NL1001158C2 - Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel. - Google Patents

Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel. Download PDF

Info

Publication number
NL1001158C2
NL1001158C2 NL1001158A NL1001158A NL1001158C2 NL 1001158 C2 NL1001158 C2 NL 1001158C2 NL 1001158 A NL1001158 A NL 1001158A NL 1001158 A NL1001158 A NL 1001158A NL 1001158 C2 NL1001158 C2 NL 1001158C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
milk
acid
line system
cleaning
cleaning liquid
Prior art date
Application number
NL1001158A
Other languages
English (en)
Inventor
Karel Van Den Berg
Original Assignee
Maasland Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Maasland Nv filed Critical Maasland Nv
Priority to NL1001158A priority Critical patent/NL1001158C2/nl
Priority to AU62102/96A priority patent/AU704681B2/en
Priority to EP96202430A priority patent/EP0761091B1/en
Priority to DE69620959T priority patent/DE69620959T2/de
Priority to US08/707,517 priority patent/US6323033B1/en
Priority to JP8236886A priority patent/JPH09117731A/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL1001158C2 publication Critical patent/NL1001158C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B9/00Cleaning hollow articles by methods or apparatus specially adapted thereto 
    • B08B9/02Cleaning pipes or tubes or systems of pipes or tubes
    • B08B9/027Cleaning the internal surfaces; Removal of blockages
    • B08B9/032Cleaning the internal surfaces; Removal of blockages by the mechanical action of a moving fluid, e.g. by flushing
    • B08B9/0321Cleaning the internal surfaces; Removal of blockages by the mechanical action of a moving fluid, e.g. by flushing using pressurised, pulsating or purging fluid
    • B08B9/0325Control mechanisms therefor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J7/00Accessories for milking machines or devices
    • A01J7/02Accessories for milking machines or devices for cleaning or sanitising milking machines or devices
    • A01J7/022Clean-in-Place Systems, i.e. CIP, for cleaning the complete milking installation in place
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B3/00Cleaning by methods involving the use or presence of liquid or steam
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B9/00Cleaning hollow articles by methods or apparatus specially adapted thereto 
    • B08B9/02Cleaning pipes or tubes or systems of pipes or tubes
    • B08B9/027Cleaning the internal surfaces; Removal of blockages

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Dairy Products (AREA)
  • Investigating Or Analyzing Materials By The Use Of Electric Means (AREA)
  • Cleaning In General (AREA)
  • Cleaning By Liquid Or Steam (AREA)

