NL1010134C2 - Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin. - Google Patents

Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin. Download PDF

Info

Publication number
NL1010134C2
NL1010134C2 NL1010134A NL1010134A NL1010134C2 NL 1010134 C2 NL1010134 C2 NL 1010134C2 NL 1010134 A NL1010134 A NL 1010134A NL 1010134 A NL1010134 A NL 1010134A NL 1010134 C2 NL1010134 C2 NL 1010134C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
greenhouse
air
heating
cooling
heat
Prior art date
Application number
NL1010134A
Other languages
English (en)
Inventor
Marcel Klootwijk
Dirk Steen
Original Assignee
Ingbureauhet Noorden B V
Kea Consult
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ingbureauhet Noorden B V, Kea Consult filed Critical Ingbureauhet Noorden B V
Priority to NL1010134A priority Critical patent/NL1010134C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1010134C2 publication Critical patent/NL1010134C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F28HEAT EXCHANGE IN GENERAL
    • F28DHEAT-EXCHANGE APPARATUS, NOT PROVIDED FOR IN ANOTHER SUBCLASS, IN WHICH THE HEAT-EXCHANGE MEDIA DO NOT COME INTO DIRECT CONTACT
    • F28D20/00Heat storage plants or apparatus in general; Regenerative heat-exchange apparatus not covered by groups F28D17/00 or F28D19/00
    • F28D20/0052Heat storage plants or apparatus in general; Regenerative heat-exchange apparatus not covered by groups F28D17/00 or F28D19/00 using the ground body or aquifers as heat storage medium
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/24Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
    • A01G9/246Air-conditioning systems
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E60/00Enabling technologies; Technologies with a potential or indirect contribution to GHG emissions mitigation
    • Y02E60/14Thermal energy storage

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Greenhouses (AREA)

