NL1007529C2 - Inbraakwerend profiel. - Google Patents

Description

975185/Ti/fh

Korte aanduiding: Inbraakwerend profiel.

De uitvinding heeft betrekking op een inbraakwerend profiel omvattende een tegen de kopse eindrand van een deur of raam te monteren profiellijf en met een daarvan uitgaand, in gemonteerde toestand tot boven het kozijn 5 reikend, been.

Een dergelijk profiel is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 9400598.

Dit bekende, uit tot de gewenste configuratie omgezet plaatmateriaal vervaardigd profiel is bestemd tegen 10 de kopse eindrand van een deur of raam te worden aangebracht zodat in de gesloten toestand daarvan de ruimte tussen deur of raam, en het kozijn ervan, wordt overbrugd .

Het tegen inbraak beveiligen van deuren en ramen, 15 in het bijzonder naar buiten draaiende deuren en ramen staat door de nog steeds verder toenemende "kleine criminaliteit" sterk in de belangstelling. Daarbij wordt veel aandacht geschonken aan het verbeteren van het hang- en sluitwerk dat binnen het kader van een gestan-20 daardiseerde beproeving wordt geclassificeerd als: "Standaard" (S), "Zwaar" (Z) , of "Extra Zwaar" (EZ). Om een classificatie te verkrijgen moet hang- en sluitwerk ter beproeving worden aangeboden aan de keuringsinstan-tie S.K.G. waar wordt nagegaan of wordt voldaan aan de 25 eisen gesteld in het "Politiekeurmerk Veilig Wonen" per 01.01.98 het Nationaal Keurmerk Wonen). De classificatie '- "Standaard" wordt verleend wanneer hang- en sluitwerk drie minuten inbraakwerend wordt bevonden, de classificatie "Zwaar" wordt verkregen wanneer het vijf minuten 30 inbraakwerend blijkt en de classificatie "Extra Zwaar" ten slotte wordt verkregen wanneer het tien minuten inbraakgeweld blijkt te weerstaan.

Voorts wordt de eis gesteld dat, wanneer de sluit-naad tussen deur en kozijn breder is dan 2 mm (wat in de 35 praktijk vrijwel altijd het geval is) , deze door een afdekprofiel moet zijn afgeschermd. Bij houten deuren 1007529 2 die, zoals bekend, door wisselingen in omgevingstemperatuur en -vochtigheid sterk "werken" zal in de praktijk altijd aan die eis moeten worden voldaan.

Een enkel slot, of dit nu een hoofdslot (met dag-5 en nachtschoot) danwel een bijzetslot is blijkt vrijwel nooit beter te scoren dan "Standaard". Het door middel van een gemeenschappelijke slotvoorplaat combineren van meerdere, bijvoorbeeld drie, sloten tot een zgn. meer-puntsluiting (waarbij de respectievelijke sloten zowel 10 individueel als gemeenschappelijk vanuit het hoofdslot kunnen worden bediend) kan de classificatie verbeteren naar "Zwaar" of zelfs "Extra Zwaar".

De uitvinding berust op het inzicht dat een profiel van de in de aanhef genoemde soort op eenvoudige en 15 weinig kostenverhogende wijze geschikt kan worden gemaakt om enerzijds de functie van het afdekken van de tussen deur en kozijn aanwezige ruimte, en anderzijds de functie van het tot een meerpuntsluiting verenigen van een aantal individuele sloten respectievelijk het opne-20 men van een kant-en-klare meerpuntsluiting te vervullen.

Volgens de uitvinding wordt hiertoe voorgesteld dat het profiellijfdeel een langwerpige, ondiepe kamer bepaalt waarvan de bodem in gemonteerde toestand naar deze eindrand is gericht.

25 Door het profiel met de daarin opgenomen sloten als één geheel ter classificatie aan te bieden ontstaat de mogelijkheid de classificatie "Zwaar" of zelfs "Extra Zwaar" te verkrijgen, en dit tegen kosten die niet veel hoger zijn dan die van individuele sloten tezamen met 30 als een los element aangebracht inbraakprofiel.

