. Hoewel door het uitnemen van de geluidsbeschermer personen elkaar in het communiceren beter kunnen verstaan, is het duidelijk dat schade aan het gehoor kan ontstaan. Aangezien personen in lawaaierige omgevingen doorgaans relatief 10 veel handwerk verrichten wordt de gehoorbeschermer veelal tijdelijk weggeborgen of weggelegd, zodat de tijdsduur waarin geen gehoorbescherming wordt toegepast relatief lang is, hetgeen vanuit het perspectief van bescherming van het gehoororgaan uiteraard ongewenst is. De gebruiker ervaart het herhaald verwijderen en aanbrengen van het 15 afsluitlichaam namelijk als hinderlijk. Bovendien kan het afsluitlichaam in de gehoorgang genomen toestand vervuilen en/of verontreinigen ten gevolge van het regelmatig plaatsen en verwijderen van het afsluitlichaam in een niet-hygiënische ruimte. Bijgevolg is de nodige discipline vereist om de beschermer direct na het beëindigen van de communicatie weer aan te t , 20 brengen. Veeleer is de gebruiker geneigd de gehoorbeschermer weer aan te brengen nadat het werk reeds is hervat en/of wordt ervoor gekozen de beschermer, eventueel tijdelijk, ongebruikt te laten. Het moge duidelijk zijn dat dergelijke handelswijzen niet bevorderlijk zijn voor de bescherming van het gehoororgaan.

25 De uitvinding beoogt een gehoorbeschermer volgens de aanhef te verkrijgen, waarbij met behoud van de voordelen het hierboven genoemde nadeel wordt tegengegaan. In het bijzonder beoogt de uitvinding een gehoorbeschermer volgens de aanhef te verkrijgen waarbij hét gemakkelijker is met andere personen in de directe nabijheid te 30 communiceren terwijl de tijdsperiode waarin de gebruiker bloot staat aan 3 omgevingsgeluid wordt verminderd. Daartoe omvat de gehoorbeschermer voorts een op de geluidsbron aansluitbare aanstuureenheid die is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid en het ter reproductie naar de geluidsbron toevoeren van elektronische signalen die het opgenomen 5 omgevingsgeluid representeren.

Door met behulp van de aanstuureenheid het omgevingsgeluid op te nemen en via de geluidsbron weer te geven in de gehoorgang van de gebruiker van de gehoorbeschermer kan relatief eenvoudig akoestisch contact met de omgeving worden gelegd. Het is dan namelijk niet nodig het 10 afsluitlichaam uit de gehoorgang te verwijderen. Bovendien kan het opnemen van omgevingsgeluid en het doorleiden aan de geluidsbron van de beschermer spoedig na het afsluiten van de communicatie met anderen worden beëindigd. Aangezien het afsluitlichaam niet opnieuw in de gehoorgang moet worden aangebracht, kan de gehoorbeschermingsfunctie 15 direct daarna gehouden blijven. Aldus wordt de tijdsduur waarin de gebruiker van de beschermer overeenkomstig de uitvinding bloot staat aan omgevingslawaai, aanzienlijk gereduceerd. Bij voorkeur wordt het geluid bij voorkeur op een niet-schadelijk geluidsniveau weergegeven, bijvoorbeeld op een vooraf bepaald geluidsniveau.

# ; 20 Bovendien is hierdoor een gehoorbeschermer verkregen waarbij het afsluitlichaam minder snel vervuilt door omgevingsvuil, zoals stof en/of olieachtige vloeistoffen, aangezien het afsluitlichaam voor communicatie met anderen niet uit de gehoorgang genomen hoeft te worden.

Omdat de communicatiemogelijkheden met anderen met behulp 25 van de gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding significant toenemen, zal de gebruiker ervan eerder contact leggen met anderen dan tot nu toe gebruikelijk. Naast een verdere verhoging van het arbeidsgenot kan zodoende onderlinge samenwerking verbeteren, hetgeen kan resulteren in efficiënter werkgedrag. Door toenemende werkdruk die in het kader van 30 bijvoorbeeld automatiseringsprocessen ontstaat moet steeds meer werk door 4 steeds minder personen worden uitgevoerd. In een dergelijke ontwikkeling kan een gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding een welkom hulpmiddel in de communicatie vormen.

Daarnaast kan de aanstuureenheid worden geactiveerd wanneer 5 de gebruiker zich in een relatief risicovolle positie bevindt, bijvoorbeeld bij bet optillen van zware lasten. Hierdoor is de gebruiker eerder alert op potentieel dreigend gevaar dat door geluid tot uiting komt, zoals een schuivende goederen.

Opgemerkt wordt dat een gebruiker van de gehoorbeschermer de 10 aanstuureenheid handmatig kan activeren, bijvoorbeeld met behulp van een knop die op de aanstuureenheid is aangebracht. Uiteraard kan de aanstuureenheid ook zonder bewuste tussenkomst van de gebruiker worden geactiveerd, bijvoorbeeld door een automatische activering van de aanstuureenheid wanneer de gebruiker een geluidsarme ruimte betreedt.

15 Doordat de aanstuureenheid elektronische signalen die het opgenomen omgevingsgeluid representeren ter reproductie naar de geluidsbron toevoert, kan de geluidsbeecherming althans gedeeltelijk worden onderbroken. De aanstuureenheid kan zodanig zijn ingericht dat het omgevingsgeluid onverzwakt door de geluidsbron aan de gehoorgang wordt t ; 20 doorgegeven. Het is uiteraard ook mogelijk een verzwakking toe te passen, zodat minder risico op gehoorschade ontstaat.

Overigens kan geluidsapparatuur, zoals een radio-ontvanger, die signalen voor weergave naar de geluidsbron in het afsluitlichaam zendt bij het activeren van de aanstuureenheid tijdelijk worden afgesloten. De 25 gehoorbeschermer kan echter ook zodanig zijn ingericht dat de signalen die door de geluidsapparatuur en de aanstuureenheid worden gegeneerd, worden samengevoegd tot een samengesteld signaal. Ook kan dan relatief eenvoudig van type geluidsapparatuur worden gewisseld.

5

Voorts wordt opgemerkt dat de aanstuureenheid zowel met behulp van een draadverbinding en/of draadloos aansluitbaar kan zijn op de geluidsbron.

Bij voorkeur is de geluidsbron middels een universele verbinding 5 aansluitbaar op een meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur. Zo kan apparatuur die de voorkeur geniet van de gebruiker van de gehoorbeschermer gemakkelijk, zo mogelijk zonder verloopstuk, worden aangesloten op de geluidsbron van de gehoorbeschermer. Zo kan de gebruiker individueel muziek en/of spraak naar eigen wens beluisteren 10 terwijl gehoorbescherming gehandhaafd blijft.

