NL1016622C2 - Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus. - Google Patents

Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus. Download PDF

Info

Publication number
NL1016622C2
NL1016622C2 NL1016622A NL1016622A NL1016622C2 NL 1016622 C2 NL1016622 C2 NL 1016622C2 NL 1016622 A NL1016622 A NL 1016622A NL 1016622 A NL1016622 A NL 1016622A NL 1016622 C2 NL1016622 C2 NL 1016622C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
eggs
hatching
incubator
batch
space
Prior art date
Application number
NL1016622A
Other languages
English (en)
Inventor
Henricus Gerardus Hermanus Pas
Original Assignee
Henricus Gerardus Hermanus Pas
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Henricus Gerardus Hermanus Pas filed Critical Henricus Gerardus Hermanus Pas
Priority to NL1016622A priority Critical patent/NL1016622C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1016622C2 publication Critical patent/NL1016622C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K41/00Incubators for poultry

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Accommodation For Nursing Or Treatment Tables (AREA)

Description

Korte aanduiding: Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus.
De uitvinding heeft betrekking op een broedmachine volgens de aanhef van conclusie 1, en op een werkwijze voor het gedurende een voorbroedcyclus broeden van eieren·volgens de aanhef van conclusie 12.
5 Een dergelijke broedmachine en werkwijze zijn bijvoorbeeld bekend uit LJS-A-3 147 738. Hierin wordt in fig. 15 een broedmachine getoond met een langwerpige broedruimte. Op één van de kopse zijden van de broedruimte zijn meerdere ventilatoren aangebracht. De broedruimte heeft in het midden een centrale loop- en inspectiegang 10 die begrensd wordt door canvas gordijnen. Aan weerszijden van de gang bevindt zich een broedkamer waarin plaats is voor 6 eierbroedwagens. Elke wagen omvat een groot aantal boven elkaar geplaatste eierladen. De wagens zijn met een zijde tegen het canvas gordijn geplaatst, en zijn aan de bovenzijde dicht. Als gevolg hiervan wordt een door de 15 ventilatoren afgegeven luchtstroom in beide broedkamers van voor naar achteren door de wagens gevoerd. De bekende machine wordt gebruikt voor een methode van het zogenaamde multi-stage broeden van eieren. Voor kippeneieren worden bij deze methode om de drie dagen de wagens met de oudste partij eieren, te weten 18 dagen voorgebroed, uit beide 20 broedkamers gehaald, de andere wagens een plaats opgeschoven, en twee nieuwe wagens met een verse partij eieren naar binnen gereden. De oudste partij eieren wordt overgelegd naar een uitkommachine. Tijdens het voorbroeden hebben kippeneieren gedurende de eerste 12 dagen van het voorbroeden warmte nodig, vanaf de 12e dag leveren zij een 25 duidelijk warmteoverschot. Door nu de luchtstroom in de broedkamers telkens van de oudste naar de jongste partij eieren te voeren, kan met deze methode van multi-stage broeden een voordelige warmtebalans worden bereikt.
Nadelig bij deze bekende broedmachine is dat het noodzakelijke 30 reinigen en ontsmetten van de beide broedkamers zeer omslachtig is. Hiervoor dienen namelijk telkens alle wagens uit de broedmachine gehaald te worden en na afloop weer teruggeplaatst. De wagens zelf kunnen hierbij niet grondig gereinigd worden omdat ze volgelegd zijn met eieren. De tijd die de eieren tijdens het reinigen buiten de 101 6622-* 2 broedmachine verblijven is zeer nadelig voor de kwaliteit van het broedproces. In de beschreven methode van multi-stage broeden levert het elke drie dagen opnieuw opschuiven van alle wagens een zeer nadelige extra werkbelasting. Dit mede gezien het klimaat in de 5 broedmachine, waarbij de broedtemperatuur van 37,8° Celsius en de hoge luchtvochtigheid een extra nadeel vormen.
Opgemerkt wordt dat de hierboven beschreven bekende broedmachine ook zou kunnen worden toegepast voor het op zich bekende single-stage broeden. Hieronder wordt verstaan dat een grote partij 10 eieren van gelijke leeftijd, herkomst en ras de gehele broedmachine vult. Zodra de hele partij eieren 18 dagen is voorgebroed wordt ze overgelegd naar een uitkommachine. Op dat moment bestaat de mogelijkheid om de gehele broedmachine te reinigen en te ontsmetten, voordat de broedkamers weer gevuld worden met een verse partij 15 eieren. Het grote nadeel van het single-stage broeden is het hoge energieverbruik. In de eerste helft van de voorbroedperiode moet veel warmte worden toegevoegd om de eieren op te warmen en op een bepaalde broedtemperatuur te handhaven, terwijl in de tweede helft sterk gekoeld moet worden. Hiervoor is in ieder geval een grote investering 20 in speciale koelapparatuur nodig, bijvoorbeeld een koudwater recirculatiesysteem met bijbehorende freon-koelcompresoren.
