BE1029460B1 - Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank - Google Patents

Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank Download PDF

Info

Publication number
BE1029460B1
BE1029460B1 BE20215434A BE202105434A BE1029460B1 BE 1029460 B1 BE1029460 B1 BE 1029460B1 BE 20215434 A BE20215434 A BE 20215434A BE 202105434 A BE202105434 A BE 202105434A BE 1029460 B1 BE1029460 B1 BE 1029460B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
surfboard
ribs
rails
wood
frame
Prior art date
Application number
BE20215434A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1029460A1 (nl
Inventor
Tom Nuytens
Original Assignee
Varuna Lestari
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Varuna Lestari filed Critical Varuna Lestari
Priority to BE20215434A priority Critical patent/BE1029460B1/nl
Priority to PCT/IB2022/055072 priority patent/WO2022254324A1/en
Publication of BE1029460A1 publication Critical patent/BE1029460A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1029460B1 publication Critical patent/BE1029460B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B32/00Water sports boards; Accessories therefor
    • B63B32/50Boards characterised by their constructional features
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B63SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
    • B63BSHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING 
    • B63B32/00Water sports boards; Accessories therefor
    • B63B32/57Boards characterised by the material, e.g. laminated materials

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ocean & Marine Engineering (AREA)
  • Laminated Bodies (AREA)

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een surfplank omvattende een raamwerk, een bovenblad, een onderblad en een coating, waarbij het raamwerk een veelvoud aan ribben en rails omvat, welke ribben en rails een bovenoppervlak, een onderoppervlak, een neuseind en een staarteind van het raamwerk definiëren, en waarbij het bovenblad en het onderblad respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- en onderoppervlak zijn gekoppeld, waarbij de coating het samenstel van het raamwerk, het bovenblad en het onderblad integraal omsluit, en waarbij de ribben een V- en/of Y-vormige constructie vormen welke hoofdzakelijk in het staarteind van de surfplank zijn gepositioneerd. Een tweede aspect van de uitvinding voorziet in een werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank.

Description

! BE2021/5434
SURFPLANK EN WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN EEN SURFPLANK
TECHNISCH DOMEIN De uitvinding heeft betrekking op een surfplank. In het bijzonder betreft de uitvinding een ecologische surfplank en een werkwijze voor het vervaardigen ervan.
STAND DER TECHNIEK Tegenwoordig wordt aan surfplanken en andere waterborden steeds strengere eisen opgelegd. Zo dient een moderne surfplank enerzijds relatief licht te zijn, doch anderzijds voldoende sterk teneinde een surfer optimaal te kunnen ondersteunen. Wil een surfplank ook goed bestuurbaar en wendbaar zijn, dient zij tevens over enige flexibiliteit te beschikken. Daartoe bevatten moderne surfplanken courant een kern van polyurethaan- of polyesterschuim, en een zogenaamde stringer, i.e. een versteviging welke over de volledige middellijn van de surfplank wordt aangebracht. Dusdanig kunnen deze surfplanken licht worden gehouden terwijl zij toch voldoende sterk zijn. De aanwezigheid van een stringer is evenwel nadelig voor de flexibiliteit van de surfplank. Waterdichtheid van de plank wordt doorgaans verkregen door het aanbrengen van een vezeldoek en polyestercoating op de buitenzijde van de polyurethaan- of polyesterkern.
Dergelijke surfplank is onder andere bekend uit US 2017 0 001 694. Een belangrijk nadeel van deze surfplanken is echter dat het productieproces erg belastend is voor het milieu en potentieel gevaarlijk kan zijn voor de menselijke gezondheid. De voornaamste problemen liggen hierbij bij de gebruikte materialen, en de chemicaliën die vrijkomen tijdens de productie ervan.
Als antwoord hierop, kunnen surfplanken tegenwoordig ook integraal uit hout vervaardigd worden. De vervaardiging van surfplanken uit hout, vormt dusdanig een ecologisch alternatief voor de gekende constructie op basis van een polyurethaan- of polyesterkern. Dergelijke houten surfplank is onder andere gekend uit US 4 302 859. De surfplank is hierbij vervaardigd uit een rigide houtconstructie, welk echter als nadeel heeft dat deze surfplank een stuk minder flexibel is, wat de bestuurbaarheid en wendbaarheid nadelig beïnvloedt. Een professioneel surfer zal bijgevolg nog steeds de voorkeur geven aan een meer kwalitatieve, maar minder ecologische surfplank.
