BE897602A - Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels - Google Patents

Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels Download PDF

Info

Publication number
BE897602A
BE897602A BE2060191A BE2060191A BE897602A BE 897602 A BE897602 A BE 897602A BE 2060191 A BE2060191 A BE 2060191A BE 2060191 A BE2060191 A BE 2060191A BE 897602 A BE897602 A BE 897602A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
frame
belt
pick
mobile device
turning
Prior art date
Application number
BE2060191A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Depoortere Michel
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Depoortere Michel filed Critical Depoortere Michel
Priority to BE2060191A priority Critical patent/BE897602A/nl
Publication of BE897602A publication Critical patent/BE897602A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D84/00Haymakers not provided for in a single one of groups A01D76/00 - A01D82/00
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D45/00Harvesting of standing crops
    • A01D45/06Harvesting of standing crops of flax or similar fibrous plants

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Botany (AREA)
  • Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)

Abstract

De inrichting bevat twee keerbanden 5 en 6 die op hun voorste en onderste einde met een opraapmechanisme 7, respectievelijk 8 samenwerken en met hun achterste en bovenste einde op een paar transportbanden 22,23 aansluiten. De keerband 6 met het opraapmechanisme 8 is gemonteerd op een bijkomend gestel 35 dat op zijn beurt rond een verticale as 36 zwenkbaar op een hulpgestel 37 is gemonteerd. Dit hulpgestel 37, waarop de op de keerband 6 aansluitende transportbanden 22 en 23 gemontgeerd zijn, is dwars op de rijrichting verschuifbaar op het gestel 1 gemonteerd.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



    BESCHRIJVING   behorende bij een
UITVINDINGSOCTROOIAANVRAGE ten name van
Michel DEPOORTERE voor : "Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels". 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 



   De uitvinding heeft betrekking op een verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels, welke inrichting een verrijdbaar gestel bevat, twee door dit gestel gedragen opraapmechanismen en twee keerbanden die respectievelijk met de twee opraapmechanismen samenwerken. 



   Dergelijke inrichtingen worden onder meer gebruikt voor het keren van vlas dat men in zwaden op het veld laat roten. 



   Door de aanwezigheid van twee opraapmechanismen en twee keerbanden kunnen twee zwaden tegelijker tijd worden gekeerd waardoor het keren uiteraard sneller kan geschieden dan met verrijdbare inrichtingen die slechts een opraapmechanisme en een keerband bevatten. 



   Bij het gebruik van twee opraapmechanismen en twee keerbanden rijzen er problemen wanneer de afstand tussen de zwaden varieert of van veld tot veld verschlt. 



   Welnu, de afstand tussen de zwaden hangt onder meer af van de slijtmachine. Zo is onder meer de afstand tussen de zwaden bij een zogenoemde enkele plukker groter dan bij een zogenoemde dubbele plukker. De enkele plukker kan vlas uittrekken tot op een breedte van 1,4 m, terwijl een dubbele plukker vlas kan uittrekken tot op een breedte van tweemaal 1,05, tweemaal 1,14 of tweemaal 1,20 m. 



   Maar ook voor    een zelfde   slijtmachine is de afstand tussen de voeten van de naburige zwaden niet over het ganse veld gelijk. Dit spruit onder meer voort uit het feit dat het veld tot tegen de rand begroeid is en men geleidelijk aan een baan moet vormen waarin de   slijtmachinetwee   zwaden kan neerleggen. Wanneer men bij de rand van het veld met het slijten begint, is zulke baan nog niet aanwezig en om deze baan geleidelijk aan te vormen, moet men de tafel die het vlas aan de achterkant van de slijtmachine afgeeft, geleidelijk naar de rand van het veld toe verplaatsen. Door overlappingen 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 kan men aldus het vlas achter de slijtmachine over een breedte uitspreiden die kleiner is dan de breedte waarover getrokken wordt. 



   De uitvinding heeft tot doel een verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden, hoofdzakelijk parallelle stengels te verschaffen waarbij de hogergenoemde problemen op een eenvoudige manier zijn opgelost en waarmee tegelijker tijd twee zwaden kunnen worden gekeerd ongeacht de afstand tussen deze zwaden en ook indien deze zwaden niet op een constante afstand van elkaar zijn gelegen en waarmee na het keren de twee zwaden op een constante en instelbare afstand van elkaar zijn gelegen. 



