NL1021008C2 - Beugelslot. - Google Patents

Description

-1 -

Beugelslot.

De uitvinding heeft betrekking op een beugelslot, in het bijzonder een iangbeugelslot, met een sluitbeugel en b een slothuis, waarbij in pootopnemers de vrije pooteinden van de sluitbeugel kunnen worden gestoken, die door minstens één in het slothuis aangebrachte, verstelbaar gelegde, sluitgrendel in een ingrijpstand arreteerbaar zijn.

Dergelijke beugelsloten zijn in de praktijk bekend en 10 worden toegepast tegen het ongeoorloofd verwijderen van beweegbare objekten, zoals tweewielers en in het bij zonde: wel fietsen. Om een werkzaam middel tegen diefstal te vormen moeten deze beugelsloten een zo groot mogelijke weer stand bieden tegen een gewelddadig openen, dan wel zo lang lb mogelijk weerstand bieden tegen dergelijke pogingen daai-toe. Bij dergelijke beugelsloten, waarvan de sluitbeugel een grote breedte van de opening moet bezitten om vastmaken aan een stabiele kolom of dergelijke mogelijk te maken, zijn de pootopnemers zo dicht mogelijk bij de rand van het 20 slothuis aangebracht, zodat slechts een relatief geringe materiaaldikte beschikbaar is voor het op hun plaats vast -houden van de pooteinden.

De uitvinding heeft daarom tot doel een beugelslot van het hiervoor beschreven type zodanig uit te voeren, dat 2f zonder beperking van de breedte van de opening van d( sluitbeugel het uitspreiden van ae poten daarvan wordt bemoeilijkt .

Dit doel wordt bij een beugelslot van het hiervoor beschreven type bereikt, doordat binnen het slothuis een 3( plaat is aangebracht met twee co-axiaal ten opzichte van de pootopnemers gerichte plaatopnemers, waar de pooteinden doorheen steken in de door de sluitgrendel beveiligde ingrijpstand en dat de plaatopnemers de pooteinden in ae ingrijpstand spelingsvrij omvatten.

3! Dit beugelslot levert het voordeel op dat, volledig onafhankelijk van de stand van de pootopnemers in het slothuis en de wanddikte daarvan, een aanvullende trekontlas- 1021008 -2- tmg wordt verkregen die, onzichtbaar voor de buitenstaander, de belastbaarheid van het beugelslot vergroot. Tevens wordt door het spelingvrij omvatten van de pootein den een verandering van de stand van de pooteinden in de 5 pootopnemers tegengaan waardoor het kontakt tussen de siuitgrendel en de nokdelen van de pooteinden wordt verzekerd .

Verder is er in voorzien, dat de plaat binnen het slothuis op de van de pootopnemers afgekeerde zijde van ac 10 siuitgrendel is aangebracht. Deze uitvoering biedt het voordeel, dat het noodzakelijkerwijs buiten de siuitgrendel uitstekende deel van de pooteinden kan worden gebruikt om aangrijping van de plaat mogelijk te maken, waarbij de plaat in deze stand gelijktijdig een tretontlasting vormt 15 bij het uiterste einde van de pooteinden, daar waar de sluitbeugel ten gevolge van de konstruktie het meeste kan meegeven.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm wordt er in voor-zien, dat de plaat binnen het slothuis is aangebracht op de 20 naar de pootopnemers toe gekeerde zijde van de sluitgren del, zodat dus de plaat zich dicht bij de, de pootopnemers bezittende, zijde van het slothuis bevindt, wat overeenkomt met een vergroting van de effectieve dikte van deze zijwanc van het slothuis. Het is daarbij gunstig dat de plaat aar.

25 de randzijde U-profielen met naar binnen toe wijzende ope ningen bezit, daar deze U-profielen dan de gehele kopkant van het slothuis aanvullend kunnen beveiligen, zodat ar plaat dus behalve het vormen van een trekontlasting ook bescherming biedt tegen het zijdelings binnendringen in het 3 C slothuis.

In verband met een eenvoudiger, kostenbesparende opbouw van het beugelslot wordt er daarbij de voorkeur aan gegeven, dat de piaatopnemers elk in een poot van het U profiel zijn aangebracht, waarbij de poten vorm-passenc 3L aoor een trekstuk met elkaar zijn verbonden. Ter verhogmc van de belastbaarheid van het beugelslot wordt er daarbi'' in voorzien, dat de van de pootopnemers af gerichte poter.