Er is bijgevolg nood aan een surfplank en een werkwijze voor het vervaardigen ervan, welke een optimale balans treft tussen een licht gewicht enerzijds, en voldoende sterkte en flexibiliteit anderzijds, waarbij de gebruikte materialen het milieu aanzienlijk minder belasten, en de menselijke gezondheid evenwel niet in gevaar brengen.
De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor tenminste enkele van bovenvermelde problemen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING De uitvinding betreft een surfplank volgens conclusie 1. De surfplank wordt gekenmerkt door het een V- en/of Y-vormige ribconstructie, welke voordelig zijn voor zowel de sterkte, het gewicht als de flexibiliteit van de surfplank. De specifieke opbouw van de surfplank en de hierin verkregen eigenschappen, laten bovendien toe dat de surfplank uit ecologische materialen wordt opgebouwd zonder de surfplank hierbij moeilijk bestuurbaar of moeilijk wendbaar te maken. In het bijzonder, slaagt de onderhavige surfplank erin een lichte constructie te combineren met een goede sterkte en flexibiliteit. Voorkeursvormen van de surfplank worden weergegeven in de volgconclusies 2 tot en met 19.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank volgens conclusie 20. De resulterende surfplank vindt hierbij een optimaal evenwicht tussen een licht gewicht, adequate sterkte en goede flexibiliteit, zonder gebruik te maken van ecologisch schadelijke materialen. Voorkeursvormen van de werkwijze worden weergegeven in de volgconclusies 21 en 22.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN Figuur 1 toont een vlakke doorsnede van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, waarin het inwendige raamwerk met de V- en/of Y- vormige constructie zichtbaar is.
Figuur 2 toont het vlakke aanzicht van ribbe van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding. Figuur 3 toont het vlakke aanzicht van een rail van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.
“Een”, “de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “behelzen”, “behelzende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen. Een eerste aspect van de onderhavige uitvinding betreft een surfplank omvattende een raamwerk, een bovenblad, een onderblad en een coating. Het raamwerk omvat hierin een veelvoud aan ribben en rails, welke ribben en rails een bovenoppervlak, een onderoppervlak, een neuseind en een staarteind van het raamwerk definiëren, en waarbij het bovenblad en het onderblad respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- en onderoppervlak zijn gekoppeld. De coating omsluit hierin het samenstel van het raamwerk, het bovenblad en het onderblad in zijn integraliteit. Volgens de uitvinding zoals hierin beschreven, vormen de ribben een V- en/of Y-vormige constructie welke hoofdzakelijk in het staarteind van de surfplank zijn gepositioneerd.
Een “raamwerk” zoals hierin beschreven duidt een lichte constructie aan, samengesteld uit een veelvoud aan raamwerkelementen, welke de algemene vorm van de surfplank bepaalt. Het raamwerk vormt het interne geraamte van de surfplank en komt dusdanig idealiter niet in contact met water. De raamwerkelementen kunnen hierbij mogelijks uit hout of kunststof vervaardigd zijn, en kunnen aan elkaar bevestigd worden via courante gebruikte methoden, zoals verlijming, schroeven of nagelen van de raamwerkelementen. Het raamwerk definieert dusdanig een zogenaamd “neuseind”, welke het uiteinde van de langwerpige surfplank betreft dat doorgaans in de bewegingsrichting van de surfplank is georiënteerd. Zo definieert het raamwerk ook een “staarteind”, welke is georiënteerd weg van de bewegingsrichting van de surfplank. Tussen het neus- en het staarteind strekken zich twee vlakken uit, welke in het bijzonder worden aangeduid met de termen “bovenoppervlak” en “onderoppervlak”. Uit voorliggende beschrijving van een “raamwerk” wordt duidelijk dat het boven- en onderoppervlak niet gesloten, noch waterdicht dienen te zijn, zij betreffen louter oppervlakken gedefinieerd door het raamwerk, met name door een veelvoud aan raamwerkelementen. De termen “bovenblad” en “onderblad” duiden de effectief gesloten bladen aan, welke zijn gekoppeld op respectievelijk het boven- en onderoppervlak gedefinieerd door het raamwerk. De “coating” zoals hierin beschreven omsluit het raamwerk, en het boven- en onderblad in hun integraliteit en draagt bij aan de waterdichtheid van de gehele surfplank. In deze context dient de term “rail” te worden geïnterpreteerd als een raamwerkelement welke zich hoofdzakelijk in de lengte van de surfplank uitstrekt en de randen ervan definieert. De rails zoals hierin beschreven zijn houten of kunststof elementen welke uit één stuk zijn vervaardigd. Deze rails zijn doorgaans parabolische van vorm, wat toelaat toe dat deze elementen met een beperkt volume een uitzonderlijk goede sterkte aan het raamwerk verlenen, zonder dit substantieel zwaar te maken. De parabolische rails zijn danig gevormd, opdat het raamwerk een boven- en onderoppervlak definieert dat een optimale buiging heeft. De verkregen buiging verhoogt verder de wendbaarheid en dynamiek van de surfplank. Hierin zijn het boven- en onderblad danig gevormd dat zij nauw aansluiten op de gebogen vorm van het boven- en onderoppervlak gedefinieerd door de parabolische rails van het raamwerk. Een “ribbe” dient geïnterpreteerd te worden als een raamwerkelement welke zich hoofdzakelijk binnen de door de rails gedefinieerde randen bevindt.