Description

Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin
De onderhavige uitvinding betreft een kas en een werkwijze voor klimaatbeheersing in een dusdanige tuinbouwkas, waarbij de tuinbouwkas althans een transparant bouwwerk omvat.
5 Dergelijke kassen en werkwijzen voor klimaatbe heersing hierin zijn algemeen bekend, waarbij deze in hoofdzaak zijn gebaseerd op openheid en in hoge mate wordt vertrouwd op openstelling van de kas bij klimaatbeheersing hiervan.
10 Zo is het gebruikelijk bij een hogere dan gewenste temperatuur en/of een hogere dan gewenste luchtvochtigheid te ventileren door als kantelramen vormgegeven glaspanelen van het glazen bouwwerk open te zetten.
Zo is het zelfs gebruikelijk bij dag-nacht- en nacht-15 dagovergangen de temperatuur extra op te stoken om de vochtopnamecapaciteit van de lucht in de kas te verhogen en condensatie van het vocht in de lucht te voorkomen door vervolgens de extra warm en vochtig gemaakte lucht te ventileren.
20 Deze bekende tuinbouwkas en werkwijze voor klimaatbeheersing hiervan hebben als nadeel, dat hiermee niet alleen een hoge temperatuur en een hoge luchtvochtigheid worden verlaagd, maar tevens dat voor kweek en teelt benodigde stoffen, zoals een hoog C02~gehalte (dat 25 speciaal hiertoe wordt gewonnen uit bijv. afvoergas van een ketel) vrij weg kan stromen. Bovendien gaat het vocht in de kaslucht zelf ook verloren.
Met de uitvinding is beoogd de bovengenoemde problemen op te lossen, en hiertoe is een werkwijze voor 30 klimaatbeheersing verschaft, omvattende het koelen van een stroom vocht bevattende lucht uit de kas en het terug 1010134i 2 de kas invoeren van de stroom. Hierdoor wordt de temperatuur verlaagd en kan de kas gesloten blijven zonder behoefte aan ventilatie. Hiermee blijven ook voor de gewassen noodzakelijke stoffen, zoals C02, in de kas en stromen 5 niet vrij weg. De ketel, waarvan het afvoergas gebruikt kan worden om het C02-gehalte in de kas op peil te houden en eigenlijk een onderdeel vormt van het verwarmingssys-teem van de kas, kan uitblijven, waarmee brandstofgas voor de ketel wordt bespaard.
10 In een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwij ze omvat deze het koelen van de lucht tot onder de dauw-punttemperatuur hiervan en het onttrekken en afvoeren van vocht. Derhalve wordt niet slechts de vochtopnamecapaci-teit van de lucht verlaagd, maar wordt actief vocht aan 15 dè lucht onttrokken, hetgeen een verdere verbetering van de doeltreffendheid van de werkwijze oplevert. Bovendien kan in een voorkeursuitvoeringsvorm dan de werkwijze omvatten het hergebruiken van het afgevoerde vocht in een waterhuishoudingsinrichting, zoals een sproei-installatie 20 van de kas.
In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het aan een verwarming van de kas, zoals een luchtcirculatie en hiermee vochtverdamping door de planten bevorderende verwarming op lage temperatuur, 25 toevoeren van de aan de lucht onttrokken warmte. De aan de lucht onttrokken warmte wordt zo op gunstige wijze ingezet bij de warmtehuishouding van de kas en gaat niet verloren, zodat wederom brandstof kan worden bespaard. In het bijzonder de verwarming op lage temperatuur is zo van 30 warmte te voorzien, waartoe de ketel niet in werking gesteld hoeft te worden. Deze verwarming op lage temperatuur bevordert luchtcirculatie en derhalve vochtverdamping aan de bladoppervlakken van de planten, hetgeen groei ten goede komt. Als aanvulling of als alternatief 35 kan de aan de lucht onttrokken warmte in een buffer warden opgeslagen.
In een verdere uitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder het voor terugvoer van de stroom de tuin- 1 01 013/1 ' 3 bouwkas in verwarmen van de lucht. Dit zal in het bijzonder noodzakelijk zijn, wanneer de buitentemperatuur laag is, zoals in de winter. Hierbij dient de luchtvochtigheid tevens laag gehouden te worden, bij voorkeur nadat der-5 halve de stroom tot onder de dauwpunttemperatuur van de lucht is afgekoeld geweest.
