NL1023764C2 - Insectwerend schermdoek en scherminrichting. - Google Patents

Insectwerend schermdoek en scherminrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1023764C2
NL1023764C2 NL1023764A NL1023764A NL1023764C2 NL 1023764 C2 NL1023764 C2 NL 1023764C2 NL 1023764 A NL1023764 A NL 1023764A NL 1023764 A NL1023764 A NL 1023764A NL 1023764 C2 NL1023764 C2 NL 1023764C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cloth
threads
warp
fabric
screen
Prior art date
Application number
NL1023764A
Other languages
English (en)
Inventor
Ruud Vlottes
Steve Mansveld
Original Assignee
Leen Huisman B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Leen Huisman B V filed Critical Leen Huisman B V
Priority to NL1023764A priority Critical patent/NL1023764C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1023764C2 publication Critical patent/NL1023764C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/24Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
    • A01G9/241Arrangement of opening or closing systems for windows and ventilation panels
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/52Devices affording protection against insects, e.g. fly screens; Mesh windows for other purposes
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Insects & Arthropods (AREA)
  • Pest Control & Pesticides (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)

Description

INSECTWEREND SCHERMDOEK EN SCHERMINRICHTING
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een scherminrichting en schermdoek daarvoor zoals weergegeven in het kenmerkend deel van de navolgende 5 conclusie 1.
Dergelijke scherminrichtingen voor het insect-ondoorlatend omgeven van beluchtingramen in kassen zijn algemeen bekend, onder meer door de marktintroductie en langdurige ontwikkeling ten gevolge van Aanvraagster. Deze schermen worden bij het openen van een beluchtingraam mee omhoog genomen, en 10 wel vanuit een om het raam aanwezige cassette waarin het gaas volgens een harmonica-gewijs in opgevouwen en opgeborgen wordt. Het harmonicaprofiel dient naast het praktisch opbergen van het schermdoek in de gesloten toestand van het raam ook de stevigheid van het scherm wanneer dit zich in uitgevouwen toestand bevindt. Aanvankelijk werden deze functies in de scherminrichting gewaarborgd door 15 het gebruik van afzonderlijke verstevigingelementen, zie bijvoorbeeld NL-9202011 en EP-A-97201686. In combinatie hiermee werd een specifiek voordergelijke inrichtingen geschikt doek ontwikkeld, bekend uit laatstgenoemde publicatie. Naderhand werd in verband met noodzakelijke kostenbesparing, gezocht naar constructies waarbij het scherm in zichzelf stevigheid kon vinden. Gedacht werd dat een dergelijke stevigheid 20 in zichzelf verkregen werd door het aanbrengen van specifiek nabehandelde randen, bijvoorbeeld door het naaien dan wel ultrasoon lassen van de randen van het harmonicaprofiel van het scherm, hetgeen bekend is uit NL-1015812. Het voordeel van deze constructies betrof de scherpe rand tussen de stroken die het harmonicaprofiel vormen. De bewerkingen waren echter althans voor massaproductie 25 onvoldoende kostenbesparend.
In volgende ontwikkelingen werd aangetoond dat dergelijke stevigheid in zichzelf ook verkregen kon worden door het doek een warmtebehandeling te doen ondergaan, ofwel te plisseren. Hiertoe werden door Aanvraagster specifiek voor de tuinbouw geschikte weefsels voor het schermdoek ontwikkeld, zie bijvoorbeeld 1018025, en 30 werden specifiek geschilde machines ontwikkeld, bekend uit NM019229 en NL-1020536, waardoor de op zich bekende plisseertechniek in de tuinbouw toegepast kon gaan worden. Met name de voor beluchting noodzakelijke grotere doorlaatopeningen in het tuinbouwgaas, alsmede de veel grotere afmetingen maakten het aanvankelijk moeilijk om langdurig de vorm in het gaasdoek te behouden. Als oplossing voor dit 35 probleem werden specifieke inslagdraden in het weefsel opgenomen. Een bijzondere 1ΠΡ37ΡΑ I oplossing bij het zowel voor de tuinbouw als voor de plisseertechniek geschikt maken I van weefsels voor gaasdoek betrof het opnemen van inslagdraden met een I onderscheidenlijke thermische eigenschap, in het bijzonder een onder invloed van I warmte sneller krimpende draad. Met een dergelijk weefsel werd een onder invloed 5 van toegevoerde warmte zogenaamd zelfvormend schermdoek verkregen. Omdat het I bestaande doek, althans het basis weefsel bij voorkeur is uitgevoerd in polyester, werd I de specifieke inslagdraad uitgevoerd in polyethyleen welke bij een temperatuur van ongeveer 100 graden celcius, anders dan polyester, de neiging heeft om sterk te I krimpen; Niettemin kunnen ook andere kunststoffen als krimpdraad worden toegepast.
