NL1024665C2 - Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder. - Google Patents

Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder. Download PDF

Info

Publication number
NL1024665C2
NL1024665C2 NL1024665A NL1024665A NL1024665C2 NL 1024665 C2 NL1024665 C2 NL 1024665C2 NL 1024665 A NL1024665 A NL 1024665A NL 1024665 A NL1024665 A NL 1024665A NL 1024665 C2 NL1024665 C2 NL 1024665C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
closure
material layer
food container
penetrating element
basic structure
Prior art date
Application number
NL1024665A
Other languages
English (en)
Inventor
Lucas Karel Johannes Van Broek
Original Assignee
Ind Ontwerpbureau Hsm B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ind Ontwerpbureau Hsm B V filed Critical Ind Ontwerpbureau Hsm B V
Priority to NL1024665A priority Critical patent/NL1024665C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1024665C2 publication Critical patent/NL1024665C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D51/00Closures not otherwise provided for
    • B65D51/18Arrangements of closures with protective outer cap-like covers or of two or more co-operating closures
    • B65D51/20Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing
    • B65D51/22Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing having means for piercing, cutting, or tearing the inner closure
    • B65D51/221Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing having means for piercing, cutting, or tearing the inner closure a major part of the inner closure being left inside the container after the opening
    • B65D51/222Caps, lids, or covers co-operating with an inner closure arranged to be opened by piercing, cutting, or tearing having means for piercing, cutting, or tearing the inner closure a major part of the inner closure being left inside the container after the opening the piercing or cutting means being integral with, or fixedly attached to, the outer closure
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D2251/00Details relating to container closures
    • B65D2251/0003Two or more closures
    • B65D2251/0006Upper closure
    • B65D2251/0015Upper closure of the 41-type
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D2251/00Details relating to container closures
    • B65D2251/0003Two or more closures
    • B65D2251/0037Intermediate closure(s)
    • B65D2251/0056Intermediate closure(s) of the 47-type
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D2251/00Details relating to container closures
    • B65D2251/0003Two or more closures
    • B65D2251/0068Lower closure
    • B65D2251/0093Membrane

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)

Description

1 r
Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en een levensmiddelenhouder
De uitvinding heeft betrekking op een sluiting voor levensmiddelenhouders, 5 omvattende: ten minste één penetreerbare non-permeabele materiaallaag ingericht voor bevestiging op een levenshouder voor verzegelende afsluiting van de levensmiddelenhouder, en een verplaatsbaar met de materiaallaag verbonden penetreerelement ingericht voor penetratie van de materiaallaag, welk penetrèerelement is voorzien van een aangrijporgaan voor een gebruiker voor verplaatsing van het 10 penetreerorgaan richting de materiaallaag. De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel van een dergelijke sluiting en een levensmiddelenhouder.
De in aanhef genoemde sluiting wordt doorgaans op grote schaal toegepast, waarbij de penetreerbare materiaallaag wordt gelijmd op de levensmiddelenhouder. Een voorbeeld 15 van een levensmiddelenhouder waar een dergelijke sluiting reeds wordt toegepast is een (bepaalde) verpakking voor vruchtensap. Dergelijke, enigszins flexibele en (deels) uit karton vervaardigde verpakkingen zijn aan een bovenzijde voorzien van een doorvoeropening voor het vruchtensap. De doorvoeropening wordt daarbij afgesloten door de met de verpakking verlijmde materiaallaag van de sluiting. Op deze wijze wordt 20 het levensmiddel, hier het vruchtensap, op mediumdichte, conserverende en hygiënische wijze afgesloten. In een dergelijke afgesloten toestand wordt de verpakking, of althans het samenstel van de verpakking en de sluiting, door een consument of andersoortige gebruiker aangeschaft. De materiaallaag is daarbij gekoppeld met een relatief smal penetreerelement, doorgaans een lip, ingericht voor penetratie van de materiaallaag.
