NL1008527C2 - Display card for notices, photographs, advertisements, etc. - Google Patents

Abstract

The notice, picture, etc. is printed on a flat piece of rigid card (1). At the bottom edge (8) of the card are two flaps (2, 3) formed by horizontal precut lines (6, 7) and vertical fold lines (4, 5). The user folds back the flaps at right angles to the rest of the card. The lower edges (9, 10) of the flaps taper towards the outside, so that, when the card is placed on a flat surface, the main part of the card leans back slightly.

Description

NL 43.505-Vo/jj AfbeeldingsdragerNL 43.505-Vo / yy Image carrier

De uitvinding betreft een afbeeldingsdrager, zoals een ansichtkaart, wenskaart, foto of dergelijke, met een in hoofdzaak in één vlak gelegen lijf.The invention relates to an image carrier, such as a postcard, greeting card, photo or the like, with a body lying substantially in one plane.

Afbeeldingsdragers van dit type, die niet beperkt 5 zijn tot de genoemde ansichtkaarten, wenskaarten of foto's, maar waartoe bijvoorbeeld ook briefkaarten, fotokaarten, menukaarten, visitekaartjes, tekeningen, of dergelijke behoren, bezitten als gemeenschappelijk kenmerk, dat ze niet zonder meer op een ondersteunend vlak overeind kunnen worden 10 geplaatst. Hiertoe zijn in het algemeen hulpmiddelen vereist, zoals de afbeeldingsdrager opnemende ondersteuningen, of men neemt zijn toevlucht tot het tegen een ander voorwerp, zoals een bloemenvaas of dergelijke, plaatsen van de afbeeldingsdrager. In de meeste gevallen echter zal de betreffende afbeel-15 dingsdrager plat op het ondersteunende vlak liggen, waardoor de attentiewaarde van de afbeeldingsdrager niet volledig wordt benut.Image carriers of this type, which are not limited to the aforementioned postcards, greeting cards or photos, but which also include, for example, postcards, photo cards, menu cards, business cards, drawings, or the like, have the common feature that they are not simply supported can be placed upright 10. This generally requires tools such as the image carrier receiving supports, or resorting to placing the image carrier against another object such as a flower vase or the like. In most cases, however, the respective image carrier will lie flat on the supporting surface, so that the attention value of the image carrier is not fully utilized.

De uitvinding beoogt een afbeeldingsdrager van het onderhavige type te verschaffen, waarmee dit nadeel op eenvou-20 dige, doch niettemin doeltreffende wijze wordt opgeheven.The object of the invention is to provide an image carrier of the present type with which this drawback is remedied in a simple, yet nevertheless effective manner.

Hiertoe wordt de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding gekenmerkt door ten minste één, een deel van het lijf vormende, strook die om een voorgevormde vouwlijn uit het vlak van het lijf wegvouwbaar is naar een een hoek met het 25 lijf insluitende stand, zodanig, dat de afbeeldingsdrager in de niet-weggevouwen stand van de strook volledig vlak is en in de weggevouwen stand van de strook overeind plaatsbaar is op een ondersteunend vlak.To this end, the image carrier according to the invention is characterized by at least one strip, forming part of the body, which is foldable about a preformed fold line from the plane of the body to a position enclosing an angle with the body, such that the image carrier is completely flat in the unfolded position of the strip and can be placed upright on a supporting surface in the folded-away position of the strip.

In de niet-weggevouwen stand van de strook vormt 30 deze strook samen met het lijf een in één vlak gelegen afbeeldingsdrager, die op conventionele wijz^, bijvoorbeeld als ansichtkaart, wenskaart of dergelijke, via de post kan worden verstuurd. Er zijn geen uitstekende delen, en de afbeeldingsdrager bezit in hoofdzaak een conventioneel uiterlijk. Aange-35 komen op de plaats van bestemming is het echter eenvoudig 1008527 2 mogelijk om de strook om de voorgevouwde vouwlijn weg te vouwen uit het vlak van het lijf, zodanig dat in deze weggevouwen stand de strook, samen met een onderrand van de afbeel-dingsdrager, een zodanige ondersteuning vormt voor de afbeel-5 dingsdrager, dat deze overeind plaatsbaar is en blijft staan op een ondersteunend vlak.In the unfolded position of the strip, this strip, together with the body, forms a flush-mounted image carrier, which can be sent by post in conventional manner, for instance as a postcard, greeting card or the like. There are no protruding parts, and the image carrier has a substantially conventional appearance. However, when it arrives at its destination, it is simply possible to fold the strip around the pre-folded fold line away from the plane of the body such that in this folded-away position the strip, together with a bottom edge of the image. carrier, which forms a support for the display carrier, such that it can be placed upright and remains standing on a supporting surface.

Doordat de strook oorspronkelijk deel uit maakt van het lijf, wijkt de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding af van bekende afbeeldingsdragers, die bijvoorbeeld bestaan uit 10 twee door een vouwlijn met elkaar verbonden lijven. Deze bekende afbeeldingsdragers kunnen overeind worden geplaatst op een ondersteunend vlak door de beide lijven onder een hoek ten opzichte van elkaar te plaatsen. Ook zijn zogenaamde fotolijs-ten bekend, die aan hun achterzijde naar buiten vouwbare 15 steunlippen bezitten. Deze fotolijsten vormen echter extra hulpmiddelen, die in combinatie met een foto moeten worden toegepast. Overeenkomstig de uitvinding echter wordt de foto zelf voorzien van de wegvouwbare strook.Because the strip originally forms part of the body, the image carrier according to the invention deviates from known image carriers, which for instance consist of two webs connected by a folding line. These known image carriers can be placed upright on a supporting surface by placing the two webs at an angle to each other. So-called photo frames are also known which have outwardly foldable support lips at their rear. However, these photo frames are additional tools to be used in conjunction with a photo. In accordance with the invention, however, the photograph itself is provided with the fold-away strip.