Het meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur omvat bijvoorbeeld een communicatie-eenheid, zoals een mobiele telefoon, een draagbare telefoon, een portofoon en dergelijke. Aansluiting op dergelijke apparatuur kan bijvoorbeeld van toepassing zijn voor personen die in een 15 relatief lawaaierige omgeving werkzaam zijn en waarbij relatief veel communicatie plaatsvindt, zoals het geval is in de horeca, bij personeel van beveiligingsdiensten zoals politie, brandweer, en/of ambulance, bij piloten, motorrijders, bij werknemers in call centers enzovoorts. Het is echter ook mogelijk een ander type draagbare geluidsapparatuur toe te passen, zoals t , 20 een geluidsweergave-eenheid. Onder een geluidsweergave-eenheid wordt apparatuur verstaan die geschikt is voor het genereren van geluid voor de consument, zoals een draagbare radio, een walkman, een draagbare CD-speler, een iPod en dergelijke. Aansluiting op een geluidsweergave-eenheid is aantrekkelijk voor personen die bijvoorbeeld werkzaam zijn in industriële 25 omgevingen waar gehoorbescherming noodzakelijk is en men behoefte heeft aan individuele spraak- en/of muziekfaciliteiten ter verbetering van de arbeidsbeleving.

In de praktijk worden situaties aangetroffen waarbij personen in lawaaierige industriële omgevingen die verondersteld worden 30 gehoorbeschermers te dragen, dit weigeren omdat conventionele 6 « * gehoorbeschermere niet aansluitbaar zijn op hun favoriete apparatuur voor het genereren van bijvoorbeeld muziek. In plaats daarvan wordt gehoorbescherming veelal niet toegepast. Echter activeert men wel vaak een geluidsinstallatie die een geluidsniveau produceert dat het omgevingslawaai 5 overstijgt, zodat de kans op gehoorschade nog verder toeneemt. Hoewel sommigen het door de geluidsinstallatie geproduceerde geluid als muziek ervaren, ergeren andere personen die in genoemde ruimte werkzaam zijn zich overigens aan dat geluid, hetgeen in de praktijk aanleiding tot allerlei conflicten en werkvertragingen leidt. Toepassing van een gehoorbeschermer 10 overeenkomstig de uitvinding waarbij is voorzien in een universele aansluiting voor een meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur kan een acceptabele oplossing bieden in de hierboven beschreven situaties, aangezien ieder onder gehoorbescherming desgewenst toch een individueel favoriet geluidsfragment kan beluisteren.

15 Opgemerkt wordt dat toepassing van een universele verbinding voor aansluiting op een meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur niet alleen mogelijk is in combinatie met een gehoorbeschermer volgens conclusie 1, maar ook meer algemeen in combinatie met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang f ; 20 vaneen persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een specifieke persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, en een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang.

Bij voorkeur is het door de geluidsbron geproduceerde 25 geluidsniveau onafhankelijk van het type aangesloten draagbare geluidsapparatuur instelbaar, zodat een gebruiker van de gehoorbeschermer gemakkelijk kan wisselen tussen verschillende typen geluidsapparatuur zonder het geluidsniveau te hoeven bijstellen en zonder het risico van het overschrijven van een schadelijk geluidsniveau te ondervinden.

7

Door de aanstuureenheid zodanig in te richten dat het door de geluidsbron geproduceerde geluid onder een vooraf ingesteld geluidsniveau blijft kan gehoorschade bij de gebruiker worden tegengegaan, zeker als de gebruiker geneigd is het volumeniveau hoger in te stellen dan gezien de 5 risico's voor gehoorbeschadiging verantwoord is. Bovendien kan hierbij rekening worden gehouden met van kracht zijnde normen ten aanzien van het geluidsniveau waaraan personen onder arbeidsomstandigheden mogen worden blootgesteld, bijvoorbeeld 82 decibel.

Zoals hierboven beschreven kan de aanstuureenheid van de 10 gehoorbeschermer tijdelijk worden geactiveerd om bijvoorbeeld communicatie met andere personen te vergemakkelijken. Het is echter ook mogelijk de aanstuureenheid tijdens gebruik continue of semi-continue te activeren, zodat de drager van de gehoorbeschermer praktisch continue omgevingsgeluid kan waarnemen op een niet-schadelijk niveau.

15 Bij voorkeur is de gehoorbeschermer voorzien van een filter voor het filteren van de elektronische signalen die de geluidsbron aansturen voor het opwekken van geluidsgolven. Het filter omvat bijvoorbeeld een verzwakker voor het, eventueel frequentieafhankelijk, verzwakken van de elektronische signalen, zodat omgevingsgeluid gedempt kan worden t % 20 waargenomen.

Bij grote voorkeur is de gehoorbeschermer voorts ingericht om een actief niet-lineair filter toe te passen op de elektronische signalen die de geluidsbron aansturen voor het opwekken van geluidsgolven. Het actieve niet-lineaire filter is bijvoorbeeld zodanig ingericht dat de geluidsintensiteit 25 van de door de geluidsbron geproduceerde geluidsgolven actief is begrensd tot een vooraf ingesteld intensiteitniveau. Het niet-lineaire filter verzwakt hierbij het omgevingsgeluid wanneer dit boven het vooraf ingestelde niveau uitstijgt, maar laat het anderszins min of meer onverzwakt door. Aldus is een praktisch omgevingsonafhankelijke gehoorbescherming verkregen die 30 met voordeel kan worden toegepast in een omgeving met sterk wisselende 8 lawaainiveaus, zoals bij schietoefeningen, waarbij omgevingsgeluid goed waarneembaar is terwijl toch een goede gehoorbescherming is verkregen.

Bij voorkeur wordt op beide oren van de gebruiker een dergelijke gehoorbeschermer toegepast, zodat de bij het ene gehoororgaan verkregen 5 geluidsdemping niet teniet wordt gedaan door een minder goed functionerende geluidsdemping bij het andere gehoororgaan.

In een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de gehoorbeschermer voorts een ontvangsteenheid voor het ontvangen van een extern bericht dat door een zender draadloos wordt verzonden, waarbij de 10 ontvangsteenheid tevens is ingericht voor het ter reproductie naar de geluidsbron toezenden van elektronische signalen die het ontvangen externe bericht representeren. Hierdoor kan de gebruiker op voordelige wijze met auditieve signalen draadloos worden bereikt zonder dat de gehoorbescherming wordt onderbroken. Bijgevolg kan de veiligheid in 15 risicovolle situaties nog verder worden verhoogd terwijl het gehoororgaan van de gebruiker niet extra wordt blootgesteld aan rumoerig omgevingslawaai. Ook kunnen gebruikers relatief eenvoudig worden geïnformeerd over een specifieke situatie zonder extra opvallende optische en/of akoestische signalen, hetgeen bijvoorbeeld wenselijk is als het 4 20 bedoeling is slechts een geselecteerd aantal personen te informeren of als extra opvallende optische en/of akoestische signalen mogelijk andere personen die niet zijn voorzien van een dergelijke gehoorbescherming overeenkomstig de uitvinding, in verwarring zou brengen.

Opgemerkt wordt dat de toepassing van een ontvangsteenheid voor 25 het ontvangen van een extern bericht dat door een zender draadloos wordt verzonden niet alleen mogelijk is in combinatie met een gehoorbeschermer volgens conclusie 1, maar ook meer algemeen in combinatie met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van ene persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een 30 specifiek persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal en is voorzien van een 9 geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een zender die is ingericht voor het draadloos verzenden van een extern bericht naar een 5 ontvangsteenheid van een gehoorbeschermer, omvattende een in de gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat is voorzien van een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang. De zender kan bijvoorbeeld op een vaste of variabele positie in een ruimte worden opgesteld. Het is echter ook mogelijk de zender te 10 koppelen aan opnamemiddelen van een gehoorbeschermer, zodat verschillende gebruikers van gehoorbeschermers onderling kunnen communiceren zonder het afsluitlichaam uit de gehoorgang te verwijderen.

