NL1030837C2 - Casting mold for e.g. concrete bricks, includes resilient coupling devices which allow vertical displacement of outer mold frame - Google Patents

Abstract

The inner mold (110) has a degree of freedom of movement in the vertical direction relative to the outer mold frame (150). The mold also has resilient coupling devices (160) which allow vertical displacement of the outer mold frame and transmit a downward vertical force from this frame to the inner mold. The inner mold comprises a grid of intersecting strips and a box-shaped inner mold frame extending around and rigidly connected to the grid. The outer frame is box-shaped and extends around the inner frame. An independent claim is also included for the resilient coupling device, comprising a rubber block (163) with two metal end flanges (164, 165) secured to it, preferably by vulcanization, each flange preferably containing a threaded bore.

Description

,.. .J, ...

Titel: Inrichting voor het vervaardigen van vormstukkenTitle: Device for manufacturing moldings

De onderhavige uitvinding heeft zijn algemeenheid betrekking op een inrichting voor het vervaardigen van betonproducten, zoals stenen, banden, blokken, platen, etc. In het hiernavolgende zal de uitvinding bij wijze van voorbeeld 5 worden uitgelegd voor het geval het vervaardigen van stenen, maar dat mag niet worden uitgelegd als beperkend voor het toepassingsgebied.The present invention relates generally to a device for manufacturing concrete products, such as bricks, tires, blocks, slabs, etc. In the following, the invention will be explained by way of example 5 in the event that bricks are manufactured, but that should not be interpreted as limiting the scope.

Bij het vervaardigingsproces wordt een hoeveelheid beton-mortel aangebracht in een mal, de mortel wordt onder hoge druk 10 en onder invloed van trillingen verdicht, en de verdichte mortel wordt uit de mal gehaald om in een vervolgproces buiten de mal uit te harden. De mal is dan weer direct gereed om een nieuwe hoeveelheid mortel te ontvangen, en de beschreven productieslag herhaalt zich.In the manufacturing process, a quantity of concrete mortar is applied to a mold, the mortar is compacted under high pressure and under the influence of vibrations, and the compacted mortar is removed from the mold to cure outside of the mold in a subsequent process. The mold is then immediately ready to receive a new quantity of mortar, and the described production stroke is repeated.

15 Opgemerkt word dat, hoewel de te vervaardigen betonsteen pas gereed is na uitharding, het product dat de mal verlaat in het hiernavolgende al zal worden aangeduid met de term "steen".It is noted that, although the concrete brick to be manufactured is only ready after curing, the product leaving the mold will be referred to below as the "brick".

Voor het opnemen van de mortel definieert de mal een mal-20 kamer met verticale wanden. Aan de bovenzijde is de mal-kamer open, zodat daarin mortel kan worden gestort. Het verwijderen van de steen kan niet via de bovenzijde. Daarom is de mal aan zijn onderzijde ook open, en ligt de mal op een op een triltafel liggende steunplaat die een bodem voor de mal-kamer 25 vormt, en die gebruikelijk wordt aangeduid met de term "productieplank". Voor het verdichten wordt van bovenaf een stempel in de mal-kamer gedrukt. Na het verdichten wordt de mal opgetild, en blijft de steen liggen op de productieplank. De steen kan nu met productieplank en al worden weggenomen van 30 de triltafel, waarna een nieuwe productieplank wordt neergelegd. Men laat de mal weer zakken tot op de productieplank, en een volgende productieslag kan beginnen.For receiving the mortar, the mold defines a mold chamber with vertical walls. The mold chamber is open at the top, so that mortar can be poured into it. The stone cannot be removed from the top. Therefore, the mold is also open on its underside, and the mold lies on a support plate lying on a vibrating table which forms a bottom for the mold chamber 25, and which is usually referred to by the term "production board". For compacting, a stamp is pressed into the mold chamber from above. After compacting, the mold is lifted, and the stone remains on the production board. The stone can now be removed from the vibrating table with the production board and all, after which a new production board is laid down. The mold is lowered back to the production shelf, and a subsequent production stroke can begin.

Hoewel het denkbaar is dat een mal bestemd is voor het maken van een enkele steen, dat wil zeggen dat er per mal en 1030837 - i 2 per productieslag slechts een enkele steen wordt gemaakt, is een industriële mal doorgaans bestemd voor het maken van meerdere stenen per productieslag. Een dergelijke mal omvat dan een rooster van elkaar kruisende malstrips, vastgemaakt 5 aan elkaar en aan een buitenraam, die gezamenlijk een array definiëren van meerdere mal-kamers, waarbij elke mal-kamer een steen levert. De verschillende mal-kamers zijn doorgaans onderling identiek, zodat alle stenen onderling identiek zijn, maar dat hoeft niet en is niet essentieel.Although it is conceivable that a mold is intended for making a single stone, that is to say that only a single stone is made per mold and 1030837 - 2 per production stroke, an industrial mold is usually intended for making several stones. per production stroke. Such a mold then comprises a grid of intersecting mold strips, attached to each other and to an outer frame, which together define an array of a plurality of mold chambers, each mold chamber providing a brick. The different mold chambers are generally mutually identical, so that all stones are mutually identical, but this is not necessary and is not essential.

10 Een mal heeft dan in de praktijk horizontale afmetingen in de orde van ongeveer 1-2 m.In practice, a mold then has horizontal dimensions in the order of approximately 1-2 m.

Tijdens het trillend verdichten worden op de mal grote krachten uitgeoefend. Het is belangrijk dat de mal maatvast is, om een maatnauwkeurigheid van de te vervaardigen stenen te 15 waarborgen. De mal is derhalve typisch vervaardigd van staal, en de mal-kamers hebben typisch wanden met een dikte in de orde van 5 mm tot 5 cm. De mal is dus behoorlijk zwaar, en heeft een vrij lage resonantiefrequentie in de orde van typisch ongeveer 25-60 Hz.During the compacting, large forces are exerted on the mold. It is important that the mold is dimensionally stable in order to guarantee dimensional accuracy of the bricks to be manufactured. The mold is therefore typically made of steel, and the mold chambers typically have walls with a thickness of the order of 5 mm to 5 cm. The mold is therefore quite heavy, and has a fairly low resonance frequency in the order of typically about 25-60 Hz.