De strook is ter plaatse van de vouwlijn verbonden 20 met het lijf. Daarnaast bestaat de mogelijkheid, dat de strook tevens met het lijf is verbonden door ten minste één voorbereide voorscheurlijn. De voorbereide voorscheurlijn houdt de strook, zolang deze nog niet moet worden gebruikt, op betrouwbare wijze in het vlak van het lijf van de afbeeldingsdrager. 25 Pas wanneer de afbeeldingsdrager overeind moet worden geplaatst, wordt de strook ter plaatse van de voorscheurlijn losgemaakt van het lijf en naar de gewenste stand weggevouwen. Een dergelijke voorscheurlijn kan bestaan uit gedeeltes, waar de strook volledig van het lijf is losgesneden en daartussen 30 gelegen verbindingsgedeeltes, zogenaamde bramen. Het aanbrengen van de voorbereide voorscheurlijnen kan geschieden door middel van op zichzelf bekende stansprocessen.The strip is connected to the body at the location of the fold line. In addition, it is possible that the strip is also connected to the body by at least one prepared pre-tear line. The prepared pre-tear line reliably holds the strip in the plane of the image carrier body as long as it is not yet to be used. Only when the image carrier has to be placed upright, the strip at the location of the pre-tear line is detached from the body and folded away to the desired position. Such a pre-tear line can consist of parts, where the strip is completely cut loose from the body and connecting parts, so-called burrs, situated between them. The preparation of the prepared pre-tear lines can be effected by means of punching processes known per se.

Overigens geldt ook voor de voorgevormde vouwlijn, i ! dat het vormen hiervan op op zichzelf bekende wijze kan 35 plaatsvinden, en deze voorgevormde vouwlijn kan bijvoorbeeld , de vorm van een rillijn bezitten.Incidentally, also for the preformed folding line, i! that the shaping thereof can take place in a manner known per se, and this preformed fold line can, for example, be in the form of a crease line.

1008527 31008527 3

In een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding geldt, dat de strook in de uit het lijf weggevouwen stand een zodanige positie inneemt, dat het lijf op het ondersteunende vlak plaats-5 baar is in een van 90° verschillende hoek. In de positie, waarin het lijf een van 90° verschillende hoek insluit met het ondersteunend vlak vindt een stabiele plaatsing van de afbeeldingsdrager plaats, met name wanneer slechts één strook is toegepast. Wanneer de afbeeldingsdrager is voorzien van twee 10 stroken, die naar tegenover elkaar gelegen zijden uit het vlak van het lijf wegvouwbaar zijn, bestaat echter de mogelijkheid, om ook een stabiele plaatsing onder 90° te krijgen.In a preferred embodiment of the image carrier according to the invention it holds that the strip in the position folded out of the body occupies a position such that the body can be placed on the supporting surface at an angle of 90 °. In the position in which the body encloses an angle of 90 ° to the supporting surface, a stable placement of the image carrier takes place, especially when only one strip is used. However, when the image carrier is provided with two strips, which can be folded away from opposite sides of the plane of the body on opposite sides, it is also possible to obtain a stable placement below 90 °.

Voor de positie van de strook bestaan diverse mogelijkheden. Een eerste mogelijkheid is gerealiseerd in een 15 uitvoeringsvorm van de afbeeldingsdrager, waarbij de strook aansluit op de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager, waarbij de vouwlijn een hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf en waarbij de strook aan zijn met de onderrand samenvallende zijde een vanaf de vouwlijn schuin 20 naar binnen lopende rand bezit. Door de vanaf de vouwlijn schuin naar binnen lopende rand van de strook wordt bereikt dat, in de weggevouwen stand van de strook, het lijf van de afbeeldingsdrager een van 90° verschillende hoek maakt met het ondersteunende vlak, wanneer de strook met zijn onderrand op 25 het ondersteunende vlak rust. In het bijzonder geldt dat, wanneer de strook over 90° ten opzichte van het vlak van het lijf is weggevouwen, de hoek, die het lijf met het ondersteunende vlak maakt, gelijk is aan de hoek die de genoemde rand van de strook in de niet-weggevouwen stand daarvan maakt met 30 de oorspronkelijke onderrand van de afbeeldingsdrager.There are various options for the position of the strip. A first possibility has been realized in an embodiment of the image carrier, in which the strip connects to the bottom edge of the body of the image carrier, the fold line enclosing an angle of 90 ° with the bottom edge of the body and in which the strip is connected to the lower edge coinciding side has an edge running inwards at an angle from the fold line. Due to the edge of the strip running inwards at an angle from the fold line, it is achieved that, in the folded-away position of the strip, the body of the image carrier makes a 90 ° different angle with the supporting surface, when the strip with its lower edge at 25 the supporting surface rests. In particular, when the strip is folded away by 90 ° from the plane of the web, the angle that the web makes with the supporting surface is equal to the angle that said edge of the strip in the staple Folded-out position thereof makes with the original lower edge of the image carrier.