Zoals hiervoor is vermeld omvat de onderhavige uitvinding tevens een tuinbouwkas zelf met voorzieningen om de werkwijze ten uitvoer te brengen. De onderhavige 10 uitvinding zal nader worden beschreven aan de hand van de hierna volgende figuurbeschrijving, die is opgesteld in samenhang met de bijgevoegde figuren, waarin: fig. 1 een schematisch aanzicht toont van een verwezenlijking van de werkwijze in een tuinbouwkas 15 volgens de onderhavige uitvinding in zomerbedrijf; fig. 2 een met fig. 1 overeenkomstig aanzicht in winterbedrijf; fig. 3 een schematisch aanzicht toont van een in de tuinbouwkas van fig. 1 en 2 toegepaste luchtbehan-20 delingskast; fig. 4 en 5 afzonderlijke uitvoeringsvormen tonen van in de tuinbouwkas en de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding toegepaste aangedreven warmtepompen ; en 25 fig. 6 een geïntegreerde uitvoeringsvorm.
De in fig. 1 getoonde kas 1 omvat een schematisch weergegeven glazen bouwwerk, waarin een luchtbehan-delingskast 2 is geplaatst als onderdeel van een totaalsysteem, dat verder een leidingstelsel, alsmede een 30 warmtepomp 3, een verwarmingsketel 5, warmtewisselaars 6 en 7 en aquifers 8 en 9. Verder is een niet nader weergegeven regelsysteem aangebracht.
De luchtbehandelingskast 2 speelt een rol in de kas volgens de onderhavige uitvinding. Een stroom lucht, 35 schematisch weergegeven als luchtcirculatie 11, wordt in de luchtbehandelingskast 2 gekoeld tot een temperatuur onder het dauwpunt hiervan. Hierdoor condenseert waterdamp in de luchtbehandelingskast 2, waarbij het aan de
- ·' 1 M
4 luchtcirculatie 11 onttrokken vocht via afvoer 14 naar reservoir 13 wordt geleid. Het reservoir 13 dient als opslagbekken van water voor vochthuishoudingsinstalla-ties, zoals de hier getoonde sproei-installatie 15, 5 eventueel na het toevoegen van meststoffen o.i.d.
In het leidingstelsel zijn een koelcircuit 16, een verwarmingscircuit 17 en een buffercircuit 18 te onderscheiden. Het koelcircuit 16 verbindt de luchtbehan-delingskast 2, de warmtepomp 3 en de bij de koude bron 10 aquifer 9 behorende warmtewisselaar 7. Daarentegen verbindt het verwarmingscircuit 17 de luchtbehandelingskast 2, de warmtepomp 3 en de bij de warme bron aquifer 8 behorende warmtewisselaar 6, waarbij in dit circuit 17 tevens de ketel 5 en verwarmingsbuizen 10 in de kas l 15 zijn opgenomen. Het buffercircuit 18 verbindt de warme bron aquifer 8 met de koude bron aquifer 9 via de warmtewisselaars 6 en 7. Het verwarmingscircuit 17 loopt van de luchtbehandelingskast 2, tevens parallel naar de warmtepomp 3 voor voorverwarming van het verwarmingswater met 20 aan het koelcircuit 16 met behulp van de warmtepomp 3 onttrokken warmte. Vervolgens voert het verwarmingscircuit 17 naar de ketel 5, waar de temperatuur van het verwarmingswater verder wordt opgevoerd en door de verwarmingsbuizen 10 in de kas 1 wordt gestuwd, waarna de 25 kringloop van het verwarmingscircuit 17 wordt gesloten bij de luchtbehandelingskast. Tussen de warmtepomp 3 en de ketel 5 is bij een driewegklep een terugkoppeling aangebracht via de warmtewisselaar 6 om warmte af te staan aan de warme bron aquifer 8 terug naar de ingangs-30 zijde van de warmtepomp 3. De temperatuur van het door de ketel 5 verwarmde verwarmingswater, dat door de verwarmingsbuizen 10 heen stroomt, is bijv. tussen 35 en 60'C, bijv. ten behoeve van een laag temperatuurverwarmingsnet waarmee verdamping wordt bevorderd en groei van de plan-35 ten in de kas wordt gestimuleerd. Uit de verbrandingsgassen van de ketel kan C02 worden onttrokken om dit vrij te laten in het milieu van de kas 1, hetgeen tevens bevorderlijk is voor de groei van de planten hierin. Ook is de 5 warmtepomp 3 in de hier getoonde uitvoeringsvorm voorzien van een aandrijving 4, die C02 bevattend verbrandingsgas genereert. Ook dit C02 kan in de richting van pijl 12 de kas 1 in worden gevoerd.