20 Het trillen van de mortel wordt uitgevoerd door de triltafel te laten trillen met een frequentie die kan afwijken van de resonantiefrequentie van de mal. Ook de amplitude van de door de triltafel uitgevoerde trilling kan afwijken van de door de mal uitgevoerde trilling. De mal kan dan de neiging 25 hebben om los te komen van de productieplank ("dansen" van de mal), zodat er een spleet ontstaat tussen de productieplank en de wand van de mal-kamers. In deze spleet kan mortel binnendringen. Dit leidt enerzijds tot grote slijtage aan de mal en aan de productieplank, en leidt anderzijds bij de stenen tot 30 een uitstulping aan hun onderzijde, die wordt aangeduid met de term "voet", en die tot gevolg heeft dat de stenen niet meer voldoen aan de normering. In principe is het mogelijk om dergelijke uitstulpingen te verwijderen met een nabewerking, maar dat leidt tot hogere kosten; in de praktijk worden 35 dergelijke stenen daarom doorgaans afgekeurd.The vibrating of the mortar is carried out by vibrating the vibrating table at a frequency that can deviate from the resonance frequency of the mold. The amplitude of the vibration performed by the vibrating table can also deviate from the vibration performed by the mold. The mold can then tend to come loose from the production board ("dance" of the mold), so that a gap is created between the production board and the wall of the mold chambers. Mortar can penetrate this gap. This leads on the one hand to great wear on the mold and on the production board, and on the other hand leads to a protrusion on the underside of the stones, which is indicated by the term "foot", and which results in the stones no longer satisfying the standardization. In principle, it is possible to remove such bulges with a post-processing, but that leads to higher costs; in practice, such stones are therefore generally rejected.

Het dansen van de mal kan ook leiden tot variaties in de vulling van de mal-kamers, en aldus tot hoogte-verschillen tussen de gefabriceerde stenen, hetgeen ook ongewenst is.The dancing of the mold can also lead to variations in the filling of the mold chambers, and thus to differences in height between the manufactured stones, which is also undesirable.

1030837 3 , '1030837 3,

Om het dansen van de mal tegen te gaan, wordt op de mal een hoge aandrukkracht uitgeoefend, om de mal op de productie-plank cq. triltafel gedrukt te houden. Die aandrukkracht wordt langs de buitenomtrek van de mal overgedragen op het omtreks-5 frame van de mal, dat tevens kan fungeren als rijbaan voor een mortel-vulwagen voor het vullen van de mal met mortel.In order to prevent the mold from dancing, a high pressure force is exerted on the mold, to put the mold on the production board. keep the vibration table pressed. This pressing force is transmitted along the outer circumference of the mold to the peripheral frame of the mold, which can also function as a roadway for a mortar filling truck for filling the mold with mortar.

Een doel van de onderhavige uitvinding is een mal zodanig uit te voeren, dat tijdens het productieproces minder slijtage ontstaat aan de mal zodat deze een langere levensduur heeft, 10 en dat de geproduceerde stenen gedurende langere tijd een betere maat-nauwkeurigheid hebben.An object of the present invention is to design a mold in such a way that less wear occurs on the mold during the production process so that it has a longer service life, and that the stones produced have a better dimensional accuracy for a longer period of time.

Volgens een belangrijk kenmerk van de onderhavige uitvinding omvat een mal twee ten opzichte van elkaar beweegbare onderdelen, namelijk een binnenmal en een buitenmal, 15 waarbij de binnenmal het genoemde rooster van elkaar kruisende malstrips omvat, en waarbij de buitenmal een omtreksframe omvat. De binnenmal is in horizontale richting opgesloten in de buitenmal, zodanig dat de binnenmal vrijwel geen horizontale bewegingsvrijheid heeft. In verticale richting 20 heeft de binnenmal wel een bewegingsvrijheid. Op de binnenmal wordt door middel van elastische organen, bijvoorbeeld rubber blokken, een verticaal omlaag gerichte kracht uitgeoefend, om de binnenplaat op de productieplank gedrukt te houden.According to an important feature of the present invention, a mold comprises two parts movable relative to each other, namely an inner mold and an outer mold, wherein the inner mold comprises the said grid of intersecting mold strips, and wherein the outer mold comprises a peripheral frame. The inner mold is locked in the outer mold in the horizontal direction, such that the inner mold has virtually no horizontal freedom of movement. In the vertical direction, the inner mold does have freedom of movement. A vertically downward force is exerted on the inner mold by means of elastic members, for example rubber blocks, to keep the inner plate pressed on the production board.

De uitvinding kiest aldus een niet voor de hand liggende 25 aanpak van het besproken probleem. Ter oplossing van het probleem van de dansende mal ligt het immers meer voor de hand om de mal als een zwaar en star geheel uit te voeren, en met grote kracht aan te drukken op de productieplank. Door de binnenmal los te nemen van de buitenmal, en verend te 30 bevestigen aan de buitenmal, wordt bereikt dat de binnenmal makkelijker in verticale richting verplaatst wordt, en dit lijkt tegennatuurlijk te zijn in het licht van het genoemde probleem. Echter, doordat de binnenmal een lager totaalgewicht heeft, kan de binnenmal makkelijker de bewegingen van de 35 productieplank volgen, zodat de aansluiting tussen productieplank en binnenmal gewaarborgd blijft.The invention thus chooses a non-obvious approach to the problem discussed. To solve the problem of the dancing mold, it is after all more obvious to design the mold as a heavy and rigid whole, and to press it on the production board with great force. By detaching the inner mold from the outer mold, and resiliently attaching it to the outer mold, it is achieved that the inner mold is more easily moved in the vertical direction, and this appears to be unnatural in light of the said problem. However, because the inner mold has a lower total weight, the inner mold can more easily follow the movements of the production board, so that the connection between production board and inner mold remains guaranteed.

Deze en andere aspecten, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt door 1030837 4 de hiernavolgende beschrijving onder verwijzing naar de tekeningen, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, en waarin: figuur 1 een schematisch zijaanzicht is voor het illustreren 5 van belangrijke componenten van een inrichting voor het vervaardigen van bijvoorbeeld betonstenen; de figuren 2A-D schematisch de werking van de inrichting volgens figuur 1 illustreren; figuur 3A een schematische dwarsdoorsnede toont van een mal 10 volgens de onderhavige uitvinding; figuur 4 op grotere schaal een dwarsdoorsnede toont volgens de uitsnede IV in figuur 3A; de figuren 5A en 5B met figuur 4 corresponderende dwarsdoorsneden zijn die de werking van de mal volgens de onderhavige 15 uitvinding illustreren.These and other aspects, features and advantages of the present invention will be further elucidated by the following description with reference to the drawings, in which like reference numerals indicate like or similar parts, and in which: figure 1 is a schematic side view for illustrating of important components of a device for the manufacture of, for example, concrete bricks; figures 2A-D schematically illustrate the operation of the device according to figure 1; Figure 3A shows a schematic cross section of a mold 10 according to the present invention; figure 4 shows on a larger scale a cross-section according to the cut-out IV in figure 3A; Figures 5A and 5B are cross-sections corresponding to Figure 4 illustrating the operation of the mold according to the present invention.