> BE2021/5434 Met de termen “V-vormige constructie” en "Y-vormige constructie” wordt een gedeelte van het raamwerk aangeduid dat een specifieke configuratie van de ribben omvat.
Wanneer het raamwerk wordt aanschouwd vanaf diens boven- of onderoppervlak, betreffen deze constructies configuraties van de ribben welke een in hoofdzaak een V- of Y-vorm vertonen.
Teneinde een compromis te vinden tussen sterkte, flexibiliteit en lichtheid van een surfplank, wordt courant gebruik gemaakt van schuimmaterialen welke nadelig zijn op onder andere ecologisch vlak.
Alternatief zijn surfplanken vervaardigd uit ecologische materialen zoals hout te zwaar, weinig flexibel, of niet sterk genoeg.
De uitvinding voorziet in een oplossing middels de implementatie van de V- en/of Y- vormige constructie, welke toelaat de surfplank aanzienlijk licht en flexibel te houden, terwijl evenwel een uitzonderlijke sterkte wordt verkregen.
De V- en/of Y-vorm zoals hierin beschreven kan worden vervaardigd uit ecologisch verantwoorde materialen zoals hout en laat toe dat de surfplank, en met name het gewicht, de sterkte en de flexibiliteit, optimaal kunnen worden ingesteld.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, vormen minstens twee ribben een V-vormige constructie, waarbij een eerste en tweede ribbe ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind van de surfplank is gericht.
Bij voorkeur is de binnenhoek begrepen tussen 81° en 99°, tussen 82° en 98°, tussen 83° en 97°, tussen 84° en 96°, of tussen 85° en 95°. Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, vormen minstens vier ribben een Y- vormige constructie, waarbij een eerste en tweede ribbe ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind van de surfplank is gericht, en waarbij een derde en vierde ribbe langsheen de middellijn zijn georiënteerd, respectievelijk grenzend aan de binnen- en buitenhoek gevormd door de eerste en tweede ribbe.
Bij voorkeur is de binnenhoek begrepen tussen 81° en 99°, tussen 82° en 98°, tussen 83° en 97°, tussen 84° en 96°, of tussen 85° en 95°,
In sommige uitvoeringsvormen, vormen de ribben een V- en een Y-vormige constructie.
Bij voorkeur is de Y-vormige constructie hierin meer naar het staarteind van de surfplank gelegen dan de V-vormige constructie.
In sommige uitvoeringsvormen grenst de V-vormige constructie hierbij aan één van de langsheen de middellijn georiënteerde ribben van de Y-vormige constructie.
Elk van hierin beschreven V- en/of Y-vormige constructies laten toe dat de surfplank over een goede sterkte beschikt, ook zonder de aanwezigheid van een stringer, welke zich doorgaans uitstrekt over de volledige lengte van de surfplank.
Waar een stringer normaliter de sterkte en flexibiliteit van een surfplank op basis van een polyurethaan- en of polyesterkern waarborgt, is de onderhavige constructie in staat een gelijkwaardige sterkte en flexibiliteit te voorzien zonder de noodzaak aan een stringer.
In het bijzonder zorgen de hierin beschreven V- en/of Y-vormige constructie ervoor dat een optimale balans tussen sterkte, flexibiliteit en gewicht wordt gevonden waardoor de surfplank een uitzonderlijk goede wendbaarheid en bestuurbaarheid heeft.
In sommige uitvoeringsvormen, zijn minstens vijf ribben in hoofdzaak loodrecht op de middellijn van de surfplank georiënteerd, welke ribben zich uitstrekken tussen ten minste twee rails.
Bij voorkeur, zijn minstens zes ribben in hoofdzaak loodrecht op de middellijn van de surfplank georiënteerd, meer bij voorkeur minstens zeven, minstens acht, of minstens negen ribben.