De langwerpige, ondiepe kamer vormt een ruimte waarin ofwel de individuele, korte slotvoorplaten van een aantal, bijvoorbeeld drie, sloten kunnen worden opgenomen, maar waarin ook de lange slotvoorplaat van 35 een gerede meerpuntsluiting past. Het in gemonteerde toestand tot boven het kozijn reikend been verricht de, op zich bekende, functie van het afdekken van de ruimte tussen deur (of paneel) enerzijds en kozijn anderzijds 1007529 3 terwijl in de kamer de slotvoorplaat respectievelijk de slotvoorplaten beschermend zijn opgenomen.

Het profiel volgens de uitvinding geeft bij een juiste dimensionering van deur of raam op eenvoudige 5 wijze de mogelijkheid een sterk verbeterde inbraakwering te realiseren, waarbij het bewerkelijke, in de kopse deureindrand "inlaten" der slotvoorplaten uiteraard vervalt.

Het profiel kan uiteraard als een profiel voor 10 "eerste montage" worden toegepast doch is ook uitstekend geschikt voor renovatie waarbij slechts van een bestaande deur een smalle strook van de kopse eindrand behoeft te worden verwijderd.

Een meerpuntsluiting met een centrale bediening 15 heeft een achter de slotvoorplaat verlopend, de sloten koppelend, bedieningsorgaan. Volgens de uitvinding is dit bedieningsorgaan op eenvoudige wijze onder te brengen wanneer volgens een voorkeursuitvoeringsvorm uit een deel van de bodem van de eerste kamer een tweede, ondie-20 pe kamer is gevormd.

Het zal duidelijk zijn dat het profiel volgens de uitvinding bij voorkeur compleet met sloten als een verkoopeenheid met gestandaardiseerde afmetingen in de handel zal worden gebracht, dus reeds voorzien van uit-25 sparingen voor de op te nemen sloten.

Verder voorkeursuitvoeringsvormen der uitvinding zijn beschreven in de conclusies 3 tot en met 12.

De uitvoeringsvorm volgens de conclusies 4-6 geeft niet alleen een bescherming tegen het van de deurrand 30 "lospellen" van het profiel doch voorkomt ook, wanneer de ribben nauwpassend in de deur zijn ingelaten, kromtrekken van de deur.

De in conclusie 9 beschreven uitvoeringsvorm biedt interessante toepassingsmogelijkheden voor gebruik bij 35 dubbele deuren.

Bij voorkeur zijn de profielen volgens de uitvinding door extrusie uit aluminium vervaardigd met als voordeel dat een dergelijk profiel een uitstekende maat-nauwkeurigheid vertoont, niet verwringt, op eenvoudige 1007529 4 wijze kan worden voorzien van een oppervlaktebescher-mingslaag en, zoals de praktijk heeft uitgewezen, een uitstekende bescherming tegen forceren biedt. In tegenstelling tot de bekende uit (staal)plaatmateriaal ver-5 vaardigde profielen zal bij een poging tot forceren het profielmateriaal ter plaatse van deze forceerpoging onder elastische deformatie meegeven terwijl de aangrenzende profieldelen onaangetast en onvervormd blijven en zonder dat door het plaatselijk forceren van het profiel 10 een gehele profiellengte kan worden losgetrokken. Het resultaat is dat een inbreker een dergelijk profiel over de gehele lengte op een aantal plaatsen zal moeten forceren wat uiteraard zeer tijdrovend is.

De gevraagde uitsluitende rechten omvatten voorts 15 een samenstel zoals beschreven in conclusie 13.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekeningen. Daarin tonen: fig. 1 een eindaanzicht van een gedeelte van een deur en kozijn voorzien van een profiel volgens de uit-20 vinding; fig. 2a een perspectivische afbeelding van een meerpuntsluiting met een slotplaat en de daarmee samenhangende individuele sloten; fig. 2b een perspectivische afbeelding van drie 25 individuele sloten, met het profiel volgens de uitvinding tot een meerpuntsluiting gecombineerd; fig. 3, 4 en 5 dwarsdoorsneden van enigszins gewijzigde uitvoeringsvormen van een profiel volgens fig. 1; fig. 6-11 in dwarsdoorsnede uitvoeringsvarianten 30 van een profiel met twee kamers; fig. 12 in doorsnede de toepassing van de uitvin-dingsgedachte op een dubbele-deurprofiel.

Fig. 1 toont een eindaanzicht van een profiel volgens de uitvinding, aangebracht aan de buitenzijde van 35 een naar buiten draaiende deur. Deze laatste is in de figuur aangegeven met het verwijzingscijfer 2; het kozijn waarin de deur is opgenomen is aangegeven met 4.