Optioneel is het externe bericht voorgeprogrammeerd, zodat gebruikers gemakkelijk op een veelvoorkomende situatie en/of op risico 15 kunnen worden gewezen. Door de zender aan te sluiten op opnamemiddelen voor het opnemen van het externe bericht kan meer specifieke informatie aan de gebruiker van de gehoorbeschermer worden doorgegeven.

In sommige situaties geniet het de voorkeur de zender nabij een ingang van een specifieke ruimte te positioneren, zódat gebruikers van een * , 20 gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding bij het passeren gemakkelijk kunnen worden geïnformeerd, bijvoorbeeld over specifieke details of risico’s van genoemde ruimte.

Voorts omvat de gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding bij voorkeur een eerste opname-eenheid die is ingericht voor het opnemen 25 van omgevingsgeluid en een tweede opname-eenheid die is ingericht voor het opnemen van een spraaksignaal afkomstig van een gebruiker van de gehoorbeschermer. Door de door beide opname-eenheden gegenereerde signalen zodanig te bewerken dat omgevingsgeluid in het spraaksignaal wordt onderdrukt, kan een verbeterde representatie van het opgenomen 30 spraaksignaal worden verkregen. De verbeterde representatie van het 10 spraaksignaal kan bijvoorbeeld ter reproductie naar een ontvangsteenheid van een andere gehoorbeschermer worden gezonden, zodat een verbeterde waarneming van spraak mogelijk is in situaties waar gehoorbescherming wordt toegepast. Het bewerken van door beide opname-eenheden 5 gegenereerde signalen kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd door een processor.

De hierboven beschreven configuratie met een eerste en een tweede opname-eenheid biedt voordelen ten opzichte van een zogenaamde boommicrofoon, waarbij een microfoon met behulp van een houder tot nabij 10 de mond wordt gebracht. De eerste en tweede opname-eenheid kunnen namelijk worden geïntegreerd in de aanstuureenheid, zodat minder componenten nodig zijn, minder hinder voor de gebruiker wordt veroorzaakt, en de apparatuur gemakkelijker kan worden aangebracht.

Opgemerkt wordt dat toepassing van de hierboven beschreven 15 eerste en tweede opname-eenheid niet alleen mogelijk is in combinatie met een gehoorbeschermer overeenkomstig conclusie 1, maar ook meer in het algemeen met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een specifieke persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, i 20 waarbij de gehoorbeschermer voorts bij voorkeur een geluidsbron omvat voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang, zodat een gebruiker van de gehoorbeschermer ook spraak dat eventueel op de hierboven beschreven wijze is opgenomen en bewerkt, kan waarnemen.

Op elegante wijze vindt bewerking van de door beide opname-25 eenheden gegenereerde signalen plaats door een representatie van een spraaksignaal te selecteren dat slechts in het signaal van de tweede opname-eenheid aanwezig is, en door voorts een bandfilter toe te passen voor het doorlaten van een signaal dat in hoofdzaak slechts frequentiecomponenten bezit die zich binnen een spectrum van spraak 30 bevinden. Het is uiteraard ook mogelijk een ander type bewerking toe te 11 passen, bijvoorbeeld het aftrekken van door beide opname-eenheden gegenereerde signalen.

Uit de Nederlandse octrooipublicatie NL 1012 664 is een gehoorbeschermer bekend, omvattende een afsluitlichaam waarbij een 5 geluidsfilter is geïntegreerd in een kanaal dat zich uitstrekt tussen beide uiteinden van het afsluitlichaam

Wanneer een gebruiker van de gehoorbeschermer uit NL 10 12 664 een ander type functionele gehoorbescherming wenst, zoals hogere demping of demping van een specifiek spectrum, is hij/zij aangewezen op een geheel 10 nieuw afsluitlichaam aangezien het geluidsfilter is geïntegreerd met het afsluitlichaam. Dit wordt als een nadeel ervaren, temeer daar de vervaardiging van een afsluitlichaam relatief hoge kosten met zich meebrengt.

Overeenkomstig een aspect van de uitvinding wordt een 15 gehoorbeschermer verschaft waarbij geluidsfilters relatief eenvoudig kunnen worden uitgewisseld zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van de geluidsbescherming. Daartoe omvat de gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding een separate intermodule die losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar is op een tijdens gebruik aan de buitenzijde van het i ; 20 afsluitlichaam gelegen aansluitdeel, waarbij in de intermodule een geluidsfilter is opgenomen.

Door de gehoorbeschermer te voorzien van een separate intermodule met geluidsfilter die losneembaar aansluitbaar is op het afsluitlichaam kan relatief eenvoudig worden gewisseld tussen verschillende 25 filtermodules waarin geluidsfilters met verschillende karakteristieken kunnen zijn opgenomen. Door de geluidsdichte aansluiting van het afsluitlichaam en filtermodules blijft de kwaliteit van de geluidsbescherming toch gehandhaafd.

Opgemerkt wordt dat toepassing van een dergelijke separate 30 filtermodule niet beperkt is tot een gehoorbeschermer volgens conclusie 1, 12 maar ook meer algemeen kan worden toe gepast in combinatie met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een persoon plaatsbaar afeluitlichaam dat door pasvorm in de gehoorgang van een specifiek persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal.

5 Bij voorkeur is het geluidsfilter loeneembaar in de separate intermodule is opgenomen, zodat het geluidsfilter desgewenst kan worden vervangen. Het is echter ook mogelijk een geluidsfilter te integreren met de intermodule, zodat de kans op beschadiging van de module geringer is.

Bij verdere voorkeur is de separate intermodule ingericht voor het 10 opnemen van verschillende typen geluidsfilters, zodat de gebruiker naar keuze verschillende typen geluidsfilters kan toepassen, bijvoorbeeld een algemeen geluidsfilter voor toepassingen in industriële ruimtes met een min of meer standaard geluidsbelasting een specifiek geluidsfilter dat geschikt is voor gebruik in ruimten met een extreem hoge geluidsbelasting.

15 Door de geluidsbron op te nemen in een separate aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur die losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar is op het aansluitdeel van het afeluitlichaam kan de gehoorbeschermer door de gebruiker naar keuze worden voorzien van een geluidsfilter of een geluidsbron, zodat eén modulair, flexibel systeem is i , 20 verkregen met relatief eenvoudig onderling aan te sluiten modules.

Hoewel ook de gehoorbeschermer uit NL1 012 664 aansluitbaar is op een geluidsbron, is daarbij een relatief complex systeem benodigd, zoals een geluidskanaal in het afeluitlichaam met een vertakking, en een afsluitdop. In de gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding volstaat 25 een geluidskanaal zonder vertakkingen, zodat op voordelige wijze een eenvoudiger geometrie voor het relatief kostbare afeluitlichaam is verkregen. Bovendien is de afsluitdop overbodig, aangezien het afeluitlichaam wordt afgesloten door een module met naar keuze een geluidsfilter of een geluidsbron.

13

De gehoorbeschermer kan tezamen met een separate intermodule en een separate aansluitmodule als één pakket aan de klant worden aangeboden, zodat de gebruiker naar keuze een filtermodule of een aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur kan aansluiten.