Elk van de ribben zoals hierin beschreven hebben volgens sommige uitvoeringsvormen een onderlinge tussenafstand van 10,0 cm, bij voorkeur van 11,0 cm, meer bij voorkeur van 12,0 cm, 13,0 cm, 14,0 cm, of van 15,0 cm.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm zijn de ribben en/of rails vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3. Binnen het beschreven dichtheidsbereik wordt een optimale balans gevonden tussen sterkte en een beperkt gewicht, wat bijdraagt aan de voordelige eigenschappen van de surfplank.
Bij voorkeur, zijn de ribben en/of rails vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 100 en 160 kg/m3. Bij voorkeur is het hout een houtsoort gekozen uit de groep van balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm omvatten de ribben en/of rails een uitwendige fineerlaag welke is gekoppeld aan ten minste één van de buitenvlakken van de ribben en/of rails.
De fineerlaag betreft een dunne laag welke de sterkte en draagkracht van de ribben en/of rails aanzienlijk verhoogt zonder de surfplank in haar totaliteit te verzwaren.
In sommige uitvoeringsvormen, hebben de ribben een dikte welke is begrepen tussen 5,0 en 15,0 mm.
Bij voorkeur, hebben de ribben een dikte welke is begrepen tussen 5,0 en 14,0 mm, tussen 5,0 en 13,0 mm, tussen 5,0 en 12,0 mm, tussen 5,0 en 11,0 mm, of tussen 6,0 en 10,0 mm.
In sommige uitvoeringsvormen, hebben de rails een dikte welke is begrepen tussen 5,0 en 25,0 mm.
Bij voorkeur, hebben de rails een dikte welke is begrepen tussen 5,0 en 24,0 mm, tussen 5,0 en 23,0 mm, tussen 5,0 en 22,0 mm, tussen 5,0 en 21,0 mm, tussen 5,0 en 20,0 mm, tussen 6,0 en 19,0 mm, tussen 7,0 en 18,0 mm, tussen 8,0 en 17,0 mm, tussen 9,0 en 16,0 mm, of tussen 10,0 en 15,0 mm.
In sommige uitvoeringsvormen, omvatten de ribben één of meerdere dwarse openingen.
De dwarse openingen laten toe de ribben lichter uit te voeren zonder dat zij hierbij inboeten aan sterkte.
Bij voorkeur, zijn genoemde dwarse openingen homogeen gespreid over het vlak van de ribben.
Meer bij voorkeur, omvatten de ribben minstens 5 openingen, 6 openingen, 7 openingen, 8 openingen, 9 openingen, 10 openingen, 11 openingen of 12 openingen.
In sommige uitvoeringsvormen, zijn de dwarse openingen in hoofdzaak driehoekig, vierhoekig, ovaal of rond.
Bij voorkeur zijn de dwarse openingen in hoofdzaak ovaal of rond.
In sommige uitvoeringsvormen, omvatten de rails één of meerdere sleufvormige uitsparingen langsheen de naar de middellijn van de surfplank gerichte zijde.
De sleufvormige uitsparingen laten toe de rails lichter uit te voeren zonder dat zij hierbij inboeten aan sterkte.
Bij voorkeur is de dwarsdoorsnede van de rails hierbij in hoofdzaak U- of C-vormig.
In sommige uitvoeringsvormen, omvatten de ribben aan diens uiteinden haakse uitstulpingen welke complementair zijn met de sleufvormige uitsparingen van de rails, waardoor de ribben eenvoudig in de rails gemonteerd kunnen worden.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, omvatten het boven- en het onderblad elk een centrale houtkern, welke houtkern aan diens buitenzijde is bedekt met een vezeldoek.
De specifieke opbouw van de surfplank en met name de samenstelling van het boven- en onderblad laten toe de surfplank uit ecologische materialen op te bouwen zonder de surfplank hierbij moeilijk bestuurbaar of moeilijk wendbaar te maken.
In het bijzonder, slaagt de onderhavige surfplank erin een lichte constructie te combineren met een goede sterkte en flexibiliteit.
Hierbij laat het vezeldoek aan de buitenzijde van de houtkern toe het boven- en onderblad te versterken zonder de constructie hierbij als geheel stugger te maken.
Dit is bijzonder voordelig daar de surfplank dusdanig voldoet aan de voornaamste functionele eisen zonder gebruik te maken van materialen welke schadelijk kunnen zijn voor het milieu en/of voor de menselijke gezondheid.
Bij voorkeur omvat de genoemde houtkern een houtsoort met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3. De surfplank heeft hierin als voordeel dat zij in tegenstelling tot gebruikelijke surfplanken op basis van hout uitzonderlijk licht is, zonder daarbij in te boeten aan sterkte.