25 Door het relatief smalle penetreerorgaan in te drukken tot in de levensmiddelenhouder, waarbij de materiaallaag gepenetreerd en gedeformeerd, wordt de levensmiddelenhouder ontsloten, waarna de gebruiker het betreffende levensmiddel uit de levensmiddelenhouder kan opnemen (doorgaans via uitschenken). Naast voomoemde voordelen heeft de bekende sluiting tevens meerdere nadelen. Een belangrijk nadeel van 30 de bekende sluiting is dat het openen van de met de sluiting verbonden levensmiddelenhouder, id est het penetreren van de materiaallaag, op relatief weinig gebruiksvriendelijke wijze geschiedt, doordat een vinger van de gebruiker tijdelijk deels in de levensmiddelenhouder wordt gebracht, waarbij de vinger doorgaans, en veelal op enigszins snijdende wijze, wordt ingeklemd door delen van de levensmiddelenhouder of 1024665 » f 2 de sluiting. Bovendien komt het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel doorgaans in aanraking met het aangrijporgaan van het penetreerelement, en veelal ook met de vinger van de gebruiker, hetgeen vanuit hygiënisch oogpunt ongunstig is.
.5 Dè uitvinding heeft tot doel het, onder handhaving van de voordelen van de stand van techniek, verschaffen van een verbeterde sluiting voor levensmiddelenhouders, waarmee een door de sluiting verzegeld afgesloten levensmiddelenhouder op relatief gebruiksvriendelijke en hygiënische wijze kan worden ontsloten.
10 De uitvinding verschaft daartoe een sluiting van het in aanhef genoemde type, met het kenmerk, dat het aangrijporgaan ten minste in hoofdzaak op afstand van de maferiaallaag is gelegen, zodanig dat het aangrijporgaan, bij penetratie van de materiaallaag door het penetreerelement, ten minste in hoofdzaak volledig aan één zijde van een initieel door de materiaallaag opgespannen vlak gelegen blijft. Aldus blijft het 15 aangrijporgaan ten minste in hoofdzaak volledig gelegen aan een van de levensmiddelenhouder afgekeerde zijde van de (volledige) materiaallaag. Met het initieel door de materiaallaag opgespannen vlak wordt het door de materiaallaag opgespannen vlak bedoeld vóór de eigenlijke penetratie en bijbehorende deformatie. Doorgaans zal het vlak plat zijn, doch het is eveneens denkbaar om de materiaallaag aan 20 te brengen op éen (enigszins) gekromd oppervlak, waardoor de materiaallaag een (enigszins) gekromd vlak opspant. Door het penetreerorgaan zodanig vorm te geven dat het aangrijporgaan immer buiten de door levensmiddelenhouder omsloten ruimte blijft gelegen, zal een gebruiker zich niet bezeren aan scherpe randen van de gepenetreerde materiaallaag of de levensmiddelenhouder. Op deze wijze kan de levensmiddelenhouder 25 aldus worden ontsloten op relatief vriendelijke wijze: Doordat het aangrijporgaan en daarbij de vinger van de gebruiker immer buiten de door de levensmiddelenhouder omsloten ruimte blijven, en aldus niet (deels) in de levensmiddelenhouder worden gebracht, zullen noch het aangrijporgaan noch de vinger doorgaans in contact komen met het levensmiddel. Naast een gebruiksvriendelijke sluiting wordt aldus alzo tevens 30: een relatief hygiënische sluiting verschaft. Het penetreerelement kan op diverse wijzen zijn vormgegeven teneinde het gewenste effect te verkrijgen dat het aangrijpelement op voldoende afstand is gelegen van de levensmiddelenhouder om een ander deel van het penetreerelement de materiaallaag te kunnen laten penetreren. Veelal zal het penetreerelement aanzienlijk uitkragen ten opzichte van de. materiaallaag, doch dit is 102466$ ι ι 3 niet immer noodzakelijk. De materiaallaag kan uit zeer diverse materialen zijn opgebouwd, zoals bijvoorbeeld metaal en kunststof. Tevens kunnen meerdere (gelamineerde) materiaallagen worden toegepast om de levensmiddelenhouder op mediumdichte en conserverende wijze af te kunnen sluiten. Onder 5 levensmiddelenhouders worden legio bekende verpakkingen en andersoortige houders verstaan, zoals bijvoorbeeld de in aanhef beschreven verpakking (voor vruchtendranken), flessen, blikjes, et cetera. De in de levensmiddelenhouders opgenomen levensmiddelen kunnen tevens zeer divers zijn, eri kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door dranken, kruiden, sauzen, granuleuze voeding, cosmetische 10 producten, et cetera. Derhalve dient de term levensmiddelen zeer ruim te worden geïnterpreteerd en heeft prima facie betrekking op alle benodigdheden om het menselijk leven in stand te houden, alsmede te veraangenamen.