Description

WERKWIJZE VOOR HET REINIGEN VAN EEN MELRLEIDINGSTELSEL
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel van een melkinrichting.
5 Bij dergelijke melkinrichtingen dient het melkleidingsteleel na verloop van tijd te worden gereinigd om te voorkomen dat door het melkleidingsteleel afgevoerde melk verontreinigd raakt en aldus een mindere kwaliteit krijgt. Bij de conventionele melkmachines wordt het leidingsteleel 10 gereinigd nadat de kudde is gemolken. In het geval van een melkrobot wordt het melkleidingsteleel bijvoorbeeld gereinigd nadat een zekere tijd is verstreken of een tevoren bepaald aantal dieren is gemolken. Voorts kan het melkleidingstelsel ook worden gereinigd, wanneer is geconstateerd dat melk 15 afkomstig van een dier dat bijvoorbeeld is besmet met mas titis, door de leiding wordt afgevoerd.
De reiniging van het melkleidingstelsel is in drie fasen op te splitsen, te weten: de voorspoeling, de hoofdreiniging en de naspoeling. De voorspoeling dient om de 20 melkresten zo veel mogelijk uit de installatie te verwijderen vóór de hoofdreiniging. Hierdoor kan bij de hoofdreiniging met minder reinigingsmiddel worden volstaan. Om dit te bereiken, mag de voorspoeling geen circulatiespoeling zijn. Voor de voorspoeling wordt water gebruikt met een temperatuur 25 van 40* - maximaal 60* C. Na de voorspoeling volgt de hoofdreiniging. De hoofdreiniging is bedoeld om de installatie te reinigen en te ontsmetten. Dit gebeurt door een reinigingsvloeistof te laten circuleren. De reiniging vindt meestal plaats met een alkalisch middel, dat een reinigende 30 , en/of ontsmettende werking heeft. Om aanslag in het melkleidingsteleel te voorkomen, dient het melkleidingstelsel van tijd tot tijd ook te worden gereinigd met een zuurmiddel. Met het zuurmiddel kan aanslag die zich in het melkleidingstelsel heeft afgezet, zoals bijvoorbeeld op de 35 electroden van een melkgeleidbaarheidssensor, worden opgelost en aldus uit het melkleidingsysteem verwijderd. Na de hoofdreiniging dient het melkleidingstelsel door middel van naspoeling te worden gereinigd. Hiermee wordt voorkomen dat 1001 1 58.
2 er resten van de reinigingsvloeistof in de melk komen. De naspoeling wordt uitgevoerd met leidingwater. Het naspoel-water dient bij voorkeur niet te circuleren.
In de praktijk is gebleken dat tijdens de reiniging 5 van de melkwinningsapparatuur er fouten ontstaan, waardoor deze apparatuur onvoldoende wordt gereinigd, met als gevolg dat het kiemgetal van de melk vele malen groter wordt. Oorzaken hiervan kunnen zijn dat de dosering van het alkalisch middel of het zuur onvoldoende ie, of er onvol-10 doende naspoeling plaatsvindt, of bepaalde plaatsen door de reinigingsvloeistof niet worden bereikt, doordat bijvoorbeeld een slang wordt afgeklemd, etc.
De uitvinding beoogt een werkwijze, waarbij bovengenoemde nadelen zich niet voordoen, of althans in sterke 15 mate worden beperkt.
Overeenkomstig de uitvinding wordt dit bereikt door een werkwijze voor het bepalen van de mate waarin een melkleidingstelsel wordt doorgespoeld met een reinigingsvloeistof, waarbij op één of meerdere plaatsen in het 20 melkleidingstelsel de electrische geleidbaarheid van de reinigingsvloeistof wordt gemeten, waarna de zuiverheid van de reinigingsvloeistof wordt vastgesteld. Op deze wijze vindt er een controle plaats op het reinigen van het melkleidingstelsel. Hiermee kan worden voorkomen dat het melkleiding-25 stelsel onvoldoende wordt gereinigd, en de melk een verhoogd kiemgetal vertoont.
Volgens een werkwijze overeenkomstig de uitvinding, wordt op voor de reinigingsvloeistof moeilijk bereikbare plaatsen en/of in het melkleidingstelsel storingsgevoelige 30 plaatsen, de electrische geleidbaarheid van de reinigings vloeistof gemeten.
Volgens een verdere werkwijze overeenkomstig de uitvinding wordt de electrische geleidbaarheid in een op een melkbeker aangesloten leiding gemeten. In de praktijk is 35 gebleken dat deze plaats storingsgevoelig en moeilijk bereik baar is.
Volgens een verder kenmerk van de uitvinding, wordt, aan de hand van de meetresultaten van de electrische 1001158.