Het doel van de onderhavige uitvinding is een broedmachine en een werkwijze te verschaffen waarbij de bovengenoemde nadelen worden ondervangen. In het bijzonder heeft de uitvinding tot doel een 25 gebruiksvriendelijke broedmachine en werkwijze te verschaffen met een laag energieverbruik, zonder afbreuk te doen aan de heden ten dage geldende hoge hygiëne eisen.
Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt door een broedmachine volgens conclusie 1. Hierbij is de broedruimte ingericht 30 voor het daarin opnemen van twee door een tussengang van elkaar van elkaar gescheiden partijen eieren, waarbij broedluchtcirculatiemiddelen zijn voorzien die uitmonden in de tussengang. De tussengang wordt aan weerszijden begrensd door afdichtingswanden onder vrijlating van telkens ten minste één paar 35 tegenover elkaar liggende doorlaatopeningen voor elke partij eieren. Tijdens bedrijf wordt de door de circulatiemiddelen afgegeven broedlucht in twee afzonderlijke stromen vanuit de tussengang via de doorlaatopeningen over de respectieve partijen eieren gecirculeerd, weer opgevangen in de tussengang, aldaar gemengd en ten minste 40 gedeeltelijk weer langs beide partijen eieren gevoerd. De opstelling 101 66 2 2 ^ 3 i maakt een efficiënte verdeling van afgegeven broedlucht en een voordelige warmtebalans mogelijk, terwijl de mogelijkheid gecreëerd wordt om de broedruimte volledig of in delen grondig te reinigen zonder daarbij het voorbroedproces van een zich nog in de broedruimte 5 bevindende partij eieren noemenswaardig nadelig te beïnvloeden.
Vanuit de tussengang kan een goede schifting van de broedlucht in afzonderlijke stromen plaatsvinden, en tevens een voordelige menging van de afzonderlijke broedluchtstromen nadat deze over de eieren gecirculeerd zijn.
10 In een voorkeursuitvoering wordt de tussengang aan weerszijden begrensd door op elkaar aansluitende afdichtingswandsegmenten van eierbroedwagens. Elke eierbroedwagen is hiertoe aan ten minste één langszijde voorzien van een afdichtingswandsegment. Afzonderlijke permanente of semi-permanente afdichtingswanden zijn hierdoor niet 15 langer nodig in de broedruimte. Een partij eierbroedwagens kan hierdoor eenvoudig van de ene naar de andere kant van de broedruimte worden verplaatst. Hetgeen een in twee stappen volledig reinigen van de broedruimte mogelijk maakt. Ook wordt telkens nadat alle eierbroedwagens met afdichtingswandsegmenten uit de broedruimte 20 verwijderd zijn, direct een in hoofdzaak lege broedruimte verkregen, die eveneens eenvoudig en grondig gereinigd kan worden.
Met voordeel is elke eierbroedwagen aan beide langszijden voorzien van een afdichtingswandsegment. Dit verschaft de mogelijkheid om een partij eierbroedwagens van de ene naar de andere 25 kant van de broedruimte te verplaatsen zonder daarbij de eierbroedwagens telkens een slag te hoeven draaien.
De broedmachine is geschikt voor zowel multi-stage als single-stage broeden, maar leent zich in het bijzonder voor een nieuwe en inventieve werkwijze van broeden volgens conclusie 12, hierna twin-30 stage broeden genoemd. Hierbij worden twee partijen eieren met een tussentijd van een halve voorbroedcyclus aan weerszijden van de tussengang in de broedruimte gelegd. Op het moment dat de oudste partij eieren een overschot aan warmte produceert, kan dit overschot met voordeel worden gebruikt om de jongste partij eieren op te warmen 35 door menging van de gecirculeerde broedluchtstromen in de tussengang.
Hierdoor kan net als bij multi-stage broeden worden volstaan met relatief licht uitgevoerde broedluchtcirculatiemiddelen. Grote investeringen in speciale koelapparatuur kunnen achterwege blijven.
Wanneer de eerste partij eieren 18 dagen is voorgebroed, dan kan deze 40 partij uit de broedruimte verwijderd worden, en ten minste dat deel i n i β? p p^ o U f w L- 4 van de broedruimte volledig gereinigd en ontsmet worden. De jongere partij eieren kan vervolgens naar het gereinigde deel van de broedruimte worden overgebracht, zodat ook het resterende deel van de broedruimte kan worden gereinigd en ontsmet. Eerst daarna wordt in de 5 broedmachine weer een verse partij eieren gelegd. Aldus is het volgens de uitvinding mogelijk om, zonder noemenswaardige onderbreking van het broedproces, de broedruimte eenvoudig en grondig tweemaal per broedcyclus te reinigen en te ontsmetten. Dit alles bij een voordelige warmtebalans. De broedmachine volgens de uitvinding 10 combineert de voordelen van zowel het multi-stage als het single-stage broeden.