   Tot dit doel is een van de keerbanden met zijn afgeefeinde dwars op de rijrichting van het gestel verschuifbaar op dit laatste gemonteerd, terwijl het geheel gevormd door een van de opraapmechanismen en de ermee samenwerkende keerband in de nabijheid van zijn afgeefeinde rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar ten opzichte van het gestel is gemonteerd. 



   Door afgeefeinde van een keerband wordt hier bedoeld het einde waar de zwaden na het keren worden afgegeven, dit is het van het opraapmechanisme verwijderde einde. 



   Terwijl een van de opraapmechanismen het ene zwad volgt, kan tijdens het verrijden het andere opraapmechanisme door de zwenkmogelijkheid van het geheel gevormd door dit opraapmechanisme en de ermee samenwerkende keerband, steeds het tweede zwad volgen. De afstand waarmee de zwaden na het keren door de inrichting worden afgegeven, kan worden ingesteld door de verschuifbare keerband ten opzichte van de andere te verschuiven. 



   In een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding is de verschuifbare keerband op een hulpstel gemonteerd dat op zijn beurt verschuifbaar ten opzichte van het gestel is gemonteerd, terwijl het zwenkbare geheel, gevormd door een 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 keerband en het ermee samenwerkende opraapmechanisme rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar op het hogergenoemde hulpgestel is bevestigd en bijgevolg dezelfde keerband en verschuifbaar en zwenkbaar ten opzichte van het gestel is. 



   Bij voorkeur bevatten de keerbanden een riem en twee   riemschiyen   waarover de riem loopt, en middelen om een van de riemschijven te drijven, terwijl de schijf op het afgeefeinde van de zwenkbare keerband op een bijkomend gestel is gelegerd dat rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar op het schuifbare hulpgestel is gemonteerd. 



   In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding, bevat de verrijdbare inrichting twee paar transportbanden, welke paren respectievelijk op de twee keerbanden aansluiten zo dat het afgeefeinde van een keerband tussen de einden van de twee transportbanden van het erbij horende paar transportbanden is gelegen, terwijl het paar transportbanden dat op de schuifbare keerband aansluit, samen met deze keerband dwars op de rijrichting van het gestel verschuifbaar is. 



   Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hier volgende beschrijving van een verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels, volgens de uitvinding ; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet ; de verwijzingscijfers betreffen de hieraan toegevoegde tekeningen. 



   Figuur 1 is een schematisch gehouden zijaanzicht van een verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels volgens de uitvinding. 



   Figuur 2 is een eveneens schematisch gehouden bovenaanzicht van de inrichting uit figuur 1. 



   In de twee figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde elementen. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



   De verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk paralllelle stengels bevat een gestel 1 dat op twee achterste wielen 2 en een voorste wiel 3 rust. 



   De inrichting kan zelfrijdend zijn, in welk geval de achterste wielen door een motor worden gedreven, of de inrichting kan bestemd zijn om door een trekker te worden getrokken in welk geval de wielen 2 en 3 los draaibaar zijn. 



   De normale rijrichting is in de figuren 1 en 2 door . de pijl met het verwijzingscijfer 4 aangeduid. 



   Twee met keerbanden 5, respectievelijk 6 samenwerkende opraapmechanismen 7, respectievelijk 8 zijn onder tussenkomst van een rond een horizontale as 9, respectievelijk 10 schar-   nemende   drager 11, respectievelijk 12 op het gestel 1 gemonteerd. De opraapmechanismen 7 en 8 bevatten elk twee rond een horizontale as 13 draaibaar gemonteerde holle trommels 14 die in hun buitenomtrek van openingen zijn voorzien waardoor vingers naar buiten kunnen schuiven. De as 13 is op de overeenstemmende drager 11 of 12 bevestigd. 



   Deze opraapmechanismen 7 en 8 zijn van een op zichzelf bekende constructie en worden hier dan ook niet in detail beschreven. Duidelijkheidshalve zijn in de figuren 1 en 2 overigens de vingers niet voorgesteld. 