3 geleidbaarheidsmeting, de concentratie van het in de reinigingsvloeistof aanwezig oplosmiddel bepaald. Aan de hand van de meetresultaten kan worden gecontroleerd of de concentratie oplosmiddel onvoldoende is of te veel. Het aan de 5 reinigingsvloeistof toegevoegde oplosmiddel is bij voorkeur een zuur of een alkalisch middel. Volgens een nader kenmerk van de uitvinding wordt de concentratie loog of de concentratie zuur bepaald. Volgens weer een ander kenmerk van de uitvinding wordt, nadat de concentratie loog of zuur is 10 bepaald, deze vergeleken met een tevoren bepaalde waarde voor de concentratie loog/zuur en wordt, als de waarde niet wordt bereikt, aan de reinigingsvloeistof loog of zuur toegevoegd totdat de waarde is bereikt, terwijl, wanneer deze waarde wordt overschreden, er reinigingsvloeistof wordt toegevoegd 15 totdat de waarde is bereikt. De juiste concentratie van het reinigingsmiddel is van belang voor een goede reiniging. Een lagere dosering vermindert immers de reinigende werking, terwijl een hogere dosering onnodig groot verbruik en een sterke belasting van het milieu geeft.
20 Volgens weer een ander kenmerk van de uitvinding, wordt een werkwijze toegepast waarbij, nadat het melk-leidingstelsel met een reinigingsvloeistof ie doorgespoeld, het melkeidingstelsel wordt nagespoeld met een naspoelvloei-stof en wordt tijdens het naspoelen de concentratie van het 25 loog of het zuur in het melkleidingstelsel bepaald en ver geleken met een tevoren bepaalde minimumwaarde voor de concentratie loog of zuur en wordt het naspoelen van het melkleidingstelsel pas dan beëindigd, als de minimumwaarde is bereikt. Hiermee kan worden voorkomen dat residuen van de 30 reinigingsvloeistof in de melk terecht komen en invloed hebben op de melkkwaliteit.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze met het kenmerk, dat het melkleidingstelsel wordt doorgespoeld met een ijkvloeistof die een tevoren bekende 35 concentratie loog of zuur bevat en dat deze ijkwaarde wordt vergeleken met de in het melkleidingstelsel gemeten waarde loog of zuur en dat, indien de gemeten waarde afwijkt van de ijkwaarde, de middelen met behulp waarvan de electrische 10 01 1 58.
4 geleidbaarheid van de vloeistof wordt gemeten, worden geijkt. In de praktijk is gebleken dat voornoemde middelen na enige tijd afwijkingen vertonen. Deze afwijkingen worden bijvoorbeeld veroorzaakt door in de melk aanwezige stoffen die zich 5 afzetten op de middelen en die tijdens het reinigen onvol doende worden verwijderd. Ook kan er sprake zijn van slijtage van de middelen. Door het opnieuw ijken van de middelen kan hierna weer een betrouwbare meting met de middelen worden verricht.
10 De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrichting voor het toepassen van een werkwijze zoals hierboven vermeld, waarbij de inrichting een melkleidingstel-sel omvat met daarin opgenomen één of meer melkgeleidbaar-heidssensoren. In de praktijk worden deze melkgeleidbaar-15 heidssensoren gebruikt om de melk te controleren op bijvoor beeld mastitis. In de onderhavige uitvinding worden de op zich bekende melkgeleidbaarheidssensoren voor een andere toepassing gebruikt, namelijk controle op het reinigen van het melkleidingstelsel.
20 Volgens een nader kenmerk van de uitvinding omvat de inrichting een melkleidingstelsel waarin één of meer melkbekers zijn opgenomen. Volgens weer een ander kenmerk van de uitvinding, is in de melkleiding van een melkbeker een melkgeleidbaarheidssensor aangebracht. In een voorkeursuit-25 voering overeenkomstig de uitvinding, is elke melkleiding die is aangesloten op een melkbeker voorzien van een melkgeleidbaarheidssensor. Op deze wijze kan een optimale controle van de reiniging van de melkleidingen van de melkbekers plaatsvinden. Overeenkomstig weer een ander 30 kenmerk van de uitvinding, omvat de inrichting een melkrobot voor het automatisch aan- en afkoppelen van melkbekers aan, respectievelijk van de spenen van een dier. Het toepassen van een werkwijze zoals hierboven beschreven bij een inrichting met een melkrobot en een melkleidingstelsel, heeft grote 35 voordelen, daar de melkrobot gedurende lange tijd zonder toezicht van een bedieningspersoon werkzaam is en er aldus controle plaats vindt op het reinigen van het melk-leidingstelsel, zonder dat daar een bedieningspersoon bij 1001 1 58.
5 aanwezig is.
De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, zoals dit is weergegeven in de bijgaande figuur 1, dat een schematische opstelling van een inrichting voor het automatisch melken van dieren toont, 5 waarbij alleen die onderdelen van de inrichting zijn weergegeven, die voor de uitleg van de onderhavige uitvinding van belang zijn. Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins is beperkt tot deze uitvoeringsvorm; dit voorbeeld dient slechts ter illustratie van de uitvinding.