Verdere voorkeursuitvoeringvormen volgens de uitvinding zijn vastgelegd in de overige conclusies.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de 15 bijgaande tekening, waarin: fig. 1 een bovenaanzicht is van een broedmachine volgens de uitvinding; fig. 2 een aanzicht is volgens de lijn II-II in fig. 1; fig. 3 een aanzicht is volgens de lijn III-III in fig. 1; 20 fig. 4 een bovenaanzicht is van een variant van een broedmachine volgens de uitvinding; fig. 5 een aanzicht is volgens de lijn V-V in fig. 4; fig. 6 een aanzicht is in perspectief van een voorkeursuitvoeringsvorm met gedeeltelijk opengesneden behuizing; 25 fig. 7 een vooraanzicht is van fig. 6; fig. 8 een aanzicht is overeenkomstig fig. 7 waarbij tevens een luchtstroomverdeelluik is voorzien; en fig. 9 een schematisch aanzicht is van een 4 staps-reinigingsproces volgens de uitvinding.
30 De broedmachine in fig. 1-3 omvat een broedruimte 1 die is opgedeeld in een linker en een rechter broedkamer 3 resp. 4. In de broedkamers 3, 4 zijn meerdere eierbroedwagens 5 geplaatst. Elke wagen 5 omvat meerdere lades die zijn volgelegd met te broeden eieren. De wagens 5 kunnen via de voorzijde van elke broedkamer 3, 4 via open-35 slaande deuren 7 naar binnen worden gereden. De twee broedkamers 3, 4 zijn van elkaar gescheiden door een tussengang 10. De tussengang 10 is in langsrichting van de broedkamers 3, 4 gescheiden door luchtdichte afdichtingswanden 11. Voor het beheersen van optimale broedcondities, zoals temperatuur en luchtvochtigheid in de broedmachine zijn 40 broedluchtcirculatiemiddelen 8 voorzien die in het bijzonder gekoppeld 11016622 ' 5 zijn met niet getoonde verwarmings-, koel- en bevochtigingsmiddelen.
De circulatiemiddelen 8 zijn in het midden van de tussengang 10 opgesteld. Op elk kopse einde van de tussengang 10 bevindt zich een paar tegenover elkaar liggende doorlaatopeningen 12, 13 naar de zijdelings 5 liggende broedkamers 3, 4. Tussen elk paar doorlaatopeningen 12, 13 bevinden zich bedienbare luchtstroomverdeelmiddelen 14. Via de ver-deelmiddelen 14 kunnen de doorlaatopeningen 12, 13 en daarmee de tussengang 10 voor een instelbaar deel in open verbinding worden gebracht met de twee broedkamers 3, 4. In de getoonde uitvoeringsvorm 10 bestaan de verdeelmiddelen 14 uit twee scharnierbaar opgehangen luiken 15. Bij elke stand van de luiken 15 hoort een bepaalde verhouding tussen de open gelaten delen van de doorlaatopeningen 12, 13. Een groter open gelaten deel van de ene doorlaatopening betekent hierbij automatisch een kleiner open gelaten deel van de andere 15 doorlaatopening. In de met onderbroken lijnen weergegeven uiterste standen van de luiken 15 is hetzij de linker broedkamer 3, hetzij de rechter broedkamer 4 zelfs volledig afgesloten van de tussengang 10 en de andere broedkamer. Hierdoor is het met voordeel mogelijk om de ene broedkamer te reinigen, zonder het broedproces in de andere broedkamer 20 te hoeven verstoren. Ook is het mogelijk om slechts één van de broedkamers te gebruiken. Opgemerkt wordt dat de luchtstroomverdeelmiddelen ook achterwege gelaten kunnen worden.
Zoals duidelijk te zien in fig. 3 bestaan de circulatiemiddelen 8 uit een verticale ventilatiezuil 9 met meerdere boven elkaar 25 geplaatste ventilatoren. De ventilatiezuil 9 is verplaatsbaar opgesteld en kan derhalve uit de broedmachine verwijderd worden. Hierdoor kan de ventilatiezuil 9 eenvoudig onderhouden worden, terwijl ook de tussengang 10 in zijn geheel gereinigd en ontsmet kan worden.
De in de tussengang 10 opgestelde ventilatiezuil 9 zorgt voor een 30 goede circulatie en menging van de luchtstroom over de beide broedkamers 3, 4. De luchtstroom wordt hierbij met een bepaalde gewenste snelheid over de eieren gevoerd. Desgewenst wordt de luchtstroom verwarmd of gekoeld. De capaciteit van de ventilatiezuil 9 kan geregeld worden door het in- of uitschakelen van ventilatoren, of 35 door het aansturen van het vermogen van de ventilatoren. Zoals met pijlen aangegeven in fig. 1 en 3 is de ventilatiezuil 9 180° rondom zijn langshartlijn verdraaibaar. Hierdoor kan de richting van de door de ventilatoren afgegeven luchtstroom omgekeerd worden. Het is ook mogelijk om de draairichting van de ventilatoren zelf om te keren. Als 40 gevolg van de omkering van de luchtstroom kan een nog betere 101 662 2- 6 luchtcirculatie worden bereikt. Met behulp van de instelbare ver-deelmiddelen 14 is het mogelijk om met een en dezelfde ventilatiezuil 9 de afgegeven luchtstroom in twee gelijke of ongelijke delen op te splitsen en te verdelen over de beide broedkamers 3, 4. Dit is in het 5 bijzonder voordelig indien de partijen eieren in de respectieve broedkamers 3, 4 van ongelijke leeftijd zijn, omdat zij dan een verschillende warmtebehoefte hebben.
