BE1030226B1 - Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas - Google Patents

Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas Download PDF

Info

Publication number
BE1030226B1
BE1030226B1 BE20225052A BE202205052A BE1030226B1 BE 1030226 B1 BE1030226 B1 BE 1030226B1 BE 20225052 A BE20225052 A BE 20225052A BE 202205052 A BE202205052 A BE 202205052A BE 1030226 B1 BE1030226 B1 BE 1030226B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
flue gas
cleaning
gas
water
washing
Prior art date
Application number
BE20225052A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1030226A1 (nl
Inventor
Wim Ooms
Nick Alderweireldt
Original Assignee
Indaver Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Indaver Nv filed Critical Indaver Nv
Priority to BE20225052A priority Critical patent/BE1030226B1/nl
Publication of BE1030226A1 publication Critical patent/BE1030226A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1030226B1 publication Critical patent/BE1030226B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F23COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
    • F23JREMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES 
    • F23J15/00Arrangements of devices for treating smoke or fumes
    • F23J15/02Arrangements of devices for treating smoke or fumes of purifiers, e.g. for removing noxious material
    • F23J15/04Arrangements of devices for treating smoke or fumes of purifiers, e.g. for removing noxious material using washing fluids
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F23COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
    • F23JREMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES 
    • F23J2215/00Preventing emissions
    • F23J2215/20Sulfur; Compounds thereof
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F23COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
    • F23JREMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES 
    • F23J2215/00Preventing emissions
    • F23J2215/30Halogen; Compounds thereof
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F23COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
    • F23JREMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES 
    • F23J2219/00Treatment devices
    • F23J2219/20Non-catalytic reduction devices

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Treating Waste Gases (AREA)

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, omvattende een systeem voor selectieve niet-katalytische reductie, een sproeidroger, een mouwenfilter, een quench, één of meerdere waskolommen, en een schouw, waarbij de sproeidroger en de mouwenfilter in gebruik met elkaar verbonden zijn met een rookgaskanaal, op welk rookgaskanaal een aftakkingspunt aanwezig is waarop in gebruik een injectiemiddel verbonden is voor injectie van een adsorbent voor adsorptie van polluenten uit het rookgas. De uitvinding betreft eveneens gereinigd rookgas op zich.