10 In de in figuur 1 aangegeven inrichting zijn de melkbekers met het verwijzingscijfer 1 aangegeven. Deze melkbekers zijn elk voorzien van een voering van flexibel materiaal, waarmede de speenruimte van een melkbeker is gescheiden van de pulsatieruimte. De melkbekers 1 kunnen met 15 behulp van een niet in de figuur aangegeven melkrobot automatisch worden aan- en afgekoppeld aan, respectievelijk van de spenen van een dier. Op de speenruimte van elk van de melkbekers 1 is een melkleiding 2 aangesloten. Deze melklei-dingen 2 monden alle uit in een melkglas 3. Via een kraan 4, 20 een pomp 5 en een kraan 6 staat het melkglas 3 in verbinding met een melktank 7. Voor elk van de melkbekers 1 is een pulsator 8 aanwezig, die tijdens het melken in de pulsatieruimte van de desbetreffende melkbeker 1 een de melkgift stimulerende, pulserende onderdruk aanlegt. Elk van de pulsa-25 tors 8 is aangesloten op een vacuümbalanstank 9, waarin met behulp van een motorisch aangedreven pomp 10 een gestabiliseerde onderdruk wordt opgewekt. In elk van de op de melkbekers 1 aangesloten melkleidingen 2 is achtereenvolgens een afsluitelement 11, een vacuürosensor 12 en een melkgeleidbaar-30 heidesensor 13 opgenomen. Met de melkgeleidbaarheidssensor 13 kan de electrische geleidbaarheid van melk en een reinigings-spoelvloeistof worden bepaald. De inrichting omvat voorts een computer 14, met behulp waarvan de diverse onderdelen van de inrichting voor het automatisch melken worden bestuurd. Ten 35 behoeve van het spoelen is de inrichting voorzien van een spoelcircuit 15 dat wordt gevormd door een spoelvloeistoftank 16, een spoelvloeistoftoevoerleiding 17, afzonderlijke 10 01 1 58.
6 spoelvloeistoftoevoerleidingen 18, die alle zijn aangesloten op de spoelvloeistofleiding 17, en op de afzonderlijke spoelvloeistoftoevoerleidingen 18 aangesloten epoeljetters 19 waarop de melkbekers 1 kunnen worden aangesloten. Om een 5 gesloten spoelcircuit te verkrijgen, kan het melkglas 3 via de kraan 6 en een retourleiding 20 weer op de spoelvloeistof-tank 16 worden aangesloten. Met behulp van een spoelvloeistof leiding 21 kan voorts rechtstreeks een verkort spoelcircuit door het melkglas 3 worden verkregen. In de spoelvloei-10 stofleiding 21 ie verder een geleidbaarheidssensor 24 opgenomen, met behulp waarvan eveneens de electrische geleidbaarheid van de reinigingsspoelvloeistof kan worden bepaald. Met behulp van een verwarmingselement 22 in de spoelvloeistof tank 16 kan water van bij voorkeur 40 è 60*C met 15 daarin een reinigingsmiddel door de onderdruk in het melkglas 3 worden aangezogen via de spoelvloeistoftoevoerleiding 17, de afzonderlijke spoelvloeistoftoevoerleidingen 18, de spoeljetters 19, de melkbekers 1 en de melkleidingen 2. Deze reinigings- spoelvloeistof wordt dan weer via de kraan 4 met 20 behulp van de pomp 5 en via de kraan 6 teruggepompt naar de spoelvloeistoftank 16. Wanneer de spoelvloeistof door de afzonderlijke spoelvloeistoftoevoerleidingen 18 wordt geleid, kan het voorkomen dat de hoeveelheden reinigingsspoelvloei-s tof die door de onderscheiden melkbekers heen gaan, in 25 aanzienlijke mate van elkaar verschillen. Vandaar dat in elk van de spoelvloeistoftoevoerleidingen 18 een afsluitelement 23 is opgenomen. Elk afsluitelement 23 staat onder besturing van een pulsator 8. De pulsators 8 kunnen door de computer 14 zodanig worden bestuurd dat de op de desbetreffende pulsators 30 aangesloten afsluitelementen 23 de epoelvloeistoftoevoerlei-dingen 18 achtereenvolgens vrijgeven en afsluiten, zodat de reinigingsspoelvloeistof opeenvolgend in de tijd door de respectieve melkbekers 1 wordt geleid. Om het spoelen van de melkbekers zo goed mogelijk te doen verlopen, wordt de 35 temperatuur van de reinigingsspoelvloeistof tijdens het spoelen zoveel mogelijk constant gehouden. Hiertoe is in het spoelcircuit 15 een temperatuursensor 25 opgenomen. Deze temperatuursensor staat in verbinding met de computer 14 die 10 01 1 58.
7 op zijn beurt het verwarmingselement 22 in de spoeltank bestuurt.
In de inrichting is verder op de spoelvloeistof-toevoerleiding 17 een eerste toevoerleiding 29 voor 5 reinigingsspoelvloeistof, zoals water, aangesloten. In de eerste toevoerleiding 29 is een computergestuurde kraan 30 is opgenomen. Ten einde de temperatuur van de reinigingsspoelvloeistof te kunnen regelen, omvat de eerste toevoerleiding 29 een thermostaatkraan 31, waarop een 10 warmwaterleiding 32 en een koudwaterleiding 33 zijn aangesloten. Met de computer 14 wordt, ten behoeve van het voorspoelen van de melkleidingen, melkbekers en het melkglas, de thermostaatkraan 31 ingesteld op een reinigingsspoel-vloeistof-temperatuur van tussen 32 en 42“C, bij voorkeur 15 ongeveer 37*C en wordt de computergestuurde kraan 30 ongeveer 5-7 minuten geopend.