5 Met het koelcircuit 16 wordt de temperatuur van de luchtstroom van de luchtcirculatie 11 in de luchtbe-handelingskast 2 tot een lagere waarde dan het dauwpunt van de vochtige lucht gebracht. Hiertoe staat van de luchtbehandelingskast 2 wegstromend vloeistof in dit 10 koelcircuit 16 eerst via warmtewisselaar 7 warmte af aan het buffercircuit 18 en in het bijzonder de warme bron aquifer 8, en wordt vervolgens door de warmtepomp 3 heen gestuurd waar, zoals hierboven is beschreven, warmte aan het verwarmingscircuit 17 wordt overgedragen. Hierna 15 bëreikt de koelvloeistof op een geschikte lage temperatuur de luchtbehandelingskast om in een segment hierin de temperatuur tot onder het dauwpunt van de vochtige lucht te brengen. Overigens wordt de stroom lucht door de luchtbehandelingskast 2 nog enigszins opgewarmd, doch 20 niet bevochtigd, voordat deze weer in het interieur van de kas 1 wordt vrijgegeven. Dit is onder andere om hoge temperatuurverschillen te voorkomen. Zeer koude luchtstroom uit de luchtbehandelingskast kan nadelig zijn voor gewas in de nabijheid van de kastuitvoer. Dit is bewerk-25 stelligd door middel van een aansluiting op het verwarmingscircuit 17 van de luchtbehandelingskast 2 op een plaats in het verwarmingscircuit 17 achter de verwarmingsbuizen 10, waarbij derhalve gebruik wordt gemaakt van restwarmte in het verwarmingswater.
30 De luchtcirculatie 11 in het interieur van de kas 1 stijgt in temperatuur door invloeden van de zon en het verwarmingsnet naast van de luchtbehandelingskast en derhalve de vochtopnamecapaciteit hiervan en neemt als zodanig het door de planten in de kas l groeibevorderend 35 verdampte vocht op, om dit vervolgens weer af te staan in de luchtbehandelingskast. In fig. 2 is het systeem van fig. 1 getoond in winterbedrijf.
1 3 1 1 6
Ook hier wordt de kaslucht gekoeld tot een lagere temperatuur dan het dauwpunt om waterdamp te verwijderen en wordt dit ook in de luchtbehandelingskast 2 opgewarmd om bij te dragen aan verwarming, die voor het 5 overige wordt bewerkstelligd door middel van de warmtepomp 3, de ketel 5 en de verwarmingsbuizen 10 in het verwarmingscircuit. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van van de verwarmingsbuizen 10 afkomstig verwarmingswater, dat derhalve reeds een groot deel van de van de ketel 5 10 verkregen warmte hierin via de verwarmingsbuizen 10 aan de kas 1 heeft afgestaan. Op deze wijze wordt ook het rendement van het verwarmingscircuit 17 verhoogd.
Het verwarmingscircuit 17 wordt voor de ketel ook hier voorverwarmd door middel van de warmtepomp 3, 15 die hiertoe warmte onttrekt uit het koelcircuit 16.
Het koelcircuit 16 is ook hier gekoppeld met de bij de koude bron aquifer 9 behorende warmtewisselaar 7, waarbij de stroming in het buffercircuit 18 loopt van de warme bron aquifer 8 naar de koude bron aquifer 9. Der-20 halve wordt ten behoeve van een hoger rendement van de warmtepomp koelvloeistof in het koelcircuit 16 voorverwarmd, voordat het de warmtepomp 3 bereikt, waarbij aan deze stroom van de luchtbehandelingskast 2 afkomstige koelvloeistof wordt toegevoegd. Verder is er een terug-25 koppeling in de stroomrichting van achter de warmtepomp naar de ingang van de warmtewisselaar 7. Zo kunnen aquifer 7 en de warmtepomp 3 afzonderlijk en gezamenlijk warmtebronnen voor de warmtepomp vormen.
In een met fig. 1 overeenkomstige configuratie 30 zou het verwarmingscircuit 17 tevens door de bij de warme bron aquifer 8 behorende warmtewisselaar 6 lopen. Echter, als er in de zomer zoveel gekoeld wordt, dat er een overschot aan warmte in de bodem ontstaat, waarbij dit overschot niet wordt gebruikt voor verwarming van de kas 35 l in de winter, kan, zoals in fig. 2 is getoond, een koeltoren 19 worden aangesloten op de bij de warme bron aquifer 8 behorende warmtewisselaar 6. Op deze wijze kan de overtollige warmte in de winter worden afgevoerd. Een V- 7 dusdanige koeltoren 19 wordt alleen toegepast als de kas 1 vrijwel volledig gesloten is en in de zomer nagenoeg niet meer geventileerd wordt, waarbij alle warmte, die is onttrokken door de luchtbehandelingskast 2, moet worden 5 afgevoerd en opgeslagen in de warme bron aquifer 8. Bij voorkeur is voorzien in de mogelijkheid de warmtewisselaar 6 danwel te koppelen met de koeltoren 19, danwel te koppelen met het verwarmingscircuit 17, al naar gelang de behoefte.