Figuur 1 is een schematisch zijaanzicht, dat belangrijke componenten van een inrichting 1 voor het vervaardigen van betonstenen illustreert. Ter wille van de duidelijkheid zijn 20 die componenten los van elkaar weergegeven. De inrichting 1 omvat een op een vaste vloer 2 staande tafel 3, die is voorzien van een eerste trilsysteem 4, typisch uitgevoerd als een motor met een excentrisch gewicht. Aangezien dergelijke trilsystemen op zich bekend zijn, is een nadere uitleg daarvan 25 niet nodig.Figure 1 is a schematic side view illustrating important components of a device 1 for manufacturing concrete bricks. For the sake of clarity, those components are shown separately from each other. The device 1 comprises a table 3 standing on a fixed floor 2, which is provided with a first vibration system 4, typically designed as an eccentric weight motor. Since such vibrating systems are known per se, a further explanation thereof is not necessary.

Op de triltafel 3 ligt een productieplank 5.A production board 5 is located on the vibrating table 3.

De inrichting 1 omvat voorts een roostervormige mal 10, die een zwaar omtreksframe 11 omvat, typisch een rechthoekig frame, waarin een stelsel van elkaar kruisende stroken 12 is 30 aangebracht. De stroken 12 definiëren malkamers 13, die aan hun bovenzijde en onderzijde open zijn. De mal 10 ligt op de productieplank 5, die een bodem vormt voor de malkamers 13.The device 1 furthermore comprises a grid-shaped mold 10, which comprises a heavy peripheral frame 11, typically a rectangular frame, in which a system of intersecting strips 12 is arranged. The strips 12 define mold chambers 13 which are open at their top and bottom. The mold 10 lies on the production board 5, which forms a bottom for the mold chambers 13.

De inrichting 1 omvat voorts een boven de mal 10 gemonteerde bovenstempel 20. Het bovenstempel 20 omvat een 35 drager 21, die is voorzien van een tweede trilsysteem 24.The device 1 further comprises an upper stamp 20 mounted above the mold 10. The upper stamp 20 comprises a carrier 21, which is provided with a second vibrating system 24.

Onder aan de drager 21 zijn, aan armen 22, stempelplaten 23 bevestigd. Elke stempelplaat 23 past in een corresponderende malkamer 13, en de contour van een stempelplaat 23 is aangepast aan de contour van de corresponderende malkamer 13, 1030837 , * 5 zodat er slechts een geringe speling is tussen de zijrand van de stempelplaat 23 en de in hoofdzaak verticale wanden van de corresponderende malkamer 13. Het bovenstempel 20 is in verticale richting verplaatsbaar, en de inrichting 1 omvat 5 slechts schematisch aangeduide stempeltilmiddelen 25 voor het optillen van het bovenstempel 20.At the bottom of the carrier 21, stamp plates 23 are attached to arms 22. Each stamp plate 23 fits into a corresponding mold chamber 13, and the contour of a stamp plate 23 is adapted to the contour of the corresponding mold chamber 13, 1030837, so that there is only a slight play between the side edge of the stamp plate 23 and the substantially vertical walls of the corresponding mold chamber 13. The upper stamp 20 is displaceable in the vertical direction, and the device 1 comprises only schematically indicated stamp lifting means 25 for lifting the upper stamp 20.

De figuren 2A-D illustreren schematisch de belangrijkste aspecten van de werking van de inrichting 1.Figures 2A-D schematically illustrate the most important aspects of the operation of the device 1.

10 In een beginsituatie ligt de productieplank 5 op de tafel 3 en ligt de mal 10 op de productieplank 5. Het bovenstempel 20 is door de stempeltilmiddelen 25 opgetild tot op enige afstand van de mal 10. Door middel van malaandrukorganen 31 wordt de mal 10 stevig omlaag gedrukt op de productieplank 5. 15 Figuur 2A illustreert een vulstap. Een vulwagen 6 rijdt over het omtreksframe 11 van de mal 10, onder het opgetilde bovenstempel 20 door, en vult de malkamers 13 met een mortel 7, typisch een aardvochtige mortel. Daarna wordt de vulwagen 6 teruggereden.In a starting situation, the production board 5 lies on the table 3 and the mold 10 lies on the production board 5. The upper stamp 20 is lifted by the stamp lifting means 25 to some distance from the mold 10. The mold 10 becomes firm by means of mold pressing members 31 pressed down on the production board 5. Figure 2A illustrates a filling step. A filling wagon 6 drives over the peripheral frame 11 of the mold 10, below the raised upper punch 20, and fills the mold chambers 13 with a mortar 7, typically an earth-moist mortar. The filling truck 6 is then driven back.

20 Figuur 2B illustreert een verdichtingsstap. Als de vulwagen 6 onder het bovenstempel 20 is weggereden, laten de stempeltilmiddelen 25 het bovenstempel 20 zakken, zodat de stempelplaten 23 de corresponderende malkamers 13 binnengaan en op de mortel 7 in die malkamers 13 komen te liggen. Dan 25 worden het eerste trilsysteem 4 en het tweede trilsysteem 24 in werking gezet, bij voorkeur in tegenfase, en op het bovenstempel 20 wordt een neerwaartse kracht uitgeoefend op de mortel 7 onder verhoogde druk te brengen. Deze toestand wordt gedurende een voorafbepaalde tijd gehandhaafd, typisch in de 30 orde van ongeveer 10 sec.Figure 2B illustrates a compaction step. When the filling wagon 6 has been driven away below the upper die 20, the die lifting means 25 lower the upper die 20, so that the die plates 23 enter the corresponding mold chambers 13 and come to lie on the mortar 7 in said mold chambers 13. Then the first vibrating system 4 and the second vibrating system 24 are put into operation, preferably in counter-phase, and a downward force is exerted on the upper punch 20 to bring the mortar 7 under increased pressure. This state is maintained for a predetermined time, typically in the order of about 10 seconds.

