NL1028729C2 - Houder. - Google Patents

Houder. Download PDF

Info

Publication number
NL1028729C2
NL1028729C2 NL1028729A NL1028729A NL1028729C2 NL 1028729 C2 NL1028729 C2 NL 1028729C2 NL 1028729 A NL1028729 A NL 1028729A NL 1028729 A NL1028729 A NL 1028729A NL 1028729 C2 NL1028729 C2 NL 1028729C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cap
bottle
blister
sealing
edge
Prior art date
Application number
NL1028729A
Other languages
English (en)
Inventor
Martinus Franciscus Jo Leijten
Original Assignee
Campina Nederland Holding Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Campina Nederland Holding Bv filed Critical Campina Nederland Holding Bv
Priority to NL1028729A priority Critical patent/NL1028729C2/nl
Priority to EP06112442A priority patent/EP1710169A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1028729C2 publication Critical patent/NL1028729C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D51/00Closures not otherwise provided for
    • B65D51/24Closures not otherwise provided for combined or co-operating with auxiliary devices for non-closing purposes
    • B65D51/28Closures not otherwise provided for combined or co-operating with auxiliary devices for non-closing purposes with auxiliary containers for additional articles or materials
    • B65D51/2807Closures not otherwise provided for combined or co-operating with auxiliary devices for non-closing purposes with auxiliary containers for additional articles or materials the closure presenting means for placing the additional articles or materials in contact with the main contents by acting on a part of the closure without removing the closure, e.g. by pushing down, pulling up, rotating or turning a part of the closure, or upon initial opening of the container
    • B65D51/2814Closures not otherwise provided for combined or co-operating with auxiliary devices for non-closing purposes with auxiliary containers for additional articles or materials the closure presenting means for placing the additional articles or materials in contact with the main contents by acting on a part of the closure without removing the closure, e.g. by pushing down, pulling up, rotating or turning a part of the closure, or upon initial opening of the container the additional article or materials being released by piercing, cutting or tearing an element enclosing it
    • B65D51/2821Closures not otherwise provided for combined or co-operating with auxiliary devices for non-closing purposes with auxiliary containers for additional articles or materials the closure presenting means for placing the additional articles or materials in contact with the main contents by acting on a part of the closure without removing the closure, e.g. by pushing down, pulling up, rotating or turning a part of the closure, or upon initial opening of the container the additional article or materials being released by piercing, cutting or tearing an element enclosing it said element being a blister, a capsule or like sealed container
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D51/00Closures not otherwise provided for
    • B65D51/18Arrangements of closures with protective outer cap-like covers or of two or more co-operating closures
    • B65D51/20Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing
    • B65D51/22Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing having means for piercing, cutting, or tearing the inner closure

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)