10 In fig. 3 is een schematische weergave getoond van een luchtbehandelingskast 2, zoals deze wordt toegepast in de in fig. 1 en 2 getoonde configuraties. De luchtbehandelingskast 2 omvat een ventilator 20, die een luchtstroom door een lucht-lucht warmtewisselaar 21 met 15 symbolisch bij 22 aangeduide druppelvanger heen stuwt. De stroom lucht wordt vervolgens door een lucht-koelmedium warmtewisselaar 23 gevoerd, die eveneens een symbolisch met 24 aangeduide druppelvanger omvat. De lucht-koelmedi-umwarmtewisselaar 23 is verbonden met het in de fig. 1 en 20 2 getoonde koelcircuit 16. De stroom lucht is hierbij in de lucht-lucht warmtewisselaar 21 en in de lucht-koelmedium warmtewisselaar 23 van vocht ontdaan, waarbij de hoeveelheid vocht in de lucht van de stroom, die de lucht-koelmedium warmtewisselaar 23 verlaat, zeer laag 25 is. Deze stroom wordt vervolgens door de lucht-lucht warmtewisselaar 21 heen gevoerd om de van de ventilator 20 afkomstige invoerstroom te koelen. Hierbij wordt de van de lucht-koelmedium warmtewisselaar 23 afkomstige lucht enigszins opgewarmd, hetgeen wordt voortgezet in de 30 lucht-verwarmingsmedium warmtewisselaar 25 tot een gewenste temperatuur waarmee de relatieve luchtvochtigheid daalt. Dit kan in zomerbedrijf bij benadering 15-20eC zijn, terwijl in winterbedrijf een temperatuur van bij benadering 20-25*C wenselijk is. Deze uitstroomtempera-35 tuur is te beïnvloeden door beheersing van de temperatuur van het verwarmingsmedium, dat naar de lucht-verwarmingsmedium warmtewisselaar 25 stroomt. Deze is dan ook gekoppeld met het verwarmingscircuit 17. De mate, waarin vocht 1 n i o i 3 & 8 wordt onttrokken aan de stroom lucht in de lucht-koelme-dium warmtewisselaar 23 (verbonden met het koelcircuit 16) , is instelbaar door de temperatuur en de volumestroom te beheersen van het koelmedium, dat naar -de lucht-koel-5 medium warmtewisselaar 23 stroomt. Dit zijn voor de vakman bekende en eenvoudig te verwezenlijken beheer-singsprocessen.
Fig. 3 toont een vrij uitgebreide variant van de luchtbehandelingskast 2. Zo is het, afhankelijk van 10 omstandigheden een gewenste werking, mogelijk om gebruik te maken van de lucht-koelmedium warmtewisselaar 23 zonder, of met één van beide andere componenten. In het bijzonder de lucht-lucht warmtewisselaar 21 is volumineus en door het achterwege laten hiervan kan een forse ruim-15 tebesparing worden bewerkstelligd.
De luchtbehandelingskast 2 is in zowel fig. 1 als fig. 2 geplaatst in het binnenste van de kas 1. Dit is wellicht in verband met een efficiënt oppervlakgebruik in de kas l ongewenst. De luchtbehandelingskast 2 kan 20 tevens buiten de kas 1 worden geplaatst, waarbij kanalen en luchtstroomgeleiders het binnenste van de kas 1 verbinden met de luchtbehandelingskast 2.
In fig. 4 is een schematische weergave van een warmtepomp 3 getoond. De pijlen in fig. 4 zijn een aan-25 duiding voor de richting van het warmtetransport, waarbij door de warmtepomp 3 aan de rechterzijde 26 warmte wordt onttrokken en aan de linkerzijde 27 van de warmtepomp 3 warmte wordt toegevoegd aan specifiek hiertoe bedoelde media. In de figuren 1 en 2 betreft het media van resp.
30 het koelcircuit 16 en het verwarmingscircuit 17.
Als eigenlijke warmtepomp 28 kan van verscheidene, op zich bekende soorten warmtepompen gebruik worden gemaakt, zoals een direct gasgestookte absorptiewarmte-pomp, een indirecte absorptiewarmtepomp, die wordt aange-35 dreven door warmte uit de ketel of een andere component, een compressiewarmtepomp, die wordt aangedreven met een gasmotor, waarbij warmte wordt gewonnen op het koelcircuit van de gasmotor, een elektrische warmtepomp, die 9 functioneert op aan het lichtnet te onttrekken elektriciteit of zelfs een elektrische warmtepomp in combinatie met een warmte-krachtkoppeling, die kan zijn voorzien van rookgasreiniging. Het soort toepasbare warmtepomp hangt 5 derhalve direct samen met de aandrijving 4 hiervan, waarbij de aandrijving 4 een gasgestookte installatie kan zijn, die op zich na eventuele reiniging van de rookgassen kan bijdragen aan het C02-gehalte in de kas 1.
In fig. 5 is een uitvoeringsvorm van de warmte-10 pomp 3 getoond, waarin gebruik wordt gemaakt van zowel een absorptiewarmtepomp 29, als een compressiewarmtepomp 30. Beide worden aangedreven met behulp van een gasmotor 31, waarvan de rookgassen na een behandeling door een rookgasreiniger 32 met een hoog C02-gehalte de kas 1 in 15 worden afgevoerd. De gasmotor 31 draait op aardgas, waarvan toevoer symbolisch is aangeduid met pijl 33.