In een voorkeursuitvoering omvat de sluiting tevens een met de materiaallaag 15 verbonden basisstructuur, waarbij het penetréerelement verplaatsbaar is verbonden met de basisstructuur. Door toepassing van de doorgaans relatief starre basisstructuur kan het penetreerelement doorgaans op een relatief stevige wijze met de materiaallaag worden verbonden. Daarbij heeft de basisstructuur doorgaans tevens een beschermende functie ten aanzien van de materiaallaag om ongewenste beschadiging van de relatief 20 eenvoudig penetreerbare materiaallaag te kunnen voorkomen, of althans tegen te gaan.
In een bijzondere voorkeursuitvoering omgeeft de basisstructuur het penetreerelement ten minste in hoofdzaak. Op deze wijze kan een verdere versteviging van de sluiting overeenkomstig de uitvinding worden bereikt. Bovendien kan de basisstructuur op bijzondere wijze zijn vormgegeven en kan bijvoorbeeld zijn voorzien van een 25 schenktuit en/of een doorvoeropening voor het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel. In een verdere voorkeursuitvoering sluiten de basisstructuur en het . penetreerelement onderling ten minste één doorvoer voor het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel in. Een dergèlijke doorvoer vergemakkelijkt doorgaans uitname van het levensmiddel uit de levensmiddelenhouder. 3 0 Het penetreerelement kan tevens zijn voorzien van bijvoorbeeld een schenktuit en/of een spuitmond voor doorvoer van zich in de levensmiddelenhöuder bevindend levensmiddel.
1024665 « t 4
In een andere voorkeursuitvoering is het penetreerelemerit voorzien van snijmiddelen voor penetratie van de materiaallaag. De snijmiddelen faciliëren doorgaans de penetratie van de materiaallaag door het penetreerelement. De snijmiddelen kunnen zeer divers van aard zijn. Alzo kan bijvoorbeeld een naar de materiaallaag toe gerichte snijtand 5 worden toegepast, maar kunnen tevens één of meerdere naar de materiaallaag toe uitkragende (gepunte) elementen worden toegepast voor de initiële penetratie van de materiaallaag.
Bij voorkeur is het penetreerelement zwenkbaar verbonden met de basisstructuur, of 10 althans met de materiaallaag. Een zwenkbare verbinding is doorgaans relatief eenvoudig en relatief goedkoop realiseerbaar, waarbij bijvoorbeeld één of meerdere verzwakkingslijnen zijn aangebracht in het penetreerelement en/of de basisstructuur. Tevens kunnen het penetreerelement en de basisstructuur, of althans materiaallaag, onderling worden gekoppeld door een flexibel element, teneinde de onderlinge 15 zwenkbaarheid te kunnen realiseren.
In een andere voorkeursuitvoering is het penetreerelement verschuifbaar ten opzichte van ten minste een deel van de basisstructuur. Daartoe kunnen bijvoorbeeld het penetreerelement ofwel de basisstructuur zijn voorzien van een geleiding waarlangs een 20 deel van de basisstructuur respectievelijk het penetreerelement verschuifbaar is. De verplaatsingsrichting van het penetreerelement is daarbij bij voorkeur in hoofdzaak loodrecht georiënteerd ten opzichte van de basisstructuur.
Het penetreerelement is bij voorkeur voorzien van ten minste één doorvoer voor het in 25 de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel. Tijdens en na penetratie van de materiaallaag zal doorgaans een deel van het penetreerelement in de levensmiddelenhouder zijn gelegen. Een dergelijke positionering van het penetreerelement kan de uitvoer van levensmiddel uit de levensmiddelenhouder belemmeren. Door het penetreerelement te voorzien van één of meerdere 30 doorvoeropeningen voor het levensmiddel of door het penetreerelement op andersoortige wijze voordelig vorm te geven, kan de uitname van het betreffende levensmiddel worden gefacilieerd.