Description

'* *
Titel: Houder
De uitvinding heeft betrekking op een houder, omvattende: - een fles voor het opnemen van een voedingsproduct, zoals een zuivelproduct, 5 welke fles is voorzien van een flessenhals, waarin zich een flesopening bevindt; - een dop die losneembaar is aangebracht aan de flessenhals; - een blister voor het opnemen van een toevoegingsproduct, welke blister zich uitstrekt in de dop en een opneemruimte bepaalt die is gescheiden van de fles, welke blister is voorzien van een doorbreekbaar bodemvel, dat is aangebracht over de 10 flesopening, en een flexibel kapdeel, dat is aangebracht op het bodemvel, welk flexibel kapdeel is voorzien van een doorbreekvormdeel voor het doorbreken van het bodemvel door het uitoefenen van een kracht in de richting van het bodemvel.
Een dergelijke houder is bekend uit FR 2290366. Deze houder heeft een dop met een centraal druklichaam, dat door een flexibele lip is verbonden met de omtrekswand 15 van de dop. Tussen het centrale druklichaam en de omtrekswand van de dop bevindt zich een opening. Door het uitoefenen van een kracht op het druklichaam duwt het onderste drukoppervlak daarvan tegen de blister. Het doorbreekgedeelte met afgeronde punt doorboort dan het bodemvel van de blister, waardoor het in de blister opgenomen vloeibare of poedervormige toevoegingsproduct in de fles terechtkomt. De dop is dan 20 permanent open. Vaak wil de consument de fles echter niet in een keer leegdrinken, in het bijzonder als de fles een inhoud heeft van 0,25 liter of meer.
Een doel van de uitvinding is een houder te verschaffen, die een blister heeft voor het toevoegen van een vloeibaar of poedervormig toevoegingsproduct, waarbij de fles lekdicht hersluitbaar is.
25 Dit doel is volgens de uitvinding bereikt doordat de dop afdichtmiddelen voor het lekdicht afdichten van de flesopening omvat, en dat de flesopening na het doorbreken van de blister lekdicht hersluitbaar is door de dop. De dop volgens de uitvinding heeft een omtrekswand die aan een eind is afgesloten door een dichte bovenwand. De blister van een verpakte fles is opgenomen in de dop. De consument kan volgens de uitvinding 30 de dop verwijderen van de fles, waarna de blister kan worden doorgebroken. Vervolgens kan de consument de dop terugbrengen op de fles zodat de flesopening is afgedicht. Door middel van de afdichtmiddelen kan de dop de flesopening lekdicht afsluiten. De fles is derhalve lekdicht hersluitbaar.
1 028729 2
Opgemerkt wordt dat uit US 6105760 een houder met twee onderling gescheiden opneemruimten bekend is. Deze houder heeft een dop met een dichte bovenwand. Niet bekend is dat de blister is uitgevoerd met een doorbreekvormdeel. Voor het activeren van de blister heeft de dop aan de onderzijde daarvan een snijrand, die de blister kan 5 opensnijden.
De uitvoeringsvorm die is getoond in figuur 7 en 8 van deze publicatie heeft een blister die is bevestigd aan een verpakking. De blister is na het opensnijden daarvan en het afnemen van de dop niet verwijderbaar. De consument moet daardoor door de blister heen drinken. Eventueel in de blister achtergebleven toevoegingsproduct kan 10 tijdens het drinken geconcentreerd in de mond terechtkomen, hetgeen de smaak van het product kan beïnvloeden. Bovendien is de buitenzijde van de blister tijdens het drinken in aanraking met het product. Aangezien deze buitenzijde niet is gesteriliseerd, kan het product hierdoor als gevolg van schadelijke bacteriën besmet raken.
Verder heeft de verpakking volgens deze publicatie een draagring, waarin de dop 15 is opgenomen. De draagring heeft inwendige schroefdraad en de dop heeft overeenkomstige uitwendige schroefdraad. Dit betekent dat deze bekende houder geen eerste gebruiksgarantie heeft, zodat er “geknoeid” kan worden. De dop kan uit de draagring worden geschroefd, waarna het mogelijk is de blister te doorbreken of het product in de verpakking op een andere manier aan te tasten. Vervolgens kan de dop op i 20 de draagring worden teruggeschroefd zodat het uiterlijk van de ongeopende verpakking is hersteld. Het “knoeien” met de verpakking is dan onzichtbaar.
Figuur 10 van deze publicatie betreft de toepassing van een blister op een fles.
Onduidelijk is echter hoe de blister is aangebracht in de flesopening. Voor zover de in figuur 10 getoonde uitvoeringsvorm kan worden nagewerkt, is deze fles in elk geval 25 ook niet knoeiveilig. j
Opgemerkt wordt verder dat uit EP 1072530 een houder met twee onderling gescheiden opneemruimten bekend is. Volgens de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 en 3 van deze publicatie is de eerste opneemruimte een fles met een flesopening die afsluitbaar is door een schroefdop. Aan de benedenzode van de schroefdop bevindt zich i 30 een knoeiveilig systeem. De tweede opneemruimte is gevormd door een aluminium zak, waarin een poedervormig toevoegingsproduct is opgenomen. De flesopening is afgedicht door een eerste membraan. De zak bezit een tweede membraan dat is bevestigd aan het eerste membraan op de flesopening. De bovenzijde van de zak is 1028729
I I
3 verbonden met het inwendige bovenoppervlak van de dop. In de dop is een holle cilinder aangebracht, die aan de onderrand daarvan is voorzien van een snijmiddel. Na het verwijderen van het knoeiveilige systeem kan de schroefdop worden aangeschroefd, waardoor het snijmiddel de eerste membraan doorsnijdt en tegelijkertijd de tweede 5 membraan scheurt, zodat de inhoud van de zak in de fles valt.
Een blister met een integraal doorbreekvormdeel volgens de uitvinding is niet bekend uit deze publicatie. Verder is de flesopening niet volledig lekdicht hersluitbaar door de schroefdop. In de schroefdop bevinden zich immers geen afdichtingsmiddelen voor het lekdicht afsluiten van de flesopening, zoals een afdichtingsbekleding. Het 10 stevig terugschroeven van de dop is bovendien onmogelijk. Door het afnemen van de schroefdop moet de daarmee verbonden aluminium zak met poeder meekomen, zodat de membranen ongecontroleerd scheuren en kreukels in de zak ontstaan. Het terugschroeven van de dop zal dan als gevolg van de daarbinnen verkreukelde zak lastig zijn, hetgeen stevig terugschroeven van de dop verhindert.