5 Ook is het mogelijk een set met twee gehoorbeschermers, namelijk voor elke oor een beschermer, twee filtermodules en één aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur aan te bieden, zodat een gebruiker op beide oren oorbescherming kan toepassen en tevens naar wens een aansluiting op draagbare geluidsapparatuur kan realiseren.

10 De uitvinding heeft daarnaast betrekking op een kit.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een zender.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het toepassen van een actief niet-lineair filter, een werkwijze voor het toepassen van compressie, alsmede op een werkwijze voor het corrigeren van een 15 spectrum.

Bovendien heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het bewerken van signalen.

Ook heeft de uitvinding betrekking op een processor.

Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een computer t , 20 programma product.

Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn weergegeven in de volgconclusies.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die in de tekening zijn weergegeven. In de tekening 25 toont:

Figuur 1 een schematisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding;

Figuur 2 een schematisch aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding; 14

Figuur 3 een schematisch aanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer overeenkomstig de uitvinding;

Figuur 4 een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede van een aansluitmodule van de gehoorbeschermer van Figuur 1; 5 Figuur 5 twee schematisch aanzichten van een dwarsdoorsnede van een filtermodule van de gehoorbeschermer van Figuur 1; en

Figuur 6 een schematisch aanzicht van een set gehoorbeschermers overeenkomstig de uitvinding.

De figuren zijn slechts schematische weergaven van de uitvinding 10 en worden uitsluitend gegeven bij wijze van niet-beperkende uitvoeringsvoorbeelden.

Figuur 1 toont een schematisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer 1 overeenkomstig de uitvinding. De gehoorbeschermer 1 heeft een afsluitlichaam 2, ook wel otoplastiek 15 genoemd, dat op maat is gemaakt voor pasvorm in een gehoorgang van een gebruiker. In Figuur 1 is een willekeurige vorm van het otoplastiek 2 weergegeven. Ten einde goede, geluidsdichte eigenschappen van de gehoorbeschermer 1 te verkrijgen, is het otoplastiek 2 vervaardigd van een flexibel materiaal. Voorts is de gehoorbeschermer 1 voorzien van een t 4 20 geluidsbron 3, uitgevoerd als een miniatuur luidspreker, die is opgenomen in een aansluitmodule 4 voor draagbare geluidsapparatuur zoals in het kader van Figuren 4-6 meer in detail wordt beschreven. De gebruiker kan de aansluitmodule 4 aan de otoplastiek 2 bevestigen en daarvan losnemen.

De gehoorbeschermer 1 vormt aldus een compact, lichtgewicht 25 systeem dat een gehoorbescherming met relatief hoge kwaliteit kan bieden.

De gehoorbeschermer 1 omvat daarnaast een aanstuureenheid 5 die via een draadverbinding 14 is aangesloten op de luidspreker 3. De aanstuureenheid is voorzien van geluidsopnameapparatuur voor het opnemen van omgevingsgeluid. Vervolgens voert de aanstuureenheid 5 30 elektronische signalen die worden gegenereerd door de 15 geluidsopnameapparatuur en het omgevingsgeluid representeren ter reproductie naar de luidspreker 3. Hierdoor kan de gebruiker onder bescherming van het gehoororgaan toch omgevingsgeluid waarnemen. Voorts is de aanstuureenheid 5 voorzien van een bij voorkeur gemakkelijk 5 vindbare knop 6. Door op de knop 6 te drukken kan de gebruiker de aanstuureenheid 5 activeren, zodat omgevingsgeluid, zoals spraak van iemand die zich in de directe nabijheid van de gebruiker bevindt, daadwerkelijk via de luidspreker 3 wordt doorgeleid. Ook heeft de aanstuureenheid 5 knoppen 7a, 7b voor het respectievelijk versterken of 10 verzwakken van het geluid dat door de luidspreker 3 wordt geproduceerd. Het door de luidspreker 3 geproduceerde geluid wordt via een kanaal in de otoplastiek 2 doorgeleid naar het trommelvlies van de gebruiker.

Optioneel is de aanstuureenheid 5 tevens ingericht voor het begrenzen van het door de luidspreker 3 te produceren geluidsniveau, zodat 15 de gehoorbeschermer 1 kan beantwoorden aan geldende geluidsnormen.

De geluidsbron 3 is via de aanstuureenheid 5 en middels een universele verbinding 8A aansluitbaar op eèn meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur. Onder draagbare geluidsapparatuur wordt verstaan een communicatie-eenheid, zoals een mobiel telefoon, draagbare i , 20 telefoon, portofoon en dergelijke, of een geluidsweergave-eenheid, zoals een draagbare radio, CD-speler, walkman, MP3-speler, iPOD en dergelijke. Communicatie-eenheden kunnen van het simplex-type of van het duplex-type zijn, waarbij simultaan gebruik wordt gemaakt van respectievelijk één of twee kanalen. De universele verbinding 8A heeft een standaard stekker 25 9A, zodat gemakkelijk tussen verschillende typen geluidsapparatuur kan worden gewisseld. Zo nodig kan een verloopstekker worden toegepast voor het realiseren van een verbinding met een specifieke aansluiting. Aldus kan de gebruiker vrij gemakkelijk wisselen tussen bijvoorbeeld een draagbare radio en een portofoon. De aanstuureenheid 5 is voorts ingericht om te 30 kunnen schakelen tussen aangesloten, draagbare geluidsapparatuur en de 16 geluidsopnameapparatuur in de aanstuureenheid 5. Zo kan een gebruiker naar keuze de draagbare geluidsapparatuur of de geluidsopnameapparatuur doorschakelen naar de luidspreker 3 van de gehoorbeschermer.

De gehoorbeschermer 1 is voorts ingericht voor het toepassen van 5 compressie op door de geluidsbron 3 op te wekken geluidsgolven. De compressie omvat het frequentieafhankelijk aanpassen van geluidsniveaus van signalen, zodanig dat verschillen in geluidsintensiteit van frequentiecomponenten van althans een deel van een signaalspectrum, worden geminimaliseerd. De intensiteitskarakteristiek van althans een deel 10 van het signaalspectrum vertoont dan minder variatie, zodat de intensiteit van het waargenomen geluid door de gebruiker als indringender wordt ervaren, zonder dat de geluidsbelasting toeneemt. Hierdoor wordt tegemoet gekomen aan een wens van de gebruiker om het geluid beter waar te nemen zonder een geluidsnorm te overschrijden. Het toepassen van een dergelijke 15 compressietechniek, zie bijvoorbeeld de Internationale octrooipublicatie W09818294, is op zichzelf bijvoorbeeld bekend in het vakgebied van hoortoestellen. Uiteraard kan de gehoorbeschermer 1 ook zodanig zijn ingericht dat geen compressie wordt toegepast, bijvoorbeeld door de spectrale karakteristiek van het geluidssignaal in hoofdzaak ongewijzigd te t , 20 laten.

Bij voorkeur wordt compressie toegepast op geluidssignalen die afkomstig zijn van de draagbare geluidsapparatuur, zoals een geluidsweergave-eenheid. Het is echter ook mogelijk de compressie toe te passen op opgenomen omgevingsgeluid dat ter reproductie naar de 25 geluidsbron van de gehoorbeschermer wordt toegevoerd.

Zo is het toepassen van compressie op door de geluidsbron 3 op te wekken geluidsgolven niet alleen mogelijk in combinatie met een gehoorbeschermer volgens conclusie 1, maar ook in combinatie met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een persoon 30 plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een 17 specifieke persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, en een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang, waarbij de geluidsbron middels een verbinding aansluitbaar is op draagbare geluidsapparatuur.