1024665 I ι 5
In een voorkeursuitvoering is het penetreerelement voorzien van ten minste één beluchtingsopening. Een beluchtingsopening is doorgaans voordelig indien het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel vloeibaar van aard, zoals een drank, is. Daarbij vergemakkelijkt de beluchtingsopening het uitschenken van de drank en 5 voorkomt - doorgaans ongewenste - klokkende uitname van de drank.
In een andere voorkeursuitvoering is de sluiting voorzien van koppelmiddelen voor koppeling van de sluiting aan de levensmiddelénhouder. De koppelmiddelen kunnen zeer divers van aard zijn en kunnen zijn ingericht voor permanente koppeling dan wel 10 losneembare koppeling van de sluiting aan de levensmiddelenhouder. In de aanhef is reeds het gebruik van lijmstoffen beschreven om de sluiting te koppelen aan de levensmiddelenhouder. Echter, de sluiting kan bijvoorbeeld tevens zijn voorzien van een schroefdraad of een enigszins elastische element dat onder voorspanning met de levensmiddelenhouder kan worden gekoppeld.
15
In weer een andere voorkeursuitvoering is de basisstructuur zwenkbaar gekoppeld met een topstructuur voor afsluiting van de levensmiddelenhouder na penetratie van de materiaallaag. De topstructuur fungeert daarbij de facto als afsluitelement na penetratie van de materiaallaag, waardoor de levensmiddelenhouder meerdere malen hernieuwd 20 kan worden afgesloten. In een bijzondere voorkeursuitvoering is de topstructuur ingericht voor vergrendeling aan de basisstructuur in een afsluitende toestand van de topstructuur. Alzo kan de sluiting op relatief betrouwbare en stabiele wijze worden afgesloten na penetratie van de materiaallaag, waardoor lekkage van het levensmiddel uit de levensmiddelenhouder kan worden voorkomen, of althans worden tegengegaan. 25 Bovendien kan alzo de in de levensmiddelenhouder aanwezige atmosfeer worden geïsoleerd en daardoor worden gehandhaafd, hetgeen doorgaans voordelig is voor de conservering van het betreffende levensmiddel.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel van een dergelijke sluiting en 30 een levensmiddelenhouder, waarbij de sluiting een in de levensmiddelenhouder aangebrachte doorvoer voor het betreffende levensmiddel, bij voorkeur op in hoofdzaak mediumdichte wijze, afsluit. Bij voorkeur is de sluiting daarbij losneembaar gekoppeld met de levensmiddelenhouder. Zoals reeds in het voorgaande opgemërkt is het tevens denkbaar om de sluiting reeds op voorhand op permanente wijze te bevestigen op de 1024668
I ' I
6 levensmiddelenhouder. Bij voorkeur wordt de levensmiddelenhouder gevormd door een fles. Echter het is tevens mogelijk om andersoortige levensmiddelenhouders toe te passen in het samenstel overeenkomstig de uitvinding, zoals bijvoorbeeld een ((deels) karton vervaardigde) balkvormige verpakking, een drankblikje, een tube, een (flexibele) 5 folieverpakking, in het bijzonder een ‘bag & box’-systeem, et cetera.
De uitvinding zal worden verduidelijkt aan de hand van in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoörbeelden. Hierin tonen: figuren 1 a-1 d gedetailleerde dwarsdoorsneden van een samenstel van een flesdeel en 10 een met het flesdeel verbonden sluiting overeenkomstig de uitvinding in versschillende toestanden, figuur 2a een bovenaanzicht op de sluiting volgens figuren la-ld in geopende toestand, figuur 2b een perspectivisch aanzicht op de sluiting volgens figuur 2a, figuur 3 een schematische dwarsdoorsnede van een samenstel van een verpakking voor 15 dranken en een met de verpakking verbonden sluiting overeenkomstig de uitvinding, figuur 4a een gedetailleerde dwarsdoorsnede van een ander samenstel van een levensmiddelenhouder en een met de levensmiddelenhouder verbonden sluiting overeenkomstig de uitvinding, en figuur 4b een bovenaanzicht op het saménstel volgens figuur 4a.