Het is echter ook mogelijk, dat de strook aansluit op de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager, waarbij de vouwlijn een hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf en waarbij de strook aan zijn met de onderrand samenval-35 lende zijde een vanaf de vouwlijn schuin naar binnen lopende vouwlijn bezit. Door het om de schuin naar binnen lopende vouwlijn omvouwen van het onderste gedeelte van de strook 1008527 4 wordt een onderrand van de strook gevormd, die opnieuw schuin ten opzichte van de vouwlijn naar binnen loopt. Op deze wijze kan de afbeeldingsdrager opnieuw, wanneer de strook naar de , weggevouwen stand is bewogen, schuin op een ondersteunend vlak 5 worden geplaatst. Het voordeel van deze laatste uitvoeringsvorm ten opzichte van de hiervoor genoemde uitvoeringsvorm is, dat de afbeeldingsdrager in de oorspronkelijke stand, waarin de strook in het vlak van het lijf is gelegen, aan zijn onderrand geen uitsnijdingen bezit.It is also possible, however, for the strip to adjoin the lower edge of the body of the image carrier, the fold line enclosing an angle of 90 ° with the lower edge of the body and the strip on its side coinciding with the lower edge. has a folding line running inwards at an angle from the folding line. By folding the lower part of the strip 1008527 4 around the obliquely inward folding line, a bottom edge of the strip is formed, which again enters obliquely with respect to the fold line. In this way, when the strip has moved to the folded-away position, the image carrier can again be placed obliquely on a supporting surface 5. The advantage of this last embodiment compared to the aforementioned embodiment is that the image carrier in its original position, in which the strip is situated in the plane of the body, has no cut-outs on its lower edge.

10 Behalve uitvoeringsvormen, waarbij de strook aan sluit op de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager, zijn ook uitvoeringsvormen van de afbeeldingsdrager mogelijk, - waarbij de strook op enige afstand boven de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager is gevormd en de vouwlijn een 15 hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf. Doordat de strook op enige afstand boven de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager is gevormd, komt het uiteinde van de strook in de weggevouwen stand pas in aanraking met het ondersteunende vlak, wanneer het lijf van de afbeeldingsdrager een van 90° 20 verschillende hoek met het ondersteunende vlak insluit.In addition to embodiments in which the strip adjoins the bottom edge of the body of the image carrier, embodiments of the image carrier are also possible, wherein the strip is formed at some distance above the bottom edge of the body of the image carrier and the fold line has a 90 ° angle with the bottom edge of the body. Because the strip is formed some distance above the lower edge of the image carrier body, the end of the strip in the folded-away position only comes into contact with the supporting surface when the image carrier body has an angle of 90 ° 20 different encloses the supporting surface.

Het verkrijgen van de hellende stand van het lijf op een ondersteunend vlak kan echter ook worden verkregen, wanneer de strook aansluit op de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager en de vouwlijn een van 90° verschillende 25 hoek insluit met de onderrand van het lijf. Doordat de vouwlijn een van 90° verschillende hoek insluit met de onderrand van het lijf wordt de strook schuin uit het vlak van het lijf weggevouwen, zodat, wanneer in deze weggevouwen stand de onderrand van de strook op het ondersteunende vlak rust, het 30 lijf van de afbeeldingsdrager een van 90° verschillende hoek insluit met het ondersteunende vlak.However, obtaining the inclined position of the body on a supporting surface can also be obtained when the strip adjoins the bottom edge of the body of the image carrier and the fold line encloses an angle of 90 ° different from the bottom edge of the body. Because the fold line encloses a 90 ° angle with the lower edge of the body, the strip is folded obliquely out of the plane of the body, so that when the bottom edge of the strip rests on the supporting surface in this folded-away position, the body of the image support encloses an angle of 90 ° to the supporting surface.

De in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen houden zich bezig met een specifieke plaatsing respektievelijk vorm van de strook, waardoor de hellende stand van het lijf op 35 een ondersteunend vlak kan worden bereikt. Daarnaast bestaan = echter ook talloze varianten ten aanzien van de positie van de strook in het lijf. Zo bestaat de mogelijkheid, dat het van de 1008527 5 vouwlijn afgekeerde uiteinde van de strook samenvalt met een zijrand van het lijf. Wanneer hierbij tevens de onderrand van de strook samenvalt met de onderrand van het lijf, vormt de strook in feite een hoekgebied van de afbeeldingsdrager.The above-described embodiments are concerned with a specific placement or shape of the strip, whereby the inclined position of the body on a supporting surface can be achieved. In addition, however, there are also countless variants with regard to the position of the strip in the body. There is thus the possibility that the end of the strip remote from the fold line will coincide with a side edge of the body. When the lower edge of the strip also coincides with the lower edge of the body, the strip in fact forms an angular region of the image carrier.

5 Wanneer de onderrand van de strook niet samenvalt met de onderrand van het lijf, vormt de strook een op een hoger niveau gelegen gedeelte van het zij randgebied van het lijf.When the bottom edge of the strip does not coincide with the bottom edge of the body, the strip forms an elevated portion of the side edge region of the body.

De mogelijkheid bestaat echter ook, dat de strook zich over de gehele hoogte van de afbeeldingsdrager uitstrekt. 10 In dit geval vormt de strook derhalve een zich vanaf de onderrand tot aan de bovenrand van het lijf uitstrekkend zijgebied van het lijf.However, it is also possible that the strip extends over the entire height of the image carrier. In this case, therefore, the strip forms a side region of the body extending from the bottom edge to the top edge of the body.