Description

1 BE2022/5052
INRICHTING VOOR REINIGING VAN ROOKGAS AFKOMSTIG VAN DE
VERBRANDING VAN VAST BRANDBAAR MATERIAAL EN VERKREGEN
GEREINIGD ROOKGAS
TECHNISCH DOMEIN
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, en op een verkregen gereinigd rookgas op zich.
STAND DER TECHNIEK
De belangrijkste contaminerende stoffen oftewel polluenten aanwezig in rookgas van verbrandingsinstallaties voor het verbranden van vast brandbaar materiaal, zoals vast afvalmateriaal, biomassa, restproducten of koolstoffen met een hoog zwavelgehalte, zijn koolstofmonoxide, onverbrande koolwaterstoffen, zwaveloxiden (SOx), waterstofchloride (HCI) en andere waterstofhalogeniden (HF, HBr), stikstofoxiden (NOx), zware metalen, polychloorbifenyls (PCB's), dioxines en andere gehalogeneerde aromatische en alifatische koolwaterstoffen. Het is van belang dat het rookgas gereinigd kan worden zodat het voldoet aan de vastgestelde emissiewaarden voor uitstoot.
Zo beschrijft WO2003002912A1 een verbrandingsinrichting voor geïntegreerde warmteterugwinning en rookgaszuivering, die tenminste de volgende in hoofdzaak geïntegreerde secties omvat: (a) een verbrandingskamer of verbrandingsoven; (b) een warmteterugwinningssectie; (c) een of meer secties voor het verwijderen van zuur; (d) een of meer DeNOx-secties; (e) een getrapte ontstoffingssectie; (f) een of meer secties voor de verwijdering van gechloreerde koolwaterstoffen; (g) een aangepast meet- en regelgedeelte voor de regeling van de verschillende stappen van rookgasreiniging en warmteterugwinning. De uitvinding omvat verder het gebruik van een dergelijke geïntegreerde verbrandingsinrichting voor het verbranden van verontreinigde brandbare stoffen, zoals afval, bijvoorbeeld huishoudelijk en industrieel afval.
WO2003002912A1 vertoont het probleem dat het vangen van polluenten middels adsorptie nog verbeterd kan worden.
De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor ten minste enkele van bovenvermelde problemen.
2 BE2022/5052
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
In een eerste aspect betreft de uitvinding een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, volgens conclusie 1. Voorkeursvormen van de inrichting worden weergegeven in de conclusies 2 tot en met 12.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een gereinigd rookgas verkregen door het middels een inrichting volgens het eerste aspect van de uitvinding reinigen van rookgas dat afkomstig is van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, volgens conclusie 13.
BESCHRIJVING VAN DE FI GUREN
Fig. 1 toont een schematische voorstelling van een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding.
GEDETAI LLEERDE BESCHRIJVING
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.
De term “doteren”, zoals gebruikt in deze tekst, met als voltooid deelwoord “gedoteerd”, dient te worden begrepen als het inbrengen van onzuiverheden in een materiaal om de materiaaleigenschappen te veranderen.
De term “dioxines”, zoals gebruikt in deze tekst, kan worden begrepen als ongewenste verbrandings-bijproducten, vooral door onvolledige verbranding, welke een grote familie moleculen zijn die als gemeenschappelijk kenmerk hebben dat ze twee benzeenringen hebben. Deze ringen zijn via één of twee zuurstofatomen met elkaar verbonden en bevatten chlooratomen. Dioxines worden bijgevolg gevormd uit koolstof, waterstof, chloor en zuurstof. Niet alle dioxines zijn even giftig. De giftigheid neemt toe met het aantal chlooratomen op de hoeken van de benzeenringen. Het meest giftige dioxine is het zogenaamde Seveso-dioxine of 2,3,7,8-tetrachloordibenzodioxine (2,3,7,8-TCDD).
3 BE2022/5052
De term “adsorbent” refereert in dit document naar een stof die adsorbeert, en in het bijzonder naar een vaste stof die de eigenschap heeft andere stoffen aan zijn oppervlak te hechten zonder enige covalente binding. Een welbekend voorbeeld van een adsorbent is actieve kool.
De term “actieve koo!” refereert in dit document naar een vorm van koolstof die wordt bewerkt om kleine poriën met een klein volume te hebben die het oppervlak vergroten dat beschikbaar is voor adsorptie of chemische reacties. Hieronder wordt zowel actieve kool verkregen uit houtskool als verkregen uit steenkool begrepen. Bij voorkeur is de actieve kool verkregen uit houtskool.
De term "kalk", zoals hierin gebruikt, omvat alle minerale vormen van calciumcarbonaten en magnesiumcarbonaten, of mengsels van beide, met of zonder hydratatiewater. Kalk omvat van nature voorkomende vormen zoals, maar niet beperkt tot, kalksteengesteente of -sediment, dolomietgesteente of -sedimenten, mergel, oesterschelpen en andere gesteenten of sedimenten die calciumcarbonaten en/of magnesiumcarbonaten bevatten gemengd met andere mineralen. Onder de term "kalk" vallen ook andere materialen die calciumcarbonaat en/of magnesiumcarbonaat bevatten en die door de industrie als reactieproducten worden geproduceerd. Onder de term “kalk” vallen ook zowel luchtkalk, hydraulische kalk, gebluste kalk als ongebluste kalk.