15 Bovendien is volgens deze publicatie de blister voorafgaand aan consumptie niet verwijderbaar. Als de eerste membraan met een rand daarvan blijft hangen aan de flesopening stroomt tijdens het drinken uit de fles de inhoud langs de gedeeltelijk doorgesneden eerste membraan. Als de consument dit membraan wil uitnemen, moet hij zijn vingers tot een bepaalde diepte in de flesopening steken, hetgeen ongemakkelijk 20 is. De doorgesneden membraan kan bovendien zodanig scherp zijn, dat hierbij snijwonden optreden. Als de eerste membraan volledig is doorgesneden, valt dit in de fles. In dat geval zou de membraan tijdens consumptie kunnen worden meegedronken.
In een verdere uitvoeringsvorm volgens deze publicatie is de tweede opneemruimte gevormd door het inwendige van de dop. De houder volgens deze 25 uitvoeringsvorm van deze publicatie heeft derhalve geen blister. Het eerste membraan blijft ook in dit geval voorafgaand aan consumptie niet verwijderbaar van de flesopening.
In de uitvoeringsvorm volgens figuur 9 van deze publicatie is een blister aangebracht op de flesopening. De blister strekt zich uit in een veiligheidsdeksel. Dit 30 veiligheidsdeksel vormt echter geen dop die de flesopening lekdicht kan afsluiten na het verwijderen van de blister.
Uit DE 29907740 U is een houder met twee kamers bekend. Tussen de kamers bevindt zich een scheidingsfolie, die door het uitoefenen van een uitwendige kracht 1028729 4 doorbreekbaar is. Een van de kamers heeft een integraal gevormd doorbreekgedeelte, dat door het indrukken van die kamer de scheidingsfolie kan doorboren.
De afdichtmiddelen volgens de uitvinding kunnen op verschillende manieren zijn uitgevoerd. Het verdient de voorkeur, dat de afdichtmiddelen zijn voorzien van een 5 bekleding die is aangebracht tegen het inwendige oppervlak van de bovenwand van de dop, welke bekleding klembaar is op de koprand van de flesopening voor het afdichten van de fles. Als de dop een schroefdop is, wordt de bekleding door het aanschroeven van de dop op de koprand van de flesopening geklemd.
De bekleding kan een ringvormige verdikking langs de buitenrand daarvan 10 bezitten. Na het aanschroeven van de dop grijpt deze verdikking aan op het kopoppervlak van het omtrekswandgedeelte van de flessenhals. De bekleding kan de flesopening hermetisch afdichten.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de flesopening aangebracht in een omtrekswandgedeelte van de flessenhals, welk omtreksrandgedeelte een koprand 15 heeft, en waarbij de blister verwijderbaar is aangebracht op de koprand. Door het indrukken van het kapdeel van de blister, bijvoorbeeld met een duim, kan de consument de blister activeren, d.w.z. het doorbreekvormdeel doorboort het bodemvel van de blister. De inhoud van de blister wordt daarmee toegevoegd aan de fles. Vervolgens kan de consument de blister, eventueel met daaronder het afdichtingsvel, van de fles-20 opening “afpellen”, waarna de blister wordt weggegooid. De blister is immers niet verzonken bevestigd in het omtrekswandgedeelte van de flessenhals, maar bevindt zich boven de koprand, d.w.z. buiten de fles. De blister is verder verwijderbaar verbonden met de koprand. Toevoegingsproduct dat eventueel in de blister is achtergebleven, bijvoorbeeld in een kreukel van de ingedrukte blister, kan tijdens het drinken dus niet 25 geconcentreerd in de mond van de consument terechtkomen. De consument drinkt immers niet via de blister uit de fles. De blister zal het opdrinken van het zuivelproduct dus niet bemoeilijken of anderszins beïnvloeden.
Volgens de uitvinding kan het omtrekswandgedeelte van de flessenhals zijn voorzien van uitwendige schroefdraad, en waarbij de dop aan de binnenzijde van de 30 omtrekswand daarvan is voorzien van een overeenkomstige inwendige schroefdraad, en waarbij de omtrekswand van de dop een van de bovenwand afgekeerde onderrand heeft, die door een verzwakkingslijn is verbonden met een scheurstrook, die verwijderbaar is. De scheurstrook is in dit geval dus aangebracht tussen de dop en de 1028729 5 flessenhals. De omtrekswand van de dop grijpt aan over het omtrekswandgedeelte van de flessenhals. De scheurstrook garandeert, dat het eerste gebruik van de fles volgens de uitvinding zichtbaar is. Als de fles eenmaal is geopend, zal de scheurstrook langs de verzwakkingslijn zijn afgescheurd en verwijderd. Het ongemerkt “knoeien” met de fles 5 volgens de uitvinding is uitgesloten.
Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de dikte-afmeting van de scheurstrook vanaf de langs de verzwakkingslijn verbonden bovenrand tot de daarvan afgekeerde benedenrand van de scheurstrook in hoofdzaak overeenkomt met de hoogte-afmeting van de blister vanaf het bodemvel tot de meest verwijderde rand van het 10 kapdeel. De hoogte van de blister is bepaald door de loodrechte afstand tussen het bodemvel en het verst daarvan verwijderde punt van het kapdeel. Door de afmetingen van de scheurstrook en de blister op elkaar af te stemmen kan de dop zodanig ver op de fles worden geschroefd, dat de bekleding op de koprand van de flessenhals is gedrukt. De dop verschaft dan een lekdichte afsluiting.
15 Het is volgens de uitvinding mogelijk, dat het omtrekswandgedeelte van de flessenhals een ringvormige kraag omvat, waarbij de fles een verpakkingstoestand heeft, waarin de scheurstrook met de benedenrand daarvan in hoofdzaak aanligt tegen de kraag, en een gebruikstoestand heeft, waarin de scheurstrook is verwijderd en de dop met de onderrand daarvan schroefbaar is tegen de kraag. In de verpakkingstoestand van 20 de fles vormt de kraag een aanslag voor de scheurstrook. De scheurstrook werkt dan als afstandhouder voor de dop. De dop kan niet naar beneden worden geschroefd. Het doorbreken van de blister in de verpakkingstoestand is uitgesloten. Na het verwijderen van de scheurstrook kan de consument de dop verder op de fles schroeven tot de onderrand van de dop aanligt tegen de kraag. De kraag vormt dan een aanslag voor de 25 dop.