< 0 po i .

_ 3 - van het U-profiel met het slothuis zijn verbonden, daar dit weer overeenkomt met een verhoging van de effectieve mate-riaaldikte van het slothuis.

Eveneens in de zin van een verhoging van de weer- 1 u 2 . ü 0 8 -4 - standskracht tegen openbreekpogingen dient het er toe at plaat uit metaal te vervaardigen, in het bijzonder uit staal.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm is er in voorzien, b dat binnen het slothuis een binnenhuis is aangebracht voor het in axiale richting op zijn plaats houden van de plaat. Voor het verstellen van de sluitgrendel is voorzien in eer. met een sleutel te bedienen sluitwerk, dat in het binnenhuis is gelagerd, wat ook gunstig is voor het op zijn 10 plaats houden van het sluitwerk.

Daar de plaat, dienende voor het beveiligen van de peten van de sluitbeugel tegen radiaal openspreiden daarvan, volledig onafhankelijk is van het slothuis en dus ook onafhankelijk kan worden vervaardigd, bestaat de mogelijkheid 15 de dikte van de plaat onafhankelijk van de wanddikte van het slothuis te kiezen. De dikte van de plaat kan dus over eenkomen met die van de wanddikte van het slothuis maar ook bestaat de mogelijkheid de dikte van de plaat groter te me Ken dan de wanddikte van het slothuis.

2C Gebleken is dat het voldoende is dat de breedte van ae plaat overeenkomt met de breedte van de doorsnede van de pooteinden, waarbij aan de plaateinden de plaatopnemers be zittende plaatschotels met grotere breedte zijn aangebracht. Dit heeft als resultaat dat de plaat niet over de 21 gehele afstand tussen de pooteinden een konstante breedtf moet bezitten. De breedte kan worden verminderd tot eer. waarde passend bij de breuksterkte van de plaatopnemers, waardoor materiaal en gewicht kan worden bespaard.

In de plaat is een in lengterichting lopende sleui 3C aangebracht voor het op zijn plaats houden van de plaat or een rib van het binnenhuis.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand var. uitvoeringsvoorbeelden getoond in de tekening, waarin:

Fig. 1 een "exploded-view" toont van een beugelslot; 31 Fig. 2 een doorsnede toont over het beugelslot zonder sluitbeugel ;

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont van het beu- i v- -5- gelslot van fig. 2;

Fig. 4 een beugelslot toont overeenkomstig figuur 2 met in de pootopnemers gestoken sluitbeugei;

Fig. 5 een perspectivisch aanzicht toont van het beu-5 gelslot van figuur 4;

Fig. 6 een ten opzichte van figuur 5 vereenvoudigd aanzicht toont van het inwendige van het slot door wegla ting van de onderdelen die het zicht daarop belemmeren;

Fig. 7 in perspectief een vereenvoudigd aanzicht 10 toont van het samenwerken van de sluitgrendel met de sluit -beugel;

Fig. 8 in perspectief een aanzicht toont van een pooteinde met de daarbij behorende pootopnemer van het slothuis voor het daarin plaatsen van het pooteinde; 15 Fig. 9 een aanzicht toont overeenkomstig figuur 8 na het aanbrengen van het pooteinde in de pootopnemer;

Fig. 10 een aanzicht toont overeenkomstig figuur 1 van een verdere uitvoeringsvorm;

Fig. 11 een perspectivisch aanzicht toont van het een-20 zij dig geopende slothuis; en

Fig. 12 een ten opzichte van figuur 11 vereenvoudigc aanzicht toont.

In figuur 1 is een beugelslot 1 getoond met een sluit -beugel 2, waarvan de afmetingen het beugelslot 1 als eer.