De hierboven beschreven broedmachine is in het bijzonder geschikt om te worden toegepast voor het in de inleiding genoemde 10 twin-stage broeden. Deze methode zal voor kippeneieren nader worden toegelicht. Bij de twin-stage methode wordt een partij eieren in één van de broedkamers 3 of 4 gelegd. De andere broedkamer wordt hierbij door een geschikte stand van de verdeelmiddelen 14 volledig afgesloten van de tussengang 10 en de reeds volgelegde broedkamer. Door het laten 15 circuleren van een verwarmde luchtstroom wordt de partij eieren binnen tien uur op een bepaalde temperatuur gebracht en daarop gehouden. Na negen dagen wordt in de andere broedkamer een nieuwe partij eieren gelegd. De verdeelmiddelen 14 worden dan zodanig ingesteld dat de luchtstroom zich op geschikte wijze over de beide broedkamers 3, 4 20 verdeeld. Ook de tweede partij eieren wordt binnen tien uur op een bepaalde temperatuur gebracht en gehouden. Zolang geen van beide partijen eieren ouder is dan veertien dagen hoeft niet de volledige ventilatiecapaciteit benut te worden. Eerst vanaf de veertiende dag is de warmteproductie bij de oudste partij zo groot dat een hogere lucht-25 snelheid gewenst is. Naarmate de eieren langer bebroed worden, zal er steeds meer sprake zijn van warmteoverschot. Het maximum hiervan wordt bereikt op de achttiende broeddag. De jongste partij eieren is dan echter pas negen dagen oud en dient nog warmte toegevoerd te krijgen. De jongste partij eieren kan aldus een groot gedeelte van het 30 warmteoverschot van de oudere partij eieren opnemen. Dit geeft ten opzichte van single-stage broeden een zeer positieve warmtebalans, waarbij het warmteoverschot tot een zodanig niveau kan worden teruggebracht dat in tegenstelling tot single-stage broeden geen dure extra koelmiddelen meer nodig zijn. Gebleken is dat het reeds volstaat om 35 extra water te gaan verdampen. Hiertoe hoeft slechts een meestal reeds aanwezige bevochtigingsinstallatie voor het beheersen van de luchtvochtigheid, extra water te vernevelen. Het verdampen van dit extra water onttrekt overtollig warmteoverschot aan de broedkamers. Op het moment van de extra verdamping zal er meer geventileerd moeten worden, 40 om het te hoog opgelopen vochtgehalte weer af te kunnen voeren. Op 1016622- 7 deze wijze kan zonder toepassing van een afzonderlijke dure koudwaterkoelinstallatie het warmteoverschot van de broedmachine eenvoudig afgevoerd worden.
Omdat tussen de veertiende en de achttiende dag van de oudste 5 partij eieren nog steeds sprake is van een klein warmteoverschot, is het volgens de uitvinding voordelig om meerdere stellen van twee van elkaar gescheiden broedkamers te voorzien. Door nu de luchtstromen van de meerdere stellen broedkamers via warmtewisselaars met elkaar in verbinding te brengen, kan een nog optimalere warmtebalans worden 10 bereikt. Indien bijvoorbeeld wordt uitgegaan van drie stellen van twee van elkaar gescheiden broedkamers, welke tezamen over zes broedkamers beschikken, kunnen partijen eieren met een bepaalde leeftijd als volgt in de stellen broedkamers worden neergelegd: eerste stel broedkamers achttien/negen dagen; tweede stel broedkamers vijftien/zes dagen; 15 derde stel broedkamers twaalf/drie dagen. Aldus hebben de twee broedkamers van elk stel negen dagen verschil in leeftijd. Met behulp van de warmtewisselaars kan nu een even optimale warmtebalans als bij multi-stage broeden volgens de stand van de techniek worden bereikt. Het grote voordeel hierbij is dat ten opzichte van het multi-stage 20 broeden volgens de stand van de techniek, niet alle eierbroedwagens om de drie dagen hoeven te worden verplaatst. Verder kan telkens een broedkamer grondig gereinigd en ontsmet worden zonder dat alle partijen eieren uit de broedmachine moeten worden verwijderd. Doordat bovendien telkens twee partijen eieren naast elkaar liggen met een 25 leeftijdsverschil van negen dagen, is de warmteoverdracht tussen deze twee partijen eieren efficiënter dan bij het bekende multi-stage broeden waar het leeftijdsverschil tussen naast elkaar liggende partijen eieren slechts drie dagen is. Door het combineren van meerdere stellen van twee van elkaar gescheiden broedkamers die via 30 warmtewisselaars met elkaar in verbinding staan is het verdampen van extra water zoals hierboven beschreven voor het opvangen van het warmteoverschot niet meer nodig. Omdat er dan tevens niet extra geventileerd hoeft te worden kan een hoger C02-gehalte in de broedkamers bereikt en gehandhaafd worden. Onderzoek heeft aangetoond 35 dat het broeden van eieren waarbij het C02-gehalte tijdens het voorbroeden een factor 2 hoger ligt dan normaal, betere en meer resistente kuikens zal ópleveren.