Op de spoelvloeistofleiding 17 is verder nog een tweede, via de spoelvloeistoftank 16 lopende toevoerleiding 34 voor een verdere reinigingsspoelvloeistof aangesloten. De 20 tweede toevoerleiding 34 omvat eveneens een door de computer 14 gestuurde kraan 35.
De spoelvloeistof tank 16 omvat een door een thermostaat 40 geregeld verwarmingselement 22, met behulp waarvan het water kan worden opgewarmd tot een temperatuur 25 van ± 78*C, welke temperatuur zeer geschikt is voor hitte-reinigen. Om droogkoken van de spoelvloeistoftank 16 te voorkomen, omvat de vloeistoftank 16 vloeistofniveaupennen 41 die een signaal aan de computer 14 afgeven als er geen of onvoldoende water in de spoelvloeistoftank 16 aanwezig is. In 30 het spoelcircuit is verder nabij het melkglas 3 nog een melkgeleidbaarheidssensor 24 opgenomen, met behulp waarvan de electrieche geleidbaarheid van de spoelvloeistof is te meten, welke meting aan de computer 14 wordt afgegeven.
Voor het afvoeren van de spoelvloeistof in bijvoor-35 beeld het riool, omvat het spoelcircuit nog twee computergestuurde kranen 42.
De computergestuurde kraan 30 is uitgevoerd als driewegkraan. Op de spoelvloeistofleiding is een verdere 1901 15 8.
8 spoelvloeistofleiding 43 aangesloten, met behulp waarvan, via de eerste toevoerleiding 29 aangevoerde spoelvloeistof kan worden toegevoerd aan een reinigingsinrichting 44 voor het reinigen van reinigingselementen 45, met behulp waarvan de 5 uier en/of de spenen van een dier worden gereinigd. In de verdere spoelvloeistofleiding 43 is eveneens een geleid-baarheidssensor 24 opgenomen. In het onderhavige uit-voeringsvoorbeeld zijn de reinigingselementen 45 uitgevoerd als twee op afstand van elkaar gelegen reinigingsrollen 46, 10 die met behulp van een, overigens niet weergegeven, robot onder de uier van het dier kunnen worden gebracht. Tijdens het reinigen worden de spenen tussen de in tegengestelde richting aangedreven reinigingsrollen 45 schoon gewreven.
In de spoelvloeistofleiding 43 is een venturi-15 element 47 opgenomen. Het venturi-element 47 omvat een cilindrisch huis 48 met een aanvoernippel 49 en een afvoer-nippel 50. De aanvoernippel 49 strekt zich in het cilindrische huis 48 tot aan de afvoernippel 50 uit en heeft een taps verlopend einddeel 51. Op het cilindrisch huis 48 is 20 door middel van een verdere nippel 52 en een verdere leiding 53 een tank 54 met desinfecteervloeistof, zoals chloor, aangesloten. In de verdere leiding 53 is een computergestuurde kraan 55 opgenomen. Indien het gewenst is dat de reinigingselementen 45 met een chloor-watermengsel worden 25 gereinigd, dan kan een dergelijk mengsel worden verkregen door het openen van de computergestuurde kraan 55. Het door het venturi-element 47 stromende water bewerkstelligt dat in het cilindrische huis 48 een onderdruk ontstaat, waardoor de desinfecteervloeistof die zich in de tank 54 bevindt, in het 30 cilindrische huis 48 wordt gezogen en wordt vermengd met het water. Met de geleidbaarheidssensor 24 kan de concentratie van het chloor-watermengsel worden gecontroleerd.
Het toevoegen van zuur of loog aan de spoelvloei-stoftank 16 geschiedt op soortgelijke wijze als het toevoegen 35 van desinfecteervloeistof aan de spoelvloeistofleiding 43. De leiding 32 vertakt zich hiertoe in een eerste leiding 56 en een tweede leiding 57, die beide in de spoelvloeistoftank 16 uitmonden. In de eerste leiding 56 en de tweede leiding 57 is 1001 1 58.
9 een venturi-element 47 opgenomen, terwijl in beide leidingen 56 en 57 computergestuurde kranen 58 zijn opgenomen. Op het in de eerste leiding 56 opgenomen venturi-element 47 is, via een leiding 59, een tank 60 met daarin een alkalische vloei-5 stof aangesloten, terwijl op het in de tweede leiding 57 opgenomen venturi-element 47, via een leiding 61, een tank 62 met daarin een zuur is aangesloten. In de leidingen 59 en 61 zijn verder computergestuurde kranen 63 opgenomen. Met de geleidbaarheidssensor 24 die is opgenomen in de spoelvloei-10 stofleiding 17 is de geleidbaarheid van de reinigingsspoel-vloeistof te bepalen. Met de computer 14 is daarna de concentratie zuur of loog in de reinigingsspoelvloeistof te bepalen. De concentratie zuur of loog in de reinigingsspoelvloeistof wordt tevens bepaald met behulp van de 15 melkgeleidbaarheidssensoren 13 die nabij de melkbekers 1 in de melkleidingen 2 zijn opgenomen.
10 01 1 58.