5 Het comprimeren kan worden uitgevoerd door een specifieke processor, zoals een ASIC, of met behulp van een meer algemene processor, zoals een DSP, die is voorzien van specifieke programmatuur. De processor is bij voorkeur opgenomen in de aanstuureenheid 5.

Daarnaast is de gehoorbeschermer optioneel ingericht om het 10 spectrum van door de geluidsbron 3 op te wekken geluidsgolven te corrigeren voor een spectrale overdrachtskarakteristiek van de gehoorgang en/of de geluidsbron 3 van de gehoorbeschermer 1. Hierdoor kan het geluid minder vervormd worden doorgegeven aan het trommelvlies, zodat het kwaliteitsniveau van het waargenomen geluid toeneemt. Uiteraard kan er 15 ook voor worden gekozen om niet een dergelijke spectrale correctie toe te passen, bijvoorbeeld om de kostprijs van de gehoorbeschermer 1 te reduceren.

Ook de spectrale correctie kan worden uitgevoerd door een specifieke processor, zoals een ASIC, of met behulp van een meer algemene § , 20 processor, zoals een DSP, die is voorzien van specifieke programmatuur. Bij voorkeur is slechts één processor belast met het uitvoeren van zowel het comprimeren als het corrigeren van het spectrum.

Opgemerkt wordt dat het corrigeren van het spectrum van door de geluidsbron op te wekken geluidsgolven voor een spectrale 25 overdrachtskarakteristiek van de gehoorgang en/of de geluidsbron niet alleen mogelijk is in combinatie met een gehoorbeschermer volgens conclusie 1, maar ook in combinatie met een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een specifieke persoon is vervaardigd uit 30 flexibel materiaal, en een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven 18 ter propagatie in de gehoorgang, waarbij de geluidsbron middels een verbinding aansluitbaar is op draagbare geluidsapparatuur.

In een alternatieve uitvoeringsvorm van de aanstuureenheid 5 is deze permanent of semi-permanent actief, zodat elektronische signalen die 5 het opgenomen omgevingsgeluid representeren praktisch continu ter reproductie naar de luidspreker 3 worden gestuurd. Daarbij is de gehoorbeschermer ingericht voor het toepassen van een actief niet-lineair filter op genoemde elektronische signalen. Het niet-lineaire filter begrenst de door de geluidsbron geproduceerde geluidsgolven actief tot een vooraf 10 ingesteld intensiteitniveau, zodat de gebruiker continu gehoorbescherming geniet, maar ook in staat is omgevingsgeluid waar te nemen.

Het niet-lineaire filter kan worden geïmplementeerd met behulp van een specifieke processor, zoals een ASIC, of met behulp van een meer algemene processor, zoals een DSP, die is voorzien van specifieke 15 programmatuur. Bij voorkeur omvat de gehoorbeschermer slechts één %· processor voor het uitvoeren van naar keuze het comprimeren en/of het corrigeren van het spectrum en/of het toepassen van het niet-lineaire filter.

Figuur 2 toont een tweede uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer 1 volgens de uitvinding. De aanstuureenheid 5 is hierbij t % 20 voorzien van een (niet getoonde) ontvangsteenheid voor het ontvangen van een extern bericht dat door een zender 10 draadloos wordt verzonden, waarbij de ontvangsteenheid tevens is ingericht voor het ter reproductie naar de geluidsbron 3 toezenden van elektronische signalen die het ontvangen externe bericht representeren. Voorts is een verbinding tussen 25 een tweede universele verbinding 8B en de aanstuureenheid 5 tot stand gebracht middels een tweede universele stekker 9B. Daartoe is de aanstuureenheid 5 van de tweede uitvoeringsvorm voorzien van een aansluitmogelijkheid voor aansluiting op de tweede universele stekker 9B, zodat een ander type draagbare geluidsapparatuur kan worden aangesloten 30 op de aanstuureenheid 5 dan het geval is bij de aanstuureenheid 5 van de 19 eerste uitvoeringsvorm. Uiteraard is het mogelijk hierop verschillende variaties tot stand te brengen. Zo kan een aanstuureenheid zijn voorzien van zowel een universele verbinding 8A conform de eerste uitvoeringsvorm, als een tweede universele verbinding 8B conform de tweede 5 uitvoeringsvorm. Voorts kan een nog meer algemene verbindingsstructuur worden toegepast voor aansluiting van zowel typen geluidsapparatuur die aansluitbaar zijn via de universele verbinding 8A en de universele stekker 9A, als het type geluidsapparatuur dat aansluitbaar is via de tweede universele verbinding 8B en tweede universele stekker 9B, bijvoorbeeld via 10 een overloopstekker. Hierdoor is de verbinding nog meer uitwisselbaar. Ook kan de verbindingsstructuur specifiek zijn toegerust voor aansluiting op een speciaal type draagbare geluidsapparatuur, zoals portofoons.

De zender 10 is aangesloten op opnamemiddelen voor het opnemen van het externe bericht. Daarnaast kan een extern bericht zijn 15 voorgeprogrammeerd. Optioneel is de zender aangesloten op een datanetwerk, zodat ook via andere middelen een bericht kan worden samengesteld, bijvoorbeeld via een tekstverwerkingsprogramma.

De zender 10 kan centraal in een ruimte worden geplaatst, zodat een relatief groot gebied binnen het bereik valt. Het is echter ook mogelijk t f 20 de zender 10 nabij een ingang van een specifieke ruimte te positioneren, bijvoorbeeld om passanten te attenderen op specifieke wetenswaardigheden. Hierbij kan een zender worden toegepast die slechts een beperkt bereik heeft, of draadloze signalen uitzendt in een specifieke zone. Het draadloos verzenden van berichten kan plaatsvinden met behulp van infrarood 25 signalen, of anderszins, bijvoorbeeld door radiogolven, specifiek in het FM gebied.

Figuur 3 toont een derde uitvoeringsvorm van een gehoorbeschermer 1 overeenkomstig de uitvinding. De meeste bestanddelen van de gehoorbeschermer 1, zoals het afsluitlichaam 2, de geluidsbron 3, de 30 aansluitmodule 4, de aanstuureenheid 5 alsmede de verbinding met 20 draagbare geluidsapparatuur komen in grote lijnen overeen met de eerste en tweede uitvoeringsvorm van de gehoorbeschermer 1. Een gebruiker 11 heeft het afeluitlichaam 2 in een gehoorgang ingebracht ten einde gehoorbescherming te realiseren.

5 De gehoorbeschermer 1 is voorts voorzien van een eerste en een tweede opname-eenheid. De eerste opname-eenheid is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid, terwijl de tweede opname-eenheid is ingericht voor het opnemen van een spraaksignaal afkomstig van de gebruiker van de gehoorbeschermer 1.

10 De tweede opname-eenheid heeft een beperkte openingshoek 12 die is gericht op de mond van de gebruiker, zodat een relatief goed spraaksignaal wordt verkregen. De tweede opname-eenheid kan echter ook een grotere openingshoek hebben, zodat meer vrijheid ten aanzien van de eventueel variërende positie van de tweede opname-eenheid is verkregen.