Dusdanig vormt de onderhavige surfplank een waardig ecologisch alternatief voor surfplanken op basis van polymeerschuimkernen.
Meer bij voorkeur omvat de genoemde houtkern een houtsoort met een dichtheid begrepen tussen 100 en 160 kg/m3, waarbij een optimaal evenwicht tussen sterkte en gewicht van de surfplank wordt verkregen.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm is de houtsoort gekozen uit de groep van balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties hiervan.
Genoemde houtsoorten zijn alle houtsoorten welke een dichtheid hebben begrepen tussen 80 en 250 kg/m? en zijn bovendien ecologisch voordelige keuzes.
Zo is Balsa een typisch zachte houtsoort, waarvan de celstructuur zich kenmerkt door een grote volume/oppervlakte-verhouding.
Deze typische celstructuur leidt ertoe dat gedroogd Balsahout uitzonderlijk licht en sterk is.
Paulownia, ceder en conifeer combineren gelijkaardige eigenschappen en zijn uitermate geschikt als boven- en onderblad van de onderhavige surfplank.
Bij voorkeur wordt als houtsoort balsa, paulownia, of een combinatie hiervan gekozen.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, omvatten het boven- en/of onderblad een uitwendige fineerlaag welke is gekoppeld aan ten minste één van de buitenvlakken van het boven- en/of onderblad.
De fineerlaag betreft een dunne laag welke de sterkte en draagkracht van het boven- en/of onderblad aanzienlijk verhoogt zonder de surfplank in haar totaliteit te verzwaren.
In sommige uitvoeringsvormen heeft de houtkern een dikte heeft begrepen tussen 2,0 en 5,0 mm, bij voorkeur tussen 2,5 en 4,0 mm. De met vezeldoek versterkte houtkern slaagt er dusdanig in om met geringe dikte een sterk, licht en flexibel boven- en onderblad van de surfplank te vormen, wat bijdraagt tot een verdere verlaging van het gewicht van de surfplank.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm omvat het vezeldoek een vezelmateriaal gekozen uit de groep van glasvezel, bamboevezel, hennepvezel, of combinaties hiervan. De gekozen vezelmaterialen verhogen optimaal de sterkte van de surfplank, dragen bij tot de duurzaamheid van de surfplank en zijn bovendien alle ecologische keuzes. Bij voorkeur, is het genoemde vezelmateriaal een glasvezel, welk glasvezel is gekozen uit de groep van A-glasvezel, C-glasvezel, D-glasvezel, E- glasvezel, ECR-glasvezel, AR-glasvezel, S-2-glasvezel, M-glasvezel, T-glasvezel, Z- glasvezel, of combinaties hiervan. Het gebruik van glasvezel als vezelmateriaal heeft als voordeel dat de verschillende eigenschappen en/of samenstelling van de surfplank nauwkeurig kunnen worden ingesteld op basis van specifiek gewenste functionele eigenschappen. Zo kennen bepaalde glasvezeltypes een goede bevochtiging en zijn ze erg licht (bv. E-glasvezel), terwijl andere glasvezels net meer bijdragen tot de stijfte en sterkte van de surfplank (vb. S-glasvezel). Verder heeft het gekozen vezelmateriaal een beduidende invloed op de benodigde hoeveelheid afwerkingscoating teneinde een waterdicht en duurzaam surfboard te verkrijgen.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, is het vezeldoek gefixeerd op de houtkern van het boven- en het onderblad middels de coating, welke coating een epoxypolymeer omvat. Het voordeel aan het gebruik van epoxypolymeer bestaat erin dat het uitzonderlijk geschikt is voor het waterdicht maken van het surfboard, dat epoxypolymeer een duurzaam materiaal is, en slechts in kleine hoeveelheid benodigd is teneinde een waterdichte en duurzame laag te vormen. Aangezien epoxypolymeer bovendien op basis van biologische startmaterialen kan worden gemaakt, draagt het verder bij tot de ecologische waardering van de onderhavige surfplank.