Figuur 2C illustreert het zogenaamde "ontschalen", dat wil zeggen het optillen van de mal 10. De malaandrukorganen 31 kunnen worden uitgeschakeld, en maloptilorganen 32 tillen de mal 10 op, los van de productieplank 5, over een afstand die 35 groter is dan de hoogte van de gecompacteerde mortel 7 in de malkamers 13. Het bovenstempel 20 kan door de stempeltilmiddelen 25 tegelijkertijd worden opgetild, of korte tijd later, in welke geval het bovenstempel 20 er voor dient om te verzekeren dat de gecompacteerde mortel 7 de malkamers 13 1 030837 , t 6 verlaat en op de productieplank 5 blijft liggen. De gecompacteerde mortel is stevig genoeg om zonder de noodzaak van zijdelingse ondersteuning op de productieplank 5 te blijven staan, en wordt in het hiernavolgende aangeduid als 5 steen 8.Figure 2C illustrates the so-called "scaling", i.e. lifting the mold 10. The mold pressing members 31 can be switched off, and mold lifting members 32 lift the mold 10, separate from the production board 5, over a distance that is 35 larger than the height of the compacted mortar 7 in the mold chambers 13. The upper punch 20 can be lifted simultaneously by the stamp lifting means 25, or a short time later, in which case the upper punch 20 serves to ensure that the compacted mortar 7 serves the mold chambers 13 leaves t 6 and remains on the production board 5. The compacted mortar is sturdy enough to remain on the production board 5 without the need for lateral support, and is hereinafter referred to as brick 8.

Figuur 2D illustreert dat de productieplank 5 met de daarop staande stenen 8 in zijdelingse richting wordt weggeschoven, voor verdere bewerking en/of uitharding, en dat er een nieuwe lege productieplank 5' op de tafel 3 wordt 10 geschoven, onder de mal 10.Figure 2D illustrates that the production board 5 with the stones 8 standing thereon is slid away in the lateral direction, for further processing and / or curing, and that a new empty production board 5 'is slid onto the table 3, under the mold 10.

Daarna laten de maloptilorganen 32 de mal 10 weer zakken tot op de productieplank 5', en de malaandrukorganen 31 drukken de mal 10 stevig op de productieplank 5', waarmee de begintoestand van figuur 2A weer is bereikt en de besproken 15 cyclus wordt herhaald.The mold lifting members 32 then lower the mold 10 onto the production board 5 'again, and the mold pressing members 31 firmly press the mold 10 onto the production board 5', whereby the initial condition of Fig. 2A has been reached again and the cycle discussed is repeated.

De bovenstaande beschrijving van een proces-cyclus voor het vervaardigen van vormstukken is van toepassing op zowel bestaande inrichtingen als op een inrichting volgens de 20 onderhavige uitvinding. Een kenmerk van de onderhavige uitvinding is, dat het proces niet hoeft te worden veranderd. Het kenmerkende verschil tussen bekende inrichtingen en de door de onderhavige uitvinding voorgestelde inrichting is aanwezig in de constructie van de mal; de overige onderdelen, 25 met name het bovenstempel 20, de productieplank 5, de aandruk-organen 31 en de optil-organen 25 en 32, kunnen ongewijzigd gehandhaafd blijven.The above description of a process cycle for manufacturing moldings applies to both existing devices and to a device according to the present invention. A feature of the present invention is that the process does not have to be changed. The characteristic difference between known devices and the device proposed by the present invention is present in the mold construction; the remaining parts, in particular the upper punch 20, the production board 5, the pressing members 31 and the lifting members 25 and 32, can be maintained unchanged.

Uit de hiervoorgaande beschrijving zal duidelijk zijn, dat tijdens bedrijf de productieplank 5 zich in hoofdzaak in 30 een horizontaal vlak bevindt, en dat de op de productieplank 5 liggende mal 10 zich dan eveneens uitstrekt in een horizontaal vlak. De mal 10 heeft dan een bovenkant, waar mortel de malkamers binnengaat, en een onderkant, waar stenen de mal verlaten. In de hiernavolgende beschrijving zal een mal 35 volgens de onderhavige uitvinding worden beschreven in deze normale bedrijfsoriëntatie. Aanduidingen "boven" en "onder" hebben dan betrekking op deze normale bedrijfsoriëntatie. Ook de aanduidingen "verticaal" en "horizontaal" corresponderen met deze normale bedrijfsoriëntatie. Waar dat de duidelijkheid 1030837 7 ten goede komt, zullen richtingen ook worden aangeduid volgens een XYZ-stelsel, waarbij Z duidt op de verticale richting en waarbij X en Y duiden op onderling loodrechte horizontale richtingen.From the foregoing description it will be clear that during operation the production board 5 is substantially in a horizontal plane, and that the mold 10 lying on the production board 5 then also extends in a horizontal plane. The mold 10 then has a top where mortar enters the mold chambers and a bottom where stones leave the mold. In the following description, a mold 35 according to the present invention will be described in this normal business orientation. Indications "above" and "below" then refer to this normal business orientation. The "vertical" and "horizontal" designations also correspond to this normal business orientation. Where clarity benefits 1030837 7, directions will also be indicated according to an XYZ system, where Z indicates the vertical direction and where X and Y indicate mutually perpendicular horizontal directions.

5 Figuur 3A toont een schematische dwarsdoorsnede van een mal 100 volgens de onderhavige uitvinding. De horizontale richting in figuur 3A wordt aangenomen als X-richting, de kijkrichting van figuur 3A wordt aangenomen als Y-richting.Figure 3A shows a schematic cross-section of a mold 100 according to the present invention. The horizontal direction in Figure 3A is assumed as the X direction, the viewing direction of Figure 3A is assumed as the Y direction.

Als hulpmiddel bij de hiernavolgende beschrijving is de 10 productieplank 5 ook nog getoond, en de overige onderdelen zijn ter wille van de eenvoud niet weergegeven.The production board 5 is also shown as an aid to the following description, and the other components are not shown for the sake of simplicity.

In tegenstelling tot de bekende mallen 10, waar de elkaar kruisende stroken 12 als een eenheid met het omtreksframe 11 zijn gevormd, omvat de mal 100 volgens de onderhavige 15 uitvinding een binnenmal 110 en een buitenmalframe 150. De binnenmal 110 omvat een rooster van elkaar kruisende stroken 12, die malkamers 13 definiëren, en waarvan de uiteinden zijn vastgemaakt aan een kadervormig binnenmalframe 111. De mal 100 omvat voorts een kadervormig buitenmalframe 150, dat zich 20 uitstrekt om het binnenmalframe 111. Figuur 3B toont een schematisch bovenaanzicht van de mal 100.In contrast to the known molds 10, where the intersecting strips 12 are formed as a unit with the peripheral frame 11, the mold 100 according to the present invention comprises an inner mold 110 and an outer mold frame 150. The inner mold 110 comprises a grid of intersecting strips 12 defining mold chambers 13, the ends of which are fixed to a frame-shaped inner mold frame 111. The mold 100 further comprises a frame-shaped outer mold frame 150 which extends around the inner mold frame 111. Figure 3B shows a schematic top view of the mold 100.