I 10 Door de zogenoemde krimpdraden deels verbonden met het weefsel, dat wil zeggen, in de structuur opgenomen, en deels overlappend met het weefsel op te nemen, en wel per strook afwisselend aan weerszijden van het doek, was het mogelijk I op naderhand eenvoudige wijze, met behulp van een warmtebehandeling, een I voorgedefinieerde harmonicaplooiing in het doek aan te brengen. Met deze 15 ontwikkeling werd een voordelige en voor massaproductie geschikte techniek I verkregen, dat wil zeggen dat op voordelige wijze een harmonicastructuur kun worden aangebracht. De nieuwe techniek is echter nog vatbaar voor verbetering waar het de vorming van een gewenste boekvorm bekend uit NL-1019229 betreft.
De onderhavige uitvinding heeft dan ook tot doel de zelfvormendheid van het 20 bekende doek te vervolledigen, zodanig dat ook de genoemde, functioneel gunstige boekvorm door zetf-vorming van het doek kan worden verkregen en hiertoe een doorontwikkelde weefstructuur te verschaffen. Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt met een schermdoek waarin de maatregelen volgens het kenmerkend deel van conclusie 1 zijn toegepast. Door het principe van overlapping met behulp van een 25 krimpdraad ook buiten de daartoe voorziene, rechte en de voorbestemde randen van het harmonicaprofiel bepalende stroken toe te passen, en wel in een denkbeeldige diagonale lijn conform zoals is aangegeven de laatstgenoemde Nederlandse octrooipublicatie wordt op verrassend eenvoudige wijze de genoemde zelf-vormende eigenschap voor de hoeken verkregen. Hierbij is van belang dat bij het begin van de 30 denkbeeldige schuine strook additionele overlappingen, de overlappingen in de althans geprojecteerde rechte strook gespiegeld, dat wil zeggen aan de andere zijde van het doek in de weefstructuur worden opgenomen. De additionele overlappingen H beslaan bij voorkeur steeds drie op reguliere maasafstand opgenomen kettingdraden.
Een verdere bevoorkeurde maatregel betreft het om de andere ingeslagen krimpdraad 35 aangebracht zijn van een additionele overlapping.
3
De uitvinding zal thans bij wijze van voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van een tekening:
Figuur 1 geeft schematisch de structuur weergeeft van een weefsel volgens de uitvinding; 5 Figuur 2 vormt een serie dwarsdoorsneden van figuur 1 volgens een aanzicht in de weefrichting van het doek;
Figuur 3 toont in een dwarsdoorsnede gezien in de weefrichting van het doek van figuur 1 in detail het effect bij het vouwen van het doek door middel van een thermische behandeling; 10 Figuur 4 toont het effect van figuur 3 voor een aantal opeenvolgende vouwen van een harmonicaprofiel;
Figuur 5 toont het doek volgens de uitvinding in een weergave volgens figuur 4 in de geopende stand van een scherminrichting;
Figuur 6 toont een op zich bekende en bevoorkeurde wijze voor het vormen van 15 een hoek in de scherminrichting;
Figuur 7 toont in detail een bijzondere uitwerking van de uitvinding, waarbij het weefsel volgens de uitvinding lokaal wordt aangepast op een wijze die geschikt is voor het vormen van een hoek zoals is weergegeven in figuur 6;
Figuur 8 toont een zich herhalend patroon in een doek volgens de bijzondere 20 uitwerking van de uitvinding volgens figuur 7;
Figuur 9 toont in detail dat de spiegeling van overlapping door een krimpdraad in het voorziene boekgebied van een schermdee! bepaald wordt door de lijn 6 in figuur 8.