Bij voorkeur omvat de kalk hydratatiewater, welk soort kalk ook “gehydrateerde kalk” genoemd wordt.
De term “kleimineralen”, zoals hierin gebruikt, verwijst naar kaoliniet, antigoriet, smectiet, vermiculiet of mica-achtige mineralen. In het bijzonder laponiet, kaoliniet, dickiet, nacriet, halloysiet, antigoriet, chrysoliet, pyrofylliet, montmorilloniet, hectoriet, natriumtetrasilicaatmica, natriumtenioliet, muscoviet, margariet, en vermiculiet zijn niet-limiterende voorbeelden. Als geschikte kleimineralen kunnen ook flogopiet, xanthofylliet en dergelijke worden genoemd.
De uitdrukking “gewichtsprocent”, hier en in de hele tekst, verwijst naar het relatieve gewicht van een respectievelijke component op basis van het totale gewicht van een samenstelling van componenten.
De term “zwavelhoudende verbindingen” refereert naar zwavelhoudende verbindingen zoals gekend in de stand der techniek, waarvan waterstofsulfide, dimethylsulfide, en pyriet niet-limiterende voorbeelden zijn.
4 BE2022/5052
Een werkwijze voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal is hierin beschreven.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden ten minste volgende reinigingsstappen op het rookgas worden toegepast: - het verwijderen van stikstofoxiden; - een halfnatte reiniging omvattende een eerste verwijdering van zure polluenten omvattende HCI, SO» en HF middels sproeidrogen, het met een mouwenfilter (3) verwijderen van stof, welk stof een inerte asfractie en een organische fractie omvat, dioxines en zware metalen, zoals bijvoorbeeld lood, kwik en cadmium; en - het uitstoten van aldus verkregen gereinigd rookgas.
Tijdens de halfnatte reiniging wordt een adsorbent omvattende 10 tot 30 gewichtsprocent gehydrateerde kalk, 60 tot 80 van één of meerdere kleimineralen gedoteerd met zwavelhoudende verbindingen en 5 tot 15 gewichtsprocent actieve kool in contact gebracht met het rookgas.
In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm van de werkwijze, omvat het adsorbent 15 tot 25 gewichtsprocent en meer bij voorkeur 18 tot 22 gewichtsprocent gehydrateerde kalk, 65 tot 75 gewichtsprocent en meer bij voorkeur 68 tot 72 gewichtsprocent van één of meerdere kleimineralen gedoteerd met zwavelhoudende verbindingen, en 6 tot 14 gewichtsprocent en nog meer bij voorkeur 8 tot 12 gewichtsprocent actieve kool.
Het adsorbent gebruikt in de werkwijze heeft een veel, tot zelfs 10 keer, lager gehalte aan actief kool dan wanneer actief kool op zichzelf als adsorbent aangewend wordt. Een dergelijke verdunning van actieve kool zorgt ervoor dat de auto- verbrandingstemperatuur verhoogd wordt en de kwetsbaarheid voor auto-oxidatie verlaagd wordt. Aldus wordt blokvorming van adsorbent vermeden, hetgeen in het verleden problemen veroorzaakte zoals verstoppingen van hoppers opgesteld na een mouwenfilter. Een bijkomend voordeel is dat de adsorptie van polluenten, in het bijzonder de adsorptie van dioxines en zware metalen, efficiënter verloopt met het adsorbent gebruikt in de werkwijze vergeleken met actieve kool op zichzelf, wat betekent dat er een lager materiaalgebruik aan adsorbent is. Daarnaast wordt het risico op stofexplosies, welke kunnen voorkomen bij gebruik van enkel actieve kool als adsorbent, zeer sterk verlaagt.
9 BE2022/5052
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het adsorbent in contact gebracht met het rookgas na het sproeidrogen van het rookgas maar alvorens het rookgas verder in de mouwentilter (3) te reinigen.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat zware metalen en dioxines zo geabsorbeerd kunnen worden op het adsorbent, waarna het adsorbent inclusief erop geadsorbeerde zware metalen en dioxines erna afgevangen wordt in de mouwenfilter.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het adsorbent in contact gebracht met het rookgas door een vaste hoeveelheid adsorbent per uur aan het rookgas toe te voegen, waarbij vervolgens door een dioxinemeting uit te voeren na een bepaalde periode nagegaan kan worden of de vaste hoeveelheid bijgesteld moet worden.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat zo op een kwantitatieve manier kan worden bepaald hoeveel adsorbent dient te worden toegevoegd aan een te reinigen rookgas. In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm van de werkwijze, wordt de dioxinemeting uitgevoerd na 14 dagen.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het verwijderen van stikstofoxiden uitgevoerd middels selectieve niet-katalytische reductie.