Behalve de in het voorgaande beschreven specifieke uitvoeringsvormen, waarbij de vouwlijn loodrecht of nagenoeg 15 loodrecht staat op de onderrand van het lijf, bestaat ook de mogelijkheid, dat de strook aansluit op een zijrand van het lijf van de afbeeldingsdrager en de vouwlijn evenwijdig loopt aan de onderrand van het lijf.In addition to the specific embodiments described above, in which the fold line is perpendicular or substantially perpendicular to the lower edge of the body, there is also the possibility that the strip connects to a side edge of the body of the image carrier and the fold line runs parallel to the lower edge of the body.

Ter verhoging van de stabiliteit van de afbeel-20 dingsdrager in de overeind geplaatste positie op een ondersteunend vlak, kan het de voorkeur genieten, dat'de strook tevens vouwbaar is om een tweede, op enige afstand van de vouwlijn gelegen vouwlijn.In order to increase the stability of the image carrier in the upright position on a supporting surface, it may be preferred that the strip is also foldable about a second fold line located at some distance from the fold line.

Een verhoging van de stabiliteit kan tevens worden 25 bereikt, wanneer twee stroken zijn toegepast. Bovendien kan hierdoor een symmetrisch uiterlijk aan de afbeeldingsdrager worden verschaft, hetgeen de esthetische waarde daarvan verhoogt .An increase in stability can also be achieved when two strips are used. In addition, this can provide a symmetrical appearance to the image carrier, which increases its aesthetic value.

Indien twee stroken zijn toegepast, is het moge-30 lijk, dat de stroken ten opzichte van een vertikale symme-trielijn van de afbeeldingsdrager gespiegeld zijn geplaatst. Hierdoor krijgt de afbeeldingsdrager een symmetrisch uiterlijk, dat verder bijdraagt aan de esthetische waarde en dat tevens de stabiliteit in elke richting optimaliseert.If two strips are used, it is possible that the strips are mirrored with respect to a vertical symmetry line of the image carrier. This gives the image carrier a symmetrical appearance, which further contributes to the aesthetic value and also optimizes stability in any direction.

35 Tenslotte is het in een dergelijk geval mogelijk, dat de stroken ter plaatse van de symmetrielijn met hun van hun vouwlijn afgekeerde uiteinde op elkaar aansluiten. Het 1008527 6 resultaat van een dergelijke vormgeving is, dat de stroken in de weggevouwen stand op een grote afstand van elkaar liggen, hetgeen een gunstige invloed heeft op de stabiliteit van de afbeeldingsdrager in de overeind geplaatste positie.Finally, it is possible in such a case that the strips at the location of the line of symmetry connect to each other with their ends remote from their fold line. The result of such a design is that the strips in the folded-away position are a great distance apart, which has a favorable influence on the stability of the image carrier in the upright position.

5 De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een aantal uitvoeringsvormen van de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding is weergegeven.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing, in which a number of embodiments of the image carrier according to the invention are shown.

Fig. 1A-8A tonen telkens verschillende uitvoeringsvormen van de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding in de ; 10 vlakke toestand, en fig. 1B-8B tonen deze uitvoeringsvormen van de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding in perspektivisch ; aanzicht, met weggevouwen stroken.Fig. 1A-8A each show different embodiments of the image carrier according to the invention in the; 10, and FIGS. 1B-8B show these embodiments of the image carrier according to the invention in perspective; view, with strips folded away.

In algemene zin geldt, dat in de hierna volgende 15 figuren dubbele lijnen voorgevormde vouwlijnen aanduiden en streeppuntlijnen voorbereide voorscheurlijnen.In general, it holds that in the following figures, double lines indicate preformed folding lines and dashed line lines prepared pre-tear lines.

Fig. IA toont een afbeeldingsdrager, zoals een ansichtkaart, wenskaart, foto of dergelijke, met een in hoofdzaak in één vlak gelegen lijf 1. In dit zelfde vlak liggen 20 tevens twee stroken 2, 3 die door middel van vouwlijnen 4 en 5 en door middel van voorbereide voorscheurlijnen 6 en 7 met de rest van het lijf 1 zijn verbonden. In de in fig. IA getoonde vlakke toestand kan de afbeeldingsdrager, bijvoorbeeld als ansichtkaart, eenvoudig worden verstuurd.Fig. 1A shows an image carrier, such as a postcard, greeting card, photo or the like, with a body 1 lying substantially in one plane. In this same plane 20 also lie two strips 2, 3, which are provided by folding lines 4 and 5 and by means of prepared pre-tear lines 6 and 7 are connected to the rest of body 1. In the flat state shown in Fig. 1A, the image carrier, for example as a postcard, can be easily sent.

25 De stroken 2, 3 bezitten aan hun met de onderrand 8 van het lijf 1 samenvallende zijde een vanaf de vouwlijn 4 respektievelijk 5 schuin naar binnen lopende rand 9 respek-tievelijk 10.On their side coinciding with the lower edge 8 of the body 1, the strips 2, 3 have an edge 9 and 10 running inwardly from the folding line 4 and 5, respectively.