15 Door het opnemen van een spraaksignaal kan spraakinformatie, zoals commando's elektronisch door apparatuur, zoals machines die door de gebruiker worden bediend, worden verwerkt en/of ter informatie worden verzonden naar anderen die eventueel ook zijn voorzien van gehoorbescherming. Daartoe kan de gehoorbescherming voorts zijn voorzien i , 20 van een zendmodule voor het draadloos verzenden van informatie.

Bij voorkeur is de eerste opname-eenheid van het omni-directionele type, zodat een evenwichtige opname van omgevingsgeluid kan worden verkregen. Hierdoor kan het omgevingsgeluid beter uit het opgenomen spraaksignaal worden gefilterd. De eerste opname-eenheid kan echter ook 25 als een ander type worden uitgevoerd, zodat bijvoorbeeld op een specifieke ruisbron in de directe omgeving van de gebruiker kan worden gericht.

Bij voorkeur is de eerste opname-eenheid opgenomen in de aanstuureenheid 5, zodat geen extra behuizing nodig is. Bij verdere voorkeur wordt de geluidsopnameapparatuur van de aanstuureenheid die 30 benodigd is voor het opnemen van omgevingsgeluid in het kader van het ter 21 reproductie toevoeren van elektronische signalen naar de miniatuur luidspreker, zie de beschrijving bij Figuur 1, tevens gebruikt als eerste opname-eenheid voor het opnemen van omgevingsgeluid.

In een voordelige uitvoeringsvorm is de aanstuureenheid 5 met 5 behulp van een klemconstructie, zoals een dip, bevestigd aan kleding van de gebruiker 11, zodat de tweede opname-eenheid op meer robuuste wijze met de openingshoek 12 goed op de mond van de gebruiker kan worden gericht.

Voorts omvat de gehoorbeschermer 1 een processor die is ingericht voor het bewerken van signalen die zijn gegenereerd door de eerste en 10 tweede opname-eenheid voor het onderdrukken van omgevingsgeluid in het opgenomen spraaksignaal, zodat een spraaksignaal met een hogere geluidskwaliteit wordt verkregen. Bij voorkeur omvat het bewerken van de signalen de stappen van het selecteren van een representatie van een spraaksignaal dat slechts in het signaal van de tweede opname-eenheid 15 aanwezig is, en het toepassen van een bandfilter voor het doorlaten van een spraaksignaal dat in hoofdzaak slechts frequentiecomponenten bezit die zich binnen een spectrum van spraak bevinden.

Evenals hierboven opgemerkt geniet het vanuit kostenoverweging de voorkeur om slechts één processor tóe te passen voor het uitvoeren van i , 20 de in deze aanvrage beschreven bewerkingsprocessen van elektronische signalen. Het is uiteraard ook mogelijk een meervoudig aantal processoren toe te passen, bijvoorbeeld indien een processor uitermate geschikt is voor het uitvoeren van een specifieke bewerking op signalen.

Figuur 4 toont een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede 25 van een aansluitmodule 13 van de gehoorbeschermer 1 van Figuur 1. In de aansluitmodule 13, ook wel separate aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur genoemd, is de geluidsbron 3 opgenomen. Voorts is de separate aansluitmodule losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar op een aansluitdeel van het afsluitlichaam 2, zoals in meer detail wordt beschreven 30 onder verwijzing naar Figuur 6.

22

De aansluitmodule 13 heeft een behuizing 15 waarbinnen de luidspreker 3 is bevestigd. De elektrische verbinding 14 is aangesloten op de luidspreker 3 en verlaat via een opening 16 de behuizing 15. Opgemerkt wordt dat de elektrische verbinding 14 aansluitbaar is op de 5 aanstuureenheid 5 of direct op draagbare geluidsapparatuur. Voorts omvat de aansluitmodule 13 een vormdeel 17 dat bij gebruik op het aansluitdeel van het afsluitlichaam 2 is aangesloten.

Het aansluitdeel van het afsluitlichaam 2 vormt een uiteinde van een kanaal 18, zie Figuur 6, dat zich in het afsluitlichaam 2 uitstrekt tot 10 nabij het trommelvlies van de gebruiker, zodat het door de luidspreker opgewekte geluid via het kanaal naar het trommelvlies wordt geleid. Het is echter niet noodzakelijk een kanaal te vormen in het afsluitlichaam. Zo kan ook een doorgang, gevuld met een materiaal met relatief goede geluidsgeleidende eigenschappen, in het afsluitlichaam 2 worden 15 aangebracht voor het geleiden van door de geluidsbron 3 gegenereerde geluidsgolven.

Figuur 5 toont twee schematisch aanzichten van een dwarsdoorsnede van een filtermodule van een gehoorbeschermer 1 overeenkomstig de uitvinding. De filtermodule 19, ook wel separate i , 20 filtermodule genoemd, is evenals de aansluitmodule 13 losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar op het aansluitdeel van het afsluitdeel 2. De filtermodule 19 heeft een behuizing 20 voor het opnemen van een geluidsfilter. Voorts omvat de separate filtermodule 13, evenals de separate aansluitmodule 13, een vormdeel 17 dat bij gebruik is aangesloten op het 25 aansluitdeel van het afsluitlichaam 2.

De behuizing 20 van de filtermodule 19 is zodanig ingericht geluidsfilters losneembaar daarin kunnen worden aangebracht. Bovendien kunnen verschillende typen geluidsfilters worden aangebracht. Zo is de filtermodule 19 in het bovenste aanzicht voorzien van een eerste 30 geluidsfilter 2 IA, en in het onderste aanzicht voorzien van een tweede 23 geluidsfilter 21B, waarbij de geluidsfilters 2 IA, 21B verschillende buitenafmetingen hebben.

Figuur 6 toont een schematisch aanzicht van een set gehoorbeschermers overeenkomstig de uitvinding. De gehoorbeschermers 5 omvatten een hierboven beschreven gehoorbeschermer en een additionele gehoorbeschermer voor respectievelijk het linker en rechter oor van de gebruiker. Elk van de a&luitlichamen 2 is zodanig vormgegeven dat het aansluitdeel voor de separate intermodule 19 en/of separate aansluitmodule 13 een inwendige vormholte 22 omvat.

10 Door het afsluitlichaam 2 te voorzien van een tijdens gebruik binnen de oorschelp gelegen, vanaf de buitenzijde van het afsluitlichaam 2 toegankelijke inwendige vormholte 22 voor het daarin vormsluitend en losneembaar opnemen van het in hoofdzaak corresponderend met de vormholte 22 gevormd vormdeel 17 van de separate filtermodule 19 of 15 verbindingsmodule 13, zodanig dat de vormholte 22 daarmee tijdens gebruik van de gehoorbeschermerl geluidsdicht kan worden afgesloten van de buitenomgeving, is met voordeel een geluidsdichte aansluiting gerealiseerd tussen enerzijds het afsluitlichaam 2 en anderzijds de separate intermodule 19 of verbindingsmodule 13.

# , 20 Bijgevolg kan de separate filtermodule 19 relatief eenvoudig worden uitgewisseld met een andere filtermodule 19 of een verbindingsmodule 13 voor draagbare geluidsapparatuur. Bij voorkeur is de vormholte 22 vanaf de buitenzijde van het afsluitlichaam via een toegangskanaal toegankelijk, zodat een nog betere geluidsafdichting is 25 verkregen.