Claims (13)

1. Werkwijze voor het bepalen van de mate waarin een melkleidingstelsel wordt doorgespoeld met een reinigingsvloeistof, waarbij op één of meerdere plaatsen in het 5 melkleidingstelsel de electrische geleidbaarheid van de reinigingsvloeistof wordt gemeten, waarna de zuiverheid van de reinigingsvloeistof wordt vastgesteld.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de electrische geleidbaarheid op voor de reinigingsvloeistof 10 moeilijk bereikbare plaatsen en/of in het melkleidingstelsel storingsgevoelige plaatsen wordt gemeten.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de electrische geleidbaarheid wordt gemeten in een op een melkbeker aangesloten leiding.
4. Werkwijze volgens een der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat aan de hand van de meetresultaten van de electrische geleidbaarheidsmeting, de concentratie van het in de reinigingsvloeistof aanwezige oplosmiddel wordt bepaald.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat 20 aan de reinigingsvloeistof een loog is of wordt toegevoegd en dat de concentratie loog wordt bepaald.
6. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat aan de reinigingsvloeistof een zuur is of wordt toegevoegd en dat de concentratie zuur wordt bepaald.
7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, met het ken merk, dat, nadat de concentratie loog of zuur is bepaald, deze wordt vergeleken met een tevoren bepaalde waarde voor de concentratie loog of zuur en dat, als deze waarde niet wordt bereikt, aan de reinigingsvloeistof loog of zuur wordt 30 toegevoerd totdat de waarde is bereikt, terwijl, wanneer deze waarde wordt overschreden, er reinigingsvloeistof wordt toegevoegd totdat de waarde is bereikt.
8. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat, nadat het melkleidingstelsel met de 35 reinigingsvloeistof is doorgespoeld, het melkleidingstelsel wordt nagespoeld met een naspoelvloeistof en dat tijdens het naspoelen de concentratie van het loog of het zuur in het 1001 1 58. melkleidingstelsel wordt bepaald en wordt vergeleken met een tevoren bepaalde minimumwaarde voor de concentratie loog of zuur en dat het naspoelen van het melkleidingetelsel pas dan wordt beëindigd, als de minimumwaarde is bereikt.
9. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het melkleidingstelsel wordt doorgespoeld met een ijkvloeistof die een tevoren bekende concentratie loog of zuur bevat en dat deze ijkwaarde wordt vergeleken met de in het melkleidingstelsel gemeten waarde 10 loog of zuur en dat, indien de gemeten waarde afwijkt van de ijkwaarde, de middelen met behulp waarvan de electrische geleidbaarheid van de vloeistof wordt gemeten, worden geijkt.
10. Inrichting voor het toepassen van een werkwi- ze volgens een der conclusies 1-9, met het kenmerk, dat de 15 inrichting een melkleidingstelsel omvat met daarin opgenomen één of meer melkgeleidbaarheidssensoren (24).
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat in het melkleidingstelsel één of meer melkbekers (1) zijn opgenomen.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat in de melkleiding van een melkbeker (1) een melkgeleid-baarheidssensor (24) is aangebracht.
13. Inrichting volgens een der conclusies 10 - 12, met het kenmerk, dat de inrichting een melkrobot omvat voor het 25 automatisch aan- en afkoppelen van melkbekers aan, respectievelijk van de spenen van een dier. 1001 1 58.
NL1001158A 1995-09-08 1995-09-08 Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel. NL1001158C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001158A NL1001158C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel.
AU62102/96A AU704681B2 (en) 1995-09-08 1996-08-16 A method of cleaning a milk line system
EP96202430A EP0761091B1 (en) 1995-09-08 1996-09-02 A method of cleaning a milk line system
DE69620959T DE69620959T2 (de) 1995-09-08 1996-09-02 Verfahren zum Reinigen eines Milchleitungssystem
US08/707,517 US6323033B1 (en) 1995-09-08 1996-09-04 Method and apparatus for cleaning a milk line system
JP8236886A JPH09117731A (ja) 1995-09-08 1996-09-06 ミルク管系統の洗浄方法および装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001158A NL1001158C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel.
NL1001158 1995-09-08