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze biedt onder meer het voordeel dat selectieve niet-katalytische reductie geen katalysator vereist en bij hoge temperaturen, zoals gebruikt bij verbranding van vast brandbaar afvalmateriaal in een verbrandingsoven, kan worden toegepast.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm maakt de selectieve niet-katalytische reductie gebruik van ureum.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het voordeel dat ureum veiliger in gebruik is dan ammoniak.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt volgend op het met een mouwenfilter (3) verwijderen van stof, dioxines en zware metalen, een tweede verwijdering van zure polluenten omvattende HCI, SO2 en HF uitgevoerd door een natte gaswassing.
6 BE2022/5052
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat een grondige reiniging van het rookgas in termen van verwijdering van genoemde zure polluenten mogelijk gemaakt wordt.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm worden tijdens de natte gaswassing eerst een zure natte wassing en vervolgens een basische wassing uitgevoerd.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat zodanig een zo efficiënt mogelijke verwijdering van genoemde zure polluenten kan worden verkregen.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de volledige halfnatte reiniging onder onderdruk gehouden.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat een gewenste stroming van het rookgas tijdens reiniging zo mogelijk gemaakt wordt.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt na de natte gaswassing aldus verkregen gereinigd rookgas tot een temperatuur van 90 tot 120 °C gebracht.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat zo eventueel overblijvende vloeistofdruppels na de natte gaswassing verdampt worden. Bij voorkeur worden na de natte gaswassing en nog voor de verwarming van het gereinigd rookgas, het rookgas door een demister gestroomd om vloeistofdruppels af te scheiden.
In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm van de werkwijze zoals beschreven de voorgaande uitvoeringsvorm, wordt het na de natte gaswassing aldus verkregen gereinigd rookgas tot een temperatuur van 95 tot 115 °C, zelfs nog meer bij voorkeur van 100 tot 110 C° gebracht.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt tijdens de natte gaswassing water gebruikt, waarbij vervuild water wanneer nodig gespuid wordt.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat door te spuien de efficiënte van de natte gaswassing doorheen de tijd gewaarborgd kan worden.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt gespuid vervuild water gezuiverd om opnieuw te worden gebruikt voor rookgasreiniging.
7 BE2022/5052
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de werkwijze heeft het effect dat waterverbruik geminimaliseerd wordt, hetgeen gunstig is in termen van duurzaamheid.
In een eerste aspect betreft de uitvinding een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de inrichting een systeem voor selectieve niet-katalytische reductie (1), een sproeidroger (2), een mouwenfilter (3), een quench (9), één of meerdere waskolommen (10, 12), en een schouw (7), waarbij de sproeidroger (2) en de mouwenfilter (3) in gebruik met elkaar verbonden zijn met een rookgaskanaal, op welk rookgaskanaal een aftakkingspunt aanwezig is waarop in gebruik een injectiemiddel verbonden is voor injectie van een adsorbent voor adsorptie van polluenten uit het rookgas.
Het injectiemiddel dat in gebruik verbonden is met het rookgaskanaal tussen de sproeidroger en de mouwenfilter, heeft het effect dat via het injectiemiddel gericht een adsorbent aan het rookgas in het rookgaskanaal kan toegevoegd worden om zware metalen en dioxines te adsorberen, waarna het adsorbent inclusief erop geadsorbeerde zware metalen en dioxines erna afgevangen kunnen worden in de mouwenfilter.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de inrichting verder een hydrocycloon (15) die in gebruik zo is opgesteld dat deze gespuide vloeistoffen kan ontvangen van de één of meerdere waskolommen (10, 12), en deze gespuide vloeistoffen op basis van densiteit kan scheiden in minstens twee fracties.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de inrichting heeft het effect dat scheiding en/of zuivering van vervuild water voor hergebruik in het reinigingsproces vereenvoudigd wordt.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm omvat de inrichting verder een conductiviteitsmeter en dichtheidsmeter om respectievelijk de conductiviteit en dichtheid te meten van densiteitfracties van gespuide vloeistoffen nadat deze de hydrocycloon (15) verlaten.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de inrichting heeft het effect dat op deze manier op een kwantitatieve manier beslist kan worden hoe vervuild water nabehandeld dient te worden om hergebruikt te kunnen worden in het reinigingsproces.