Daarbij verdient het de voorkeur, dat het omtrekswandgedeelte van de flessenhals is voorzien van weerhaakorganen, die in de verpakkingstoestand van de fles in aangrijping zijn met de binnenzijde van de scheurstrook. Aan de binnenzijde van de scheurstrook bevinden zich bijvoorbeeld verdere weerhaakorganen, die samenwerken 30 met de weerhaakorganen aan het omtrekswandgedeelte van de flessenhals. De weerhaakorganen verhinderen, dat de dop afgeschroefd kan worden zonder eerst de scheurstrook te verwijderen. De weerhaakorganen vormen een onderdeel van de middelen voor het verschaffen van een eerste gebruiksgarantie, zodat “knoeien” met de 1028729 6 fles volgens de uitvinding is uitgesloten. Overigens kunnen die middelen volgens de uitvinding op andere manieren zijn uitgevoerd.
Volgens de uitvinding kan de afstand tussen de kraag en het kopoppervlak van het omtrekswandgedeelte groter zijn dan of in hoofdzaak overeenkomen met de afstand 5 tussen de onderrand van de omtrekswand van de dop en de bekleding tegen het inwendige oppervlak van de bovenwand van de dop. In dit geval kan de bekleding voor het afdichten van de flesopening of een lokale verdikking daarvan in de gebruikstoe-stand door het aanschroeven van de dop tegen de koprand van de flesopening worden gedrukt. De fles is in de gebruikstoestand vloeistofdicht afsluitbaar.
10 In een uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft de dop aan het inwendige oppervlak van de omtrekswand daarvan een rondlopende nok, waarbij de blister achter die nok is opgesloten in de dop. De blister zit gevangen tussen de nok en het inwendige oppervlak van de bovenwand. Bij voorkeur is de blister zonder speling opgesloten, zodat de blister in de verpakkingstoestand van de fles niet kan bewegen in de dop.
15 Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat een afdichtingsvel voor het afdichten van de flesopening direct is aangebracht op het kopoppervlak van het omtrekswandgedeelte van de flessenhals, en waarbij het bodemvel van de blister lekdicht is verbonden met het afdichtingsvel. Het afdichtingsvel volgens deze uitvoeringsvorm van de uitvinding bevindt zich tussen de flesopening en het bodemvel 20 van de blister. Het afdichtingsvel is op zichzelf als “seal” voor de fles bekend. In een bestaande productielijn wordt dit afdichtingsvel ter afsluiting van de flesopening aangebracht op de kopoppervlakken van het omtrekswandgedeelte van de flessenhals. Het afdichtingsvel omvat meestal aluminium. Volgens deze uitvoeringsvorm van de uitvinding kunnen de flessen met de aluminium afdichting vanuit de bestaande 25 productielijn in een afzonderlijke productie-eenheid gevoerd, waarin de blister op de aluminium afdichting wordt aangebracht. Bij een dergelijk fles is de aluminium afdichting rechtstreeks verbonden met de koprand van de flesopening, terwijl de blister is verbonden met de aluminium afdichting. Hierdoor kan de bestaande productielijn onveranderd blijven, hetgeen de investeringskosten voor het produceren van de flessen 30 aanzienlijk beperkt. Het ingrijpen in het kritieke proces van de bestaande productielijn is immers overbodig.
Het is volgens de uitvinding echter ook mogelijk, dat het bodemvel van de blister direct op het kopoppervlak van het omtrekswandgedeelte van de flessenhals is 1 028729 7 aangebracht. Het afdichtingsvel voor het afdichten van de flesopening is dan weggelaten en het bodemvel van de blister is lekdicht verbonden met de flessenhals. Dit vereist echter ingrijpen in het kritieke aseptische proces van de productielijn.
De verbinding tussen de blister en de koprand van de fles of de verbinding tussen 5 de blister en het afdichtingsvel kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd.
Bijvoorbeeld is de lekdichte verbinding tussen de blister en het afdichtingsvel verschaft door een lijm. De lijm is bij voorkeur “food grade”, d.w.z. het contact van de lijm met voedingsmiddelen voor menselijke consumptie is toegestaan volgens de voedingsvoorschriften, in het bijzonder de Europese richtlijn 89/109/EEC. Dit betekent 10 dat de lijm geen afwijkende geur of smaak aan het verpakte product geeft.
In geval van verlijmen verdient het de voorkeur, dat de lijm lokaal langs de omtreksrand van het bodemvel van de blister is aangebracht. Dit vermindert het risico dat de lijm in aanraking komt met het te consumeren product tijdens het activeren van de blister.
15 De blister kan echter ook op andere manieren dan verlijmen zijn verbonden met het kopoppervlak van het omtrekswandgedeelte of het afdichtingsvel. Alternatieven zijn bijvoorbeeld warmteverbinden of inductieverbinden of ultrasoon verbinden of laserverbinden.
Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de blister doorzichtig is.
20 Hierdoor kan de consument het toevoegingsproduct in de blister zien en bekijken hoe het toevoegingsproduct aan de fles wordt toegevoegd.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening.
Figuur 1 toont een schematisch aanzicht in dwarsdoorsnede van een eerste 25 uitvoeringsvorm van de houder volgens de uitvinding.
Figuur 2 toont een schematisch aanzicht in dwarsdoorsnede van een tweede uitvoeringsvorm van de houder volgens de uitvinding.
De houder volgens de uitvinding is in zijn geheel aangeduid met 1. De houder 1 omvat twee onderling gescheiden opneemruimten. De eerste opneemruimte is gevormd 30 door een fles 2 voor het opnemen van een voedingsproduct, zoals een zuivelproduct.