In de figuren zullen overeenkomstige constructieve delen met gelijke verwijzingstekens zijn aangeduid.
25 Figuur 1 toont een weefsel voor een schermdoek 1 volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding. In dit weefsel zijn in de productierichting georiënteerde kettingdraden V aanwezig, en haaks daarop zogenaamde inslagdraden l-IV. Een deel hiervan is uitgevoerd als op zich bekende krimpdraad II welke het overige weefsel deels overlapt. In de op zich bekende uitvoering is de althans relatieve 30 krimp van de krimpdraad li gerealiseerd door deze uit te voeren in polyethyleen terwijl de overige draden in polyester zijn uitgevoerd. Niettemin zijn andere kunststoffen mogelijk waarvan de een bij een bepaalde temperatuur in meer of mindere mate krimpt en de andere niet. In het weefsel 1 volgens de uitvinding is de overlapping teruggebracht tot het theoretische minimum van drie kettingdraden V. Op de plaats 35 van de overlapping is een specifieke kettingbedrading V aangebracht, hier in de vorm 1023764 ' I van een tweede, ofwel dubbele, aanliggende draad V. Hiermee wordt enerzijds een I zeer scherp waarneembare vouwrand in het te vormen harmonica profiel verkregen, terwijl anderzijds, lokaal een de plooiing van de inslagdraden I, III, IV bevorderende buiging wordt verkregen. Dit wordt enerzijds met name verkregen door ten minste de I 5 centrale kettingbedrading dubbel, althans groter in effectieve diameter uit te voeren, I en kan bevorderd worden door, zoals in het weergegeven voorbeeld, de flankerende I kettingbedradingen althans vrijwel aanliggend uit te voeren. De toepassing van de laatstgenoemde maatregel heeft als effect dat een inslagdraad I, III nog gemakkelijker I is geneigd een verdere buiging te ondergaan doordat het ten gevolge van het I 10 aanschuiven van de flankerende kettingbedradingen V ter plaatse van de centrale I kettingbedrading V al vrijwel in de uiteindelijk gewenste bocht is gedrongen.
I Figuur 2 toont het bovengenoemde effect en de bijhorende configuratie ten I gevolge van een dwarsdoorsnede in een aanzicht conform de pijl A in figuur 1, terwijl figuur 3 het effect van een warmtebehandeling van het weefsel volgens figuur 1 en 2 I 15 toont. In figuur 4 wordt de op zich bekende maatregel met overlap van de krimpdraad I II aan weerszijden van het schermdoek getoond, alsmede het effect daarvan voor het I harmonicaprofiel, althans in opgevouwen toestand. Figuur 5 toont dit effect in een I gedeeltelijke weergave van de uitgevouwen toestand van een scherminrichting. De I figuren 4 en 5 tonen enerzijds het beoogde regelmatig opgevouwen effect zoals dat uit I 20 de plisseertechniek en uit de ultrasone lastechniek voor scherminrichtingen - NL> 1015812 - op zich bekend is, en de scherp gevouwen, maar ook verstevigde structuur I van de vouwrand, vergelijkbaar met de versteviging die door aanvullend materiaal bij het ultrasoon lassen en of stikken van de vouwranden bekend is.
I De bijzondere bedrading V die ten gevolge van de uitvinding nabij de vouwrand 25 is opgenomen voorkomt dat het schermdoek 1, althans de vouwranden daarvan, I gezien over de breedte van een scherminrichting, bij tocht naar binnen, dan wel naar buiten klappen. Met name het ten gevolge van de sterk gereduceerde mate van overlapping door het krimpdraad II en de krappe opsluiting van de specifieke kettingbedrading na een warmtebehandeling doen, achteraf gezien, de vouwranden 30 gelijken op de stijve verstevigingstangen die in de eerfte uitvoeringen van het scherm - zie NL-1003304 - in het scherm werden opgenomen. In de onderhavige uitvoering, waarbij ten gevolge van het toegepaste materiaal het schermdoek 1 van zichzelf al relatief stevig, en bovendien betrekkelijk licht is, volstaat een versteviging en vouwwijze conform de huidige uitvinding. Een voordeel bovenop de aangeven effecten 35 van de huidige uitvoering is dat alle draden uit een overeenkomstige dikte zijn 5 uitgevoerd, en bovendien, buiten de krimpdraden II, uit hetzelfde materiaal, namelijk polyester. De draden l-V zijn in verband met de toepassing in kassen, waar het doek in sterke mate blootgesteld is aan zonlicht en vochtigheid, allen uitgevoerd als monofilament.