8 BE2022/5052
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm staan na de hydrocycloon (15) in gebruik een gipsbuffertank (17) en gipsbandfilter (18) opgesteld om één of meerdere van genoemde densiteitsfracties van gespuide vloeistoffen te zuiveren.
Deze geprefereerde uitvoeringsvorm van de inrichting heeft het effect dat middels de gipsbandfilter gips, dat een nevenproduct is van de rookgasreiniging tijdens natte gaswassing, uit het vervuild water kan worden verwijderd zodat het water opnieuw gebruikt kan worden voor rookgasreiniging.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een gereinigd rookgas verkregen door het middels een inrichting volgens het eerste aspect van de uitvinding reinigen van rookgas dat afkomstig is van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven aan de hand van niet-limiterende voorbeelden die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
VOORBEELDEN
Voor voordelen en technische effecten van elementen hieronder beschreven in de
Voorbeelden wordt verwezen naar de voordelen en technische effecten van overeenkomende elementen hierboven beschreven in de gedetailleerde beschrijving.
VOORBEELD 1
Voorbeeld 1 betreft een voorkeurdragende samenstelling van een adsorbent voor gebruik in een werkwijze volgens uitvoeringsvormen hierin beschreven. Het adsorbent volgens Voorbeeld 1 omvat 18 tot 22 gewichtsprocent gehydrateerde kalk, 68 tot 72 gewichtsprocent kleimineralen gedoteerd met zwavelhoudende verbindingen en 8 tot 12 gewichtsprocent actieve kool.
9 BE2022/5052
VOORBEELD 2
Voorbeeld 2 betreft een werkwijze en een inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, volgens uitvoeringsvormen hierin beschreven. De werkwijze en inrichting volgens Voorbeeld 2 worden schematisch geïllustreerd in Fig. 1. In Fig. 1 worden onderdelen van de inrichting met cijfers aangeduid terwijl toegevoegde stoffen of materiaalstromen of testprocedures met drukletters aangegeven worden.
Volgens Voorbeeld 2 wordt rookgasreiniging toegepast op rookgas A verkregen door de verbranding van vast afvalmateriaal in een verbrandingsoven (niet getoond in Fig. 1).
In de verbrandingsoven is een systeem voor selectieve niet-katalytische reductie (SNCR) 1 aangebracht. Met het systeem voor SNCR 1 wordt ureum B als reducerend agens aan het rookgas toegevoegd bij hoge temperatuur (want aanwezig in de verbrandingsoven), waardoor stikstofoxiden gereduceerd worden tot Na, water en CO:.
Na SNCR wordt het rookgas A verder gereinigd in een sproeidroger 2 onder toevoeging van kalkmelk C1 oftewel Ca(OH)2. In de sproeidroger 2 wordt een eerste verwijdering van zure polluenten omvattende HCI, SOz en HF uitgevoerd. Het rookgas stroomt vanuit de sproeidroger 2 verder naar een mouwenfilter 3, en dit via een rookgaskanaal (niet getoond in Fig. 1) tussen de sproeidroger 2 en de mouwenfilter 3. Op het rookgaskanaal is een aftakkingspunt aanwezig waarop een injectiemiddel verbonden is (niet getoond in Fig. 1). Middels genoemd injectiemiddel wordt een adsorbent D volgens Voorbeeld 1 geïnjecteerd voor adsorptie van zware metalen, zoals bijvoorbeeld lood, kwik en cadmium, en ook van dioxines uit het rookgas. Zware metalen en dioxines worden dus geabsorbeerd op het adsorbent D, welke daarna afgevangen wordt in de mouwenfilter 3. Met de mouwentilter 3 wordt naast dioxines en zware metalen ook stof afgevangen, welk stof een inerte asfractie en een organische fractie omvat. De genoemde reinigingsstappen middels de sproeidroger 2, adsorbent D en mouwenfilter 3 worden ook wel een halfnatte reiniging genoemd.
Na de mouwenfilter 3 is een eerste zuigtrekventilator 4 opgesteld die de volledige halfnatte reiniging onder onderdruk houdt. Via de eerste zuigtrekventilator 4 stroomt het rookgas A doorheen een gas/gaswarmtewisselaar 5 naar een zure natte wasser 8 omvattende een quench 9 en een eerste waskolom 10. De quench 9 omvat sproeiers die gecirculeerd water van de eerste waskolom 10 vernevelen, waardoor het rookgas afgekoeld wordt tot een temperatuur van 59 tot 65 °C en bij voorkeur tot een temperatuur van 61 tot 63 °C. Het rookgas A doorloopt eerst de quench 9 alvorens
10 BE2022/5052 doorheen de eerste waskolom 10 te stromen. Doorheen de eerste waskolom 10 wordt water gecirculeerd en wordt kalksteenmelk E oftewel CaCO: toegevoegd. Middels het toevoegen van kalksteenmelk E wordt een pH van 4,5 nagestreefd. In de eerste waskolom 10 worden zure polluenten omvattende HCI, SO: en HF verder gevangen. Het water van de eerste waskolom 10, ook wel waswater of proceswater genoemd, wordt in de eerste waskolom 10 gecirculeerd middels een recirculatiepomp. Vanuit de zure natte wasser 8 stroomt het rookgas A naar een basische wasser 12 welke in feite een tweede waskolom 12 is. In de tweede waskolom 12 wordt water F, ook wel waswater of proceswater genoemd, toegevoegd en doorheen de waskolom gecirculeerd met een recirculatiepomp 13. Aan het water F in de tweede waskolom 12 wordt kalkmelk C2 oftewel Ca(OH)2 toegevoegd om een pH van 5,5 na te streven. In de tweede waskolom 12 wordt de absorptie van resterende zure polluenten, voornamelijk SO», vervolledigd.