20
Figuur la toont een gedetailleerde dwarsdoorsnede van een samenstel 1 van een flesdeel 2 en een met het flesdeel 2 verbonden sluiting 3 overeenkomstig de uitvinding in een afgesloten toestand. De sluiting 3 omvat een basisstructuur 4 en een met de basisstructuur 4 zwenkbaar gekoppelde topstructuur 5. De basisstructuur 4 is daarbij 25 onder voorspanning gekoppeld aan het flesdeel 2. De basisstructuur 4 is tevens verbonden met een de fles 2 verzegelend afsluitende, penetreerbare materiaallaag 6. De materiaallaag 6 zal doorgaans worden gevormd door een metalen, in het bijzonder aluminium strip. De materiaallaag 6 kan worden gepenetreerd door een zich boven de materiaallaag 6 bevindend, met de basisstructuur 4 verbonden L-vormig 30 penetreerelement 7. Het penetreerelement 7 is daarbij voorzien van een naar de materiaallaag 6 toegekeerde snijrand 8 voor het faciliëren van de penetratie van de materiaallaag 6, waarna opname van in de fles 2 opgenomen substantie kan plaatsvinden. Het penetreerelement 7 is tevens voorzien van een aangrijpvlak 9 voor een gebruiker. Het penetreerelement 7 is daarbij breder dan de het penetreerelement 7 1024665 7 • » omgevende basisstructuur 4. Alzo kan het penetreerelement 7 door de gebruiker via het aangrijpvlak 9 richting de materiaallaag 6 worden verplaatst, waardoor de snijrand 8 de materiaallaag 6 zal doorsnijden, zonder dat daarbij het aanslagvlak 9, althans een substantieel deel daarvan, in de fles 2 zal komen te liggen.
5
Figuur lb toont het samenstel 1 volgens figuur la in een geopende toestand. In de getoonde toestand is de topstructuur 5 gezwenkt ten opzichte van de basisstructuur 4, waardoor toegang wordt verschaft tót het penetreerelement 7. Ter vergemakkelijking van het zwenken van de topstructuur 5 is de topstructuur 5 voorzien van pen 10 uitkragende lip 10.
Figuur lc toont het samenstel 1 volgens figuur la en lb in een geopende, gepenetreerde toestand. In de getoonde toestand is het penetreerelement 7 door de gebruiker richting de fles 2 verplaatst. Daarbij is de materiaallaag 6 door de snijrand 8 gepenetreerd en 15 tevens op afstand hiervan gedeformeerd. Zoals reeds opgemerkt blijft het aangrijpvlak 9 boven de fles 2 gelegen. Derhalve behoeft noch het aangrijpvlak 9 noch de gebruiker zelf in contact te komen met de in fles 2 opgenomen substantie, hetgeen vanuit hygiënisch oogpunt gunstig is. Bovendien zal de gebruiker zich niet snijden aan randen van de fles 6 en/of de basisstructuur 4. De doorvoeropening voor de zich in de fles 2 20 bevindende substantie wordt ingesloten door de basisstructuur 4 en het penetreerelement 7.
Figuur ld toont het samenstel 1 volgens figuren la-lc in een afgesloten, gepenetreerde toestand. In de getoonde toestand is de topstructuur 5 terug gezwenkt naar de 25 oorspronkelijke oriëntatie. In deze toestand wordt fles 2 alsnog relatief goed - eventueel mediumdicht - afgesloten, waardoor de inhoud van de fles 2 niet in één keer uit de fles opgenomen dient te worden.
Figuur 2a toont een bovenaanzicht op de sluiting 3 volgens figuren la-ld in geopende 3 0 toestand. Zoals getoond zijn de basisstructuur 4 en de topstructuur 5 uit een geheel vervaardigd, waarbij onderling zwenking mogelijk is gemaakt door een tussenliggende verzwakkingslijn 11. In de figuur is aangegeven dat de basisstructuur 4 is voorzien van twee (minimale) aanslagranden 12 voor het begrenzen van de verplaatsing van het penetreerelement 7. Tevens is getoond in figuur 2a dat het penetreerelement 7 is 1024668 • i 8 voorzien van een beluchtingsgat 13, teneinde uitschenken van een zich in de fles bevindende vloeistof te vergemakkelijken. Tussen de basisstructuur 4 en het penetreerelement 7 is immer een doorvoeropening 14 van zich in de fles 2 bevindende substantie aanwezig.