In fig. 1B is de afbeeldingsdrager uit fig. IA 30 schuin overeind geplaatst op een ondersteunend vlak 11. Hiertoe zijn de stroken 2 en 3 ter plaatse van hun voorscheurlijnen 6 respektievelijk 7 losgemaakt van het lijf 1 en om hun respektievelijke vouwlijnen 4 en 5 weggevouwen van het lijf 1. Tengevolge van de schuine rand 9 en 10 krijgt de afbeeldings-35 drager hierdoor in de in fig. 1B getoonde stand een schuine positie, waarin het lijf 1 een van 90° verschillende hoek met 1008527 7 het ondersteunende vlak 11 maakt. Op deze wijze blijft de afbeeldingsdrager stabiel staan.In Fig. 1B, the image carrier of Fig. IA 30 is placed obliquely upright on a supporting surface 11. For this purpose the strips 2 and 3 are detached from the body 1 at the location of their pre-tear lines 6 and 7, respectively, and folded away around their respective fold lines 4 and 5 of the body 1. As a result of the bevel 9 and 10, the image carrier obtains in the position shown in Fig. 1B an oblique position, in which the body 1 makes an angle of 90 ° different from 1008527 7 the supporting surface 11 . In this manner, the image carrier remains stable.

De in fig. 2A getoonde uitvoeringsvorm van de afbeeldingsdrager wijkt slechts van die in fig. IA af, doordat 5 de stroken 2 en 3 thans geen schuin vanaf uiteinden van de vouwlijnen 4 en 5 naar binnen lopende randen bezitten, doch zijn voorzien van schuin naar binnen lopende vouwlijnen 12 en 13. Hierdoor kunnen in de in fig. 2B getoonde op het ondersteunende vlak 11 rustende, stand van de afbeeldingsdrager de 10 onder deze vouwlijnen 12 en 13 gevormde materiaaldelen 14 en 15 zodanig worden omgevouwen, dat opnieuw een schuine plaatsing van de afbeeldingsdrager ten opzichte van het ondersteunende vlak ll wordt verkregen (dat wil zeggen een hoek tussen de afbeeldingsdrager en het ondersteunende vlak, die verschilt 15 van 90°). Als het ware geldt, dat de in fig. 2B door de vouwlijnen 12 en 13 gevormde onderzijde van de stroken 2 en 3 overeenkomt met de schuine randen 9 en 10 conform de uitvoeringsvorm volgens fig. IA.The embodiment of the image carrier shown in Fig. 2A differs from that in Fig. 1A only in that the strips 2 and 3 now have no sloping edges from the ends of the folding lines 4 and 5, but are provided with sloping folding lines 12 and 13 running inwards. As a result, in the position of the image carrier resting on the supporting surface 11 in Fig. 2B, the material parts 14 and 15 formed under these folding lines 12 and 13 can be folded in such a way that again an oblique arrangement of the image carrier relative to the supporting surface 11 is obtained (ie an angle between the image carrier and the supporting surface different from 90 °). It is true that the underside of the strips 2 and 3 formed by the folding lines 12 and 13 in Fig. 2B corresponds to the beveled edges 9 and 10 in accordance with the embodiment according to Fig. 1A.

In fig. 3A is een variant van de afbeeldingsdrager 20 weergegeven, waarbij de stroken 2 en 3 door schuin geplaatste vouwlijnen 16 en 17 met het lijf 1 zijn verbonden. Schuin geplaatst betekent in dit geval, dat de vouwlijnen 16 en 17 een van 90° verschillende hoek insluiten met de onderrand 8 van het lijf 1. Door de stroken 2 en 3 om de vouwlijnen 16 en 25 17 weg te vouwen van het vlak van het lijf 1 ontstaat de in fig. 3B getoonde positie waarin, tengevolge van de schuine plaatsing van de vouwlijnen 16 en 17, de afbeeldingsdrager (d.w.z. het lijf 1 daarvan) een van 90° verschillende hoek insluit met het ondersteunende vlak 11.Fig. 3A shows a variant of the picture carrier 20, in which the strips 2 and 3 are connected to the body 1 by slanting fold lines 16 and 17. Placed obliquely in this case means that the folding lines 16 and 17 enclose an angle of 90 ° different from the lower edge 8 of the body 1. Through the strips 2 and 3 to fold the folding lines 16 and 25 away from the plane of the Body 1 results in the position shown in Fig. 3B in which, as a result of the oblique placement of the folding lines 16 and 17, the image carrier (ie the body 1 thereof) encloses an angle of 90 ° different from the supporting surface 11.

30 De mate van schuinplaatsing van de afbeeldingsdra ger ten opzichte van een ondersteunend vlak is afhankelijk van de schuinheid van de schuine randen 9 en 10 (fig. IA), de schuine plaatsing van de vouwlijnen 12 en 13 (fig. 2A) of de schuine plaatsing van de vouwlijnen 16 en 17 (fig. 3A). Tevens 35 is de hoek van belang, onder welke de stroken 2 en 3 ten opzichte van het lijf 1 worden weggevouwen.The degree of slanting of the image carrier relative to a supporting surface depends on the slanting of the beveled edges 9 and 10 (fig. 1A), the slanted placement of the folding lines 12 and 13 (fig. 2A) or the beveled placement of the folding lines 16 and 17 (fig. 3A). The angle at which the strips 2 and 3 are folded away from the body 1 is also important.