Vanuit de tweede waskolom 12 is er een overloop G van proceswater naar de eerste waskolom 10, welk proceswater in de eerste waskolom 10 gebruikt wordt om het rookgas te reinigen. Deze tegenstroom van rookgas A en water F laat een optimaal watergebruik toe.
Aldus gereinigd rookgas A stroomt vanuit de tweede waskolom 12 naar een demister 14 waar nog aanwezige vloeistofdruppels uit het rookgas verwijderd worden. Genoemde vloeistofdruppels stromen terug naar de tweede waskolom 12. Na de demister 14 stroomt het rookgas A doorheen een gas/gaswarmtewisselaar 5 waar de warmte van rookgas A afkomstig van de mouwenfilter 3 aangewend wordt om het rookgas A na de demister 14 op te warmen tot een temperatuur van 100 tot 110 C°. Na de gas/gaswarmtewisselaar 5 stroom het aldus verwarmde rookgas A doorheen een tweede zuigtrekventilator 6 om vervolgens aan een omgeving afgegeven te worden via een schouw 7. De tweede zuigtrekventilator 6 fungeert om de drukval in de zure natte wasser 8 en de basische wasser 12 te compenseren alvorens het rookgas A aan de omgeving afgegeven wordt via de schouw 7.
Volgens Voorbeeld 2 zijn er verder voorzieningen getroffen om proceswater F na natte gaswassing te zuiveren en te hergebruiken. Zo wordt vervuild proceswater, ook wel spui
H genoemd, vanuit de eerste waskolom 10 naar een hydrocycloon 15 overgebracht.
Door het toevoegen van de hulpstoffen (kalkmelk en kalksteenmelk), zoals hierboven besproken, worden in het rookgas A aanwezige verontreinigingen omgezet tot onschadelijke restproducten zoals gips. In de hydrocycloon 15 wordt een scheiding van de spui H gerealiseerd in een stroom met een lage gipsconcentratie van 20 tot 30 g/L gips, welke ook wel een overstroom X1 genoemd wordt, en in een stroom met een hoge gipsconcentratie van 340 tot 360 g/L, welke ook wel een onderstroom X2 genoemd
11 BE2022/5052 wordt. De overstroom X1 wordt vervolgens aan een conductiviteitstest Z1, uitgevoerd door een conductiviteitsmeter (niet getoond in Fig. 1), onderworpen. Wanneer de conductiviteit groter is dan 110 mS/cm (Y1) mag de overstroom X1 naar een verzameltank 16 stromen. Wanneer de conductiviteit lager of gelijk is aan 110 mS/cm (N1) wordt de overstroom X1 terug naar de eerste waskolom 10 overgebracht. De onderstroom X2 ondergaat een dichtheidsmeting Z2, uitgevoerd door een dichtheidsmeter (niet getoond in Fig. 1). Wanneer de dichtheid groter is dan 1140 g/L (Y2) mag de onderstroom X2 naar een gipsbuffertank 17 stromen. Wanneer de dichtheid lager of gelijk is aan 1140 g/L (N2) wordt de onderstroom X2 terug naar de eerste waskolom 10 overgebracht.
Vanuit de gipsbuffertank 17 stroomt de onderstroom X2 naar een gipsbandfilter 18 waar gips door een bandfilter opgevangen wordt, waarna het verkregen water naar de verzameltank 16 stroomt. Vanuit de verzameltank 16 wordt water ten slotte met een doseerpomp 19 in de sproeidroger 2 gebracht. Met dit water kan rookgas in de sproeidroger 2 afgekoeld worden naar 160 °C. Door genoemde maatregelen is de inrichting volgens Voorbeeld 2 afvalwatervrij. Er wordt dus geen water geloosd.
VOORBEELD 3
Voorbeeld 3 betreft een gereinigd rookgas verkregen door het middels een werkwijze en inrichting volgens Voorbeeld 2 reinigen van rookgas dat afkomstig is van de verbranding van vast afvalmateriaal. De samenstelling van het gereinigd rookgas volgens Voorbeeld 3 wordt getoond in Tabel 1.
Tabel 1. Samenstelling van een gereinigd rookgas verkregen door het middels een werkwijze en inrichting volgens Voorbeeld 2 reinigen van rookgas dat afkomstig is van de verbranding van vast afvalmateriaal. Metingen werden uitgevoerd in de schouw waarlangs de gereinigde rookgassen aan de omgeving uitgestoten werden. koolmonoxyde (CO) 10-minuuts ere ES [ee uitgedrukt als totaal organisch koolstof uitgedrukt als HCI
12 BE2022/5052 discontinue gasvormige anorganische fluoriden, meting (2 x per | < 1 mg/Nm8 uitgedrukt als HF jaar)
Zwaveldioxide, uitgedrukt als SO2 daggemiddelde < 50 mg/Nm3
Stikstofoxiden (NOx), uitgedrukt als NO: daggemiddelde < 200 mg/Nm3 discontinue
Som van Cd en TI meting (2 x per | < 0.05 mg/Nm3 jaar) discontinue
Hg meting (2 x per | < 0.05 mg/Nm8 jaar) discontinue
Som van Sb, As, Pb, Cr, Co, Cu, Mn, Ni, V, meting (2 x per | < 0.5 mg/Nm8 en Sn jaar) continu (14- < 0.1 ng TEQ/Nm8 daags) dioxines / furanen discontinue meting (2 x per |< 0.1 ng TEQ/Nm3 jaar)