5 De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven uitvoeringsvorm, doch kan in een alternatief bijvoorbeeld zijn uitgevoerd met een dikker uitgevoerde krimpdraad II. Hierdoor kan de gewenste verankering van deze draad in het weefsel tussen de in het doek 1 voorziene vouwranden, ook verkregen kan worden bij een grotere onderlinge —afstand tot-de flankerende-inslagdraden-1,—III. - Deze zijn in-het weergegeven 10 uitvoeringsvoorbeeld althans vrijwel aanliggend aangebracht, dat wil zeggen met een slechts door de dikte van een vlechtende kettingdraad bepaalde tussenruimte. Dit heeft het effect dat de een krimpdraad zodanig stevig in het weefsel is opgenomen dat de krimp hiervan grotendeel wordt gesoupeerd door het overtappende deel daarvan.
In de alternatieve uitvoering staat tegenover het geringe nadeel van een 15 afwijkende dikte het voordeel dat de doorlaatbaarheidsfactor van het doek verhoogd wordt. In dit verband heeft het de voorkeur volgens de uitvinding het aantal tussen twee krimpdraden opgenomen mazen, althans mazen van afmeting die in de kettingrichting aanmerkelijk groter zijn dan de diameter van een draad en bij vooikeur 1 mm bedragen, groter is dan twee. Een tussenoplossing kan worden gevonden door 20 de maasbreedte van een krimpdraad II tot een flankerende inslagdraad te doen overeenkomen met een bepaalde factor, bijvoorbeeld een kwart, van de voor het overige in het weefsel aangebrachte maasbreedte. Deze is in de voorkeursuitvoering 1 mm, terwijl de maashoogte 0,8 mm bedraagt.
De figuren 6 tot 9 tonen een verdere, bijzondere uitwerking van het principe 25 volgens de uitvinding. Hierbij toont figuur 6 een op zich uit NL-1019229 bekende, en gewenste hoekconstructie, figuur 7 een voor het vormen van die hoekconstructie dienende weefstructuur in het doek, en figuur 8 een zich repeterend patroon van een op de rol geproduceerd doek volgens de uitvinding, waarin in een boekdeel H, de zogenaamde Y- en in het hoekdeel H, V-vomnige structuur van overlappingen, zoals 30 aangegeven aan de hand van figuur 7 op aangegeven plaatsen is opgenomen.
In de gewenste hoekconstructie zijn de beide hoekdelen H van een schermdoek van een scherminrichting, tezamen met een hoofdvlak 2 en twee bijhorende zijwangen 3, gevormd uit een stuk. Hierbij zijn de buitenste randen van de harmonicavorm in het hoofdvlak 2 en in een zijwang 3 (zie ook fig. 8) op elkaar afwisselende, tussen elkaar 35 in gelegen niveaus aangebracht. De hoek van het scherm is gevormd door diagonaal 1 n? 37 R4 ' verlopende vouwen van de buitenste harmonicarand in hetzij een hoofdvlak 2 of in een I zijwang 3, naar een eveneens buitenste harmonicarand in respectievelijk een zijwang I of een hoofdvlak. Hierbij is in bovenaanzicht de gevormde hoek aangegeven door een I onder doorgaans vijfenveertig graden verlopende lijn tussen de buitenranden van I 5 hoofdvlak 2 en zijwang 3.