5
Figuur 2b toont een perspectivisch aanzicht op de sluiting 3 volgens figuur 2a. In deze figuur is duidelijk getoond dat de topstructuur 5 is ingericht om onder klempassing aan te sluiten op de basisstructuur 4 waardoor een in hoofdzaak lekvrije afsluiting van de sluiting 3 kan worden bewerkstelligd na penetratie van de materiaallaag 6. De 10 basisstructuur 4 is daarbij zodanig vormgegeven dat uitschenken van een in zich in de fles 2 bevindende vloeistof wordt vergemakkelijkt.
15 Figuur 3 toont een schematische dwarsdoorsnede van een samenstel 15 van een verpakking 16 voor dranken 17 en een met de verpakking 16 verbonden sluiting 18 overeenkomstig de uitvinding. De sluiting 18 omvat een de verpakking 16 afsluitende, doorbreekbare materiaalstrook 19, en een, onder tussenkomst van een flexibel element 20, met de materiaalstrook 19 verbonden doordrukelement 21. Het doordrukelement 21 20 is daarbij voorzien van twee naar de doorbreekbare materiaalstrook 19 toegekeerde armen 22 voor het doorbreken van de materiaalstrook 19 tijdens verplaatsing van het doordrukelement 21 richting de materiaalstrook 19. Het doordrukelement 21 is tussen de beide armen 22 voorzien van een geperforeerd deel 23 voor doorvoer van de drank 17 na doorbreking van de materiaalstrook 19. Het doordrukelement 21 is aan een van 25 het flexibel element 20 afgekeerde zijde voorzien van een aangrijporgaan 24 voor een gebruiker voor het op hygiënische wijze verplaatsen van het doordrukelement 21. De werking van de sluiting 18 komt in hoofdzaak overeen met de werking van de in figuren la-ld getoonde sluiting 3.
30 Figuur 4a toont een gedetailleerde dwarsdoorsnede van een ander samenstel 25 van een levensmiddëlenhouder 26 en een met de levensmiddelenhouder 26 verbonden sluiting 27 overeenkomstig de uitvinding. De sluiting 27 omvat een op de levensmiddelenhouder 26 aangebrachte penetreerbare materiaallaag 28, en een met de materiaallaag 28 verbonden basisstructuur 29. De basisstructuur 29 is daarbij gekoppeld 1024669 • f 9 aan een penetreerelement 30 middels een in de basisstructuur 29 aangebrachte sleuf 31, en een met de gleuf 31 samenwerkende uitkraging 32 van het penetreerelement 30. Daardoor is het mogelijk het penetreerelement 30 te verschuiven ten opzichte van de basisstructuur 29. Het penetreerelement 30 is aan een naar de materiaallaag 28 5 toegekeerde zijde voorzien van twee uitkragende penetreerorganen 33 ingericht voor initiële penetratie van de materiaallaag 28. Het penetreerelement 30 is voorzien van een doorvoeropening 34 van een zich in de levensmiddelhouder 26 bevindend levensmiddel. Door het penetreerelement 30 richting de levensmiddelenhouder 26 te verplaatsen wordt de materiaallaag 28 gepenetreerd, en wordt opname van levensmiddel uit de 10 levensmiddelenhouder 26 mogelijk gemaakt. De basisstructuur 29 is voorzien van twee aanslagranden 35 voor het eenzijdig begrenzen van de verplaatsing van (de uitkragingen 32 van) het penetreerelement 30 ten opzichte van de basisstructuur 29. Hierdoor kan worden voorkomen dat het penetreerelement 30 .volledig in de levensmiddelenhouder 26 kan worden gedrukt. Tevens kan alzo worden voorkomen dat een gebruiker zich zal 15 bezeren aan eventueèl scherpe randen van het samenstel 25. In de getoonde toestand van de sluiting 27 is de sluiting 27 tevens voorzien van een afschermende kap 36 ter voorkoming van ongewenste verplaatsing van het penetreerelement 30, en aldus ongewenste penetratie van de materiaallaag 28. De kap 36 sluit daarbij in hoofdzaak volledig aan op de basisstructuur 29. De kap 36 is voorzien van een oog 37, met behulp 20 waarmee de kap 36 relatief eenvoudig kan worden verwijderd van de sluiting 27, waardoor het penetreerelement 30 toegankelijk wordt gemaakt.