De absorptiewarmtepomp 29 werkt op van de gasmotor 31 afkomstige warmte, hetgeen symbolisch is aangeduid met pijl 36, terwijl de compressiewarmtepomp 30 20 wordt aangedreven door een elektromotor 35, die van met pijl 37 aangeduide elektriciteit wordt voorzien door een generator 34, die is aangesloten op de gasmotor.
Fig. 6 toont een hybride uitvoeringsvorm, waarin de warmtepomp 3 en de aandrijving 4 hiervoor een 25 eenheid vormen met de luchtbehandelingskast 2. Een dergelijke constructie is vrij plaatsbaar, staand of opgehangen, in de ruimte van de kas. Wel dient hiertoe een gasleiding of andere energievoorziening naar de aandrijving 4 voor de warmtepomp 3 te worden aangelegd. Dit is 30 symbolisch aangeduid met pijl 38. '
De luchtbehandelingskast 2 is hier bijv. vormgegeven als een lucht-lucht warmtewisselaar met druppel-vanger, waarbij de afvoer van water, dat met de druppel-vanger is verkregen, symbolisch is aangeduid met pijl 39. 35 Verder is de warmtepomp 3 op de hier getoonde wijze met het verwarmingscircuit 17, waarin zich ook de ketel bevindt, gekoppeld om koeling van de luchtstroom 11 te bewerkstelligen.
10
Een dusdanige combinatie van de luchtbehande-lingskast 2 en de warmtepomp 3 met een aandrijving 4 hiervoor heeft als voordeel, dat deze op voorhand als vrij (ver)plaatsbare eenheid kan worden vervaardigd voor 5 daadwerkelijke plaatsing hiervan en zonder rekening te houden met specifieke omstandigheden op een plaats van gebruik. Een dergelijke configuratie is derhalve ook geschikt voor serieproductie.
Van voordeel in de in fig. 6 getoonde uitvoe-10 ringsvorm is, dat hiermee een aanzienlijke vereenvoudiging is bewerkstelligd, doordat verbindingen tussen de luchtbehandelingskast en de warmtepomp uiterst kort zijn.
Het zal voor een vakman duidelijk zijn, dat binnen het kader van de beschermingsomvang, zoals gedefi-15 nieerd in de bijgevoegde conclusies, verschillende andere uitvoeringsvormen van de werkwijze en de kas volgens de onderhavige uitvinding mogelijk zijn. Zo kunnen andere warmtepompen worden gebruikt dan die, welke hier zijn beschreven en is de luchtbehandelingskast 2 op veel 20 verscheidene manieren vorm te geven of is het mogelijk, dat een bodemkoeling of matraskoeling voor teelt van bijv. fresia t.b.v. knolvorming met de warmtepomp wordt verbonden. Ook is de plaatsing van de verscheidene elementen variabel, te weten binnen of buiten de kas l en 25 kunnen meerdere luchtbehandelingskasten in een enkele kas worden geplaatst op de grond, zoals in fig. 1 en 2, of opgehangen om tochtwerking te verbeteren. Wel dient hierbij rekening gehouden te worden met lichtinval. Ook kunnen de hiervoor in de uitvoeringsvormen beschreven 30 aquifers door soortgelijke installaties worden vervangen of zelfs achterwege worden gelaten. De hiermee samenhangende besparing op het gebruik van de ketel blijft in het laatste geval echter achterwege. Ook is het mogelijk besturing en beheersing van de werkwijze in de kas vol-35 gens de onderhavige uitvinding met behulp van een kli-maatcomputer te verwezenlijken, waarin dan bijvoorbeeld ook besturing van de warmtepomp en de ketel is gerealiseerd danwel direct in de klimaatcomputer danwel d.m.v.
1 0 ] iil 3 i 11 een met de uitgang van de klimaatcomputer verbonden en de hierdoor gegenereerde signalen gebruikende afzonderlijke computer. Als alternatief kunnen voor de afzonderlijke componenten afzonderlijke besturingen worden voorzien.
5 Als alternatief voor de boven beschreven aquifers kunnen buffertanks worden toegepast, bijv. wanneer de kosten voor het aanleggen van een aquifersysteem als te hoog worden ingeschat. Bovendien is voor het aanleggen van deze aquifers een hoge mate van expertise en apparatuur 10 vereist en dienen de benodigde vergunningen te worden verkregen. Een buffertank kan dit probleem oplossen, doch zonder het bij de aquifers behorende rendement te verwezenlijken. In een dusdanig geval zou geen seizoensopslag van koude plaatsvinden. Zoals hierboven reeds vermeld, 15 kan ook worden afgezien van het gebruik van aquifers of buffertanks, waarbij dan wel voorzieningen, zoals een koeltoren of luchtkoeler als optie de voorkeur verdient om in het zomerbedrijf aan de lucht in de kas onttrokken warmte, voorzover deze overtollig is, af te kunnen voe-20 ren.
i