I Figuur 7 toont een aanpassing van de structuur van het weefsel volgens de uitvinding voor het met een thermische behandeling verkrijgen van de conform figuur 6 I gewenste vouw. Hiertoe is, op de plaats in het doek waar de hoek is voorzien, de ' structuur zo aangepast dat de overlapping varvde krimpdraad llrzichvanaf het begin 10 van de hoek, bij voorkeur in het doek 1 gemarkeerd door een of meer, bij voorkeur I twee daartoe specifiek opgenomen inslagdraden VI, zich splitst in twee richtingen I zodat in het doek lokaal een Y-profiel ontstaat. Hierbij is bijvoorbeeld de stam van het I Y-profiel gevormd door een overlapping, ofwel een buitenste rand in een hoofdvlak 2, en geven de twee takken 6 het verloop weer van de overlappingen in het boekgebied H 15 H van het schermdoek, die in de kettingrichting volgens de uitvinding nodig zijn voor het vormen van de diagonaal veriopende vouwen 6 in een schermdoek 1. In dit deel van het doek zijn de overlappingen 4’, 4”, 4’" van het krimpdraad II aangebracht aan weerszijden van de projectie van de vouwnaad V, zoals die bijvoorbeeld in figuur 7 in het linker deel 2 van het doek ten opzichte van de markerende inslagdraden VI is 20 voorzien. In dit voorbeeld begint een overlapping 4' met de aan een markeringsdraad VI flankerende krimpdraad II, onmiddellijk buiten de in de projectie van de beoogde vouw doorlopende specifieke bedradingen V. De overlap 4’ beslaat drie regulier opgenomen kettingdraden en herhaald zich om de andere ingeslagen krimpdraad II, op enige afstand in de inslagrichting, in het bijzonder om de drie kettingdraden. Zo 25 begint de eerste krimpdraad II in een hoekdeel H van het doek 1 zijn overlap op de eerste kettingdraad naast de specifieke bedradingen V, wordt deze geëindigd na de derde kettingdraad, vind bij de tweede krimpdraad geen overtapping plaats en begint de derde krimpdraad zijn overlapping met de zevende draad en eindigt deze na de tiende draad, waarmee het in een hoekdeel H aangebrachte patroon zich herhaalt. Bij 30 e tussenliggende krimpdraden II uit het hoekgebied H, die althans bij een in beschouwing zijnde vouwnaad geen overlapping hebben, is de positie hiervan niettemin aangeduid met het verwijzingscijfer 5, om aan te geven dat de betreffende H krimpdraad op de plaats in de hoeklijn 6 aan dezelfde zijde van het doek 1 is H opgenomen al$ de overlappende delen 4’, 4”, 4’” van de flankerende krimpdraden II.
7
Ter plaatse van de projectie van de vouwrand V uit het hoofdvlak 2 in het hoekdeel H van het doek vindt een overlapping 4’, 4", 4’" door het krimpdraad II, bij voorkeur met uitzondering van het direct aan een markeerdraad VI flankerende krimpdraad II, plaats aan de andere zijde van het schermdoek 1. Hierdoor neemt hier 5 reeds de vouw voor de binnenrand van een zijwang 3 een aanvang. De markeringsdraden VI zijn bij voorkeur als multifilament en gekleurd uitgevoerd. Het multifiiament is relatief slap hetgeen voordelig is voor de zelf-vorming van de hoek tijdens een warmtebehandeling. De vatbaarheid van multifiiament voor vervuiling kan —worden gemaskeerd door toepassing van een donkere dan wel afwijkend getinte kleur. 10 Een witte kleur heeft echter de voorkeur in verband met de opmerkbaarheid daarvan tijdens de automatische productie van het schermdoek.
Figuur 8 geeft met een groter perspectief een mogelijke structuur van een op rol te produceren schermdoek 1, met een zich repeterend patroon weer. In dit patroon is opgenomen een deel 3 ten behoeve van een zijwang uit de te vormen 15 scherminrichting, een hoekdeel H met V-vormige profielen van overtappingplaatsen van het krimpdraad II, een hoofdvlak 2, en een tweede, spiegelbeeldig opgenomen zijwang 3. De overgang tussen een hoofdvlak 2 en een zijwang 3, bij voorkeur met daarin opgenomen een hoekdeel H, is telkens gemarkeerd door ten minste een markerende inslagdraad VI. Deze laatste is bijvoorkeur afwijkend gekleurd. Tussen de 20 zijwangdelen 3 van twee voorziene doekdelen voor een scherminrichting kan eveneens een markeerdraad zijn opgenomen. Deze is bij voorkeur slechts afwijkend van kleur en kan zijn gevormd door een mono-filament draad.