De houder 1 heeft een blister 3, die de tweede opneemruimte begrenst. In het bijzonder is de houder 1 volgens de uitvinding geschikt voor lang houdbare zuivelproducten, die bijvoorbeeld zijn verkregen via diverse commercieel beschikbare sterilisatietechnieken, 1028729 8 zoals Ultra High Temperature (UHT). Deze producten kunnen zijn bereid op basis van melk of yoghurt. De fles 2 bevat dan het lang houdbare zuivelproduct, waarin zich geen levende bacteriën meer bevinden. In de blister 3 is een toevoegingsproduct opgenomen, zoals probiotica. Een probioticum is een levend microbiologisch voedingssupplement 5 met een gunstige werking op de darmflora.
De houder volgens de uitvinding is in het bijzonder geschikt voor een dergelijke probiotisch lang houdbare drank, hetgeen zonder een goede blistertechnologie niet mogelijk is. In de blister volgens de uitvinding kan de bekende Lactobacillus GG bacterie (bijvoorbeeld van fabrikant Valio) in gedroogde vorm in een stabiele toestand 10 zijn opgenomen. Naast probiotica kan de blister ook andere hittegevoelige componenten opnemen, zoals vitamines. De inhoud van de blister wordt niet onderworpen aan het hittesterilisatieproces voor het steriliseren van het zuivelproduct. Dat proces zal dus de kwaliteit van de hittegevoelige componenten in de blister niet beïnvloeden. Ook kunnen zuurstofgevoelige componenten in de blister zijn 15 opgenomen, zoals smaakstoffen. De blister kan dan een zuurstofbarrière omvatten, zodat het niet nodig is de fleswand uit te voeren met een relatief kostbare zuurstofbarrièrelaag.
Doordat het gesteriliseerde zuivelproduct is afgesloten in de fles 2 treden gedurende ongeveer 6 maanden geen ongewenste microbiologisch enzymatische 20 verschijnselen op. Daarna zal in het lang houdbare product de gebruikelijke teruggang in kwaliteit optreden. Voorafgaand aan consumptie voegt de consument door het doorbreken van de blister zelf het toevoegingsproduct toe aan de inhoud van de fles 2. Hiermee kunnen de smaak en de voedingswaarde van het lang houdbare product in de fles 2 worden beïnvloed.
25 De fles 2 heeft een flessenhals 5, waarin een flesopening 7 is aangebracht. De flessenhals 5 omvat aan het boveneind daarvan een cilindervormig omtrekswandgedeelte 6. Het omtrekswandgedeelte 6 is verbonden met de flessenhals 5 via een ringvormige kraag 11, die radiaal naar buiten uitsteekt ten opzichte van het omtrekswandgedeelte 6. Het omtrekswandgedeelte 6 heeft een kopse bovenrand 10, die 30 een ringvormige schouder 12 omvat. De schouder 12 steekt radiaal naar binnen uit ten opzichte van het omtrekswandgedeelte 6. Verder is het omtrekswandgedeelte 6 voorzien van uitwendige schroefdraad 9. Nabij de kraag 11 zijn weerhaakjes 14 gevormd.
1028726 9
De flesopening 7 is begrensd door de rondlopende koprand 10. Op die koprand 10 is een afdichtingsvel 8 aangebracht. Het afdichtingsvel 8 is op zichzelf bekend. Het afdichtingsvel 8 is gemaakt van aluminium met plastisch vervormbare versmeltingslaag. In bestaande productielijnen is elke gevulde fles afgesloten met een 5 dergelijk afdichtingsvel 8. Op het afdichtingsvel 8 is de blister 3 aangebracht.
De verbinding tussen het afdichtingsvel 8 en de blister 3 moet lekdicht zijn. De blister 3 is bijvoorbeeld verlijmd met het afdichtingsvel 8. De gebruikte lijm is bij voorkeur “food grade”, d.w.z. de lijm beïnvloedt de eigenschappen van het te consumeren product niet. De lijm voldoet bijvoorbeeld aan de richtlijn 89/109/EEC.
10 De lekdichte verbinding tussen het afdichtingsvel 8 en de blister 3 kan volgens de uitvinding echter op andere manieren zijn uitgevoerd. Het is bijvoorbeeld ook mogelijk deze verbinding te bereiken door warmteverbinden, inductieverbinden, ultrasoonverbinden of verbinden met een laserstraal.
Doordat de blister 3 volgens de in de figuren getoonde uitvoeringsvorm op het 15 afdichtingsvel 8 wordt geplaatst, hoeft de bestaande productielijn niet ingrijpend te veranderen. Na de bestaande productiemachines voor het vullen van de fles en het afsluiten met het afdichtingsvel 8 kan een daarachter geschakelde productiemachine de blister op het afdichtingsvel 8 aanbrengen. Volgens de uitvinding is het echter ook mogelijk, dat de blister 3 direct op de koprand 10 is aangebracht zonder tussenplaatsing 20 van het afdichtingsvel 8. In dat geval is de blister 3 lekdicht met de schouder 12 verbonden, bijvoorbeeld door een van de hierboven beschreven verbindingsmethoden.
De blister 3 omvat een bodemvel 16, dat doorbreekbaar is. Het bodemvel 16 is bijvoorbeeld gemaakt van aluminium. De blister 3 omvat verder een kapdeel 17, dat is aangebracht op het bodemvel 16. Het kapdeel 17 is gemaakt van een vervormbaar 25 materiaal, zoals kunststof. Bij voorkeur is het kapdeel 17 doorzichtig, zodat de consument het toevoegingsproduct in de blister 3 kan zien. Het kapdeel 17 is koepelvormig. De hoogte van de blister 3 is aangegeven met B. De hoogte is in hoofdzaak de loodrechte afstand vanaf het bodemvel 16 tot het verst daarvan verwijderde punt van het kapdeel 17.
30 Het kapdeel 17 heeft een zodanige vorm, dat het kapdeel 17 het bodemvel 16 kan doorbreken. In de top van het koepelvormige kapdeel 17 is een doorbreekvormdeel 18 gevormd. Het doorbreekvormdeel 18 bezit een punt 19 die naar het bodemvel 16 is gekeerd. Door het uitoefenen van een kracht op het kapdeel 17 in de richting van het 1028729 10 bodemvel 16 verkreukelt het kapdeel 17 totdat de punt 19 aanligt tegen het bodemvel 16. Door het kapdeel 17 verder te drukken doorboort de punt 19 het bodemvel 16 en het afdichtingsvel 8, waardoor de inhoud van de blister 3 in de fles 2 kan raken.
Deze bijzondere vorm van het kapdeel 17 is voor poedervormige en vloeibare 5 toevoegingsproducten. Als de blister 3 een vast tablet omvat, kan het tablet zelf door het bodemvel 16 worden gedrukt.
De houder 1 volgens de uitvinding omvat verder een dop 20. De dop 20 is losneembaar aangebracht voor het openen en afdichten van de flesopening 7. De dop 20 heeft een omtrekswand 22 en een bovenwand 24, die integraal zijn gevormd. De 10 omtrekswand 22 is voorzien van inwendige schroefdraad 23, die kan samenwerken met de uitwendige schroefdraad 9 van het omtrekswandgedeelte 6 van de fles 2. De bovenwand 24 is dicht. Tegen de binnenzijde van de bovenwand 24 is een bekleding 26 aangebracht. De bekleding 26 heeft een ringvormige verdikking 28, die zich uitstrekt langs de buitenrand van de bekleding 26. De bekleding 26 is bijvoorbeeld gemaakt van 15 een rubberachtige kunststof.