In fig. 4 en 5 is een variant van de broedmachine volgens de uitvinding getoond. Ook hier omvat de broedmachine een broedruimte 41 40 met twee broedkamers 43, 44. De in de broedkamers 43, 44 geplaatste 101BS22«i 8 eierbroedwagens 45 sluiten aan tegen de zijwanden van de broedkamers 43, 44 en zijn open in de richting van de tussen de broedkamers 43, 44 liggende tussengang 50 en in de richting van de bovenzijden van de broedkamers 43, 44. De tussengang 50 is in langsrichting voorzien van 5 twee tegenover elkaar liggende zich over de gehele lengte uitstrekkende doorlaatopeningen 52, 53. De circulatiemiddelen bestaan uit zes achter elkaar geplaatste ventilatoren 49 die boven de tussengang 50 in een kamer 51 zijn opgehangen. De verdeelmiddelen bestaan uit een in de tussengang 50 aangebracht luik 54, dat de 10 doorlaatopeningen 52, 53 elk voor een bepaald deel open kan laten of afsluiten. Getoond zijn twee uitvoeringsvormen van het luik 54a respectievelijk 54b. De eerste uitvoeringsvorm 54a betreft een aan de bodem scharnierbaar bevestigd luik. De tweede uitvoeringsvorm 54b betreft een luik dat in zijn geheel in een verticale stand in 15 horizontale richting heen en weer kan worden geschoven. Van elke uitvoeringsvorm zijn de twee uiterste standen van het luik weergegeven, namelijk een doorgetrokken lijn waarbij de rechter broedkamer 44 is afgesloten van de tussengang 50, en een onderbroken lijn waarin de linker broedkamer 43 is afgesloten van de tussengang 20 50. De kamer 51 bovenin de tussengang 50 waarin de ventilatoren 49 zijn opgehangen, is aan weerszijden voorzien van instelbare luiken 58 respectievelijk 59. Via deze luiken 58, 59 staat de kamer 51 in verbinding met boven de eierbroedwagens 45 open gelaten ruimtes 60, 61. Doordat de eierbroedwagens 45 naar boven toe open zijn, kan bij in 25 werking zijnde ventilatoren 49 een goede circulatie van de luchtstroom over de eieren plaatsvinden. Ook bij deze opstelling van circulatiemiddelen en verdeelmiddelen kan de luchtstroom in gelijke of ongelijke delen over de beide broedkamers worden verdeeld, en is het mogelijk om één van beide broedkamers volledig af te sluiten van de 30 andere.
Met voordeel kan het luik 54 tevens periodiek of continu zodanig heen en weer worden bewogen dat er een extra uitwisseling van lucht tussen de beide broedkamers 43, 44 gaat ontstaan. In die situatie zijn de luiken 58, 59 geheel geopend. De uitvoeringsvorm met het 35 scharnierbare luik 54a heeft hierbij als voordeel dat het luik 54a telkens in een schuine stand terecht komt waardoor de luchtstroom geleidelijker wordt afgebogen in de richting van een van de broedkamers 43, 44. Ook wordt bij de uitvoeringsvorm met het scharnierbare luik 54a, omdat een vernauwing van de tussengang naar beneden 40 optreedt, de druk van de neerwaartse luchtstroom het grootst bij de 101 8822”* 9 vloer. Dit is van voordeel voor de over de eieren te voeren luchtstroom.
Naast het hierboven behandelde twin-stage broeden kan de broedmachine volgens de uitvinding ook worden toegepast voor multi-stage en 5 single-stage broeden. Het komt erop neer dat de klant de mogelijkheid heeft om te kiezen uit drie verschillende voorbroedmethoden, waarvan de twin-stage methode volgens de uitvinding nieuw en zeer voordelig is. Indien multi-stage broeden wordt toegepast, kan de broedruimte 1 zoals getoond in fig. 1 zodanig worden ingelegd met partijen eieren, 10 dat twee achter elkaar liggende eierbroedwagens telkens van dezelfde leeftijd zijn, en de eierbroedwagens van links naar rechts gezien zes verschillende leeftijden hebben. Een geschikte opeenvolging van leeftijden is bijvoorbeeld van links naar rechts gezien: drie-negen-vijftien-zes-twaalf-achttien dagen. Het grote voordeel van deze 15 methode van multi-stage broeden met de broedmachine volgens de uitvinding is dat de eierbroedwagens niet om de drie dagen hoeven te worden verplaatst en dat naast elkaar liggende partijen eieren een groter leeftijdverschil hebben. Ook kan de luchtstroom naar wens over de twee broedkamers verdeeld worden, terwijl verder het omkeren van de 20 luchtstroomrichting en het periodiek of continu aandrijven van de luiken wederom een positief effect op het broedresultaat zullen hebben.
In fig. 6 en 7 omvat de broedmachine een langwerpige broedruimte 70 waarin twee partijen eierbroedwagens 71 zijn opgenomen. Van elke 25 partij wagens 71 is slechts één wagen 71 weergegeven. Elke wagen 71 omvat een op wielen geplaatste steunconstructie waarin meerdere lades met eieren kunnen worden geplaatst. De wagen 71 is aan beide langszijden voorzien van afdichtingswandsegmenten 72, die hier worden gevormd door luchtdichte beplatingen. De segmenten 72 van meerdere 30 achter elkaar geplaatste wagens 71 zijn bestemd om in hoofdzaak op elkaar aan te sluiten, en aldus één langwerpige afdichtingswand te vormen. Elke partij wagens 71 wordt tot dicht tegen een naastliggende zijwand 75 van de behuizing gereden. De breedte van de broedruimte 70 en de wagens 71 is hierbij zodanig dat een tussengang 77 wordt 35 vrijgelaten die aan weerszijden begrensd wordt door de segmenten 72. Indien alle wagens 71 uit de broedruimte verwijderd worden blijft een leeg vloeroppervlak over, dat snel en grondig gereinigd kan worden.