Met een schermdoek 1 conform het patroon van figuur 8 wordt steeds uitgegaan van een of meerdere standaard afmetingen voor de breedte van het hoofdvlak - in het 25 doek betreft dit de kettinglengte van het centrale deel 2, waarbij dan wordt uitgegaan van een maximale diepte afmeting van een zijwang 3. Voor zijwangen met een geringere diepte, wordt een deel van de lengte van deel 3 afgeknipt.
Figuur 9 toont dat bij de overgang van een hoofdvlak naar een zijvlak in een scherm, de overlap van de krimpdraden II naar de andere zijde van het schermdoek 30 overgaat, en wel langs de lijn 6, welke de toekomstige diagonale vouwlijnen in een hoek van een scherm weergeeft.
De uitvinding heeft behalve op het in het voorgaande beschrevene eveneens betrekking op alle details in de figuren, althans voor zover deze onmiddellijk en eenduidig voor een vakman herleidbaar zijn, en op al hetgeen is beschreven in het 35 navolgende stel conclusies.
10?37 64

Claims (24)

1. Schermdoek (1), in het bijzonder ten behoeve van een scherminrichting voor I het insectwerend omgeven van een beiuchtingraam, meer in het bijzonder van een I 5 kas voor de teelt van gewassen, welk doek een gaasvormige structuur heeft met in de I productierichting van het doek verlopende kettingdraden (V) en dwars op de I productierichting verlopende inslagdraden (l-IV). welke ketting- en inslagdraden I althans ten minste overwegend zijn gevormd uit een eerste kunststof, welke I inslagdraden (l-IV) deels zijn gevormd door draden, zogenaamde krimpdraden, van I 10 een tweede kunststof (III) die ten gevolge van een warmtebehandeling krimp I ondergaat, althans een krimpwerking die groter is dan van de daden (I, III, IV, V) van de eerste kunststof, en welke krimpdraden binnen een voorziene harmonicastructuur, I per strook afwisselend aan weerszijden van het doek delen daarvan, althans kettingdraden (V) overlapt ten einde onder invloed van een warmtebehandeling de I 15 bedoelde harmonicastructuur te bewerkstelligen, met het kenmerk, dat in een althans I voorzien hoekdeel van het schermdoek (1), op voorbepaalde afstanden, additionele I overlappingen (4’, 4", 4”") zijn aangebracht tussen twee naburige, in de kettingrichting (A) zichtbare overlapstroken (V), welke additionele overlappingen (4’, 4”, 4"”) tezamen een denkbeeldige schuine lijn (6) tussen deze overlapstroken (V) vormen.
2. Doek volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de schuine lijn (6) aan I weerszijden van een overiapstrook (V) aanwezig is zodat een Y-vormige structuur ontstaat.
3. Doek volgens conclusies 1 of 2, met het kenmerk, dat met het aanvangen van de additionele overlappingen (VI), ofwel met de aanvang van het V-vormig deel van 25 een Y-structuur in het doek (1), de overlapping van het krimpdraad (II) In de recht verlopende overiapstrook (V), naar de andere zijde van het doek (1) verspringt.
4. Doek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat I additionele overlappingen om de andere ingeslagen krimpdraad (II) zijn aangebracht.
5. Doek volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een 30 tussen twee overlapstroken (V) verlopende additionele overlapping (4', 4”, 4’"') een aanvang neemt nabij een specifieke, althans ten opzichte van de overige inslagdraden (Ι,ΙΙΙ; II) afwijkende, in fret bijzonder markerende, inslagdraad (VI).
6. Doek volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de afwijkende inslagdraad (VI) deel uitmaakt van een tweetal identieke, flankerende ingeslagen draden (VI).
7. Doek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 5 de afwijkende inslagdraad (VI) is gevormd als multifilament, en de overige draden (l-V) als monofilament.
8. Doek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een op rol gegradueerd doek (1) afwisselend bestaat uit lengtedelen (2) waarin geen Y-vormig additioneel overlappingspatroon is opgenomen, bijvoorbeeld voor het 10 hoofdvlak van een scherminrichting, en uit lengtedelen (3) waarin nabij de uiteinden daarvan de voomoemde Y-vormige patronen zijn opgenomen, bijvoorbeeld voor de zijwangen (3) van een scherminrichting.