Bij voorkeur is dit epoxypolymeer voor minstens 20 % gebaseerd op een biologisch startmateriaal. Meer bij voorkeur is dit epoxypolyeer voor minstens 30 % gebaseerd op een biologisch startmateriaal. Nog meer bij voorkeur is het epoxypolymeer voor minstens 40 %, voor minstens 50 %, 60 %, 70 %, 80 % of 90 % gebaseerd op een biologisch startmateriaal. Meest bij voorkeur is het epoxypolymeer voor 100 % gebaseerd op een biologisch startmateriaal.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm is het biologisch startmateriaal gekozen uit de groep van houtpulp, algen, plantaardige oliën, of combinaties hiervan. Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm heeft de surfplank een massa begrepen tussen 2,0 en 10,0 kg, meer bij voorkeur tussen 2 en 8 kg. Bij voorkeur is de massa van de surfplank begrepen tussen 2,1 en 7 kg of tussen 2,1 en 4,9 kg, tussen 2,2 en 4,8 kg, tussen 2,3 en 4,7 kg, tussen 2,4 en 4,6 kg, of tussen 2,5 en 4,5 kg. De surfplank omvat volgens sommige uitvoeringen één of meerdere “fin boxes” voor het monteren van één of meerdere vinnen op de surfplank. Bij voorkeur zijn deze fin boxes aan de staartzijde van de surfplank aanwezig. In sommige uitvoeringsvormen omvat de surfplank verder een leash plug, voor het bevestigen van een surfplanklijn. Een tweede aspect van de onderhavige uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank omvattende de stappen: a. het samenstellen van een raamwerk, welk raamwerk een veelvoud aan ribben en rails omvat, en welke ribben en rails een bovenoppervlak, een onderoppervlak, een neuseind en een staarteind van het raamwerk definiëren, b. het samenstellen van een bovenblad en een onderblad, c. het koppelen van dit boven- en onderblad, respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- en onderoppervlak, en d. het aanbrengen van een coating welke het samenstel van het raamwerk, het boven- en het onderblad integraal omsluit, waarbij de ribben in een V- en/of Y-vormige constructie worden gevormd, welke hoofdzakelijk in het staarteind van de surfplank zijn gepositioneerd.
Teneinde een compromis te vinden tussen sterkte, flexibiliteit en lichtheid van een surfplank, wordt courant gebruik gemaakt van schuimmaterialen welke nadelig zijn op onder andere ecologisch vlak. Alternatief zijn surfplanken vervaardigd uit ecologische materialen zoals hout te zwaar, weinig flexibel, of niet sterk genoeg. De uitvinding voorziet in een oplossing middels de implementatie van de V- en/of Y-
vormige constructie, welke toelaat de surfplank aanzienlijk licht en flexibel te houden, terwijl evenwel een uitzonderlijke sterkte wordt verkregen. De V- en/of Y-vorm zoals hierin beschreven kan worden vervaardigd uit ecologisch verantwoorde materialen zoals hout en laat toe dat de surfplank, en met name het gewicht, de sterkte en de flexibiliteit, optimaal kunnen worden ingesteld.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, vormen minstens twee ribben een V-vormige constructie, waarbij een eerste en tweede ribbe ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind van de surfplank is gericht. Bij voorkeur is de binnenhoek begrepen tussen 81° en 99°, tussen 82° en 98°, tussen 83° en 97°, tussen 84° en 96°, of tussen 85° en 95°.
Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, vormen minstens vier ribben een Y- vormige constructie, waarbij een eerste en tweede ribbe ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind van de surfplank is gericht, en waarbij een derde en vierde ribbe langsheen de middellijn zijn georiënteerd, respectievelijk grenzend aan de binnen- en buitenhoek gevormd door de eerste en tweede ribbe. Bij voorkeur is de binnenhoek begrepen tussen 81° en 99°, tussen 82° en 98°, tussen 83° en 97°, tussen 84° en 96°, of tussen 85° en 95°. In sommige uitvoeringsvormen, vormen de ribben een V- en een Y-vormige constructie. Bij voorkeur is de Y-vormige constructie hierin meer naar het staarteind van de surfplank gelegen dan de V-vormige constructie. In sommige uitvoeringsvormen grenst de V-vormige constructie hierbij aan één van de langsheen de middellijn georiënteerde ribben van de Y-vormige constructie. Elk van hierin beschreven V- en/of Y-vormige constructies laten toe dat de surfplank over een goede sterkte beschikt, ook zonder de aanwezigheid van een stringer, welke zich doorgaans uitstrekt over de volledige lengte van de surfplank. Waar een stringer normaliter de sterkte en flexibiliteit van een surfplank op basis van een polyurethaan- en of polyesterkern waarborgt, is de onderhavige constructie in staat een gelijkwaardige sterkte en flexibiliteit te voorzien zonder de noodzaak aan een stringer. In het bijzonder zorgen de hierin beschreven V- en/of Y-vormige constructie ervoor dat een optimale balans tussen sterkte, flexibiliteit en gewicht wordt gevonden waardoor de surfplank een uitzonderlijk goede wendbaarheid en bestuurbaarheid heeft. Volgens een verdere of andere uitvoeringsvorm, worden de ribben en/of rails gevormd middels een CNC-snijproces.