1008527 81008527 8

Bij de uitvoeringsvormen volgens de fig. l t/m 3 vormt de onderrand van de stroken 2 en 3 tevens het onderste gedeelte van het lijf 1 van de afbeeldingsdrager. Daarentegen is in fig. 4A een uitvoeringsvorm getoond, waarbij dit niet 5 het geval is. Hierbij bevinden de stroken 2 en 3 zich op een hoger niveau. Een consequentie is, dat elke strook 2 respek-tievelijk 3 thans is voorzien van twee tegenover elkaar gelegen voorbereide voorscheurlijnen 6 respektievelijk 7. Nadat deze voorscheurlijnen zijn losgemaakt kunnen de stroken over-10 eenkomstig fig. 4B weg worden gevouwen en met hun uiteinden aangrijpen op een ondersteunend vlak 11, zodat opnieuw een schuine plaatsing van het lijf 1 wordt verkregen. De mate van schuinplaatsing is thans afhankelijk van de lengte van de stroken en de afstand van de stroken boven de onderrand 8 van 15 het lijf 1. Uiteraard is het ook in deze uitvoeringsvorm mogelijk om de vouwlijnen 4 en 5 een schuine plaatsing te verschaffen of om de stroken 2 en 3 conform de stroken in de fig. IA respektievelijk 2A uit te voeren.In the embodiments according to Figs. 1 to 3, the bottom edge of the strips 2 and 3 also forms the bottom part of the body 1 of the image carrier. In contrast, in Fig. 4A an embodiment is shown, in which this is not the case. The strips 2 and 3 are at a higher level. A consequence is that each strip 2 and 3, respectively, is now provided with two opposed pre-tear lines 6 and 7, respectively. After these pre-tear lines have been loosened, the strips can be folded away according to fig. 4B and with their ends engage on a supporting surface 11, so that again an oblique placement of the body 1 is obtained. The degree of oblique placement now depends on the length of the strips and the distance of the strips above the bottom edge 8 of the body 1. Obviously in this embodiment it is also possible to provide the folding lines 4 and 5 in an oblique position or to the strips 2 and 3 are designed in accordance with the strips in Fig. 1A and 2A, respectively.

Fig. 5A toont een uitvoeringsvorm, waarbij de 20 stroken 2 en 3 zodanig zijn geplaatst, dat hun van de vouwlijnen 4 en 5 afgekeerde uiteinden samenvallen ter plaatse van een voorscheurlijn 18. Het voordeel van deze uitvoeringsvorm is, dat in de in fig. 5B getoonde stand de stroken 2 en 3 op een grotere afstand van elkaar zijn geplaatst en hierdoor een 25 stabielere positie van het lijf 1 op het ondersteunende vlak 11 kan worden verkregen.Fig. 5A shows an embodiment in which the strips 2 and 3 are placed such that their ends remote from the folding lines 4 and 5 coincide at the location of a pre-tear line 18. The advantage of this embodiment is that in the position shown in FIG. 5B the strips 2 and 3 are placed at a greater distance from each other and as a result a more stable position of the body 1 on the supporting surface 11 can be obtained.

^ De in fig. 5A getoonde uitvoeringsvorm kan vanzelf sprekend op diverse manieren worden gewijzigd, waarbij gebruik wordt gemaakt van onder andere de in de voorgaande figuren 30 getoonde kenmerken.The embodiment shown in Fig. 5A can of course be modified in various ways, using, inter alia, the features shown in the preceding Figs.

In fig. 6A is een variant van de afbeeldingsdrager volgens de uitvinding weergegeven, waarbij de stroken 2 en 3 zich over de gehele hoogte van het lijf 1 uitstrekken. De gebruiksstand van deze afbeeldingsdrager is opnieuw weergege-35 ven in fig. 6B. De stroken 2 en 3 zijn in dit geval nabij de onderrand 8 van het lijf 1 opnieuw voorzien van schuine randen 9 en 10.Fig. 6A shows a variant of the image carrier according to the invention, in which the strips 2 and 3 extend over the entire height of the body 1. The position of use of this image carrier is again shown in Fig. 6B. The strips 2 and 3 in this case near the lower edge 8 of the body 1 are again provided with beveled edges 9 and 10.

j 1008527 i : i 9j 1008527 i: i 9

In fig. 7 A is een uitvoeringsvorm weergegeven, die grote gelijkenissen vertoont met de uitvoeringsvorm in fig.Fig. 7A shows an embodiment which shows great similarities with the embodiment in Fig.

2A. Echter, in dit geval ontbreken de extra vouwlijnen 12 en 13, en wordt een stabiele stand van de afbeeldingsdrager 5 verkregen door de stroken 2 en 3 naar tegengestelde zijden weg te vouwen. Bij deze uitvoeringsvorm is het mogelijk, om aan de afbeeldingsdrager een stabiele positie te verschaffen, waarbij deze zich onder 90° ten opzichte van het ondersteunende vlak 11 uitstrekt. Het zal echter ook denkbaar zijn dat de stroken 10 2 en 3 door in gelijke richting hellende vouwlijnen 4 en 5 met het lijf 1 zijn verbonden, waardoor ze in de overeenkomstig fig. 7B getoonde naar weerszijden weggevouwen stand toch leiden tot een hellende stand van het lijf 1 ten opzichte van het ondersteunend vlak 11.2A. However, in this case the extra fold lines 12 and 13 are missing, and a stable position of the image carrier 5 is obtained by folding the strips 2 and 3 to opposite sides. In this embodiment it is possible to provide the image carrier with a stable position, which extends at 90 ° relative to the supporting surface 11. However, it will also be conceivable that the strips 2, 2 and 3 are connected to the body 1 by fold lines 4 and 5 inclined in the same direction, so that in the position folded away on either side in accordance with Fig. 7B they nevertheless lead to a sloping position of the web 1 with respect to the supporting surface 11.