Claims (13)

13 BE2022/5052 CONCLUSIES
1. Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal, omvattende een systeem voor selectieve niet-katalytische reductie (1), een sproeidroger (2), een mouwenfilter (3), een quench (9), één of meerdere waskolommen (10, 12), en een schouw (7), waarbij de sproeidroger (2) en de mouwenfilter (3) in gebruik met elkaar verbonden zijn met een rookgaskanaal, op welk rookgaskanaal een aftakkingspunt aanwezig is waarop in gebruik een injectiemiddel verbonden is voor injectie van een adsorbent voor adsorptie van polluenten uit het rookgas, met het kenmerk, dat de inrichting verder een hydrocycloon (15) omvat die in gebruik zo is opgesteld dat deze gespuide vloeistoffen kan ontvangen van de één of meerdere waskolommen (10, 12), en deze gespuide vloeistoffen op basis van densiteit kan scheiden in minstens twee fracties, waarbij de inrichting verder een conductiviteitsmeter en dichtheidsmeter omvat om respectievelijk de conductiviteit en dichtheid te meten van densiteitfracties van gespuide vloeistoffen nadat deze de hydrocycloon (15) verlaten.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij na de hydrocycloon (15) in gebruik een gipsbuffertank (17) en gipsbandfilter (18) opgesteld staan om één of meerdere van genoemde densiteitsfracties van gespuide vloeistoffen te zuiveren.
3. Inrichting volgens conclusiel of 2, waarbij de inrichting een verzameltank (16) omvat, waarbij in werkzame toestand een densiteitsfractie met een gipsconcentratie van 20 g/l tot 30 g/l bij een gemeten conductiviteit groter dan 110 mS/cm naar de verzameltank (16) stroomt en bij een gemeten conductiviteit lager of gelijk aan 110 mS/cm terug naar een waskolom (10) stroomt.
4. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de inrichting een verzameltank (16) omvat, waarbij in werkzame toestand water uit de gipsbandfilter (18) naar de verzameltank (16) stroomt en waarbij inrichting een doseerpomp (19) omvat voor het brengen van water uit de verzameltank (16) naar de sproeidroger (2).
5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-4, waarbij het adsorbent 10 tot 30 gewichtsprocent gehydrateerde kalk, 60 tot 80 van één of meerdere kleimineralen gedoteerd met zwavelhoudende verbindingen en 5 tot 15 gewichtsprocent actieve kool omvat.
14 BE2022/5052
6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-5, waarbij na de mouwenfilter (3) een eerste zuigtrekventilator (4) is opgesteld voor het onder onderdruk houden van de sproeidroger (2) en de mouwenfilter (3).
7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-6, waarbij tussen de mouwenfilter (3) en de quench (9) een gas/gaswarmtewisselaar (5) opgesteld is, waarbij in werkzame toestand rookgas (A) uit een tweede waskolom (12) in de gas/gaswarmtewisselaar (5) door rookgas (A) uit de mouwenfilter (3) wordt opgewarmd.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij na de gas/gaswarmtewisselaar (5) een tweede zuigtrekventilator (6) is opgesteld.
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-8, waarbij de quench (9) sproeiers omvat voor het vernevelen van gecirculeerd water uit een eerste waskolom (10).
10.lnrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-9, waarbij een tweede waskolom (12) een overloop (G) van proceswater naar een eerste waskolom (10) omvat.
11.Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-10, waarbij de inrichting een demister (14) omvat, waarbij rookgas A uit een tweede waskolom (12) in werkzame toestand doorheen de demister (14) stroomt voor het verwijderen van aanwezige vloeistofdruppels.
12.lnrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-11, waarbij een waskolom (10, 12) een recirculatiepomp (11, 13) omvat voor het recirculeren van waswater in de waskolom (10, 12).
13. Gereinigd rookgas verkregen door het middels een inrichting volgens één der conclusies 1 tot en met 12 reinigen van rookgas dat afkomstig is van de verbranding van vast brandbaar materiaal, bijvoorbeeld van vast afvalmateriaal.
BE20225052A 2022-01-26 2022-01-26 Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas BE1030226B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225052A BE1030226B1 (nl) 2022-01-26 2022-01-26 Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225052A BE1030226B1 (nl) 2022-01-26 2022-01-26 Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1030226A1 BE1030226A1 (nl) 2023-08-22
BE1030226B1 true BE1030226B1 (nl) 2023-08-29