Met de term “CNC” wordt in licht van de onderhavige uitvinding “Computer Numerical Control” bedoeld, of dus een computergestuurde snijmachine die typisch dient om diverse materialen zoals hout, composietenmaterialen, aluminium, staal, kunststof, glas en schuimmaterialen te versnijden of te verwerken. CNC laat doorgaans toe complexe snijbewerkingen te automatiseren en is dusdanig uitermate geschikt voor het vormen van de ribben en/of rails zoals hierin beschreven.
Bij voorkeur wordt middels de onderhavige werkwijze een surfplank volgens het eerste aspect van de uitvinding vervaardigd.
Middels uitvoering van onderhavige werkwijze wordt dusdanig een surfplank volgens het eerste aspect van de uitvinding verkregen, welke een optimaal evenwicht vindt tussen een licht gewicht, adequate sterkte en een goede flexibiliteit, zonder hierbij gebruik te maken van ecologisch schadelijke materialen.
GEDETAILLEERDE FIGUURBESCHRIJVING Figuur 1 toont een vlakke doorsnede van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, waarin het inwendige raamwerk met de V- 8 en/of Y- vormige constructie 9 zichtbaar is. De weergegeven surfplank omvat een raamwerk 1 met een veelvoud aan ribben 2 en rails 3, welke ribben 2 en rails 3 een bovenoppervlak 4, een onderoppervlak 5, een neuseind 6 en een staarteind 7 van het raamwerk 1 definiëren. Hierbij worden het bovenblad en het onderblad respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- 4 en onderoppervlak 5 gekoppeld, waarbij een coating het samenstel van het raamwerk 1, het bovenblad en het onderblad integraal omsluit. De V- 8 en/of Y-vormige 9 constructie zijn hierbij hoofdzakelijk in het staarteind 7 van de surfplank gepositioneerd.
De V-vormige constructie 8 wordt hierin gevormd door een eerste 10 en tweede ribbe 11 welke ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek a begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste 10 en tweede ribbe 11 in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek a naar het neuseind 6 van de surfplank is gericht.
De Y-vormige constructie 9 wordt hierin gevormd door een eerste 12 en tweede ribbe 13 welke ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek B begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste 12 en tweede ribbe 13 in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek B naar het neuseind 6 van de surfplank is gericht, en waarbij een derde 14 en vierde ribbe 15 langsheen de middellijn zijn georiënteerd, respectievelijk grenzend aan de binnen- B en buitenhoek y gevormd door de eerste 10 en tweede ribbe 12. Verder worden de ribben 2 weergegeven welke in hoofdzaak loodrecht op de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en zich uitstrekken tussen ten minste twee rails 3. Op de surfplank worden verder twee fin boxes 19 voor het bevestigen van twee vinnen weergegeven, en een leash plug voor het bevestigen van een surfplanklijn.
In het bijzonder wordt hierbij toegelicht dat de ribben 2 en de rails 3 zijn vervaardigd 20 uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3, met name een houtsoort gekozen uit balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
Het boven- en onderblad omvatten hierbij een houtkern welke eveneens is vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m*, met name een houtsoort gekozen uit balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
Aan de buitenzijde zijn het boven- en onderblad bedekt met een vezeldoek, in het bijzonder vervaardigd uit een glasvezelmateriaal, welke middels een coating is gefixeerd aan dit boven- en onderblad.
Figuur 2 toont het vlakke aanzicht van ribbe 2 van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.
Deze ribbe 2 is voorzien van dwarse openingen 16 welke toelaten de ribben aanzienlijk lichter te vervaardigen zonder aan sterkte in te boeten.
Aan beide uiteinden van de ribbe 2 zijn haakse uitstulpingen 18 voorzien, welke de vlotte koppeling van de ribben 2 aan de rails 3 toelaat.
In het bijzonder worden de ribben 2 zoals hierin weergegeven vervaardigd middels een CNC-snijproces.
In het bijzonder wordt hierbij toegelicht dat de ribben 2 zijn vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m?, met name een houtsoort gekozen uit balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
Figuur 3 toont het vlakke aanzicht van een rail 3 van de surfplank volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.
Deze rail 3 omvat sleufvormige uitsparingen 17 langsheen de naar de middellijn van de surfplank gerichte zijde, welke een vlotte koppeling van de ribben 2 aan de rails 3 toelaat.