   Elk van de opraapmechanismen 7 en 8 is voorafgegaan door een voeler 15, dit is een rond een horizontale as draaibaar wieltje. De horizontale as is op een buiten het overeenstemmende opraapmechanisme 7 of 8 uitstekende einde van de erbij horende drager 11 of 12 gemonteerd. De voeler 15 zorgt ervoor dat de trommels 14 van het erbij horende opraapmechanisme 7 of 8 zich steeds op de juiste afstand boven de grond bevinden opdat de vingers de op de grond liggende evenwijdige stengels zouden kunnen oprapen. 



   De aldus door een opraapmechanisme 7 of 8 opgeraapte stengels worden overgenomen door de ermee samenwerkende keer- 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 band 5 of 6. 



   De keerbanden 5 en 6 bevatten elk een riem zonder einde 16 die van naar buiten gerichte uitsteeksels 17 is voorzien en die over twee riemschijven 18 en 19 loopt. 



  Tijdens de werking van de machine strekt de riem 16 van de keerbanden 5 en 6 zich van onder naar boven uit in de zin tegengesteld aan de door de pijl 4 aangeduide rijzin. De riem 16 strekt zich daarenboven in 8-vorm uit waarbij de twee stroken van de riem niet alleen van de bovenkant van de ene 
 EMI6.1 
 riemschijf naar de. van de andere riemschijf lopen en elkaar dus kruisen maar daarenboven over 180  omgekeerd worden. De riemen 16 werken daarbij op een bekende manier samen met geleidingsstaven die op overeenstemmende dragers 11 of 12 zijn bevestigd en die eenvoudigheidshalve niet in de figuren zijn voorgesteld. 



   Op deze wijze bevinden de stengels, die in de zwade op het veld onderaan gelegen waren, op het afgeefeinde van de keerband 5 of 6, dit is het van het opraapmechanisme 7 of 8 verwijderde einde, zich bovenaan. 



   De bovenste riemschijf 19 van elke keerband 5 en 6 zit vast op een horizontale as 20 die rechtstreeks door een drijfmechanisme 21, dit is een motor of   een drijforgaan   zoals een tandwiel dat via een overbrenging door de as van de wielen 2 wordt gedreven, wordt gedreven. Onder tussenkomst van de riem 16 wordt de onderste riemschijf 18 gedreven. Deze onderste riemschijf 18 bevindt zich tussen de twee trommels 14 van het bij de keerband 5 respectievelijk 6 behorende opraapmechanisme 7, respectievelijk 8 en is vast op de as 13 van dit opraapmechanisme. In feite vormt de riemschijf 18 trouwens een geheel met de aan weerszijden ervan gelegen trommels 14 van het overeenstemmende opraapmechanisme 7 of 8. 



   Op deze manier worden de opraapmechanismen 7 en 8 gedreven door de ermee samenwerkende keerbanden 5 en 6. 



   De riem 16 van de keerband 6 is een weinig korter dan 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 de riem 16 van de keerband 5. Het opraapmechanisme 7 en de erbij horende voeler 15 lopen aldus een 20 cm voor op het opraapmechanisme 8 en de erbij horende voeler 15. 



   De bovenste riemschijf 19 van elk van de keerbanden 5 en 6 bevindt zich tussen het voorste einde van twee transportbanden 22 en 23. Deze twee transportbanden 22 en 23 strekken zich evenwijdig aan elkaar en in de door de pijl 4 aangeduide rijrichting naar achter en naar omlaag uit. 



  Elk van de twee transportbanden 22 en 23 bevat een van pennen 24 voorziene riem 25 die over twee riemschijven 26 en 27 loopt. 



   Het geheel gevormd door de keerband 5, het ermee samenwerkende opraapmechanisme 7, de drager 11 die dit opraapmechanisme 7 draagt en de transportbanden 22 en 23 die op de keerband 5 aansluiten, is op een vaste plaats op het gestel 1 gemonteerd en kan in de dwarsrichting, dit is dwars op de door de pijl 4 aangeduide rijrichting, noch verschuiven, noch zwenken. Alleen het voorste einde van het hogergedoelde geheel kan op en neer worden verplaatst door het scharnieren van de drager 11 rond de horizontale as 9. 