Claims (17)

1. Werkwijze voor klimaatbeheersing in een tuinbouwkas, omvattende: het koelen van een stroom vocht bevattende lucht uit de kas; het terug de kas in voeren 5 van de stroom.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, verder omvattende het koelen van de lucht tot onder de dauwpunttempe-ratuur hiervan en het onttrekken en afvoeren van het vocht.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, verder omvat tende het hergebruiken van het afgevoerde vocht in een waterhuishoudingsinrichting, zoals een sproei-installa-tie, van de kas.
4. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, 15 verder omvattende het aan een verwarming van de kas, zoals een hoofdverwarming of een luchtcirculatie en hiermee vochtverdamping door de planten bevorderende verwarming op lage temperatuur, toevoeren van de aan de lucht onttrokken warmte.
5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende het in een warmtebuffer opslaan van de aan de lucht onttrokken warmte.
6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies 2-5, verder omvattende het voor terugvoer van 25 de stroom de tuinbouwkas in verwarmen van de lucht.
7. Tuinbouwkas, omvattende een transparant bouwwerk en een koelinrichting in verbinding met de ruimte in het bouwwerk voor het koelen van een stroom lucht uit de tuinbouwkas.
8. Tuinbouwkas volgens conclusie 7, waarbij de koelinrichting is gekoppeld met een verwarmingscircuit van de kas, zoals een hoofdverwarming op relatief hoge temperatuur of een luchtcirculatie en hiermee vochtverdamping door de planten bevorderende verwarming op rela- 101013 Λ ^ tief lage temperatuur, voor directe overdracht hieraan van aan de lucht onttrokken warmte.
9. Tuinbouwkas volgens conclusie 8, waarbij de koelinrichting met het verwarmingscircuit is gekoppeld 5 door middel van een warmtepomp.
10. Tuinbouwkas volgens conclusie 9, waarbij de koelinrichting met de warmtepomp is verbonden door middel van een koelcircuit.
11. Tuinbouwkas volgens conclusie 10, waarbij 10 althans het koelcircuit een met een buffersysteem gekoppelde warmtewisselaar omvat.
12. Tuinbouwkas volgens conclusie 11, waarbij het verwarmingscircuit een met een buffersysteem gekoppelde warmtewisselaar omvat.
13. Tuinbouwkas volgens conclusie 11 of 12, waarbij het buffersysteem een aquifersysteem omvat.
14. Tuinbouwkas volgens één of meer dan één van de conclusie 8-13, waarbij achter de koelinrichting in de stroomrichting van de lucht een met het verwarmingscir- 20 cuit van de kas gekoppelde verwarmingsinrichting is aangebracht voor het verwarmen van de gekoelde lucht.
15. Tuinbouwkas volgens conclusie 13, waarbij tussen de koelinrichting en de verwarmingsinrichting in de stroomrichting van de stroom lucht een lucht-lucht- 25 warmtewisselaar is aangebracht.
16. Tuinbouwkas volgens één van de voorgaande conclusies 7-15, waarbij de koelinrichting is verbonden met een waterhuishoudingsinrichting, zoals een sproei-inrichting, van de kas voor afvoer van bij een lagere dan 30 de dauwpunttemperatuur in de koelinstallatie aan de lucht onttrokken vocht.
17. Tuinbouwkas volgens één van de voorgaande conclusies 7-16, waarbij de warmtepomp een gasgestookte aandrijving omvat, waarbij de afvoer van C02 bevattende 35 afvoergassen in verbinding staat met de ruimte in het bouwwerk.
NL1010134A 1998-09-21 1998-09-21 Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin. NL1010134C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010134A NL1010134C2 (nl) 1998-09-21 1998-09-21 Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1010134 1998-09-21
NL1010134A NL1010134C2 (nl) 1998-09-21 1998-09-21 Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1010134C2 true NL1010134C2 (nl) 2000-03-22