Het profiel, in zijn geheel aangegeven met 6, heeft een profiellijf 8 waarvan het boveneinde 10 zich in de 1007529 5 figuur naar rechts voortzet in een basisdeel 12 en naar links in een de ruimte 14 tussen deur 2 en kozijn 4 af schermend afdekbeen 16 met de tochtstrip 17. De basis 12 is door middel van schroeven 18 op de buitenzijde 20 5 van de deur 2 vastgezet; basis 12 en afdekbeen 16 hebben de configuratie die op zich bekend is uit de Nederlandse octrooiaanvrage 9400584 t.n.v. aanvraagster.

Het lijfdeel 8 is volgens de uitvinding uitgevoerd met een ondiepe kamer 22 die wordt begrensd door de 10 bodem 24 en de opstaande randen 26a, 26b; eerstgenoemde, 26a, gaat via een overgangsrand 30 over in het boveneinde 10 van het lijfdeel en de laatstgenoemde, 26b, vormt tezamen met de randen 32, 34 een U-vormige eindrand. Deze ligt, met het lijfdeel 24, aan tegen de kopse eind-15 rand 36 van de deur 2 en kan eventueel door middel van schroeven 38 daarin zijn vastgezet; essentieel is dit niet.

De kamer 22 is bestemd voor het opnemen van een in fig. 1 gestreept getekende slotvoorplaat 40 zoals afge-20 beeld in fig. 2a en 2b.

Fig. 2a toont hoe een lange slotvoorplaat 40 die een aantal, in dit geval drie, sloten 42, 44, 46 tot een samenhangende, in de handel verkrijgbare, eenheid (meer-puntsluiting) combineert. De sloten kunnen individueel, 25 danwel vanuit een centraal punt, meestal het (centrale) hoofdslot, bedienbaar zijn. Doordat zij tot een samenhangende eenheid zijn verbonden zijn zij beter inbraakwerend en wordt het geheel in een hogere veiligheidsklasse ingedeeld dan een combinatie van meerdere in een 30 deur opgenomen, niet samenhangende, individuele sloten.

Echter, het profiel volgens de uitvinding geeft de mogelijkheid op eenvoudige en goedkope wijze reeds bestaande individuele sloten, elk met een eigen slotvoorplaat tot een meerpuntsluiting te verenigen. Fig. 2a 35 toont in perspectief drie individuele sloten 42a, 44a, 46a, elk met de eigen slotvoorplaat 43, 45, 47 die is opgenomen in de hierboven beschreven kamer 22 van het profiel 6 volgens de uitvinding. Daar individuele sloten reeds geruime tijd worden geleverd met een genormali- 1007529 6 seerde slotvoorplaatbreedte kunnen dergelijke sloten zonder meer met een profiel volgens de uitvinding worden gecombineerd waarbij, zoals reeds gezegd, de aldus verkregen combinatie in een hogere veiligheidsklasse valt.

5 Fig. 3 toont hoe de inbraakwerende werking van het geheel wordt verbeterd doordat van de bodem 24 een dwarsribbe 50 uitgaat die een extra inbraakbeveiliging ' geeft, en waartoe in de kopse eindrand 36 van de deur 2 een gleuf 52 moet worden ingezaagd. Indien deze dwars-10 ribbe nauwpassend is opgenomen in een in de kopse eindrand van de deur ingezaagde uitsparing leidt dit tot een belangrijk voordeel: het voorkomen respectievelijk corrigeren van kromtrekken van de deur. Nu hardhout vrijwel niet meer wordt toegepast worden deuren vrijwel 15 uitsluitend vervaardigd uit vurenhout of naaldhout en als gevolg van verschillen in temperatuur en vochtgehalte hebben dergelijke deuren een sterke neiging tot kromtrekken - met als directe consequentie het niet meer sluiten van een meerpuntsluiting. Het profiel volgens de 20 uitvinding ondervangt dit probleem vergaand.

Fig. 4 toont hoe de bevestigingsschroeven 18 op de uit de Nederlandse octrooiaanvrage 9400584 t.n.v. aanvraagster bekende wijze zijn afgedekt met een strip 54 geborgd met borgschroeven 56, terwijl fig. 5 toont hoe 25 door middel van een getrapt overgangsdeel 58 het profiel volgens de uitvinding geschikt kan worden gemaakt voor toepassing op een terugliggende deur 60.