In dit voorbeeld zijn alle malstroken 12 hetzij stroken die gericht zijn volgens de X-richting en zich uitstrekken over de volledige Y-afmeting, hetzij stroken die gericht zijn 25 volgens de Y-richting en zich uitstrekken over de volledige Z-afmeting, maar dit zijn geen essentiële kenmerken.In this example, all mold strips 12 are either strips that are oriented in the X direction and extend over the entire Y dimension, or strips that are directed in the Y direction and extend over the full Z dimension, but this are not essential characteristics.

Voorts blijkt uit figuur 3B, dat het kadervormige binnen-malframe 111 een rechthoekige contour heeft, met lengte-segmenten die zich uitstrekken volgens de X-richting en 30 breedte-segmenten die zich uitstrekken volgens de Y-richting; hoewel een dergelijke vormgeving de voorkeur heeft, zijn ook dit geen essentiële kenmerken. Het is denkbaar dat het frame 111 een meerhoekige contour heeft, en het is denkbaar dat het frame 111 in het horizontale vlak gebogen framesegmenten 35 heeft. Wel geldt steeds, dat de contour van het buitenmalframe 150 correspondeert met die van het binnenmalframe.Furthermore, figure 3B shows that the frame-shaped inner mold frame 111 has a rectangular contour, with length segments extending in the X direction and width segments extending in the Y direction; although such a design is preferred, these are also not essential features. It is conceivable that the frame 111 has a polygonal contour, and it is conceivable that the frame 111 has frame segments 35 bent in the horizontal plane. However, the contour of the outer mold frame 150 always corresponds to that of the inner mold frame.

De onderhavige uitvinding komt tot uitdrukking in de dwarsdoorsnede van de segmenten van het binnenmalframe 111 en het buitenmalframe 150, en een dergelijke dwarsdoorsnede, 1030837 8 volgens de uitsnede IV in figuur 3A, is in figuur 4 op grotere schaal getoond. Het binnenmalframe 111 omvat in de geïllustreerde uitvoeringsvorm een verticale strook 112 met een onderrand 117, een bovenrand 119, een vrij binnen-5 oppervlak 113, en een buitenoppervlak 114, alsmede een in hoofdzaak loodrecht op het buitenoppervlak 114 staande horizontale strook 115, waarvan een onderoppervlak 116 zich bevindt op verticale afstand van de onderrand 117 van de verticale strook 112, en waarvan een bovenoppervlak 118 zich 10 bevindt op verticale afstand van de bovenrand 119 van de verticale strook 112. Het binnen-oppervlak 113 van de verticale strook 112 vormt een zijwand van een malkamer 13; voorts zijn uiteinden van de malstroken 12 bevestigd aan het binnen-oppervlak 113 van de verticale strook 112, maar dat is 15 figuur 4 niet weergegeven. De Y-afmeting (d.w.z. loodrecht op het vlak van tekening van figuur 4) van de horizontale strook 115 kan corresponderen met die van de verticale strook 112, zodat de horizontale strook 115 zich uitstrekt over de gehele lengte van de verticale strook 112, maar het is ook mogelijk 20 dat de verticale strook 112 is voorzien van meerdere horizontale strookdelen 115 op onderlinge afstand van elkaar.The present invention is expressed in the cross-section of the segments of the inner mold frame 111 and the outer mold frame 150, and such a cross-section, 1030837 8 according to the cut-out IV in Figure 3A, is shown on a larger scale in Figure 4. In the illustrated embodiment, the inner mold frame 111 comprises a vertical strip 112 with a lower edge 117, an upper edge 119, a free inner surface 113, and an outer surface 114, as well as a horizontal strip 115 which is substantially perpendicular to the outer surface 114, of which a bottom surface 116 is at a vertical distance from the bottom edge 117 of the vertical strip 112, and of which an upper surface 118 is at a vertical distance from the top edge 119 of the vertical strip 112. The inner surface 113 of the vertical strip 112 forms a side wall of a mold chamber 13; furthermore, ends of the mold strips 12 are attached to the inner surface 113 of the vertical strip 112, but FIG. 4 is not shown. The Y dimension (ie perpendicular to the plane of the drawing of Figure 4) of the horizontal strip 115 may correspond to that of the vertical strip 112, so that the horizontal strip 115 extends over the entire length of the vertical strip 112, but the it is also possible that the vertical strip 112 is provided with a plurality of horizontal strip parts 115 at a mutual distance from each other.

Het buitenmalframe 150 heeft in de weergegeven uitvoeringsvorm een in hoofdzaak Z-vormige dwarsdoorsnede, met een lijfgedeelte 151. Aan zijn bovenkant heeft het buitenmal-25 frame 150 een vanaf het lijfgedeelte 151 naar de binnenmal 110 reikende bovenbalk 152, waarvan een onderoppervlak 153 zich bevindt boven het bovenoppervlak 118 van de horizontale strook 115 van het binnenmalframe 111. Aan zijn onderkant heeft het buitenmalframe 150 een van de binnenmal 110 weg reikende 30 onderbalk 154 met een bovenoppervlak 155. Het lijfgedeelte 151 met de bovenbalk 152 en de onderbalk 154 zijn bij voorkeur vervaardigd als een massief geheel.In the embodiment shown, the outer mold frame 150 has a substantially Z-shaped cross-section, with a body portion 151. At its top, the outer mold frame 150 has an upper beam 152 extending from the body portion 151 to the inner mold 110, a lower surface 153 of which is located above the upper surface 118 of the horizontal strip 115 of the inner mold frame 111. At its bottom side, the outer mold frame 150 has a lower beam 154 extending away from the inner mold 110 with an upper surface 155. The body portion 151 with the upper beam 152 and the lower beam 154 are preferably manufactured as a solid whole.

Het buitenmalframe 150 is voorts aan zijn onderzijde voorzien van een naar de binnenmal 110 gericht uitsteeksel 35 156, bij voorbeeld in de vorm van een tegen een onderoppervlak van de onderbalk 154 geschroefde strook, waarvan een bovenoppervlak 157 zich bevindt onder het onderoppervlak 116 van de horizontale strook 115 van het binnenmalframe 111. Ook deze strook 156 kan zich uitstrekken over de volledige 1030837 9 Y-afmeting van het binnenmalframe 111, maar het is ook mogelijk dat het buitenmalframe 150 is voorzien van enkele op afstand van elkaar geplaatste stroken 156.The outer mold frame 150 is furthermore provided on its underside with a projection 156 directed towards the inner mold 110, for example in the form of a strip screwed against a lower surface of the lower beam 154, an upper surface 157 of which is located below the lower surface 116 of the horizontal strip 115 of the inner mold frame 111. This strip 156 can also extend over the entire 1030837 9 Y dimension of the inner mold frame 111, but it is also possible that the outer mold frame 150 is provided with a few spaced apart strips 156.