  Hierdoor blijft de voeler 15 ook bij oneffen veld in contact met de grond en kan het opraapmechanisme 7 ook bij oneffen veld de stengels oprapen. Ook kan het opraapmechanisme 7 met het oog op het transport van en naar het veld worden opgelicht. 



   De hogergedoelde as 9 is bijgevolg gelegerd in legers 28 die rechtstreeks op het gestel 1 zijn bevestigd. 



  Ook het drijfmechanisme 21 dat de bovenste riemschijf 19 van de keerband 5 drijft, is rechtstreeks vastgemaakt op het 
 EMI7.1 
 gestel de as 20 is gelegerd in een leger 29 dat eveneens op dit gestel l bevestigd. 



   De twee transportbanden 22 en 23 die op de keerband 5 aansluiten, bevinden zich boven een zich naar achter om- 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 laag uitstrekkende tafel 30 die op het gestel l is vastgemaakt. 



  De voorste riemschijf 26 van de transportband 22 is onwrikbaar vastgemaakt op de as 20. De achterste riemschijven 27 van de twee transportbanden 22 en 23 zitten vast op een zelfde horizontale as 31 die gelegerd is in een leger 32 dat aan het gestel l is opgehangen. De voorste riemschijf 26 van de transportband 23 is vastgemaakt op een as 33 die een weinig meer naar achter is gelegen dan de as 29 en die gelegerd is in een leger 34 dat op het gestel l is vastgemaakt. 



   Op deze manier worden zowel de transportband 22 als de transportband 23 die op de keerband 5 aansluiten, gedreven door het drijfmechanisme 21 dat de bovenste riemschijf 19 van de keerband 5 drijft. 



   Vooral kenmerkend voor de uitvinding is het feit dat het geheel gevormd door de keerband 6, het ermee samenwerkende opraapmechanisme 8, de drager 12 die het opraapmechanisme 8 draagt en de twee transportbanden 22 en 23 die op de keerband 6 aansluiten, dwars op de door de pijl 4 aangeduide rijrichting heen en weer verschuifbaar is terwijl het geheel gevormd door de keerband 6, het ermee samenwerkende opraapmechanisme 8, en de drager 12 die dit opraapmechanisme 8 draagt, nog zijwaaarts zwenkbaar is rond een nagenoeg verticale as die in de omgeving van het afgeefeinde van de keerband 6. is gelegen. 



   Hiertoe is het afgeefeinde van de keerband 6 niet rechtstreeks op het gestel 1 bevestigd maar wel gemonteerd op een bijkomend gestel 35 dat op zijn beurt zwenkbaar rond een verticale as 36 op een hulpgestel 37 is gemonteerd dat dwars op de door de pijl 4 aangeduide rijrichting verschuifbaar op het gestel l is gemonteerd. 



   Meer in het bijzonder is het drijfmechanisme 21 dat de bovenste riemschijf 19 van de keerband 6 drijft, op het bijkomende gestel 35 gemonteerd. De as 20 waarop de bovenste riemschijf 19 van de keerband 6 is bevestigd, wordt door 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 dit drijfmechanisme 21 gedragen en is dus samen met dit drijfmechanisme 21 rond de verticale as 36 zwenkbaar. 



   De as 10 waarrond de drager 12 die het met de keerband 6 samenwerkende opraapmechanisme 8 draagt, zwenkbaar is, is gelegerd in legers 38 die op het bijkomende gestel 35 zijn bevestigd. 



   Het geheel gevormd door de keerband 6, het erdoor gedragen opraapmechanisme 8 en de drager 12 is bijgevolg rond . de verticale as 36 zwenkbaar. Deze as 36 is bevestigd op het hulpgestel 37   zodat het   laatstgenoemde geheel daarenboven dwars op de rijrichting schuifbaar is. 



   Dit hulpgestel 37 bevat een bovenste horizontaal gedeelte waarop de as 36 is gemonteerd en een zich schuin daarvan naar achter omlaag uitstrekkend gedeelte dat zich evenwijdig aan de tafel 30 uitstrekt. Boven dit hellend gedeelte bevinden zich de twee transportbanden 22 en 23 die op de keerband 6 aansluiten. 



   De achterste riemschijven 27 van de laatst gedoelde transportbanden 22 en 23 zijn vast op een as 31 die gelegerd is in een leger 32 dat vastgemaakt is op het hulpgestel 37. 