Family

ID=80122488

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20225052A BE1030226B1 (nl) 2022-01-26 2022-01-26 Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1030226B1 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20100329957A1 (en) * 2007-03-30 2010-12-30 Mitsubishi Heavy Industries Environment Engineering Co., Ltd. Exhaust-gas treatment apparatus and exhaust-gas treatment method
US20140241970A1 (en) * 2013-02-27 2014-08-28 Fuel Tech, Inc. Process and Apparatus for Improving the Operation of Wet Scrubbers
EP3170547A1 (en) * 2014-07-17 2017-05-24 Mitsubishi Hitachi Power Systems, Ltd. Flue gas desulfurization apparatus and method of operating same
CN108317525A (zh) * 2017-01-17 2018-07-24 恩国环保科技(上海)有限公司 一种制药工艺废气处理装置及处理方法
CN109569228A (zh) * 2018-12-26 2019-04-05 浙江大维高新技术股份有限公司 垃圾焚烧炉烟气的排放***及工艺

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2305274T3 (es) 2001-06-29 2008-11-01 Keppel Seghers Holdings Pte Ltd Dispositivo de purificacion de gas de combustion para un incinerador.

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20100329957A1 (en) * 2007-03-30 2010-12-30 Mitsubishi Heavy Industries Environment Engineering Co., Ltd. Exhaust-gas treatment apparatus and exhaust-gas treatment method
US20140241970A1 (en) * 2013-02-27 2014-08-28 Fuel Tech, Inc. Process and Apparatus for Improving the Operation of Wet Scrubbers
EP3170547A1 (en) * 2014-07-17 2017-05-24 Mitsubishi Hitachi Power Systems, Ltd. Flue gas desulfurization apparatus and method of operating same
CN108317525A (zh) * 2017-01-17 2018-07-24 恩国环保科技(上海)有限公司 一种制药工艺废气处理装置及处理方法
CN109569228A (zh) * 2018-12-26 2019-04-05 浙江大维高新技术股份有限公司 垃圾焚烧炉烟气的排放***及工艺

Also Published As

Publication number Publication date
BE1030226A1 (nl) 2023-08-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
USRE47980E1 (en) Process for removing mercury from flue gases
KR100847411B1 (ko) 굴뚝 가스로부터 수은을 제거하는 방법
US7776298B2 (en) Process and device for cleaning combustion flue gases
US6375909B1 (en) Method for the removal of mercury and nitrogen oxides from combustion flue gas
CN102895857B (zh) 一种垃圾焚烧烟气综合净化***及其净化方法
Ruokojärvi et al. Chemical inhibition of PCDD/F formation in incineration processes
JP2005519732A (ja) 熱煙道ガスから水銀種を除去するための方法及び装置
EP1399695B1 (en) Flue gas purification device for an incinerator
Le Cloirec Treatments of polluted emissions from incinerator gases: a succinct review
US20080282889A1 (en) Oil shale based method and apparatus for emission reduction in gas streams
DK2509700T3 (en) PROCEDURE FOR THE REMOVAL OF MERCURY SILENSE FROM HIGH-TEMPERATURES
BE1030226B1 (nl) Inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas
BE1028933B1 (nl) Werkwijze en inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van vast brandbaar materiaal en verkregen gereinigd rookgas
EP3137193A1 (en) Method for removal of mercury from flue gases
CZ75094A3 (en) Process of purifying gas containing nitrogen oxide and sulfur dioxide
BE1030154B1 (nl) Werkwijze en inrichting voor onttrekken van zuur uit rookgas afkomstig van de verbranding van chloorhoudend materiaal en verkregen product
BE1030151B1 (nl) Werkwijze en inrichting voor reiniging van rookgas afkomstig van de verbranding van chloorhoudend materiaal en verkregen gereinigd rookgas
JP5299600B2 (ja) 排ガス処理方法及び排ガス処理装置
Elliott et al. Novel mercury control strategy utilizing wet FGD in power plants burning low chlorine coal
CN214719281U (zh) 一种焚烧炉渣及飞灰的资源化处置***
Maduna et al. Management of air quality
CN114618282A (zh) 危废焚烧烟气全流程超低排放净化方法
Veselý et al. Removal of Acid Gases in an Incinerator of Hospital Waste
Licata et al. Mercury and dioxin control for municipal waste combustors
Vosteen et al. Bromine based mercury abatement in waste and coal combustion. Mercury retention in the catalyst bed of a tail-end-SCR

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20230829