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1001158C2 true NL1001158C2 (nl) 1997-03-11

Family

ID=19761549

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1001158A NL1001158C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US6323033B1 (nl)
EP (1) EP0761091B1 (nl)
JP (1) JPH09117731A (nl)
AU (1) AU704681B2 (nl)
DE (1) DE69620959T2 (nl)
NL (1) NL1001158C2 (nl)

Families Citing this family (25)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US7473323B2 (en) * 1996-09-04 2009-01-06 Maasland N.V. Method and apparatus for cleaning a milk line system
NL1006473C2 (nl) * 1997-07-04 1999-01-05 Maasland Nv Inrichting voor het automatisch melken van dieren.
US6089242A (en) * 1998-02-10 2000-07-18 Babson Bros. Co. Dairy harvesting facility wash system
DE19804829A1 (de) * 1998-02-06 1999-08-26 Henkel Ecolab Gmbh & Co Ohg Verfahren zur Reinigung von Melkanlagen
US5974345A (en) * 1998-02-10 1999-10-26 Babson Bros. Co. Dairy chemical dispensing system
DE19921136A1 (de) * 1999-05-07 2000-12-28 Henkel Ecolab Gmbh & Co Ohg Verfahren zur Reinigung von Melkanlagen
EP1192455B1 (en) 1999-06-08 2014-07-02 Broadley Technologies Corporation Reference electrode having a microfluidic flowing liquid junction
SE514927C2 (sv) * 1999-09-15 2001-05-21 Delaval Holding Ab Metod och anordning för rengöring av en mjölkningsanläggning
ES2162757B1 (es) * 2000-02-08 2003-12-16 Compania Cervecera De Canarias Sistema de control y validacion de limpiezas en instalaciones de suministro a granel de bebidas.
FI110237B (fi) * 2000-06-06 2002-12-31 Rescontrol Oy Menetelmä ja järjestelmä juomien jakelulinjan pesemiseksi sekä järjestelmässä käytettävä tunnistinyksikkö
SE0202112D0 (sv) 2002-07-05 2002-07-05 Delaval Holding Ab Method and device at a dairy farm
NL1021430C1 (nl) 2002-08-06 2004-02-10 Lely Entpr Ag Inrichting voor het bewaken van een melktank, samenstel van een melkrobot met automatische opstartinrichting en een dergelijke inrichting.
NL1021431C1 (nl) * 2002-08-06 2004-02-10 Lely Entpr Ag Inrichting en werkwijze voor het bewaken van de reiniging van een melkleiding.
DE10248561A1 (de) * 2002-10-17 2004-04-29 Westfaliasurge Gmbh Vorrichtung zum Melken und Verfahren zum Desinfizieren von melktechnischen Komponenten
US6767408B2 (en) * 2002-12-18 2004-07-27 Hydrite Chemical Co. Monitoring device and method for operating clean-in-place system
US7614410B2 (en) * 2005-03-01 2009-11-10 Hydrite Chemical Co. Chemical concentration controller and recorder
ES2389528T3 (es) 2008-04-07 2012-10-29 Gea Westfaliasurge Gmbh Procedimiento para la limpieza de una instalación ordeñadora
NL1036805C2 (nl) * 2009-04-02 2010-10-05 Lely Patent Nv Vloeistofdistributiesysteem.
US20110197920A1 (en) * 2010-02-16 2011-08-18 Andy Kenowski Monitoring and Recording Device for Clean-In-Place System
EP2527050A1 (en) * 2011-05-26 2012-11-28 Skånemejerier AB Method and apparatus for food production plant cleaning
RU2619809C1 (ru) * 2013-05-31 2017-05-18 Нестек С.А. Системы и способы обнаружения границ раздела вода/продукт во время обработки пищевого продукта
DE102013112130A1 (de) * 2013-11-05 2015-05-07 Melitta Professional Coffee Solutions GmbH & Co. KG Verfahren zur Erkennung von Reinigungsmitteln in einer Getränkemaschine, insbesondere einer Kaffeemaschine
CN109158366B (zh) * 2014-01-26 2021-08-24 艺康美国股份有限公司 原位清洗工艺和原位清洗***
CN107185894A (zh) * 2016-03-14 2017-09-22 内蒙古伊利实业集团股份有限公司 一种应用氧化电位水对乳制品生产设备进行原位清洗的***装置和方法
US10828655B2 (en) * 2018-08-07 2020-11-10 Deere & Company Residue detection system