25 "langbeugelslot" kwalificeren. Dit beugelslot wordt toegepast voor het beveiligen van aan diefstal blootgestelde ob-jekten, in het bijzonder tweewielerc, zoals fietsen. Beha]-ve de sluitbeugei 2 omvat het slot 1 een slothuis 3, dat bij de in de tekening getoonde uitvoeringsvoorbeelden ï; 3( vervaardigd uit een vierkante buis uit metaal, zoals in het bijzonder staai. In het slothuis 2 zijn pootopnemers 4 gevormd, waarin de vrije pooteinden 5 van de sluitbeugei : kunnen worden gestoken. Aan de vrije pooteinden 5 zijn nok-delen 6 gevormd, die bij de in de tekening getoonde uitvoe-3! nngsvormen zijn aangebracht op de radiaal binnen liggende, naar elkaar toe gekeerde zijden van de poten van de sluitbeugei. Met deze nokdelen 6 werkt een sluitgrendel 7 samen, -6- die binnen het slothuis 3 is opgenomen en tussen een vrije stand en een ingrijpstand verstelbaar is. Voor de verste] ling van de sluitgrendel 7 dient een in het slothuis 3 aar. gebracht sluitwerk 8, dat door een sleutel kan worden be b diend en bijvoorbeeld wordt gevormd door een vijf-pennencilinder S. De sluitgrendel 7 is dubbel uitgevoerd voor he; samenwerken met elk van de nokdelen 6, en gevormd door een, met het sluitwerk 8 verbonden, meenemer 10 en een in de meenemer 10 aangebrachte grendelpen 11. De grendelpen 1] 10 bezit een rechthoekige vorm en dus platte zijvlakken waarvan er één, namelijk het van de insteekrichting van de sluitbeugel 2 afgekeerde zijvlak, als grendelvlak 12 fungeert. Dit grendelvlak 12 komt bij in de pootopnemer 4 ge stoken sluitbeugel 2 m het nokdeel 6 te liggen, dat daar -15 toe aan de naar het vrije einde van het pooteinde 5 toe ge richte zijde een radiaal verlopende zijwand 13 bezit als kontaktvlak voor het grendelvlak 12 van de grendelpen 13 als deel van de sluitgrendel 7. Door deze zuiver radiaal er. zonder helling lopende zijwand 13 wordt gewaarborgd dat bi' 2C krachtinwerking op de sluitbeugel 2, tegen de insteek- richting in, geen radiaal naar binnen toe werkende krachts komponenten worden opgewekt, die de sluitgrendel 7 uit de ingrijpstand naar de vrije stand trachten te brengen. De ïr. axiale richting van de pooteinden 5 van de, tegenover het 25 kontaktvlak liggende, zijwand 14 van het nokdeel 6 is eveneens radiaal gericht, wat het binnen dringen van de gren-deipen 11 tot aan de basis van het nokdeel 6 mogelijk maak; en het aanlegvlak tussen het kontaktvlak en het grendelvlak 12 maximaal maakt, dus de vlaktedruk reduceert.

3C De meenemer 10, die de grendelpen 11 draagt, is uitge voerd als een U-profiel 15 met een in de zijpoten 16 aange-orachte holte 17 voor de grendelpen 11. De meenemers 10 be zitten een co-axiaal ten opzichte van de bijbehorende pooi opnemer 4, lopende sleuf 18 voor de doorgang van de poot 35 einden 5, van welke sleuf de binnen liggende rand tangent; aal loopt ten opzichte van de grendelpen 11.

Zoals in het bijzonder blijkt uit de figuren 1 en 1C

-7- is in het slothuis 3 een binnenhuis 19 aangebracht, dat meerdere funkties heeft waaronder het geleiden van de mee-nemers 10 bij hun verstelling tussen de vrije en de in· grijpstand.

i: Zoals in het bijzonder blijkt uit de figuren 8 en 9 is in de pootopnemers 4 telkens een onder de kracht van een grendelveer 20 staande uitwerpplaat 21 aangebracht, waaraan een grendelorgaan 22 is toegevoegd. De meenemer 10 bezit een aanslagnok 23, die de radiale, in de richting van het 10 nokdeel 6 plaatsvindende, verstelling van de meenemer 10 blokkeert, zolang de uitwerpplaat met de grendelveer 20 niet door het in de pootopnemer gestoken pooteinde 5 wordt belast en de aanslagnok 23 tegen het grendelorgaan 22 aanligt. Voor het radiaal naar buiten toe verstellen van de 1 o meenemers 10 dienen sluitveren 24. Verder is binnen het slothuis 3 een torsieveer 36 aangebracht die steunt tegen het slothuis 3 en hoort bij een stelgrendel 25 van hei sluitwerk 8. De stelgrendel 25 is draaibaar om een as die evenwijdig loopt aan de pooteinden 5 en werkt samen met aan 20 de meenemers 10 gevormde stelhaken 25 om het openen van het beugelslot mogelijk te maken.