Ter plaatse van de gevormde of nog te vormen tussengang 77 is een balk met ventilatoren 78 opgehangen. De balk met ventilatoren 78 40 is hierbij in hoogte verstelbaar en kan desgewenst op gezette tijden 101 6622-^ 10 worden omgekeerd. De hoogte verstelbaarheid maakt het mogelijk om de balk, bijvoorbeeld tijdens reinigen, tot tegen het plafond te hijsen, en om wagens 71 snel van de ene naar de andere kant van de broedruimte te kunnen verrijden. Bij voorkeur worden de ventilatoren 78 tijdens 5 bedrijf op de halve hoogte van de wagen 71 gepositioneerd. Hierdoor wordt bereikt dat een afgegeven broedluchtstroom voor beide richtingen een gelijke weg moet afleggen, een in hoofdzaak evenredige luchtweerstand ondervind, en een in hoofdzaak gelijke circulatiesnelheid zal behouden.
10 Naast de afdichtingswandsegmenten 72 zijn de wagens 71 zodanig opengewerkt geconstrueerd, dat broedlucht daar in verticale richting goed doorheen kan circuleren. Tussen de segmenten 72 en de vloer resp. het plafond zijn doorlaatopeningen 80 resp. 81 vrijgelaten (zie fig.
7) . Een tijdens bedrijf door de ventilatoren 78 in de tussengang 77 15 naar beneden afgegeven broedluchtstroom zal zich splitsen in afzonderlijke deelstromen, en naar links en naar rechts via bijvoorbeeld de doorlaatopeningen 80 terechtkomen in de ruimte tussen de wielen van de wagens 71. Van daaruit zal elke deelstroom in verticale richting omhoog bijbuigen, en langs de betreffende partij 20 eieren circuleren. Vervolgens komen de deelstromen via de doorlaatopeningen 81 weer terug in de tussengang 77, alwaar zij zich met elkaar kunnen mengen en via de ventilatoren 78 opnieuw worden afgegeven.
Ook de in fig. 6 en 7 getoonde uitvoeringsvorm leent zich in het 25 bijzonder voor twin-stage broeden.
Indien de afgifterichting van de ventilatoren 78 omhoog gericht is, zullen de deelstromen in omgekeerde richting circuleren. Een omkeermechanisme 84 voor de balk met ventilatoren 78 is met voordeel gekoppeld aan de ophanging van de balk, en aan een keermechanisme 85 30 voor het periodiek keren van de eieren tijdens het voorbroedproces.
In fig. 8 is een variant getoond met een bedienbaar luchtstroomverdeelmiddel 90 dat hier wordt gevormd door een scharnierbaar opgehangen luik. Het luik laat de doorlaatopeningen 81 voor een instelbaar deel open cq dicht. Getoond is de situatie bij een 35 omhoog gerichte balk met ventilatoren 78, en een stand van het luik waarbij de gehele luchtstroom naar de linker partij eieren wordt afgebogen. In de praktijk kan het gebeuren dat de aanvoer van een verse partij eieren niet kan plaatsvinden. In dat geval kan het luik de totale broedluchtstroom naar één richting afbuigen en wel in de 40 richting van de nog in de broedruimte aanwezige partij eieren. De lege 101 66 2 2”* 11 ruimte dient dan bij voorkeur wel te worden opgevuld met lege van afdichtingswandsegmenten voorziene wagens om zo een tussengang te vormen. Aldus kan de capaciteit van de broedluchtcirculatiemiddelen met voordeel laag gehouden worden, in overeenstemming met de lage voor 5 twin-stage broeden benodigde capaciteit.
Met voordeel worden telkens twee broedmachines 91, 91' met hun achterkanten tegen elkaar opgesteld, waarbij daartussen toegangspoorten of wegneembare scheidingspanelen 92 zijn voorzien.
Voor twin-stage broeden maakt dit een reinigingsmethode mogelijk zoals 10 in vier stappen weergegeven in fig. 9.
Stap I: Op de 18® dag worden de wagens van de oudste partijen (18 dagen bebroed) via toegangsdeuren 93 één voor één uit de machines 91, 91' gereden. Daarnaast worden de poorten/panelen 92 geopend en worden de wagens van de resterende partijen (9 dagen bebroed) bij elkaar in 15 de machine 91 gebracht.
Stap II: De aldus ontstane lege machine 91' wordt gereinigd, waarna beide resterende partijen wagens (9 dagen bebroed) naar de zojuist gereinigde machine 91' worden overgebracht.
Stap III: Ook de hierdoor ontstane lege machine 91 wordt gereinigd, 20 waarna één van beide partijen wagens (9 dagen bebroed) weer wordt overgebracht naar de machine 91.
Stap IV: Beide machines 91, 91' zijn nu gereinigd en er kan worden overgegaan tot inlegging van nieuwe partijen eieren (0 dagen bebroed). De gebruiker heeft nu de mogelijkheid om twee maal per 25 voorbroedcyclus efficiënt te reinigen en desgewenst ontsmetten, zonder dat daartoe partijen eieren halverwege het broedproces tijdelijk buiten de geconditioneerde broedruimte van een broedmachine komen te staan. Door de broedmachines gelijktijdig in te leggen met verse partijen eieren, zullen ook telkens tegelijkertijd halve broedruimtes 30 leeg komen te staan.
Naast de getoonde uitvoeringsvormen zijn vele varianten en combinaties denkbaar, al dan niet voorzien van luchtstroomverdeelmiddelen.
Aldus verschaft de uitvinding een zeer voordelige broedmachine 35 waarmee bij een zeer lage energiebehoefte een zeer hygiënisch broedproces kan worden bereikt.
ιοί cc:i ·