De omtrekswand 22 van de dop 20 is langs de tegenover de bovenwand 24 liggende onderrand 30 daarvan door middel van een verzwakkingslijn 32 verbonden met een scheurstrook of aftrekband 34. De scheurstrook 34 is gevormd door een ring met een hoogte A. De hoogte A van de scheurstrook is ten minste in hoofdzaak gelijk 20 aan de hoogte B van de blister 3. De hoogte A kan ook enigszins groter of kleiner zijn dan de hoogte B. In het geval de hoogte A kleiner is dan de hoogte B kan een lekdichte afsluiting van de fles worden bereikt door de ringvormige verdikking 28, waarbij het afstandsverschil is overbrugd.
De scheurstrook 34 werkt aan de binnenzijde daarvan samen met de weerhaakjes 25 14. Hiervoor bezit de scheurstrook 34 aan de binnenzijde daarvan verdere weerhaakjes (niet getoond), die in aangrijping zijn met de weerhaakjes 14 van het omtrekswandgedeelte 6. De scheurstrook 34 is daardoor niet draaibaar om het omtrekswandgedeelte 6. Verder bezit de scheurstrook 34 een aangrijplip (niet getoond), waarmee de consument de scheurstrook 34 van de dop 20 kan trekken. De consument 30 kan de dop 20 pas afschroeven nadat de scheurstrook 34 is verwijderd.
Het gebruik van de in figuur 1 getoonde fles volgens de uitvinding is als volgt. In de verpakkingstoestand is de fles 2 “tamper evident” door toepassing van de scheurstrook 34. De dop 20 kan niet onzichtbaar van de fles 2 worden verwijderd en 1028729 11 weer terug worden geschroefd. De inhoud van de fles 2 is gescheiden van de inhoud van de blister 3 door het afdichtingsvel 8 en het bodemvel 16 van de blister 3. Als de | consument de inhoud van de fles 2 wil opdrinken, verwijdert hij eerst de scheurstrook 34. De consument trekt aan de aangrijplip, zodat de scheurstrook 34 langs de 5 verzwakkingslijn 30 afscheurt. Vervolgens heeft de consument twee mogelijkheden.
De consument kan de dop 20 van het omtrekswandgedeelte 6 van de fles 2 schroeven, waarna hij met zijn duim de blister 3 indrukt totdat de punt 19 van het kapdeel 17 het bodemvel 16 en het afdichtingsvel 8 doorboort. De fles 2 en de blister 3 vormen dan een gezamenlijke ruimte. Door het schudden van de fles 2 kan het 10 toevoegingsproduct zich goed mengen met de lang houdbare zuivelproduct in de fles 2.
De blister 3 rust op de ringvormige schouder 12 - de blister 3 strekt zich dus uit boven de flesopening 7. Doordat de blister 3 buiten de fles 2 is geplaatst, kan de blister 3 door de consument worden “afgepeld”. Na het mengen van het toevoegingsproduct en het lang houdbare zuivelproduct verwijdert de consument het afdichtingsvel 8 15 tegelijkertijd met de daarmee verbonden blister 3. De consument kan dan het zuivelproduct met de daaraan toegevoegde blisterinhoud via de flesopening 7 uit de fles 2 drinken.
De fles 2 heeft meestal een volume van 0,25 liter of meer. De consument zal daarom de fles 2 niet in een keer willen leegdrinken. Volgens de uitvinding is het 20 mogelijk de dop 20 terug te schroeven op de fles 2. Doordat de dikte van de scheurstrook A in hoofdzaak gelijk is aan de hoogte van de blister B kan de consument de dop aanschroeven totdat de verdikking 28 van de bekleding 26 aanligt tegen het kopoppervlak van de schouder 12. Hierdoor is de flesopening 7 lekdicht afgesloten.
Als alternatief kan de consument na het afscheuren van de scheurstrook 34 de 25 dop 20 naar beneden schroeven tot aan de kraag 11. Daarbij drukt het binnenoppervlak van de bovenwand 24, waaraan de bekleding 26 is bevestigd, het kapdeel 17 van de blister 3 naar beneden. De hoogte van het omtrekswandgedeelte 6 komt in hoofdzaak overeen met de hoogte van de omtrekswand 22 van de dop 20. Als de onderrand 30 van de dop 20 aanligt tegen de kraag 11, zal daarom de verdikking 28 van de bekleding 26 30 tegen de schouder 12 liggen. Daarbij zal het doorbreekvormdeel 18 het bodemvel 18 en het afdichtingsvel 8 hebben doorbroken. Door het schudden van de fles 2 met opgeschroefde dop kan een uitstekende menging van het toevoegingsproduct met het 1028729 12 lang houdbare zuivelproduct worden verkregen. Daarbij kan geen lekkage optreden, omdat de bekleding 26 in de dop 20 de flesopening lekdicht afsluit.
Vervolgens kan de consument de dop 20 van de fles 2 afschroeven en daarna in een keer de blister 3 en het daarmee verbonden afdichtingsvel 8 verwijderen. Het 5 verwijderen van de blister 3 is mogelijk, doordat de blister 3 op de ringvormige schouder 12 rust. De blister 3 is niet verzonken in het omtrekswandgedeelte 6, maar strekt zich uit boven de flesopening 7.
Hierna kan de consument uit de fles drinken en de fles indien gewenst lekdicht afsluiten met de schroefdop 20, zoals hierboven beschreven.
10 Een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding is weergegeven in figuur 2. In figuur 2 zijn dezelfde onderdelen aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers. De in figuur 2 getoonde uitvoeringsvorm is identiek aan de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 met uitzondering van de rondlopende nok 40 aan de binnenzijde van de omtrekswand 22 van de dop 20. De blister 3 is in dit geval gevangen achter de rondlopende nok 40. 15 Bij het produceren van de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm wordt de blister 3 eerst aangebracht op de koprand van de fles en vervolgens wordt de dop 20 op de fles geschroefd. Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 2 wordt de blister 3 tegelijkertijd met de dop 20 aangebracht.
De figuren tonen slechts uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding, die de 20 beschermingsomvang van de uitvinding op geen enkele manier beperken.
1028729