Figuur 4b toont een bovenaanzicht op het samenstel 25 volgens figuur 4a. De kap 36 is thans onderbroken weergegeven. Beide uitkragingen 32 van het penetreerelement 30 25 zijn in figuur 4a duidelijk getoond, waarbij beide uitkragingen 32 verschillend gevormd zijn. Het penetreerelement 30 is tevens voorzien van twee aangrijporganen 38 voor het vergemakkelijken van het richting de materiaallaag 28 duwen van het penetreerelement 30. De basisstructuur 29 sluit bij voorkeur in hoofdzaak vormsluitend aan op het penetreerelement 30 om stevigheid te bieden aan de sluiting 27.
30
Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier weergegeven en beschreven uitvoeringsvoorbeelden, maar dat binnen het kader van de bijgaande conclusies legio varianten mogelijk zijn, die voor de vakman op dit gebied voor de hand zullen liggen.
f02466®

Claims (16)

1. Sluiting voor levensmiddelenhouders, omvattende: - ten minste één penetreerbare non-permeabele materiaallaag ingericht voor 5 bevestiging op een levenshouder voor verzegelende afsluiting van de levensmiddelenhouder, en - een verplaatsbaar met de materiaallaag verbonden penetreerelement ingericht voor penetratie van de materiaallaag, wélk penetreerelement is voorzien van een aangrijporgaan voor een gebruiker voor verplaatsing van het penetreerorgaan 10 richting de materiaallaag, met het kenmerk, dat het aangrijporgaan ten minste in hoofdzaak op afstand van de penetreerbare materiaallaag is gelegen, zodanig dat het aangrijporgaan, bij penetratie van de materiaallaag door het penetreerelement, ten minste in hoofdzaak volledig aan één zijde 15 van een initieel door de materiaallaag opgespannen vlak gelegen blijft.
2. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de sluiting tevens omvat een met de materiaallaag verbonden basisstructuur, waarbij het penetreerelement verplaatsbaar is verbonden met de basisstructuur. 20
3. Sluiting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de basisstructuur het penetreerelement ten minste in hoofdzaak omgeeft.
4. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het 25 penetreerelement is voorzien van snijmiddelen voor penetratie van de materiaallaag.
5. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het penetreerelement zwenkbaar is verbonden met de materiaallaag.
6. Sluiting volgens een der conclusies, met het kenmerk, dat het penetreerelement verschuifbaar is ten opzichte van ten minste een deel van de basisstructuur. 1024665 w ►·
7. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de basisstructuur en het penetreerelement onderling ten minste één doorvoer voor het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel insluiten.
8. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het penetreerelement is voorzien van ten minste één doorvoer voor het in de levensmiddelenhouder opgenomen levensmiddel insluiten.
9. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het 10 penetreerelement is voorzien van ten minste één beluchtingsopening.
10. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de sluiting is voorzien van koppelmiddelen voor koppeling van de sluiting aan de levensmiddelenhouder. 15
11. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de basisstructuur zwenkbaar is gekoppeld met een topstructuur voor afsluiting van de levensmiddelenhouder na penetratie van de materiaallaag.
12. Sluiting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de topstructuur is ingericht voor vergrendeling aan de basisstructuur in een afsluitende toestand van de topstructuur.
13. Sluiting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de materiaallaag kunststof omvat. 25'
14. Samenstel van een sluiting volgens een der conclusies 1 -13 en een levensmiddelenhouder.
15. Samenstel volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de sluiting losneembaar 30 gekoppeld is met de levensmiddelenhouder.