Claims (15)

1. Broedmachine voor het gedurende een voorbroedcyclus broeden van eieren, omvattende: 5. een behuizing; - een in de behuizing voorziene broedruimte die is ingericht voor het daarin opnemen van twee partijen eieren onder vrijlating van een zich daartussen uitstrekkende tussengang, welke tussengang wordt begrensd door tegenover elkaar liggende afdichtingswanden; 10. broedluchtcirculatiemiddelen, met het kenmerk, dat de broedluchtcirculatiemiddelen zijn opgesteld voor het in bedrijf in de tussengang afgeven van broedlucht; de tussengang in verbinding staat met beide zich aan weerszijden 15 uitstrekkende partijen eieren via doorlaatopeningen; waarbij voor elke partij eieren ten minste één paar tegenover elkaar liggende doorlaatopeningen is voorzien voor het tijdens bedrijf in afzonderlijke broedluchtstromen langs elke partij eieren doen circuleren en vervolgens terugvoeren van de broedlucht naar de 20 tussengang.
2. Broedmachine volgens conclusie 1, verder omvattende eierbroedwagens die elk een steunconstructie voor het daarin in een broedstand opnemen van eieren of voor het daarin opnemen van lades 25 met daarin in een broedstand opgenomen eieren omvatten, waarbij de broedruimte is ingericht voor het daarin opnemen van twee partijen eierbroedwagens onder vrijlating van de zich daartussen uitstrekkende tussengang, met het kenmerk, dat 30 elke eierbroedwagen aan ten minste één langzijde voorzien is van een afdichtingswandsegment dat bestemd is om aan te sluiten op een afdichtingswandsegment van een eierbroedwagen uit dezelfde partij, zodanig dat bij twee in de broedruimte geplaatste partijen eierbroedwagens de tussengang aan weerszijden begrensd wordt door in 35 hoofdzaak op elkaar aansluitende afdichtingswandsegmenten van de eierbroedwagens.
3. Broedmachine volgens conclusie 2 of 3, waarbij de tussengang voorzien is van bedienbare luchtstroomverdeelmiddelen, via welke 40 verdeelmiddelen de tussengang voor een instelbaar deel in een open .1 Γ·· ^ verbinding kan worden gebracht met de twee partijen eieren, waarbij een in bedrijf door de broedluchtcirculatiemiddelen afgegeven luchtstroom afhankelijk van de ingestelde stand van de verdeelmiddelen over de beide partijen eieren verdeeld wordt. 5
4. Broedmachine volgens conclusie 3, waarbij de verdeelmiddelen voor elke partij eieren een stand hebben waarin zij de betreffende partij eieren volledig afsluiten van de tussengang en de andere partij eieren. 10
5. Broedmachine volgens conclusie 3 of 4, waarbij de verdeelmiddelen ten minste één luik omvatten welk luik in hoofdzaak tegenover elkaar liggende doorlaatopeningen naar beide partijen voor een bepaald deel openlaat c.q. afsluit, en het luik zodanig 15 instelbaar tussen de doorlaatopeningen ondersteund is, dat bij elke stand van het luik een bepaalde verhouding tussen de opengelaten delen van de doorlaatopeningen hoort, waarbij een groter opengelaten deel van de ene doorlaatopening een kleiner opengelaten deel van de andere doorlaatopening met zich mee brengt. 20
6. Broedmachine volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de broedluchtcirculatiemiddelen in de tussengang zijn opgesteld.
7. Broedmachine volgens conclusie 6, waarbij de 25 broedluchtcirculatiemiddelen in hoogte verstelbaar in de tussengang zijn opgehangen, in het bijzonder tot de halve hoogte van de broedruimte en/of eierbroedwagen.
8. Broedmachine volgens conclusie 6 of 7, waarbij de 30 broedluchtcirculatiemiddelen over de lengte van de tussengang verdeeld zijn, en waarbij de doorlaatopeningen zich in hoofdzaak aan de onder- en bovenzijde van de tussengang uitstrekken.
9. Broedmachine volgens conclusie 6, waarbij de 35 broedluchtcirculatiemiddelen over de hoogte van de tussengang verdeeld zijn, en waarbij de doorlaatopeningen zich in hoofdzaak aan de kopse einden van de tussengang uitstrekken.
10. Broedmachine volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij 1016022’ stuurmiddelen zijn voorzien voor het regelmatig omkeren van de afgifterichting van de broedluchtcirculatiemiddelen.
11. Samenstel van ten minste twee broedmachines volgens één van de 5 voorgaande conclusies, waarbij de broedmachines met hun achterwanden in hoofdzaak aansluitend op elkaar zijn geplaatst, welke achterwanden zijn voorzien van toegangspoorten of scheidingspanelen voor het van de ene naar de andere broedmachine overbrengen van een partij eieren.
12. Werkwijze voor het gedurende een voorbroedcyclus broeden van eieren, in het bijzonder met een broedmachine volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende de stappen: - het met tussenpozen in een broedruimte van een behuizing van een broedmachine plaatsen van een partij eieren; 15. het langs de eieren doen circuleren van door broedluchtcirculatiemiddelen afgegeven broedlucht; - het met tussenpozen uit de broedruimte verwijderen van een partij eieren die gedurende de voorbroedcyclus bebroed is, met het kenmerk, dat 20 telkens nadat een partij eieren in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus in de broedruimte aanwezig is, een tweede partij eieren in de broedruimte wordt gelegd, welke partijen eieren van elkaar gescheiden worden gehouden, waarbij de broedlucht in afzonderlijke broedluchtstromen over de partijen eieren gecirculeerd 25 worden, waarna de afzonderlijke broedluchtstromen met elkaar worden gemengd en opnieuw in afzonderlijke stromen over de partijen eieren worden gecirculeerd.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij telkens nadat een 30 voldoende lang bebroede partij eieren uit de broedruimte verwijderd is, ten minste dit deel van de broedruimte gereinigd wordt.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, waarbij telkens nadat een voldoende lang bebroede partij eieren uit de broedruimte verwijderd 35 is, tevens de andere partij eieren tijdelijk uit de broedruimte verwijderd wordt, en de gehele broedruimte gereinigd wordt.
15. Werkwijze volgens conclusie 14 met een samenstel volgens conclusie 11, waarbij de nog niet voldoende lang bebroede partij 40 eieren die tijdelijk uit de te reinigen broedruimte verwijderd wordt, 1. i ^ λ λ I u s 15 1 [ A ψ gedurende het reinigen in de broedruimte van de achterliggende broedmachine wordt ondergebracht. 101631.:,.. <
NL1016622A 2000-11-16 2000-11-16 Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus. NL1016622C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016622A NL1016622C2 (nl) 2000-11-16 2000-11-16 Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016622A NL1016622C2 (nl) 2000-11-16 2000-11-16 Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus.
NL1016622 2000-11-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016622C2 true NL1016622C2 (nl) 2002-05-17