15 Tenslotte toont fig. 8A een van de in het voorgaan de getoonde uitvoeringsvormen afwijkende uitvoeringsvorm, doordat de stroken thans niet om vouwlijnen, die in hoofdzaak loodrecht of nagenoeg loodrecht op de onderrand 8 staan, wegvouwbaar zijn, doch om vouwlijnen 18 en 19 die in hoofdzaak 20 evenwijdig lopen aan de onderrand 8. Hierdoor kan de afbeeldingsdrager overeenkomstig fig. 8B in een schuine stand op een ondersteunend vlak 11 worden geplaatst. Wanneer de stroken 2 en 3 tevens zijn voorzien van op enige afstand van de vouwlijnen 18 en 19 gelegen extra vouwlijnen 20 en 21 kunnen de 25 hierdoor gevormde lippen 22 en 23 ten opzichte van de stroken 2 en 3 worden omgevouwen (zoals in fig. 8B ten aanzien van strook 2 door lip 22 gestippeld is aangeduid), en hierdoor eventueel een stabielere plaatsing van de afbeeldingsdrager worden verkregen. Eventueel valt zelfs te overwegen om een 30 dergelijke extra vouwlijn ook aan te brengen in het onderste gedeelte van het lijf l, in fig. 8A tussen de extra vouwlijnen 20 en 21, zodat ook aan de onderzijde het lijf 1 ter verhoging van de stabiliteit kan worden omgevouwen.Finally, Fig. 8A shows an embodiment deviating from the embodiments shown in the foregoing, in that the strips are now foldable not around folding lines which are substantially perpendicular or substantially perpendicular to the bottom edge 8, but around folding lines 18 and 19 which running substantially parallel to the lower edge 8. As a result, the image carrier according to Fig. 8B can be placed in an oblique position on a supporting surface 11. When the strips 2 and 3 are also provided with additional folding lines 20 and 21 located at some distance from the folding lines 18 and 19, the lips 22 and 23 formed thereby can be folded over with respect to the strips 2 and 3 (as in Fig. 8B with respect to strip 2 is indicated by dotted lip 22), and in this way a more stable placement of the image carrier can be obtained as a result. It may even be considered to provide such an extra folding line also in the lower part of the body 1, in fig. 8A between the extra folding lines 20 and 21, so that the body 1 can also be added at the bottom to increase the stability. are folded over.

De in het voorgaande genoemde vouwlijnen kunnen op 35 elke op zichzelf bekende wijze worden gevormd, en bijvoorbeeld als rillijnen zijn uitgevoerd. Ook de genoemde voorbereide voorscheurlijnen kunnen op op zichzelf bekende wijze worden 1008527 10 vervaardigd. Ze kunnen bijvoorbeeld bestaan uit lijnen die gedeeltelijk een volledige scheiding tussen aangrenzende materiaaldelen, en kleine bruggen tussen de aangrenzende materiaaldelen (zogenaamde bramen) vormen. Ter vervaardiging 5 van dergelijke voorscheurlijnen kunnen onder andere op zichzelf bekende stansprocessen in aanmerking komen.The aforementioned folding lines can be formed in any manner known per se, and can for instance be designed as creasing lines. The said prepared pre-tear lines can also be manufactured in a manner known per se. For example, they can consist of lines that partially form a complete separation between adjacent material parts, and small bridges between the adjacent material parts (so-called burrs). For the manufacture of such pre-tear lines, punching processes known per se can be considered.

Uit esthetische overwegingen kan het gunstig zijn om de vouwlijnen en/of voorscheurlijnen te laten samenvallen met bepaalde gedeeltes op de afbeeldingszijde van de afbeel-1 10 dingsdrager, bijvoorbeeld een overgang tussen afbeelding en marge, waardoor deze vouwlijnen en/of voorscheurlijnen minder opvallen.For aesthetic reasons, it may be beneficial to have the fold lines and / or pre-tear lines coincide with certain portions on the image side of the image carrier, for example a transition between image and margin, making these fold lines and / or pre-tear lines less noticeable.

In de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen is telkens sprake van een enkelvoudig lijf 1. Het is 15 echter ook mogelijk, bijvoorbeeld wanneer de afbeeldingsdrager bestaat uit een kartonnen hoes voor CD's of dergelijke, dat het lijf uit twee evenwijdig, tegen elkaar aanliggende lijfde-len bestaat. De stroken kunnen in een dergelijk geval zowel slechts uit één van deze lijfdelen wegvouwbaar zijn, doch ook 20 uit beide lijfdelen.In the embodiments described above, it is always a case of a single body 1. However, it is also possible, for instance when the image carrier consists of a cardboard sleeve for CDs or the like, that the body consists of two parallel, abutting bodies. exists. In such a case, the strips can be folded away only from one of these body parts, but also from both body parts.

Alhoewel in het voorgaande een aantal voorbeelden van afbeeldingsdragers is genoemd, kunnen ook andere soorten afbeeldingsdragers worden voorzien van de vormgeving volgens de uitvinding. Derhalve moet de in het voorgaande opgenomen 25 opsomming van specifieke afbeeldingsdragers, zoals ansichtkaarten, wenskaarten en foto's, niet als beperkend worden beschouwd. Ook ten aanzien van de materiaalkeuze voor de afbeeldingsdrager bestaan talloze mogelijkheden.Although a number of examples of image carriers have been mentioned in the foregoing, other types of image carriers can also be provided with the design according to the invention. Therefore, the above listing of specific image carriers, such as postcards, greeting cards and photographs, should not be considered as limiting. Countless possibilities also exist with regard to the choice of material for the image carrier.