Family

ID=19767842

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1010134A NL1010134C2 (nl) 1998-09-21 1998-09-21 Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1010134C2 (nl)

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6705043B1 (en) * 1999-06-10 2004-03-16 Ecofys B.V. Closed market gardening greenhouse
NL2004390C2 (nl) * 2010-03-12 2011-09-13 Npr Consultancy B V Werkwijze voor het beluchten van een teeltgebied en teeltgebied.
CN102740683A (zh) * 2009-10-19 2012-10-17 勒威控股公司 温室气候控制设备
CN103650985A (zh) * 2013-11-30 2014-03-26 周敏 湿度控制菜棚
EP3202251A1 (en) 2015-06-16 2017-08-09 Bbbls Bv Insulated greenhouse with climate installation, and method to control the internal climate

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3317372A1 (de) * 1983-05-13 1984-11-22 HS-Ingenieurplanung GmbH, 2800 Bremen Verfahren zum betreiben eines mit einer kuehleinrichtung ausgestatteten gebaeudes, insbesondere eines gewaechshauses
US4567732A (en) * 1983-05-25 1986-02-04 Landstrom D Karl Method and system for controlling the environment in a greenhouse
US4685617A (en) * 1985-08-06 1987-08-11 Geophysical Engineering Company Method of and apparatus for conditioning air in enclosures
EP0231789A2 (de) * 1986-01-23 1987-08-12 Walter Baumann Vorrichtung zum Klimatisieren eines Wintergartens
EP0397458A1 (en) * 1989-05-11 1990-11-14 Ormat Industries, Ltd. Method of and apparatus for reducing the heat load on a greenhouse
EP0517432A1 (en) * 1991-05-28 1992-12-09 Geophysical Engineering Company Method of and means for conditioning air in an enclosure

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3317372A1 (de) * 1983-05-13 1984-11-22 HS-Ingenieurplanung GmbH, 2800 Bremen Verfahren zum betreiben eines mit einer kuehleinrichtung ausgestatteten gebaeudes, insbesondere eines gewaechshauses
US4567732A (en) * 1983-05-25 1986-02-04 Landstrom D Karl Method and system for controlling the environment in a greenhouse
US4685617A (en) * 1985-08-06 1987-08-11 Geophysical Engineering Company Method of and apparatus for conditioning air in enclosures
EP0231789A2 (de) * 1986-01-23 1987-08-12 Walter Baumann Vorrichtung zum Klimatisieren eines Wintergartens
EP0397458A1 (en) * 1989-05-11 1990-11-14 Ormat Industries, Ltd. Method of and apparatus for reducing the heat load on a greenhouse
EP0517432A1 (en) * 1991-05-28 1992-12-09 Geophysical Engineering Company Method of and means for conditioning air in an enclosure

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6705043B1 (en) * 1999-06-10 2004-03-16 Ecofys B.V. Closed market gardening greenhouse
CN102740683A (zh) * 2009-10-19 2012-10-17 勒威控股公司 温室气候控制设备
NL2004390C2 (nl) * 2010-03-12 2011-09-13 Npr Consultancy B V Werkwijze voor het beluchten van een teeltgebied en teeltgebied.
CN103650985A (zh) * 2013-11-30 2014-03-26 周敏 湿度控制菜棚
EP3202251A1 (en) 2015-06-16 2017-08-09 Bbbls Bv Insulated greenhouse with climate installation, and method to control the internal climate

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1199922B1 (en) Closed market gardening greenhouse
US5713154A (en) Apparatus for heating a greenhouse
CN101111145B (zh) 温室、温室气候控制***和控制温室气候的方法
NL2000253C2 (nl) Samenstel van tuinbouwinrichting en veeteeltinrichting.
KR101479685B1 (ko) 축열식 온실 난방시스템
KR101348922B1 (ko) 히트펌프를 이용한 시설하우스 냉난방 재배 시스템
CN104121650A (zh) 用于烟叶醇化仓库的节能型集中空调除湿***及控制方法
KR100954576B1 (ko) 버섯 재배사용 조온, 가습, 배열회수 환기장치 및 운전방법
KR20100067156A (ko) 온실용 하이브리드 히트펌프식 열교환 시스템
CN112788946B (zh) 具有气候控制***的温室、气候控制***以及操作该温室的方法
NL1010134C2 (nl) Kas en werkwijze voor klimaatbeheersing hierin.
JP6366456B2 (ja) 園芸施設用エネルギー供給装置
KR100934094B1 (ko) 온실용 공기온도 조절장치
KR101351840B1 (ko) 재열기능이 보유된 온실용 공조기가 설치되는 히트펌프시스템
CN203980526U (zh) 用于烟叶醇化仓库的节能型集中空调除湿***
KR101364182B1 (ko) 하우스의 잉여 열 회수가 가능한 제습난방장치
US8844516B2 (en) Heating apparatus using solar energy and method of heating using solar energy
CN111011064B (zh) 一种温室环境多功能调节***及运行方法
KR101522548B1 (ko) 온실 히트펌프시스템용으로 냉난방 및 제습이 가능한 팬코일 유니트장치
CN206212931U (zh) 整体热泵节能型畜场
JP2016202007A (ja) 二酸化炭素供給装置
CA2358337A1 (en) Greenhouse climate control system
KR102051537B1 (ko) 에너지절감을 위한 저전력 고효율의 식물공장
JPS62166820A (ja) 燃焼排ガスのco↓2を貯蔵する装置をつけた温室の空調機
NL8602486A (nl) Werkwijze en inrichting voor het bedrijven van een broeikas.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20180920