Uit de figuren 1 en 10 blijkt duidelijk dat binnen het slothuis 3 een plaat 27 aanwezig is met twee co-axiaal ten opzichte van de pootopnemers 4 gerichte plaatopnemers 28, 2!; waardoor heen de pooteinden 5 lopen in de door de sluit - grendel 7 beveiligde ingrijpstand. Bij deze in figuur 5 getoonde uitvoeringsvorm is de plaat 27 binnen het slothuis 3 aanqebracht op de van de pootopnemers 4 afgerichte zijde van de sluitgrendel 7, waarbij de plaatopnemers 28 de pooi 3c einden 5 in de ingrijpstand spelingsvrij omvatten, zodat de plaat 27 in principe een trekontlasting vormt, die een plaatsverandering van de pooteinden ten opzichte van elkaar in radiale richting bemoeilijkt, in het bijzonder een open-spreiding daarvan verhindert.

Bij het in ae figuren 10 tot 12 getoonde uitvoerings-voorbeeld is de plaat 27 dubbel uitgevoerd, waarbij naast de plaat 27, die is aangebracht op de van de pooteinden af- 10/1008 -8- gekeerde zijde van de sluitgrendel 7, een tweede plaat 27 aanwezig is, die is aangebracht op de naar de pootopnemers 4 gerichte zijde van de sluitgrendel 7. Deze plaat 27 bezi; aan de randen U-profielen 29 met naar binnen toe gerichte 5 openingen benevens een trekstuk 30, dat de poten van de U-profielen 29, waarin ook de plaatopnemers 28 zijn gevormd, passend met elkaar verbindt. De van de pootopnemer 4 afgekeerde poten van de U-profielen 29 zijn verbonden met het slothuis 3 waardoor zij aanvullend in hun stand worden ge -10 houden. Het binnenhuis 19 dient eveneens voor het in axiale richting vasthouden van de plaat 27, die bij voorkeur ui; metaal is vervaardigd.

Bij de in de tekening getoonde uitvoermgsvoorbeelden komt de dikte van de plaat 27 overeen met de wanddikte van 15 het slothuis 3, waarbij een voordeel van de gescheiden uit voering van de plaat 27 en het slothuis 3 is, dat de wane-dikte van de plaat 27 onafhankelijk van de wanddikte van het slothuis 3 kan worden gekozen en ook groter dan dezf kan zijn.

20 In de plaat 27 is een in lengterichting lopende sleu; 31 aangebracht zodat de plaat in zijn stand kan worden gehouden op een rib van het binnenhuis 19. Daarbij komt de breedte van de plaat 27 overeen met de breedte in dwars-richting van de pooteinden 5, die slechts bij de plaatein-25 den tot plaatschotels 32 zijn vergroot om de plaatopnemers 28 te kunnen vormen.

Behalve voor de trexontlasting biedt de van de U-profieien 29 voorziene plaat 27 het aanvullende voordeel van een versterking van het beugelslot 1 bij de kopkante; 3C van het slothuis 3.

In het nu volgende wordt in het kort de bediening var. het Joeugelslot 1 uiteengezet, uitgaande van de in de fiqu ren 2 en 8 getoonde toestand, waarbij de pooteinden 5 var. de sluitbeugel 2 zich boven de pootopnemers 4 bevinden. Dc 35 door de meenemers 10 en de grendelpennen 11 gevormde sluit grendels 7 bevinden zich in de vrije stand, waarbij de aan siagnok 23 van de meenemers 10 aanligt tegen het grendel - 9 - orgaan 22 van de uitwerpplaat 21, zodat de grendelpen 13 niet in de pootopnemer 4 kan worden versteld. Wanneer nu de pooteinden 5 in de insteekrichting in de pootopnemers 4 worden gebracht, dan worden de uitwerpplaten 21, tegen de 5 kracht van de grendelveren 20 in, naar beneden toe in de insteekrichting versteld en de grendelveren 20 gespannen. Zodra de aanslagnok 23 het kontakt met het grendelorgaan verliest, worden de meenemers 10, door de kracht van de sluitveren 24, radiaal naar buiten toe versteld, tot de 10 grendelpennen 11 in de nokdelen 6 grijpen. Door middel var. de torsieveer 36 wordt daarbij ook de stelgrendel 25 en daarmee de sleutel 33 naar die positie gedraaid, waarin hij uit de cilinder 9 kan worden getrokken.