« 10085271008527

Claims (14)

1. Afbeeldingsdrager, zoals een ansichtkaart, wenskaart, foto of dergelijke, met een in hoofdzaak in één vlak gelegen lijf, gekenmerkt door ten minste één, een deel van het lijf vormende, strook die om een voorgevormde vouwlijn 5 uit het vlak van het lijf wegvouwbaar is naar een een hoek met het lijf insluitende stand, zodanig, dat de afbeeldingsdrager in de niet-weggevouwen stand van de strook volledig vlak is en in de weggevouwen stand van de strook overeind plaatsbaar is op een ondersteunend vlak.An image carrier, such as a postcard, greeting card, photo or the like, with a body substantially lying in one plane, characterized by at least one strip forming part of the body, which extends around a preformed fold line 5 from the plane of the body is foldable to an angle including the body, such that the image carrier in the unfolded position of the strip is completely flat and in the folded-away position of the strip can be placed upright on a supporting surface. 2. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de strook tevens met het lijf is verbonden door ten minste één voorbereide voorscheurlijn.Image support according to claim 1, characterized in that the strip is also connected to the body by at least one prepared pre-tear line. 3. Afbeeldingsdrager volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de strook in de uit het lijf 15 weggevouwen stand een zodanige positie inneemt, dat het lijf op het ondersteunende vlak plaatsbaar is in een van 90° verschillende hoek.Image support according to any one of the preceding claims, characterized in that the strip in the position folded away from the body 15 occupies such a position that the body can be placed on the supporting surface at an angle different from 90 °. 4. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de strook aansluit op de onderrand van het lijf 20 van de afbeeldingsdrager, waarbij de vouwlijn een hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf en waarbij de strook aan zijn met de onderrand samenvallende zijde een vanaf de vouwlijn schuin naar binnen lopende rand bezit.Image carrier according to claim 3, characterized in that the strip adjoins the bottom edge of the body 20 of the image carrier, the fold line enclosing an angle of 90 ° with the bottom edge of the body and wherein the strip is on with the bottom edge coincident side has an edge running inwardly from the fold line. 5. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 3, met het 25 kenmerk, dat de strook aansluit op de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager, waarbij de vouwlijn een hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf en waarbij de strook aan zijn met de onderrand samenvallende zijde een vanaf de vouwlijn schuin naar binnen lopende vouwlijn bezit.Image carrier according to claim 3, characterized in that the strip adjoins the bottom edge of the body of the image carrier, the fold line enclosing an angle of 90 ° with the bottom edge of the body and wherein the strip is on with the bottom edge coinciding side has a folding line running diagonally inward from the fold line. 6. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de strook op enige afstand boven de onderrand van het lijf van de afbeeldingsdrager is gevormd en de vouwlijn een hoek van 90° insluit met de onderrand van het lijf.Image carrier according to claim 3, characterized in that the strip is formed some distance above the bottom edge of the body of the image carrier and the fold line encloses an angle of 90 ° with the bottom edge of the body. 7. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 3, met het 35 kenmerk, dat de strook aansluit op de onderrand van het lijf 1008527 van de afbeeldingsdrager en de vouwlijn een van 90° verschillende hoek insluit met de onderrand van het lijf.Image carrier according to claim 3, characterized in that the strip adjoins the bottom edge of the body 1008527 of the image carrier and the fold line encloses an angle of 90 ° different from the bottom edge of the body. 8. Afbeeldingsdrager volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het van de vouwlijn afgekeer- 5 de uiteinde van de strook samenvalt met een zijrand van het lijf.8. Image carrier according to any one of the preceding claims, characterized in that the end of the strip remote from the fold line coincides with a side edge of the body. 9. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de strook zich over de gehele hoogte van de afbeeldingsdrager uitstrekt.Image carrier according to claim 8, characterized in that the strip extends over the entire height of the image carrier. 10. Afbeeldingsdrager volgens een der conclusies 1- 3, met het kenmerk, dat de strook aansluit op een zijrand van het lijf van de afbeeldingsdrager en de vouwlijn evenwijdig loopt aan de onderrand van het lijf.An image support according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the strip adjoins a side edge of the body of the image support and the fold line runs parallel to the bottom edge of the body. 11. Afbeeldingsdrager volgens een der voorgaande 15 conclusies, met het kenmerk, dat de strook tevens vouwbaar is om een tweede, op enige afstand van de vouwlijn gelegen vouwlijn.11. Image carrier as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the strip is also foldable about a second fold line located at some distance from the fold line. 12. Afbeeldingsdrager volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat twee stroken zijn toegepast. .20Image carrier according to one of the preceding claims, characterized in that two strips are used. .20 13. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de stroken ten opzichte van een vertikale'symme-trielijn van de afbeeldingsdrager gespiegeld zijn geplaatst.Image carrier according to claim 12, characterized in that the strips are mirrored relative to a vertical symmetry line of the image carrier. 14. Afbeeldingsdrager volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de stroken ter plaatse van de symmetrielijn met 25 hun van hun vouwlijn afgekeerde uiteinde op elkaar aansluiten. 100852714. Image carrier according to claim 13, characterized in that the strips connect to each other at the location of the line of symmetry with their end remote from their fold line. 1008527