Meerpuntsluitingen kunnen zijn uitgevoerd met drie onafhankelijke, individueel te bedienen sloten, doch 30 veelvuldig zal een situatie optreden waarin een aantal sloten onderling is gekoppeld en centraal, bijvoorbeeld via een bedieningsstang, wordt bediend. Het de sloten koppelend bedieningsorgaan, i.e. de bedieningsstang, ligt dan achter de gemeenschappelijke slotvoorplaat en 35 daarvoor moet in het profiel volgens de uitvinding ruimte worden gecreëerd. Dit is het geval bij de hierna te beschrijven uitvoeringsvormen.

Fig. 6 toont hoe volgens de uitvinding achter de eerste kamer 22, bestemd ter opname van de gestreept 1007529 1 | ’ i 7 getekende slotvoorplaat 40, een tweede kamer 64 is gevormd waarvan de bodem 66 is opgenomen in, en afsteunt tegen de kopse eindrand 68 van de deur 70. Het profiel, 6a, is verder in hoofdzaak gevormd op de in de voorgaan-5 de figuren aangegeven wijze echter met het verschil dat de basis 12a ervan korter is en niet door middel van bevestigingsschroeven is vastgezet; de bevestiging van het profiel aan de deur geschiedt uitsluitend via de door de bodem 66 van de tweede kamer gaande schroeven 10 72. Uiteraard kan de basis ook zijn uitgevoerd op de in de voorgaande figuren aangegeven wijze.

De voor een aantal sloten gemeenschappelijke bedie-ningsstang 67 is opgesloten tussen de bodem 66 en de naar elkaar toe gerichte, van de profielbenen 69a, 69b 15 uitgaande, randen 74a, 74b.

Ter plaatse van een slot wordt bij de montage voor het opnemen van het met streeppuntlijnen schematisch aangegeven slothuis 78 het met een dubbele arcering getekend gedeelte weggefreesd.

20 Fig. 7 toont een variant waarbij de basis 12 is geconfigureerd op de in fig. 1 aangegeven wijze en is vastgezet door middel van daar doorheen gaande schroeven 18; vanuit de bodem 66 van de kamer 64 gaat een dwars-ribbe 80 uit waardoor de schroeven 18 gaan. De bodem 66 25 is door middel van schroeven 72 tegen de eindrand 68 van de deur 70 vastgezet. Fig. 8 toont een detail: de toepassing van een afdekplaat 82 met omgezette eindranden 84a, 84b door middel van stroken zelfklevend materiaal 86a, 86b vastgezet tegen ribben 74, 76. Een dergelijke 30 afdekplaat 82 dekt de ruimten die niet door de een aantal sloten verbindende slotplaat 40 wordt afgedekt, af.

Fig. 9 toont hoe een dergelijke afdekplaat 80 bovendien nog kan zijn voorzien van korte "zoekribben" 88a, 88b, vallend binnen de eindranden van de ribben 74, 35 76.

Fig. 10 toont een uitvoeringsvorm met twee dicht bij elkaar gelegen, van de bodem 66 uitgaande ribben 90a, 90b waartussen de bevestigingsschroeven 92 zijn aangebracht; het in deze figuur getekend profiel heeft 1007529 δ voorts de bevestigingsschroeven 94 gaande door de basis 96 en de ribben 90a, 90b. Deze figuur toont tevens een slotvoorplaat 40 en bedieningsstang 67.

Fig. 11 toont een uitvoeringsvorm waarbij achter de 5 tweede kamer 64 een derde kamer 100 is gevormd bepaald door de lange, uit de ribben 26a, 26b uitgaande ribben 102a, 102b en de bodem 104, waardoor de bevestigings schroeven 105 gaan. In feite is deze configuratie ontstaan door de vrije einden van de ribben 90a, 90b met 10 elkaar te verbinden. Een dergelijke configuratie geeft een bijzonder sterk profiel en dus een zeer grote in-braakveiligheid en is in feite een ideaal renovatiepro-fiel: van een bestaande deur behoeft slechts aan de kopse kant een dunne reep te worden af gefreesd en de 15 ruimte voor het opnemen van de tweede en derde kamer te worden gevormd; door de grote sterkte van het profiel zal na het aanbrengen ervan zelfs een ernstig kromgetrokken deur weer recht zijn.