16. Samenstel volgens conclusie 14 of 15, met het kenmerk, dat de levensmiddelenhouder wordt gevormd door een fles. 1024668
NL1024665A 2003-10-30 2003-10-30 Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder. NL1024665C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024665A NL1024665C2 (nl) 2003-10-30 2003-10-30 Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024665A NL1024665C2 (nl) 2003-10-30 2003-10-30 Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder.
NL1024665 2003-10-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1024665C2 true NL1024665C2 (nl) 2005-05-03

Family

ID=34699098

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1024665A NL1024665C2 (nl) 2003-10-30 2003-10-30 Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1024665C2 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL6706455A (nl) * 1966-05-10 1967-11-13
DE8810935U1 (de) * 1988-08-30 1988-10-13 Schmalbach-Lubeca AG, 3300 Braunschweig Behälter mit Durchtrennverschluß
EP0296100A2 (de) * 1987-06-16 1988-12-21 Createchnic Ag Kunststoffverschluss für Behälter mit einem folien- oder membranversiegelten Behälterhals
US5228592A (en) * 1989-05-17 1993-07-20 Rical S.A. Spout for bottles and similar containers with a piercing element for piercing a lid on receptacle necks
WO2001036289A1 (en) * 1999-11-17 2001-05-25 Fredrick Michael Coory Piercing cap for a container
WO2002053469A1 (de) * 2001-01-05 2002-07-11 Sig Technology Ltd Garantie-verschluss für flüssigkeits- und schüttgutbehälter

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL6706455A (nl) * 1966-05-10 1967-11-13
EP0296100A2 (de) * 1987-06-16 1988-12-21 Createchnic Ag Kunststoffverschluss für Behälter mit einem folien- oder membranversiegelten Behälterhals
DE8810935U1 (de) * 1988-08-30 1988-10-13 Schmalbach-Lubeca AG, 3300 Braunschweig Behälter mit Durchtrennverschluß
US5228592A (en) * 1989-05-17 1993-07-20 Rical S.A. Spout for bottles and similar containers with a piercing element for piercing a lid on receptacle necks
WO2001036289A1 (en) * 1999-11-17 2001-05-25 Fredrick Michael Coory Piercing cap for a container
WO2002053469A1 (de) * 2001-01-05 2002-07-11 Sig Technology Ltd Garantie-verschluss für flüssigkeits- und schüttgutbehälter

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0580593B1 (en) Package closure and package preparation
RU2188784C2 (ru) Повторно-закрываемое открывающее устройство для упаковок для текучих пищевых продуктов
KR100878102B1 (ko) 유체 또는 자유유동물 컨테이너용 보증 밀폐부
NL2000219C2 (nl) Topelement voor een drankblikje, en drankblikje voorzien van een dergelijk topelement.
US20070131689A1 (en) Flip-top closure for composite and cardboard packaging
EP0819614A1 (fr) Dispositif pour l'ouverture et la fermeture d'un emballage, et emballage muni d'un tel dispositif
DK40787A (da) Haeldetud til beholdere
JP2021529135A (ja) 飲み口を有する注入可能な食品の容器
AU2006243387A1 (en) Squeezable container for dairy products
KR20160127779A (ko) 플라스틱 캔 및 플라스틱 캔 제작 방법
SE9102532L (sv) Oeppningsanordning foer foerpackningsbehaallare
HRP20020495A2 (en) Closure element for a packaging for receiving liquid or paste-like material
AU6878396A (en) Spout with stopper for containers, particularly for liquid packaging boxes
NL1024665C2 (nl) Sluiting voor levensmiddelenhouders en samenstel van een dergelijke sluiting en levensmiddelenhouder.
ES2308320T3 (es) Recipiente.
EP0590124B1 (en) Sliding lock
EP2417034B1 (en) Tamper-evident dispensing spout
JP4699463B2 (ja) 注ぎ出しパッケージおよび注ぎ出し部材
US20040007587A1 (en) Membrane piercing closure
JP3569895B2 (ja) 包装袋
CA2424618A1 (en) Flexible closure for a container
JP2009113814A (ja) ストロー包装体
KR200362028Y1 (ko) 접착식 밀폐용 지퍼
US5934159A (en) Opener for package closure
US9650171B2 (en) Pouring package for a fluid and pouring element therefor

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20080501