   De voorste riemschijf 26 van de transportband 22 is vast op een as 39 die door middel van een cardankoppeling 40 met de as 20 van de keerband 6 is verbonden en die gelegerd is in een leger 41 dat eveneens vastgemaakt is op het hulpgestel 37. 



   De voorste riemschijf 26 van de andere transportband   23 is gelegerd in legers 42 die, aan de ten opzichte   van het drijfmechanisme 21, bevestigd zijn op het hulpgestel 37. 



   De twee transportbanden 22 en 23 worden dus ook gedreven door het drijfmechanisme 21. 



   Het dwars op de rijrichting verschuiven van het hulpgestel 37 geschiedt door middel van   een'ci1inder-zuigerme-   chanisme 43 waarvan de zuiger scharnierend aan het hulpgestel 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 37 is bevestigd, en de cilinder scharnierend aan het gestel 1 is vastgemaakt. Bij deze verschuiving wordt het hulpgestel 37 door eenvoudigheidshalve niet in de figuren voorgestelde geleidingen ten opzichte van het gestel 1 geleid. 



   Het zwenken rond de as 36 van het bijkomend gestel 35 geschiedt eveneens door middel van een cilinder-zuigermechanisme 44. De zuiger van dit mechanisme is op een afstand van de as 36 scharnierend aan het bijkomende gestel 35 bevestigd terwijl de cilinder ervan scharnierend aan het hulpgestel 37 is bevestigd. 



   Voor de inrichting op het veld wordt gebruikt, wordt de juiste ligging in de dwarsrichting van het hulpgestel 37 met behulp van het cilinder-zuigermechanisme 43 ingesteld, waardoor de afstand tussen de zwaden na het keren wordt bepaald. 



   Tijdens de werking stuurt de bediener de inrichting zo dat het opraapmechanisme 7 met de erbij horende voeler 15 een van de zwaden volgt. 



   Door middel van het cilinder-zuigermechanisme 44 richt de bediener daarbij het opraapmechanisme 8 en de erbij horende voeler 15 op de tweede op te rapen zwade. 



   Op deze manier kunnen twee zwaden tegelijker tijd worden opgeraapt en gekeerd, ook bij uiteenlopende afstanden tussen de zwaden en ongeacht deze afstand tussen de zwaden constant is of niet. 



   Na het keren worden de stengels voor de inrichting afgegeven in twee zwaden die op een constante en instelbare afstand van elkaar zijn gelegen. 



   De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm en binnen het raam van de octrooiaanvrage kunnen aan de beschreven uitvoeringsvorm vele veranderingen worden aangebracht, onder meer wat betreft de vorm, de samenstelling, de schikking en. het aantal van de 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 onderdelen die voor het verwezenlijken van de uitvinding worden gebruikt.

Claims (13)

1. Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels, welke inrichting een verrijdbaar gestel bevat, twee door dit gestel gedragen opraapmechanismen en twee keerbanden die respectievelijk met de opraapmechanismen samenwerken, met het kenmerk dat een van de keerbanden met zijn afgeefeinde dwars op de rijrichting van het gestel verschuifbaar op dit laatste is gemonteerd, terwijl het geheel gevormd door een van de opraapmechanismen en de ermee samenwerkende keerband in de nabijheid van zijn afgeefeinde rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar ten opzichte van het gestel is gemonteerd.
2. Verrijdbare inrichting volgens vorige conclusie, met het kenmerk dat de verschuifbare keerband op een hulpgestel is gemonteerd dat op zijn beurt verschuifbaar ten opzichte van het gestel is gemonteerd, terwijl het zwenkbare geheel gevormd door een keerband en het ermee samenwerkende opraapmechanisme rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar op het hogergenoemde hulpgestel is bevestigd en bijgevolg dezelfde keerband en verschuifbaar en zwenkbaar ten opzichte van het gestel is.
3. Verrijdbare inrichting volgens vorige condusie, met het kenmerk dat de keerbanden een riem bevatten en twee riemschijven waarrond de riem loopt en middelen om een van de riemschijven te drijven, terwijl de schijf op het afgeefeinde van de zwenkbare keerband in een bijkomend gestel is gelegerd dat rond een nagenoeg verticale as zwenkbaar op het schuifbare hulpgestel is gemonteerd.
4. Verrijdbare inrichting volgens vorige condusie, met het kenmerk dat ze dragers bevat voor de opraapmechanismen, welke dragers op een einde een opraapmechanisme dragen en met hun andere einde aan de zijde van het afgeefeinde van de keerbanden op het gestel zijn bevestigd, terwijl de drager van het opraapmechanisme dat met de schuifbare en zwenkbare keerband <Desc/Clms Page number 13> samenwerkt rond een nagenoeg horizontale as scharnierend op het bijkomende gestel is gemonteerd.
5. Verrijdbare inrichting volgens een van de vorige conclusies, met het kenmerk dat ze een middel bevat om het hulpgestel ten opzichte van het gestel te verschuiven.
6. Verrijdbare inrichting volgens vorige conclusie, met het kenmerk dat het middel om het hulpgestel ten opzichte van het gestel te verschuiven, een cilinder-zuigermechanisme . is.
7. Verrijdbare inrichting volgens een van de conclu- sies 3 en 4, met het kenmerk dat ze een middel bevat om het bijkomende gestel ten opzichte van het hulpgestel rond een nagenoeg verticale as te wentelen.
8. Verrijdbare inrichting volgens vorige conclusie, met het kenmerk dat het middel om het bijkomende gestel ten opzichte van het hulpgestel te zwenken, een cilinder-zuigermechanisme is.
9. Verrijdbare inrichting volgens een van de vorige conclusies, met het kenmerk dat ze twee paar transportbanden bevat, welke paren respectievelijk op de twee keerbanden aan- sluiten zo dat het afgeefeinde van een keerband tussen de einden van de twee transportbanden van het erbij horende paar transportbanden is gelegen, terwijl het paar transportbanden dat op de schuifbare keerband aansluit samen met deze keerband dwars op de rijrichting van het gestel verschuifbaar is.
10. Verrijdbare inrichting volgens de conclusies 2 en 9, met het kenmerk dat het paar transportbanden dat aan- sluit op de schuifbare en zwenkbare keerband op het hulpgestel is gemonteerd.
11. Verrijdbare inrichting volgens de conclusies 3 en 10, met het kenmerk dat de riemschijf op het afgeefeinde van deze keerband door een cardankoppeling met een riemschijf op een einde van een van de transportbanden is gekoppeld en de riemschijf op het andere einde van deze transportband met <Desc/Clms Page number 14> de riemschijf van de andere transportband van het paar is gekoppeld.
12. Verrijdbare inrichting volgens een van de conclusies 3 tot 8, met het kenmerk dat ze middelen bevat om de bovenste riemschijf van de twee keerbanden te drijven.
13. Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden, hoofdzakelijk parallelle stengels zoals hiervoor beschreven of in de hieraan toegevoegde tekeningen voorgesteld.
BE2060191A 1983-08-26 1983-08-26 Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels BE897602A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2060191A BE897602A (nl) 1983-08-26 1983-08-26 Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE897602 1983-08-26
BE2060191A BE897602A (nl) 1983-08-26 1983-08-26 Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE897602A true BE897602A (nl) 1984-02-27

Family

ID=25660352

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2060191A BE897602A (nl) 1983-08-26 1983-08-26 Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE897602A (nl)

Cited By (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2599932A1 (fr) * 1986-06-13 1987-12-18 Kuhn Sa Machine agricole pour le retournement de produits andaines.
FR2649857A1 (fr) * 1989-07-20 1991-01-25 Depoortere Michel Machine a lin mobile
FR2653295A1 (fr) * 1989-10-25 1991-04-26 Rauch Guy Alain Sarl Dispositif perfectionne de ramassage, retournement et etalage du lin sous forme d'andains.
FR2900310A1 (fr) * 2006-04-28 2007-11-02 Guy Dehondt Procede et machine automotrice multi-rangs pour ramasser, retourner et reposer les plantes fibreuses, notamment du lin, grace a un element pivotant situe a l'arriere.
FR2916603A1 (fr) * 2007-05-31 2008-12-05 Depoortere Nv Engin de retournage d'andain
FR2916604A1 (fr) * 2007-05-31 2008-12-05 Depoortere Nv Structure porteuse pour retourneuse d'andains
RU2474104C1 (ru) * 2011-08-24 2013-02-10 Государственное научное учреждение Всероссийский научно-исследовательский институт механизации льноводства Российской академии сельскохозяйственных наук (ГНУ ВНИИМЛ Россельхозакадемии) Оборачиватель стеблей льна
CN107347381A (zh) * 2017-08-11 2017-11-17 黑龙江省农业机械运用研究所 一种自走式亚麻脱粒翻铺机齐根装置
EP4298889A1 (fr) * 2022-06-29 2024-01-03 N.V. Depoortere Engin de traitement d'au moins un andain