Tussen het onderoppervlak 153 van de bovenbalk 152 en het 5 bovenoppervlak 118 van de horizontale strook 115 van het binnenmalframe 111 bevinden zich veerkrachtige organen 160. De veerkrachtige organen 160 kunnen bij voorbeeld zijn uitgevoerd als een rubber blok, of een schroefveer, of een luchtbalg, of een ander geschikt elastisch orgaan dat geschikt is voor het 10 overdragen van verticale drukkrachten. De veerkarakteristieken van alle veerkrachtige organen 160 kunnen onderling identiek zijn, maar zij kunnen ook individueel instelbaar zijn. In het bijzonder bij een uitvoering als een rubberen blok kan een veerkrachtig orgaan 160 een Y-afmeting hebben die correspon-15 deert met die van de mal 100.Resilient members 160 are located between the lower surface 153 of the upper beam 152 and the upper surface 118 of the horizontal strip 115 of the inner mold frame 111. The resilient members 160 may be designed, for example, as a rubber block, or a coil spring, or an air bellow, or another suitable elastic member suitable for transferring vertical compressive forces. The spring characteristics of all resilient members 160 can be mutually identical, but they can also be individually adjustable. Particularly in an embodiment such as a rubber block, a resilient member 160 may have a Y dimension corresponding to that of the mold 100.

In de weergegeven uitvoeringsvorm omvat een veerkrachtig orgaan 160 een rubberen blok 163, met aan zijn verticale uiteinden twee van schroefgaten voorziene metalen (stalen) verbindingsflenzen 164, 165 gevulcaniseerd. De bovenste 20 verbindingsflens is door een eerste verticale schroef 161 vastgeschroefd tegen het onderoppervlak 153 van de bovenbalk 152 van het buitenmalframe 150. De onderste verbindingsflens is door een tweede schroef 162 vastgeschroefd tegen het bovenoppervlak 118 van de horizontale strook 115.In the embodiment shown, a resilient member 160 comprises a rubber block 163, with two metal (steel) connecting flanges 164, 165 provided with screw holes vulcanized at its vertical ends. The upper connecting flange is screwed against the lower surface 153 of the upper beam 152 of the outer mold frame 150 by a first vertical screw 161. The lower connecting flange is screwed against the upper surface 118 of the horizontal strip 115 by a second screw 162.

25 Figuur 4 toont de mal 100 in een rust-toestand, waarbij er geen uitwendige verticale krachten worden uitgeoefend op het buitenmalframe 150. Figuur 4 toont duidelijk, dat in deze toestand de binnenmal 110 rust op de productieplank 5, en dat de dimensionering van het buitenmalframe 150 en het binnenmal-30 frame 111 zodanig is, dat er een eerste spleet 181 aanwezig is tussen het onderoppervlak 158 van het buitenmalframe 150 en het bovenoppervlak van de productieplank 5, en dat er een tweede spleet 182 aanwezig is tussen het onderoppervlak 116 van de horizontale strook 115 en het bovenoppervlak 157 van 35 het uitsteeksel 156.Figure 4 shows the mold 100 in a rest state, where no external vertical forces are exerted on the outer mold frame 150. Figure 4 clearly shows that in this state the inner mold 110 rests on the production board 5, and that the dimensioning of the outer mold frame 150 and inner mold frame 111 is such that a first slit 181 is present between the bottom surface 158 of the outer mold frame 150 and the upper surface of the production board 5, and that a second slit 182 is present between the bottom surface 116 of the horizontal strip 115 and the top surface 157 of the protrusion 156.

Figuur 5A toont het binnenmalframe 111 en het buitenmalframe 150 in een bedrijfstoestand waarin mortel 7 wordt verdicht (zie figuur 2B). De malaandrukorganen 31 oefenen een verticale neerwaartse drukkracht uit op het bovenoppervlak 155 1030837 10 van de onderbalk 154, zodat het buitenmalframe 150 tegen de productieplank 5 is gedrukt. Het buitenmalframe 150 is dus omlaag verplaatst over een afstand die overeenkomt met de verticale breedte van de eerste spleet 181, en de verticale 5 lengte van de veerkrachtige organen 160 is met eenzelfde bedrag verminderd (drukbelasting), zodat de veerkrachtige organen 160 op de horizontale strook 115 en daarmede op het binnenmalframe 111 een omlaag gerichte drukkracht F1 uitoefenen, waarvan de grootte afhangt van de veerconstante 10 van de veerkrachtige organen 160. Volgens een belangrijk aspect van de onderhavige uitvinding kan het binnenmalframe 111 nu een verticale trilbeweging uitvoeren ten opzichte van het buitenmalframe 150, zoals aangeduid met de pijlen PI.Figure 5A shows the inner mold frame 111 and the outer mold frame 150 in an operating condition in which mortar 7 is compacted (see Figure 2B). The mold pressing members 31 exert a vertical downward compressive force on the upper surface 155 of the lower beam 154, so that the outer mold frame 150 is pressed against the production board 5. The outer mold frame 150 is thus moved downwards over a distance corresponding to the vertical width of the first slit 181, and the vertical length of the resilient members 160 is reduced by the same amount (pressure load), so that the resilient members 160 on the horizontal strip 115 and thereby exert a downwardly directed compressive force F1 on the inner mold frame 111, the magnitude of which depends on the spring constant 10 of the resilient members 160. According to an important aspect of the present invention, the inner mold frame 111 can now perform a vertical vibratory movement with respect to the outer mold frame 150, as indicated by the arrows P1.

In horizontale richting is er slechts een zeer geringe 15 speling tussen het binnenmalframe 111 en het buitenmalframe 150. Deze speling is voldoende om de verticale trilbeweging van het binnenmalframe 111 ten opzichte van het buitenmalframe 150 toe te laten, maar is dermate klein dat ongewenste horizontale verplaatsingen van het binnenmalframe 111 ten 20 opzichte van het buitenmalframe 150 worden voorkomen. In de weergegeven voorkeursuitvoeringsvorm is op het bovenoppervlak van de bovenbalk 152 een verstelbare slijtageplaat 159 bevestigd, waardoor de genoemde speling kan worden ingesteld op ongeveer 0,2 - 0,3 mm.In the horizontal direction, there is only a very small play between the inner mold frame 111 and the outer mold frame 150. This play is sufficient to allow the vertical vibrating movement of the inner mold frame relative to the outer mold frame 150, but is so small that undesired horizontal displacements of the inner mold frame 111 relative to the outer mold frame 150 are prevented. In the shown preferred embodiment an adjustable wear plate 159 is mounted on the upper surface of the upper beam 152, whereby the said clearance can be adjusted to approximately 0.2 - 0.3 mm.