De kamer 100 kan worden gebruikt voor het daarin 20 onderbrengen van elektrische leidingen voor het geval waarin elektrisch bestuurbare sloten worden gebruikt. Dan moet uiteraard worden gezorgd dat de bevestigingsschroeven 107 die gaan door de opliggende ribbe 12, niet te diep in de kamer 100 reiken.

25 Een interessante toepassing van de uitvindingsge- dachte is die bij dubbele deuren, zoals getoond in fig. 12 .

Fig. 12 toont een doorsnede door een profielsamen-stel zoals door aanvraagster in de handel gebracht, in 30 principe beschreven in haar Nederlandse octrooi 140 316, hier in hoofdzaak vormgegeven op de wijze zoals getoond in de brochure: "De nieuwe generatie Deurnaalden! P-

Deurnaalden", 1979, blz. 6 e.v., doch nu gemodificeerd op de volgens de uitvinding voorgestelde wijze. Van de 35 dubbele deuren 110-112 is de eindrand van de deur 110 afgewerkt met het uit deze brochure op zich bekende profiel 114 met het eindgrendelelement 116 en het bedie-ningselement 118 daarvan. In de deur 112 zijn een of meer sloten aangebracht en het deze deur 112 afdekkend 1007529 9 profiel 120 heeft een eerste kamer 122 die wordt bepaald tussen de van het lijfdeel 124 uitstekende ribben 126a, 126b bepaalde ruimte en een daarachter gelegen, tweede kamer 128 bepaald door de ribben 130a, 130b en de bodem 5 132 waardoor de schroeven 134 gaan.

De eerste kamer 122 neemt een slotvoorplaat 124 op en de tweede kamer 128 een gemeenschappelijk bedienings-orgaan 136; daarbij is er voldoende diepte voor het opnemen van een hoogkantig bedieningsorgaan.

1007529

Claims (13)

1 C 07529 sende, de naar elkaar toe gerichte eindranden daarvan overlappende afdeklij st.

1. Inbraakwerend profiel omvattende een tegen de kopse eindrand van een deur of raam te monteren profiel-lijf en met een daarvan uitgaand in gemonteerde toestand tot boven het kozijn reikend been, met het kenmerk, dat 5 het profiellijfdeel een langwerpige, ondiepe kamer bepaalt waarvan de bodem in gemonteerde toestand naar deze eindrand is gericht.

2. Profiel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat uit een deel van de bodem van de eerste kamer een 10 tweede, ondiepe kamer is gevormd.

3. Profiel volgens conclusie 1-2, met het kenmerk, dat de eerste respectievelijk tweede kamer rechthoekig is.

4. Profiel volgens conclusie 1-3, gekenmerkt door 15 een eerste van uit de bodem van de eerste of tweede kamer uitstekende borgribbe.

5. Profiel volgens conclusie 4, gekenmerkt door een tweede op afstand van en evenwijdig aan de eerste borgribbe aangebrachte borgribbe.

6. Profiel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de beide borgribben door een verbindingsribbe met elkaar zijn verbonden.

7. Profiel volgens conclusie 2-6, gekenmerkt door twee met de eindranden naar elkaar toe gerichte, vanuit 25 de bodem van de eerste kamer uitgaande en de tweede kamer gedeeltelijk afdekkende eindribben.

8. Profiel volgens conclusie 1-7, gekenmerkt door een van het lijfdeel uitgaand in gemonteerde toestand tegen de deurbuitenwand aanliggende basis en door een 30 daarvan af gericht, eveneens van het lijfdeel uitgaand tot boven het kozijn reikend afdekdeel.

9. Profiel volgens conclusie 1-8, met het kenmerk, dat het lijfdeel het lijf deel is van een dubbele-deur-profiel.

10. Profiel volgens conclusie 1-9, gekenmerkt door een binnen de opstaande randen van de eerste kamer pas-

11. Profiel volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de lijst aan de naar deur of raam gerichte zijde 5 daarvan is voorzien van dwars uitstekende, binnen de randen passende ribben.

12. Profiel volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het door extrusie uit aluminium is vervaardigd.

13. Samenstel bestaande uit een profiel volgens een of meer der voorgaande conclusies in combinatie met een of meer daarin op te nemen sloten. 1007529 '