Voor het openen van het beugelslot 1 wordt nu de sleu· 15 tel 23 in de cilinder 9 gestoken en gedraaid, waardoor ook de stelgrendel 25 wordt gedraaid en daarbij tegen de ste3 haken 26 aan komt te liggen en deze, en daarmee de meenemer 10, radiaal naar binnen toe verstelt. Hierdoor komt de grendelpen 11 buiten het nokdeel 6 te liggen en, zullen de 20 gespannen grendelveren 20 de uitwerpplaat 21 naar boven tof verstellen tegen de insteekrichting in, zodat het grende]-orgaan 22 opnieuw de aanslagnok 23 blokkeert en gelijktijdig de pooteinden 5 tegen de insteekrichting in worden verschoven. Hierdoor wordt eveneens het opnieuw binnen dringen 2E van de grendelpen 11 in het nokdeel 6 verhindert. De sluit, beugel 2 kan nu zonder meer van het slothuis 3 worden gescheiden, terwijl het niet mogelijk is de sleutel 33 uit dc cilinder 9 te trekken. Het beugelslot 1 kan dus nu slechtf worden gesloten wanneer ook de sleutel 33 voor het opnieuv, 30 openen ter beschikking staat.

conclusies

Claims (11)

1. Beuqelslot (2) , in het bijzonder een langbeugelslot, met een sluitbeugel (2) en een slothuis (3), waarbij in 5 pootopnemers (4) de vrije pooteinden (5) van de sluitbeugel (2) kunnen worden gestoken, die door minstens één in het slothuis (3) aangebrachte, verstelbaar geleiae, sluitgren-del (7) in een ingrijpstand arreteerbaar zijn, met het kenmerk, dat binnen het slothuis (3) een plaat (27) is aange-10 bracht met twee co-axiaal ten opzichte van de pootopnemers (4) gerichte plaatopnemers (28), waardoor heen de pooteinden (5) steken in de door de sluitgrendel (7) beveiligde ingrijpstand en dat de plaatopnemers (28) de pooteinden (5) in de ingrijpstand spelingsvrij omvatten.

2. Beugelslot volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de plaat (27) binnen het slothuis (3) op de van de pootop nemers (4) afgekeerde zijde van de sluitgrendel (7) is aangebracht .

3. Beuaelslot volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 20 dat de plaat (27) binnen het slothuis (3) is aangebracht op de naar de pootopnemers (4) toe gekeerde zijde van de sluitgrendel (7) .

4. Beuaelslot volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de plaat (27) aan de randzijde U-profielen (29) met naar 25 binnen toe wijzende openingen bezit.

5. Beugelslot volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de gegeven, dat de plaatopnemers (28) elk in een poot var. het U-profiel (29) zijn aangebracht, waarbij de poten vorm-passend aoor een trekstuk (30) met elkaar zijn verbonden. 30 £ . Beugelslot volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de van de pootopnemers (4) af gerichte poten van de U-profielen (29) met het slothuis (3) zijn verbonden.

7. Beugelslot volgens een der conclusies 2 tot 6, met het kenmerK, dat de plaat (27) dubbel is uitgevoerd. 35 s. Beugelslot volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat de plaat (27) uit metaal, in het bijzonaer staal is vervaardigd. Ί ü 2 1 0 0 8 -IDS'. Beugelslot volgens een der voorgaande conclusies 1 tot. 8, met het kenmerk, dat binnen het slothuis (3) een binnenhuis (19) is aangebracht voor het in axiale richting op zijn plaats houden van de plaat (27).

10. Beugelslot volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat voor het verstellen van de sluitgrendel (7) is voorzien in een met een sleutel te bedienen sluitwerk (8), dat in het binnenhuis (19) is gelagerd.

11. Beugelslot volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 10 10, met het kenmerk, dat de dikte van de plaat (27) over eenkomt met de wanddikte van het slothuis (3).

12. Beuqelslot volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 10, met het kenmerk dat de dikte van de plaat groter is dan de wanddikte van het slothuis (3).

13. Beugelslot volgens een der voorgaande conclusies 1-12, met het kenmerk, dat de breedte van de plaat (27) overeenkomt met de breedte van de doorsnede van de pooteinden (5), waarbij aan de plaateinden de plaatopnemers (28) bezittende plaatschotels met grotere breedte zijn aangebracht.

14. Beugelslot volgens een der conclusies 9 tot 13, met het kenmerk, dat in de plaat (27) een in lengterichting lopende sleuf (31) is aangebracht voor het op zijn plaats houden van de plaat op een rib van het binnenhuis (19) . i ..... ·' ...