9. Doek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat centraal in een voor een zijwang voorzien deel (3) van het doek een verdere 15 markerende draad is ingeslagen.
10. Scherminrichting voorzien van een schermdoek volgens een of meer der voorgaande conclusies.
11. Doek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat dat het doek (1) ter plaatse van een voorziene vouwrand voor het harmonicaprofiel is 20 voorzien van ten minste een specifieke kettingbedrading (V), en dat de overlapping door de krimpdraden (II) uitsluitend plaats vindt ter hoogte van een locatie met de specifieke kettingbedrading (V).
12. Schermdoek (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de specifieke kettingbedrading (V) wordt gevormd dooreen onderling aanliggend paar kettingdraden 25 (V).
13. Schermdoek (1) volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat de beide naburige kettingbedradingen (V) van de een harmonicavouw bepalende kettingbedrading eveneens specifiek zijn uitgevoerd.
14. Schermdoek (1) volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de specifieke 30 naburige bedrading wordt gevormd door een onderling aanliggend paar uitgevoerde kettingdraden (V). 1023784 ’ I 10
15. Schermdoek (1) volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat de overlapte specifieke kettingbedradingen althans vrijwel aanliggend in I de weefselstructuur zijn opgenomen.
16. Schermdoek (1) volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I 5 kenmerk, dat zowel de ketting als de inslagdraden (l-V) een althans in hoofdzaak overeenkomstige draaddikte vertonen.
17. Schermdoek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat de draden van de eerste kunststof zijn gevormd uit polyester.
18. Schermdoek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I 10 kenmerk, dat de draden uit de tweede kunststof zijn gevormd door polyethyleen.
19. Schermdoek volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inslag' en kettingdraden een dikte hebben in het bereik van 0,28 tot 0,32 mm, in het bijzonder een dikte van 0,3 mm hebben.
20. Schermdoek (1) volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I 15 kenmerk, dat de aan een krimpdraad (II) flankerende inslagdraden (I, III) van de eerste I kunststof, aanliggend met de krimpdraad (II) zijn opgenomen.
21. Schermdoek (1) volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat de ketting- en inslagdraden (l-V) zijn uitgevoerd als monofilament.
22. Schermdoek (1) volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het B 20 kenmerk, dat de doorlaatbaarheidsfactor van het gaas groter is dan 0,5.
23. Schermdoek (1) volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat B maasopening 1 mm in de kettingrichting bij 0,8 mm in de inslagrichting bedraagt.
24. Schermdoek (1) volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat de B frequentie van het aantal inslagdraden (II). uitgedrukt in aantal tussenliggende B 25 maasopeningen, in het bereik van twee tot tien ligt, en bij voorkeur in het bereik van B drie tot vijf is gelegen.
NL1023764A 2003-06-27 2003-06-27 Insectwerend schermdoek en scherminrichting. NL1023764C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023764A NL1023764C2 (nl) 2003-06-27 2003-06-27 Insectwerend schermdoek en scherminrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1023764A NL1023764C2 (nl) 2003-06-27 2003-06-27 Insectwerend schermdoek en scherminrichting.
NL1023764 2003-06-27

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1023764C2 true NL1023764C2 (nl) 2004-12-28

Family

ID=34225522

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1023764A NL1023764C2 (nl) 2003-06-27 2003-06-27 Insectwerend schermdoek en scherminrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1023764C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2143582A3 (de) * 2008-07-11 2010-09-29 Scambia Industrial Developments Aktiengesellschaft Wind-, Sicht- oder Lichtschutzelement
NL2014587A (en) * 2015-04-07 2016-10-12 Holland Gaas B V Greenhouse with netting system.

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0201686A1 (en) 1985-03-15 1986-11-20 Sony Corporation Semiconductor device comprising a superlattice
NL9202011A (nl) 1992-11-18 1994-06-16 Leen Huisman B V Scherminrichting.
NL9500121A (nl) * 1995-01-23 1995-11-01 Bruynzeel Plastics Bv Gaasweefsel.