Claims (14)

1. Houder (1), omvattende: - een fles (2) voor het opnemen van een voedingsproduct, zoals een 5 zuivelproduct, welke fles (2) is voorzien van een flessenhals (5), waarin zich een flesopening (7) bevindt; - een dop (20) die losneembaar is aangebracht aan de flessenhals (5); - een blister (3) voor het opnemen van een toevoegingsproduct, welke blister (3) zich uitstrekt in de dop (20) en een opneemruimte bepaalt die is gescheiden van de fles 10 (2), welke blister (3) is voorzien van een doorbreekbaar bodemvel (16), dat is aangebracht over de flesopening (7), en een flexibel kapdeel (17), dat is aangebracht op het bodemvel (16), welk kapdeel (17) is voorzien van een doorbreekvormdeel (18) voor het doorbreken van het bodemvel (16) door het uitoefenen van een kracht in de richting van het bodemvel (16), met het kenmerk, dat de dop (20) afdichtmiddelen (26,28) 15 voor het lekdicht afdichten van de flesopening (7) omvat, en dat de flesopening (7) na het doorbreken van de blister (3) lekdicht hersluitbaar is door de dop (20).
2. Houder volgens conclusie 1, waarbij de dop (20) een omtrekswand (22) heeft, die aan een eind is afgesloten door een bovenwand (24), en waarbij de afdichtmiddelen zijn 20 voorzien van een bekleding (26) die is aangebracht tegen het inwendige oppervlak van de bovenwand (24) van de dop (20), welke bekleding (26) klembaar is op de koprand (10) van de flesopening (7) voor het afdichten van de fles (2). \
3. Houder volgens conclusie 1 of 2, waarbij de flesopening (7) is aangebracht in een 25 omtrekswandgedeelte (6) van de flessenhals (5), welk omtreksrandgedeelte (6) een koprand (10) heeft, en waarbij de blister (3) verwijderbaar is aangebracht op de koprand (10).
4. Houder volgens conclusie 3, waarbij het omtrekswandgedeelte (6) van de 30 flessenhals (5) is voorzien van uitwendige schroefdraad (9), en waarbij de dop (20) aan de binnenzijde van de omtrekswand (22) daarvan is voorzien van een overeenkomstige inwendige schroefdraad (23), en waarbij de omtrekswand (22) van de dop (20) een van 1028729 de bovenwand (24) afgekeerde onderrand (30) heeft, die door een verzwakkingslijn (32) is verbonden met een scheurstrook (34), die verwijderbaar is.
5. Houder volgens conclusie 4, waarbij de dikte-afmeting (A) van de scheurstrook 5 (34) vanaf de langs de verzwakkingslijn verbonden bovenrand tot de daarvan afgekeerde benedenrand van de scheurstrook (34) in hoofdzaak overeenkomt met de hoogte-afmeting (B) van de blister (3) vanaf het bodemvel (16) tot de meest verwijderde rand van het kapdeel (17).
6. Houder volgens conclusie 5, het omtrekswandgedeelte (6) van de flessenhals een ringvormige kraag (11) omvat, waarbij de fles (2) een verpakkingstoestand heeft, waarin de scheurstrook (34) met de benedenrand daarvan in hoofdzaak aanligt tegen de kraag (11), en een gebruikstoestand heeft, waarin de scheurstrook (34) is verwijderd en de dop (20) met de onderrand (30) daarvan schroefbaar is tegen de kraag (11). 15
7. Houder volgens conclusie 6, waarbij het omtrekswandgedeelte (6) van de flessenhals (5) is voorzien van weerhaakorganen (14), die in de verpakkingstoestand van de fles (2) in aangrijping zijn met de binnenzijde van de scheurstrook (34).
8. Houder volgens conclusie 6 of 7, waarbij de afstand tussen de kraag (11) en het kopoppervlak (12) van het omtrekswandgedeelte (6) groter is dan of in hoofdzaak overeenkomt met de afstand tussen de onderrand (30) van de omtrekswand (22) van de dop (20) en de bekleding (26) tegen het inwendige oppervlak van de bovenwand (24) van de dop (20). 25
9. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de dop (20) aan het inwendige oppervlak van de omtrekswand (22) daarvan een rondlopende nok (40) heeft, waarbij de blister (3) is achter die nok (40) is opgesloten in de dop (20).
10. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij een afdichtingsvel (8) voor het afdichten van de flesopening (7) direct is aangebracht op het kopoppervlak (12) van het omtrekswandgedeelte (6) van de flessenhals, en waarbij het bodemvel (16) van de blister (3) lekdicht is verbonden met het afdichtingsvel (8). 1028729
11. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de lekdichte verbinding tussen de blister (3) en het afdichtingsvel (16) is verschaft door een lijm, die bij voorkeur “food grade” is. 5
12. Houder volgens een conclusie 11, waarbij de lijm lokaal langs de omtreksrand van het bodemvel (16) van de blister (3) is aangebracht.
13. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de lekdichte verbin-10 ding tussen de blister (3) en het afdichtingsvel (16) is verschaft door warmteverbinden of inductieverbinden of ultrasoon verbinden of laserverbinden
14. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de blister (3) doorzichtig is. 1028729
NL1028729A 2005-04-08 2005-04-08 Houder. NL1028729C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1028729A NL1028729C2 (nl) 2005-04-08 2005-04-08 Houder.
EP06112442A EP1710169A1 (en) 2005-04-08 2006-04-10 Container for a product and an additive