Bij het opnemen van de separate filtermodule 19 of verbindingsmodule 13 in de vormholte 22 van het afsluitlichaam 2 omsluit de vormholte 22 een daarmee corresponderend vormdeel 17 van de filtermodule of verbindingsmodule 19, 13 zodanig dat het vormdeel 17 30 binnen de vormholte 22 tegen axiale translatie wordt geborgd. Opgemerkt 24 wordt dat uiteraard ook andere aansluitmogelijkheden kunnen worden toegepast, bijvoorbeeld met behulp van een schroefverbinding.

De vormholte 22 kan bijvoorbeeld met een gietbewerking worden verkregen, zodat een relatief complexe vorm van de vormholte 22 relatief 5 eenvoudig kan worden verkregen. Door toepassing van een specifiek gevormde vormholte 22 kan worden bereikt dat slechts een specifieke, corresponderende filtermodule 19 en/of verbindingsmodule 13 aansluitbaar is op het afsluitlichaam 2. Door plaatsing van de vormholte 22 in het inwendige van het afsluitlichaam 2 wordt bereikt dat de vormholte 22 10 tijdens gebruik wordt omgeven door voldoende materiaal om de vormsluiting te bekrachtigen en aldus een betrouwbare akoestische afdichting te verkrijgen. Bij voorkeur heeft de vormholte 22 een geringe ondermaat ten opzichte van het vormdeel 17 van het corresponderende gevormde deel van de filtermodule 19 en/of verbindingsmodule 13. Hierdoor 15 wordt bereikt dat een lichte perspassing kan worden gerealiseerd waarmee de akoestisch afdichting tussen het afsluitlichaam 2 en respectievelijk de filtermodule 19 en/of de verbindingsmodule 13 nog beter kan worden gewaarborgd. Met name de duurzaamheid van de aansluiting kan hierdoor verbeteren.

t ; 20 Het vormdeel 17 omvat wigvormige segmenten 23, zodat de filtermodule 19 en de verbindingsmodule 13 door goed aandrukken relatief eenvoudig aansluiten op het afsluitlichaam 2. Voor het verwijderen van de filtermodule 19 of de verbindingsmodule 13 van het afsluitlichaam 2 is door de wigvormige structuur meer kracht nodig. Daarom is de kans relatief 25 gering dat een module 13,19 onverwacht losraakt van het afsluitlichaam 2, met allerlei ongewenste gevolgen. Ook kan de module 13,19 daardoor op elegante wijze als handgreep worden gebruikt om het afsluitlichaam 2 te verwijderen uit de gehoorgang.

Een gehoorbeschermer kan tezamen met een separate filtermodule 30 als een set, ook wel kit genoemd, in de handel worden gebracht. Voorts kan 25 een separate aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur worden toegevoegd aan de set, zodat de gebruiker naar keuze een fütermodule of een aansluitmodule kan aansluiten op het afsluitlichaam van de gehoorbeschermer, al naar gelang de gebruiker extern geluid, bijvoorbeeld 5 van een iPOD, wil waarnemen of slechts gehoorbescherming wenst. Daarnaast kan de set ten behoeve van oorbescherming van het andere gehoororgaan worden uitgebreid met een extra gehoorbeschermer en een extra intermodule, waarbij de aansluitdelen van het afsluitlichaam en van het additionele a&luitlichaam in hoofdzaak overeenkomen, zodat de 10 aansluitmodule zowel bij het rechter- als het linkeroor kunnen worden aangebracht.

De uitvinding is niet beperkt tot het hier beschreven uitvoeringsvoorbeeld. Vele varianten zijn mogelijk.

Zo kan de aanstuureenheid met behulp van een draadloze 15 verbinding zijn verbonden met de separate verbindingsmodule, dit in plaats van een toepassing met een elektrische draadverbinding zoals hierboven beschreven.

Voorts kunnen gehoorbeschermers van beide oren optioneel worden voorzien van een aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur, zodat t , 20 stereo geluid kan worden beluisterd.

Ook kan de gehoorbeschermer, afhankelijk van het type achtergrondgeluid en het kostenbudget, voor verschillende van verschillende opties, bijvoorbeeld handsfree telefoonbeantwoording, worden voorzien.

25 Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding, zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.

103113&S

Claims (40)

1. Gehoorbeechermer, omvattende een in de gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat voor pasvorm in de gehoorgang van een specifieke persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, en een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de 5 gehoorgang, waarbij de gehoorbeechermer voorts een op de geluidsbron aansluitbare aanstuureenheid omvat die is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid en het ter reproductie naar de geluidsbron toevoeren van elektronische signalen die het opgenomen omgevingsgeluid representeren.

2. Gehoorbeechermer volgens conclusie 1, waarbij de geluidsbron 10 middels een universele verbinding aansluitbaar is op een meervoudig aantal typen draagbare geluidsapparatuur.

3. Gehoorbeechermer volgens conclusie 1 of 2, waarbij het door de geluidsbron geproduceerde geluidsniveau onafhankelijk van het type aangesloten draagbare geluidsapparatuur instelbaar is.

4. Gehoorbeechermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de aanstuureenheid voorts is ingericht voor het begrenzen van het door de geluidsbron geproduceerde geluidsniveau.

5. Gehoorbeechermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de draagbare geluidsapparatuur een communicatie-eenheid omvat.

6. Gehoorbeechermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de draagbare geluidsapparatuur een geluidsweergave-eenheid omvat.

7. Gehoorbeechermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij deze voorts is ingericht om compressie toe te passen op door de geluidsbron op te wekken geluidsgolven.

8. Gehoorbeechermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij deze voorts is ingericht om het spectrum van door de geluidsbron op te 11031 138- » wekken geluidsgolven te corrigeren voor een spectrale overdrachtskarakteristiek van de gehoorgang en/of de geluidsbron.

9. Gehoorbeschermer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij deze voorts is ingericht om een actief niet-lineair filter toe te passen op 5 elektronische signalen die de geluidsbron aansturen voor het opwekken van geluidsgolven.

10. Gehoorbeschermer volgens conclusie 9, waarbij het niet-lineaire filter zodanig is ingericht dat de geluidsintensiteit van de door de geluidsbron geproduceerde geluidsgolven actief is begrensd tot een vooraf 10 ingesteld intensiteitniveau.

11. Gehoorbeschermer volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een ontvangsteenheid voor het ontvangen van een extern bericht dat door een zender draadloos wordt verzonden, waarbij de ontvangsteenheid tevens is ingericht voor het ter reproductie naar de 15 geluidsbron toezenden van elektronische signalen die het ontvangen externe bericht representeren.

12. Gehoorbeschermer volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een eerste opname-eenheid die is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid en een tweede opname-eenheid die is ingericht voor » ; 20 het op nemen van een spraaksignaal afkomstig van een gebruiker van de gehoorbeschermer.

13. Gehoorbeschermer volgens conclusie 12, waarbij de eerste opname-eenheid van het omni-directionele type is.

14. Gehoorbeschermer volgens conclusie 12 of 13, waarbij de tweede 25 opname-eenheid een beperkte openingshoek heeft die is gericht op de mond van de gebruiker.

15. Gehoorbeschermer volgens één der voorgaande conclusies 12-14, voorts omvattende een processoreenheid die is ingericht om signalen die zijn gegenereerd door de eerste en tweede opname-eenheid te bewerken voor het onderdrukken van omgevingsgeluid in het door de tweede opname-eenheid op genomen spraaksignaal.