Family

ID=19772398

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016622A NL1016622C2 (nl) 2000-11-16 2000-11-16 Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1016622C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN102098910A (zh) * 2008-06-18 2011-06-15 哈奇泰克集团私人有限公司 利用经过调节的气流处理例如待孵化蛋的产品的方法以及用于实施该方法的气候室
WO2013118154A1 (en) * 2012-02-09 2013-08-15 Bhi S.R.L. Incubator, particularly for the pharmaceutical industry, for treating products such as eggs, organic compounds, and the like

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE528538C (de) * 1930-08-02 1931-07-01 Wilhelm Hansen Brutapparat mit einem motorisch angetriebenen Ventilator
US3147738A (en) 1961-08-11 1964-09-08 Rockwood & Co Egg incubating tray with rack and pallet
US3820507A (en) * 1972-01-21 1974-06-28 Robbin Incubator Co Apparatus for incubating and hatching eggs

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE528538C (de) * 1930-08-02 1931-07-01 Wilhelm Hansen Brutapparat mit einem motorisch angetriebenen Ventilator
US3147738A (en) 1961-08-11 1964-09-08 Rockwood & Co Egg incubating tray with rack and pallet
US3820507A (en) * 1972-01-21 1974-06-28 Robbin Incubator Co Apparatus for incubating and hatching eggs

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN102098910A (zh) * 2008-06-18 2011-06-15 哈奇泰克集团私人有限公司 利用经过调节的气流处理例如待孵化蛋的产品的方法以及用于实施该方法的气候室
WO2013118154A1 (en) * 2012-02-09 2013-08-15 Bhi S.R.L. Incubator, particularly for the pharmaceutical industry, for treating products such as eggs, organic compounds, and the like

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2174081B1 (en) Heat exchanger, climate chamber provided with a heat exchanger and use of a climate chamber
US2257734A (en) Husbandry system
US3396703A (en) Poultry hatching apparatus
RU2531615C2 (ru) Климатическая камера, снабженная циркуляционной системой
US4480588A (en) Apparatus for raising poultry utilizing high density brooding
AU2010351631B2 (en) Accommodation for chicken
NL2019158B1 (nl) Container voor het in een pluimveestal laten uitkomen van voorgebroede eieren
KR20210090247A (ko) 곤충 사육 시설의 기후 구역의 온도 제어
US3941091A (en) Egg layer system
NL1016622C2 (nl) Broedmachine en werkwijze voor het broeden van twee partijen eieren met een leeftijdsverschil van in hoofdzaak een halve voorbroedcyclus.
US3948219A (en) Battery farming equipment
JPS585013B2 (ja) コウオンホジソウチ
US2264959A (en) Laying battery
US1262860A (en) Incubator.
EP1711050B1 (en) Method for holding poikilothermic poultry, and device for holding poikilothermic poultry
US4697548A (en) Device and method for keeping animals
DE3715735A1 (de) Kaefigbatterie fuer die gefluegelhaltung
NL1008719C2 (nl) Inrichting voor een pluimvee-stal en werkwijze voor het opfokken van pluimvee.
RU2795318C2 (ru) Контроль температуры климатической зоны фермы для разведения насекомых
FI90003C (fi) Anordning foer uppfoedning av faogelungar
NL2017456B1 (nl) Melkstal voor het melken van vee
NL1002007C1 (nl) Slachtkuiken-etagesysteem, waarvan de secties zijn voorzien van uitneembare, kantelbare laden die als bodemconstructie fungeren en worden gescheiden door een in hoogte beweegbare flexibele tussenwand.
SU33764A1 (ru) Инкубатор шкафного типа
US1850918A (en) Incubator
DE19721771C1 (de) Verfahren und Vorrichtung zur Vor- und Schlupfbrut von Eiern

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050601