NL1003304C2 (nl) 1996-06-08 1997-12-10 Leen Huisman B V Scherminrichting, constructieprofiel en doek daarvoor, en gebouw zoals kas waarin zulks is toegepast
NL1015812C2 (nl) 2000-07-26 2002-01-29 Leen Huisman B V Schermdoek, productieproces daarvoor en scherminrichting.
NL1018025C2 (nl) 2001-05-09 2002-11-12 Leen Huisman B V Insectengaas.
NL1019229C2 (nl) 2001-10-25 2003-04-28 Leen Huisman B V Scherminrichting en productieproces.

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0201686A1 (en) 1985-03-15 1986-11-20 Sony Corporation Semiconductor device comprising a superlattice
NL9202011A (nl) 1992-11-18 1994-06-16 Leen Huisman B V Scherminrichting.
NL9500121A (nl) * 1995-01-23 1995-11-01 Bruynzeel Plastics Bv Gaasweefsel.
NL1003304C2 (nl) 1996-06-08 1997-12-10 Leen Huisman B V Scherminrichting, constructieprofiel en doek daarvoor, en gebouw zoals kas waarin zulks is toegepast
EP0811317A2 (en) * 1996-06-08 1997-12-10 Leen Huisman B.V. Insect protector net
NL1015812C2 (nl) 2000-07-26 2002-01-29 Leen Huisman B V Schermdoek, productieproces daarvoor en scherminrichting.
NL1018025C2 (nl) 2001-05-09 2002-11-12 Leen Huisman B V Insectengaas.
NL1019229C2 (nl) 2001-10-25 2003-04-28 Leen Huisman B V Scherminrichting en productieproces.

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2143582A3 (de) * 2008-07-11 2010-09-29 Scambia Industrial Developments Aktiengesellschaft Wind-, Sicht- oder Lichtschutzelement
NL2014587A (en) * 2015-04-07 2016-10-12 Holland Gaas B V Greenhouse with netting system.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
RU2350706C1 (ru) Многоосная сшиваемая ткань для бумажного производства
JP4445689B2 (ja) 織機上の不可視のバーコードを備えたラベルの製造方法およびこの形式の方法によって製造されたラベル
ES2225766T3 (es) Estructura laminada para telas de maquinas papeleras.
US7325420B2 (en) Expandable knitted net
ES2252558T3 (es) Revestimiento de maquina papelera, especialmente fieltro de prensado, y procedimiento para fabricar dicho revestimiento de maquina papelera.
NL1023764C2 (nl) Insectwerend schermdoek en scherminrichting.
KR840000167B1 (ko) 개리 감삽구가 붙은 슬라이드 파스너.
NL1003304C2 (nl) Scherminrichting, constructieprofiel en doek daarvoor, en gebouw zoals kas waarin zulks is toegepast
NL1023708C2 (nl) Insect werend schermdoek en scherminrichting.
NL9200389A (nl) Inrichting voor het tegen weers- en zoninvloeden afschermen van een stuk teelgrond.
NL194168C (nl) Zeefband voor een papiermachine.
US5086822A (en) Arch treatment
NL1019229C2 (nl) Scherminrichting en productieproces.
NL1043950B1 (nl) Scherminrichting en kas waarin deze is toegepast
NL1015812C2 (nl) Schermdoek, productieproces daarvoor en scherminrichting.
US4510975A (en) Woven fringed textile product and a method for making said manufacturing product
KR20160001997U (ko) 일조량 반사구
NL1018025C2 (nl) Insectengaas.
US6308648B1 (en) Method of making lined fabric products with an open hem
KR101527414B1 (ko) 횡 방향 각도조절형 블라인드지 및 이를 이용한 블라인드
JP7038398B2 (ja) 無縫製袋土嚢及びその製法
KR102001649B1 (ko) 독립적으로 작동하면서 각각 투광부와 차광부, 또는 무늬부와 비무늬부를 갖는 롤블라인드 세트 및 롤블라인드 세트의 문양표현 방법
FR2685926A1 (fr) Procede de fabrication de bandes a froncer et a onduler a fixation par contact.
JP3209678B2 (ja) 三つ折り部をもつ縫製品およびその縫製方法
US6834518B1 (en) Knitting process for fabric curtain with trimming

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20130101