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4015618A (en) * 1975-11-24 1977-04-05 Bender Machine Works, Inc. Apparatus for automatically mixing and circulating cleaning solutions through dairy equipment
DE4208066A1 (de) * 1992-02-13 1992-09-24 Martin Wilke Verfahren und vorrichtung zur umweltfreundlichen reinigung von melkanlagen
DE4403141A1 (de) * 1994-02-02 1995-08-03 Till Gea Gmbh & Co Verfahren und Vorrichtung zur Reinigung von Gebinden

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2818075A (en) * 1950-09-05 1957-12-31 Kolene Corp Apparatus for cleaning metal strip continuously
US3191576A (en) * 1964-01-16 1965-06-29 Lloyd F Bender Milk line releaser and washer apparatus
US3417763A (en) * 1966-12-27 1968-12-24 Universal Milking Machine Divi Milk line washing system
FR2104692B1 (nl) * 1970-07-29 1973-11-23 Remy & Cie E P
DE3224016C2 (de) * 1982-06-28 1986-03-27 Akzo Gmbh, 5600 Wuppertal Reinheitskontrolle durch Messung der elektrischen Leitfähigkeit
US4848381A (en) * 1987-02-13 1989-07-18 Diversey Corporation Clean in place system
IL81822A0 (en) * 1987-03-08 1987-10-20 Yissum Res Dev Co Method and kit for testing for the presence of catalase in milk
NL9101636A (nl) * 1991-09-27 1993-04-16 Lely Nv C Van Der Werkwijze voor het automatisch melken van dieren.
DE4134549A1 (de) * 1991-10-18 1993-04-22 Wagner Louise Verfahren und vorrichtung zum ueberwachen der qualitaet von tiermilch
JPH05215703A (ja) * 1992-01-21 1993-08-24 Supiide Fuamu Clean Syst Kk 洗剤濃度の制御方法及び装置
DE4334434A1 (de) * 1993-10-08 1995-04-13 Hoechst Ag Verfahren zum Überwachen von Wasser auf organische Verunreinigungen

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4015618A (en) * 1975-11-24 1977-04-05 Bender Machine Works, Inc. Apparatus for automatically mixing and circulating cleaning solutions through dairy equipment
DE4208066A1 (de) * 1992-02-13 1992-09-24 Martin Wilke Verfahren und vorrichtung zur umweltfreundlichen reinigung von melkanlagen
DE4403141A1 (de) * 1994-02-02 1995-08-03 Till Gea Gmbh & Co Verfahren und Vorrichtung zur Reinigung von Gebinden

Also Published As

Publication number Publication date
AU704681B2 (en) 1999-04-29
JPH09117731A (ja) 1997-05-06
DE69620959T2 (de) 2002-11-28
AU6210296A (en) 1997-03-13
DE69620959D1 (de) 2002-06-06
EP0761091A1 (en) 1997-03-12
EP0761091B1 (en) 2002-05-02
US6323033B1 (en) 2001-11-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1001158C2 (nl) Werkwijze voor het reinigen van een melkleidingstelsel.
AU724618B2 (en) An implement for automatically milking animals
EP1754411B1 (en) A method of automatically milking animals and an implement for applying same
US9763421B2 (en) Dairy harvesting facility with milk line protection system and methods
RU2676917C2 (ru) Аппарат для доения и сбора молока с системой защиты молокопровода
US7793614B2 (en) Method and an arrangement at a dairy farm
EP0961541B1 (en) A cleaning implement for cleaning with a rinsing liquid at least part of a milking machine
US5762020A (en) Implement for milking animals
CA2394162C (en) Method and apparatus for teat cup cleaning
US7316200B2 (en) Method and device at a dairy farm
US10258016B2 (en) Cleaning system and method for an automatic milking system
US7473323B2 (en) Method and apparatus for cleaning a milk line system
US20120199167A1 (en) Clean-in-place device for a milk conveying system
SE522257C2 (sv) Förfarande och arrangemang vid rengöring i ett automatiserat mjölkningssystem
Wallen et al. G83-678 Producing Milk With a Low Bacteria Count

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060401