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1028729 2005-04-08
NL1028729A NL1028729C2 (nl) 2005-04-08 2005-04-08 Houder.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1028729C2 true NL1028729C2 (nl) 2006-10-10

Family

ID=35431829

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1028729A NL1028729C2 (nl) 2005-04-08 2005-04-08 Houder.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1710169A1 (nl)
NL (1) NL1028729C2 (nl)

Families Citing this family (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102006055083B3 (de) * 2006-11-22 2008-05-29 Staatl. Mineralbrunnen Aktiengesellschaft Bad Brückenau Verschlusskappe mit versiegelter Abgabekammer für Getränkezusatzmittel
DE102007028707B3 (de) * 2007-06-21 2008-09-11 Staatl. Mineralbrunnen Aktiengesellschaft Bad Brückenau Verschlusskappe mit versiegelter Abgabekammer für Getränkezusatzmittel
EP2096041A1 (en) * 2008-02-26 2009-09-02 Nestec S.A. A closure with built-in storing compartment
WO2010051556A2 (en) * 2008-11-03 2010-05-06 Meadwestvaco Corporation Hair coloration dye dispensing kit
IT1398331B1 (it) * 2010-02-23 2013-02-22 Punto Pack S R L Capsula per sostanze da miscelare al momento dell'uso.
BRMU9001074U2 (pt) * 2010-05-13 2012-01-03 Carvalho Fernandes Rosangela Madalena De blister tampa para copos
EP2637948B1 (de) * 2010-11-10 2015-09-16 Boehringer Ingelheim Microparts GmbH Verfahren zum zuführen von flüssigkeit zu einer fluidischen anordnung
FR2975302B1 (fr) 2011-05-18 2013-05-10 Fresenius Medical Care De Gmbh Connecteur pour recipient de dialyse, recipient muni d'un tel connecteur, procede de fabrication et de remplissage de tels connecteurs et recipients
GB201108581D0 (en) 2011-05-23 2011-07-06 Fugeia Nv Multiple compartment container
FR2978914B1 (fr) * 2011-08-11 2013-08-16 Fresenius Medical Care De Gmbh Recipient pour dialyse
DE102012111374B3 (de) * 2012-11-23 2014-03-20 Andrea Krayenbühl Dosierdeckel zur dosierten Zuführung von Substanzen
GB201307339D0 (en) 2013-04-23 2013-05-29 Btec Bvba Multiple compartment container
WO2016015085A1 (en) * 2014-07-30 2016-02-04 Kambouris Shares Pty Ltd A cap and blister pack housing a substance and having an integral piercing implement
IT201600072029A1 (it) * 2016-07-11 2018-01-11 Esperia S R L Contenitore per alimenti

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2290366A1 (fr) * 1974-11-08 1976-06-04 Contrapac Flacon pour le conditionnement de deux produits a melanger a l'interieur ulterieurement
EP0926078A1 (en) * 1997-12-24 1999-06-30 Owens-Illinois Closure Inc. Plastic closure with compression molded sealing/barrier liner
WO2003051744A1 (en) * 2001-11-20 2003-06-26 Charles Rere Barnett A package for keeping a liquid and another substance separate prior to use

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2290366A1 (fr) * 1974-11-08 1976-06-04 Contrapac Flacon pour le conditionnement de deux produits a melanger a l'interieur ulterieurement
EP0926078A1 (en) * 1997-12-24 1999-06-30 Owens-Illinois Closure Inc. Plastic closure with compression molded sealing/barrier liner
WO2003051744A1 (en) * 2001-11-20 2003-06-26 Charles Rere Barnett A package for keeping a liquid and another substance separate prior to use

Also Published As

Publication number Publication date
EP1710169A1 (en) 2006-10-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1028729C2 (nl) Houder.
AU2011101266A4 (en) A blister pack for a container
CA2738646C (en) Nutritive substance delivery container
CA2738645C (en) Nutritive substance delivery container
EP2346744B2 (en) Nutritive substance delivery container and corresponding method
CN106029509B (zh) 塑料罐和用于制造该塑料罐的方法
US5860461A (en) Container, a container sealing cap, a process and a machine for cold-aseptic filling with beverages
EP2254807A1 (en) A closure with built-in storing compartment
EP2344395B1 (en) Nutritive substance delivery container
GB2233315A (en) Container spout
KR102122148B1 (ko) 밀봉성이 유지되는 이중구조 인덕션리드지
JP4523842B2 (ja) 再封可能な注ぎ口要素を容器に取付ける方法およびこれにより製造される容器
US8622281B2 (en) Tamper-evident dispensing spout
US7886504B2 (en) Method for placing a capsule onto the neck of a plastic bottle when filling the bottle
CN110871956B (zh) 用于对容器进行封盖的密封件
JP2005170435A (ja) オーバーキャップ付き簡易開口式キャップ

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20111101