25 Het bovenoppervlak van het buitenmalframe 150 (dat in de geïllustreerde uitvoeringsvorm wordt gedefinieerd door het bovenoppervlak van de slijtageplaat 159) bevindt zich in de omlaag gedrukte bedrijfstoestand van het buitenmalframe 150 op gelijk niveau als de bovenrand 119 van het binnenmalframe 111, 30 of op een enigszins hoger niveau. Hierdoor wordt slijtage aan het binnenmalframe 111 als gevolg van de vulwagen 6 vermeden. De vulwagen 6 zal voornamelijk de slijtageplaat 159 belasten, en als deze te veel versleten is, is deze eenvoudig te verwisselen.The upper surface of the outer mold frame 150 (which in the illustrated embodiment is defined by the upper surface of the wear plate 159) is in the pressed-down operating state of the outer mold frame 150 at the same level as the upper edge 119 of the inner mold frame 111, 30 or on a somewhat higher level. As a result, wear on the inner mold frame 111 as a result of the filling trolley 6 is avoided. The filling wagon 6 will mainly load on the wear plate 159, and if it is worn out too much, it is easy to change.

35 Figuur 5B toont het binnenmalframe 111 en het buitenmal frame 150 in een bedrijfstoestand waarin de stenen 8 worden weggenomen (zie figuur 2C). De maloptilorganen 32 oefenen een verticaal omhoog gerichte trekkracht uit op de onderbalk 154, zodat de veerkrachtige organen 160 een weinig worden uitgerekt 1030837 11 (geringe trekbelasting) en het bovenoppervlak 157 van het uitsteeksel 156 in contact komt met het onderoppervlak 116 van de horizontale strook 115 van het binnenmalframe 111. Aldus wordt, in deze opgetilde toestand, het gewicht van het 5 binnenmalframe 111 gedragen door het uitsteeksel 156, zoals aangeduid met pijl F2, en worden de veerkrachtige organen 160 en de schroeven 162 niet of nauwelijks belast.Figure 5B shows the inner mold frame 111 and the outer mold frame 150 in an operating condition in which the stones 8 are removed (see figure 2C). The mold lifting members 32 exert a vertically upward pulling force on the lower beam 154 so that the resilient members 160 are slightly stretched 1030837 11 (low tensile load) and the upper surface 157 of the protrusion 156 comes into contact with the lower surface 116 of the horizontal strip 115 of the inner mold frame 111. Thus, in this lifted state, the weight of the inner mold frame 111 is carried by the protrusion 156, as indicated by arrow F2, and the resilient members 160 and the screws 162 are not or hardly loaded.

10 Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken uitvoeringsvoorbeelden, maar dat diverse varianten en modificaties mogelijk zijn binnen de beschermingsomvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies.It will be clear to a person skilled in the art that the invention is not limited to the exemplary embodiments discussed above, but that various variants and modifications are possible within the scope of the invention as defined in the appended claims.

15 Zo is het bij voorbeeld niet essentieel dat het bovenstempel 20 in trilling wordt gebracht, en dus is de aanwezigheid van de trilinrichting 24 niet essentieel.For example, it is not essential for the upper stamp 20 to be made to vibrate, and therefore the presence of the vibrating device 24 is not essential.

Hoewel het de voorkeur heeft dat de veerkrachtige koppel-organen 160 op druk worden belast bij het doorgeven van de 20 verticaal omlaag gerichte kracht vanuit het buitenmalframe naar de binnenmal, is ook een uitvoeringsvorm mogelijk waarbij de veerkrachtige koppelorganen op trek worden belast.Although it is preferable for the resilient coupling members 160 to be stressed when transmitting the vertically downwardly directed force from the outer mold frame to the inner mold, an embodiment is also possible in which the resilient coupling members are subjected to tensile stress.

Voorts is het mogelijk dat de mortel bestaat uit een ander materiaal dan beton.Furthermore, it is possible that the mortar consists of a material other than concrete.

25 De stroken 12 en het kadervormig binnenmalframe 111 van de binnenmal 110 vormen een geheel, en kunnen inderdaad zijn gemaakt uit een enkel stuk materiaal, maar kunnen ook door bij voorbeeld lassen aan elkaar zijn bevestigd. Ook het uitsteeksel kan als een geheel met het kadervormig binnenmal- 30 frame 111 zijn gemaakt, of daar door bij voorbeeld lassen aan zijn bevestigd.The strips 12 and the frame-shaped inner mold frame 111 of the inner mold 110 form a whole, and can indeed be made of a single piece of material, but can also be attached to each other by, for example, welding. The protrusion can also be made integrally with the frame-shaped inner template 111, or be attached to it by, for example, welding.

10308371030837

Claims (14)