16. Gehoorbeschermer volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een separate intermodule die losneembaar en geluidsdicht 5 aansluitbaar is op een tijdens gebruik aan de buitenzijde van het afsluitlichaam gelegen aansluitdeel, waarbij in de intermodule een geluidsfilter is opgenomen.

17. Gehoorbeschermer volgens conclusie 16, waarbij het geluidsfilter losneembaar in de separate intermodule is opgenomen.

18. Gehoorbeschermer volgens conclusie 16 of 17, waarbij de separate intermodule is ingericht voor het opnemen van verschillende typen geluidsfilters.

19. Gehoorbeschermer volgens één der conclusies 16-18, waarbij de geluidsbron is op genomen in een separate aansluitmodule voor draagbare 15 geluidsapparatuur die losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar is op het aansluitdeel van het afsluitlichaam.

20. Gehoorbeschermer volgens één der conclusie 16-19, waarbij het aansluitdeel van het afsluitlichaam een tijdens gebruik binnen de oorschelp gelegen, vanaf de buitenzijde van het afsluitlichaam toegankelijke t Λ 20 inwendige vormholte omvat voor het daarin vormsluitend en losneembaar opnemen van een in hoofdzaak corresponderend met de vormholte gevormd vormdeel van de separate filtermodule of de separate verbindingsmodule, zodanig dat de vormholte daarmee tijdens gebruik van de gehoorbeschermer geluidsdicht kan worden afgesloten van de buitenomgeving.

21. Kit, omvattende een gehoorbeschermer welke is voorzien van een in een gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat door pasvorm in de gehoorgang van een specifiek persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, en een separate filtermodule die losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar is op een tijdens gebruik aan de buitenzijde van 30 het afsluitlichaam gelegen aansluitdeel.

22. Kit volgens conclusie 21, voorts omvattende een separate aansluitmodule voor draagbare geluidsapparatuur die losneembaar en geluidsdicht aansluitbaar is op het aaneluitdeel van het afsluitlichaam, waarbij in de aansluitmodule een geluidsbron is opgenomen.

23. Kit volgens conclusie 21 of 22, voorts omvattende een additionele gehoorbeschermer welke is voorzien van een in de andere gehoorgang van de gebruiker plaatsbaar afsluitlichaam dat door pasvorm in de andere gehoorgang van een specifiek persoon is vervaardigd uit flexibel materiaal, en een additionele separate filtermodule die losneembaar en geluidsdicht 10 aansluitbaar is op een tijdens gebruik aan de buitenzijde van het additionele afsluitlichaam gelegen aaneluitdeel, waarbij de aansluitdelen van het afsluitlichaam en het additionele afsluitlichaam in hoofdzaak overeenkomen.

24. Zender die is ingericht voor het draadloos verzenden van een 15 extern bericht naar een óntvangsteenheid van een gehoorbeschermer, omvattende een in de gehoorgang van een persoon plaatsbaar afsluitlichaam dat is voorzien van een geluidsbron voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang.

25. Zender volgens conclusie 24, waarbij het externe bericht is 20 voorgeprogrammeerd.

26. Zender volgens conclusie 24 of 25, welke is aangesloten op opnamemiddelen voor het opnemen van het externe bericht.

27. Zender volgens conclusie één der conclusies 24-26, waarbij de zender nabij een ingang van een specifieke ruimte is gepositioneerd.

28. Werkwijze voor het toepassen van compressie op geluidsgolven die door een geluidsbron van een gehoorbeschermer worden opgewekt.

29. Werkwijze voor het corrigeren van het spectrum van door een geluidsbron van een gehoorbeschermer op te wekken geluidsgolven voor een spectrale overdrachtskarakteristiek van een gehoorgang en/of de 30 geluidsbron.

30. Werkwijze voor het bewerken van signalen die zijn gegenereerd door een eerste opname-eenheid van een gehoorbeschermer die is ingericht voor bet opnemen van omgevingsgeluid en een tweede opname-eenheid van de gehoorbeschermer die is ingericht voor het opnemen van een 5 spraaksignaal afkomstig van een gebruiker van de gehoorbeschermer voor het onderdrukken van omgevingsgeluid in het door de tweede opname-eenheid opgenomen spraaksignaal.

31. Werkwijze volgens conclusie 30, waarbij het bewerken van de signalen de stappen omvat vaii het selecteren van een representatie van een 10 spraaksignaal dat slechts in het signaal van de tweede opname-eenheid aanwezig is, en het toepassen van een bandfilter voor het doorlaten van een spraaksignaal dat in hoofdzaak slechts frequentiecomponenten bezit die zich binnen een spectrum van spraak bevinden.

32. Werkwijze voor het toepassen van een actief niet-lineair filter op 15 elektronische signalen die een geluidsbron van een gehoorbeschermer aansturen voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang van een gebruiker van de gehoorbeschermer.

33. Processor die is ingericht voor het toepassen van compressie op geluidsgolven die door een geluidsbron van een gehoorbeschermer worden 0 t 20 opgewekt.

34. Processor die is ingericht voor het corrigeren van het spectrum van door een geluidsbron van een gehoorbeschermer op te wekken geluidsgolven voor een spectrale overdrachtskarakteristiek van een gehoorgang en/of de geluidsbron.

35. Processor die ie ingericht voor het bewerken van signalen die zijn gegenereerd door een eerste opname-eenheid van een gehoorbeschermer die is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid en een tweede opname-eenheid van de gehoorbeschermer die is ingericht voor het opnemen van een spraaksignaal afkomstig van een gebruiker van de gehoorbeschermer voor het onderdrukken van omgevingsgeluid in het door de tweede opname-eenheid opgenomen spraaksignaal.

36. Processor die is ingericht voor het toepassen van een actief niet· lineair filter op elektronische signalen die een geluidsbron van een 5 gehoorbeschermer aansturen voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang van een gebruiker van de gehoorbeschermer.

37. Computer programma product omvattende instructies om een processor de werkwijze te doen uitvoeren van het toepassen van compressie op geluidsgolven die door een geluidsbron van een gehoorbeschermer 10 worden opgewekt.

38. Computer programma product omvattende instructies om een processor de werkwijze te doen uitvoeren van het corrigeren van het spectrum van door een geluidsbron van een gehoorbeschermer op te wekken geluidsgolven voor een spectrale overdrachtskarakteristiek van een 15 gehoorgang en/of de geluidsbron.

39. Computer programma product omvattende instructies om een processor de werkwijze te doen uitvoeren van het bewerken van signalen die zijn gegenereerd door een eerste opname-eenheid van een gehoorbeschermer die is ingericht voor het opnemen van omgevingsgeluid en een tweede # ; 20 opname-eenheid van de gehoorbeschermer die is ingericht voor het opnemen van een spraaksignaal afkomstig van een gebruiker van de gehoorbeschermer voor het onderdrukken van omgevingsgeluid in het door de tweede opname-eenheid opgenomen spraaksignaal.

40. Computer programma product omvattende instructies om een 25 processor de werkwijze te doen uitvoeren van het toepassen van een actief niet-lineair filter op elektronische signalen die een geluidsbron van een gehoorbeschermer aansturen voor het opwekken van geluidsgolven ter propagatie in de gehoorgang van een gebruiker van de gehoorbeschermer. 10311 38