Cited By (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2599932A1 (fr) * 1986-06-13 1987-12-18 Kuhn Sa Machine agricole pour le retournement de produits andaines.
FR2649857A1 (fr) * 1989-07-20 1991-01-25 Depoortere Michel Machine a lin mobile
BE1002861A4 (nl) * 1989-07-20 1991-07-02 Depoortere Michel Verrijdbare vlasmachine.
FR2653295A1 (fr) * 1989-10-25 1991-04-26 Rauch Guy Alain Sarl Dispositif perfectionne de ramassage, retournement et etalage du lin sous forme d'andains.
FR2900310A1 (fr) * 2006-04-28 2007-11-02 Guy Dehondt Procede et machine automotrice multi-rangs pour ramasser, retourner et reposer les plantes fibreuses, notamment du lin, grace a un element pivotant situe a l'arriere.
FR2916604A1 (fr) * 2007-05-31 2008-12-05 Depoortere Nv Structure porteuse pour retourneuse d'andains
FR2916603A1 (fr) * 2007-05-31 2008-12-05 Depoortere Nv Engin de retournage d'andain
NL1035498C2 (nl) * 2007-05-31 2009-11-03 Depoortere N V Draagstructuur voor een machine voor het omkeren van hopen.
NL1035497C2 (nl) * 2007-05-31 2010-06-02 Depoortere N V Omkeermachine voor hopen.
RU2474104C1 (ru) * 2011-08-24 2013-02-10 Государственное научное учреждение Всероссийский научно-исследовательский институт механизации льноводства Российской академии сельскохозяйственных наук (ГНУ ВНИИМЛ Россельхозакадемии) Оборачиватель стеблей льна
CN107347381A (zh) * 2017-08-11 2017-11-17 黑龙江省农业机械运用研究所 一种自走式亚麻脱粒翻铺机齐根装置
EP4298889A1 (fr) * 2022-06-29 2024-01-03 N.V. Depoortere Engin de traitement d'au moins un andain
FR3137253A1 (fr) * 2022-06-29 2024-01-05 N.V. Depoortere Engin de traitement d’au moins un andain

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL194148C (nl) Gewasverwerkingsinrichting.
US6640699B2 (en) Round baler bale chamber having simplified discharge arrangement
US3772865A (en) Drum type mower
US3815344A (en) Machine for forming large round bales of a fibrous material
US3375643A (en) Harvesting device
BE897602A (nl) Verrijdbare inrichting voor het keren van twee zwaden hoofdzakelijk parallelle stengels
US3837159A (en) Machine for forming a round bale of a windrowed material
US8621992B2 (en) Round baler
US3931702A (en) Machine for forming cylindrical hay bales
US2347907A (en) Harvester
US4169347A (en) Belt-type baler for cylindrical bales
US5426928A (en) Round baler pickup having radially fixed teeth cooperating with stripper plates to direct crop upwardly into bale chamber
US4330985A (en) Machine for rolling hay into cylindrical bales
US4926625A (en) Windrow turning apparatus
US4143505A (en) Collection and recycling apparatus for crop material particles in a roll forming machine
US2551427A (en) Bale loader
CA1072812A (en) Belt type baler for cylindrical bales
NL2002065C2 (nl) Oogstmachine.
US2242077A (en) Windrow pickup press
US2011978A (en) Movable carriage for hay loaders
US2585891A (en) Hay loader
US3979892A (en) Machine for forming large round bales
US456484A (en) Combined loader and press
NL1034853C2 (nl) Hooiverzamelmachine.
US2292280A (en) Rake loader