1. Mal (100) voor het vervaardigen van vormstukken, in het bijzonder betonproducten, omvattende: een binnenmal (110) omvattende een rooster van elkaar kruisende stroken (12), alsmede een kadervormig binnenmalframe 5 (111) dat zich uitstrekt rondom genoemd rooster en star is vastgemaakt aan dat rooster; een kadervormig buitenmalframe (150) dat zich uitstrekt rondom de binnenmal (110); waarbij de binnenmal (110) in verticale richting (Z) een 10 bewegingsvrijheid heeft ten opzichte van het buitenmalframe (150) ; en waarbij de mal (100) voorts omvat veerkrachtige koppel-organen (160), die zijn ingericht om een relatieve verticale verplaatsing van de binnenmal (110) ten opzichte van het 15 buitenmalframe (150) toe te laten en om een in hoofdzaak verticaal omlaag gerichte kracht over te dragen vanuit het buitenmalframe (150) naar de binnenmal (110).A mold (100) for manufacturing moldings, in particular concrete products, comprising: an inner mold (110) comprising a grid of intersecting strips (12), as well as a frame-shaped inner mold frame 5 (111) that extends around said grid and rigid is attached to that grid; a frame-shaped outer mold frame (150) extending around the inner mold (110); wherein the inner mold (110) has a freedom of movement relative to the outer mold frame (150) in the vertical direction (Z); and wherein the mold (100) further comprises resilient coupling members (160) adapted to permit a relative vertical displacement of the inner mold (110) relative to the outer mold frame (150) and to allow a substantially vertical downward movement transferring directed force from the outer mold frame (150) to the inner mold (110). 2. Mal volgens conclusie 1, waarbij het binnenmalframe (111) 20 aan zijn buitenzijde is voorzien van ten minste één naar het buitenmalframe (150) gericht uitsteeksel (115) met een bovenoppervlak (118), waarbij het buitenmalframe (150) aan zijn binnenzijde is voorzien van ten minste één naar het binnenmalframe (111) gericht uitsteeksel (152) met een 25 onderoppervlak (153 , en waarbij een veerkrachtig koppelorgaan (160) is aangebracht tussen het genoemde bovenoppervlak (118) en het genoemde onderoppervlak (153).2. Mold as claimed in claim 1, wherein the inner mold frame (111) is provided on its outside with at least one projection (115) directed towards the outer mold frame (150) with an upper surface (118), the outer mold frame (150) on its inner side is provided with at least one protrusion (152) facing the inner mold frame (111) with a bottom surface (153), and wherein a resilient coupling member (160) is arranged between said top surface (118) and said bottom surface (153). 3. Mal volgens conclusie 1 of 2, waarbij het veerkrachtig 30 koppelorgaan (160) bij het overdragen van genoemde kracht wordt belast op druk.3. Mold according to claim 1 or 2, wherein the resilient coupling member (160) is subjected to pressure when transferring said force. 4. Mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, waarbij de mal (100) voorts in één richting werkzame koppel- 35 organen (115, 156) omvat die zijn ingericht om, wanneer op het buitenmalframe (150) een verticaal omhoog gerichte kracht 1030837 wordt uitgeoefend, een mechanische koppeling tot stand te brengen tussen het buitenmalframe (150) en de binnenmal (110) om aldus die omhoog gerichte kracht over te dragen (F2) vanuit het buitenmalframe (150) naar de binnenmal (110). 54. Mold as claimed in any of the foregoing claims, wherein the mold (100) further comprises coupling members (115, 156) operating in one direction which are adapted to apply a vertically upward force 1030837 to the outer mold frame (150). applied mechanical coupling between the outer mold frame (150) and the inner mold (110) so as to transfer that upwardly directed force (F2) from the outer mold frame (150) to the inner mold (110). 5 5. Mal volgens conclusie 4, waarbij het binnenmalframe (111) aan zijn buitenzijde is voorzien van ten minste één naar het buitenmalframe (150) gericht uitsteeksel (115) met een onderoppervlak (116), waarbij het buitenmalframe (150) aan 10 zijn binnenzijde is voorzien van ten minste één naar het binnenmalframe (111) gericht uitsteeksel (156) met een bovenoppervlak (157), en waarbij in een rusttoestand een geringe speling (182) aanwezig is tussen het genoemde bovenoppervlak (157) en het genoemde onderoppervlak (116). 155. Mold according to claim 4, wherein the inner mold frame (111) is provided on its outside with at least one protrusion (115) directed towards the outer mold frame (150) with a lower surface (116), the outer mold frame (150) being on its inside is provided with at least one protrusion (156) facing the inner mold frame (111) with an upper surface (157), and wherein in a rest condition a slight play (182) is present between said upper surface (157) and said lower surface (116) ). 15 6. Mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, waarbij in een rusttoestand de onderrand (117) van het binnenmalframe (111) zich op een eerste verticale afstand (spleet 181) bevindt onder het onderoppervlak (158) van het 20 buitenmalframe (150) .6. Mold according to any of the preceding claims, wherein in a rest condition the lower edge (117) of the inner mold frame (111) is at a first vertical distance (slit 181) below the lower surface (158) of the outer mold frame (150). 7. Mal volgens conclusie 6, waarbij het buitenmalframe (150) een bovenoppervlak heeft dat zich in de genoemde rusttoestand bevindt op een niveau dat op een tweede verticale afstand 25 boven de bovenrand (119) van het binnenmalframe (111) ligt, welke tweede verticale afstand gelijk is aan of enigszins groter is dan de genoemde eerste verticale afstand.7. Mold as claimed in claim 6, wherein the outer mold frame (150) has an upper surface which, in said rest position, is at a level that is a second vertical distance above the upper edge (119) of the inner mold frame (111), which second vertical distance equal to or slightly greater than said first vertical distance. 8. Mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, 30 waarbij de binnenmal (110) in horizontale richting met slechts een zeer geringe speling (183) is opgesloten in het buitenmalframe (150) .8. Mold according to any of the preceding claims, wherein the inner mold (110) is confined in the outer mold frame (150) in the horizontal direction with only a very small play (183). 9. Mal volgens conclusie 8, waarbij genoemde speling is 35 gelegen in het traject van ongeveer 0,1 tot ongeveer 0,4 mm.The mold of claim 8, wherein said clearance is in the range of about 0.1 to about 0.4 mm. 10. Mal volgens conclusie 8 of 9, waarbij is voorzien in organen (159) voor het instellen van genoemde speling. 1030837Mold according to claim 8 or 9, wherein means (159) are provided for adjusting said clearance. 1030837 11. Mal volgens conclusie 10, waarbij op een bovenoppervlak van het buitenmalframe (150) een slijtageplaat (159) instelbaar is bevestigd.The mold of claim 10, wherein a wear plate (159) is adjustably mounted on an upper surface of the outer mold frame (150). 12. Mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, waarbij een veerkrachtig koppelorgaan (160) omvat: een rubberen blok en/of een schroefveer en/of een luchtbalg.A mold according to any of the preceding claims, wherein a resilient coupling member (160) comprises: a rubber block and / or a coil spring and / or an air bellow. 13. Mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, 10 waarbij een veerkrachtig koppelorgaan (160) een rubberen blok (163) omvat, waaraan twee metalen eindflenzen (164, 165) zijn bevestigd, bij voorkeur door vulcaniseren, waarbij elke eindflens bij voorkeur is voorzien van een van schroefdraad voorziene boring. 15Mold according to any of the preceding claims, wherein a resilient coupling member (160) comprises a rubber block (163) to which two metal end flanges (164, 165) are attached, preferably by vulcanization, each end flange preferably being provided threaded bore. 15 14. Veerkrachtig koppelorgaan (160) voor een mal volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, omvattende een rubberen blok (163), waaraan twee metalen eindflenzen (164, 165) zijn bevestigd, bij voorkeur door vulcaniseren, waarbij 20 elke eindflens bij voorkeur is voorzien van een van schroefdraad voorziene boring. 103083714. Resilient jig coupling member (160) according to any of the preceding claims, comprising a rubber block (163) to which two metal end flanges (164, 165) are attached, preferably by vulcanization, wherein each end flange is preferably provided threaded bore. 1030837