In het bijzonder worden de rails 3 zoals hierin weergegeven vervaardigd middels een CNC-snijproces.
In het bijzonder wordt hierbij toegelicht dat de ribben 3 zijn vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3, met name een houtsoort gekozen uit balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
Overzicht van aangeduide elementen 1 raamwerk 2 ribbe 3 rail 4 bovenoppervlak 5 onderoppervlak 6 neuseind 7 staarteind 8 V-vormige constructie 9 Y-vormige constructie 10 eerste ribbe van de V-vormige constructie 11 tweede ribbe van de V-vormige constructie 12 eerste ribbe van de Y-vormige constructie 13 tweede ribbe van de Y-vormige constructie 14 derde ribbe van de Y-vormige constructie 15 vierde ribbe van de Y-vormige constructie 16 dwarse openingen van de ribben 17 sleufvormige uitsparing van de rails 18 haakse uitstulping van de ribben 19 fin box 20 leash plug a binnenhoek van de V-vormige constructie B binnenhoek van de Y-vormige constructie y buitenhoek van de Y-vormige constructie

Claims (22)

CONCLUSIES
1. Een surfplank omvattende een raamwerk (1), een bovenblad, een onderblad en een coating, waarbij het raamwerk een veelvoud aan ribben (2) en rails (3) omvat, welke ribben en rails een bovenoppervlak (4), een onderoppervlak (5), een neuseind (6) en een staarteind (7) van het raamwerk definiëren, en waarbij het bovenblad en het onderblad respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- en onderoppervlak zijn gekoppeld, waarbij de coating het samenstel van het raamwerk, het bovenblad en het onderblad integraal omsluit, met het kenmerk, dat de ribben een V- en/of Y- vormige constructie (8,9) vormen welke hoofdzakelijk in het staarteind van de surfplank zijn gepositioneerd en waarbij minstens twee ribben een V- vormige constructie (8) vormen, waarbij een eerste (10) en tweede ribbe (11) ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek (a) begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind (6) van de surfplank is gericht.
2. De surfplank volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat minstens vier ribben een Y-vormige constructie (9) vormen, waarbij een eerste (12) en tweede ribbe (13) ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd volgens een binnenhoek (B) begrepen tussen 80° en 100°, waarbij de eerste en tweede ribbe in hoofdzaak spiegelsymmetrisch ten opzichte van de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en waarbij de binnenhoek naar het neuseind van de surfplank is gericht, en waarbij een derde (14) en vierde ribbe (15) langsheen de middellijn zijn georiënteerd, respectievelijk grenzend aan de binnen- (B) en buitenhoek (y) gevormd door de eerste en tweede ribbe.
3. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies , met het kenmerk, dat minstens vijf ribben (2) in hoofdzaak loodrecht op de middellijn van de surfplank zijn georiënteerd en zich uitstrekken tussen ten minste twee rails (3).
4, De surfplank volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de ribben (2) en/of rails (3) zijn vervaardigd uit hout met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3, bij voorkeur tussen 100 en 160 kg/m:?.
5. De surfplank volgens conclusie 4, waarbij het hout een houtsoort is gekozen uit de groep van balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties daarvan.
6. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ribben (2) en/of rails (3) een uitwendige fineerlaag omvatten welke is gekoppeld aan ten minste één van de buitenvlakken van de ribben en/of rails.
7. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ribben (2) een dikte hebben welke is begrepen tussen 5,0 en 15,0 mm.
8. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de rails (3) een dikte hebben welke is begrepen tussen 5,0 en 25,0 mm.
9. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ribben (2) één of meerdere dwarse openingen (16) omvatten.
10. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de rails (3) één of meerdere sleufvormige uitsparingen (17) omvatten langsheen de naar de middellijn van de surfplank gerichte zijde.
11.De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het boven- en het onderblad elk een centrale houtkern omvatten, welke houtkern aan diens buitenzijde is bedekt met een vezeldoek.
12.De surfplank volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de houtkern een houtsoort omvat met een dichtheid begrepen tussen 80 en 250 kg/m3, bij voorkeur tussen 100 en 160 kg/m:3.
13. De surfplank volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat het hout een houtsoort is gekozen uit de groep van balsa, paulownia, ceder, conifeer, of combinaties hiervan.
14. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het boven- en/of onderblad een uitwendige fineerlaag omvatten welke is gekoppeld aan ten minste één van de buitenvlakken van het boven- en/of onderblad.
15. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies 11-14, met het kenmerk, dat de houtkern een dikte heeft begrepen tussen 2,0 en 5,0 mm, bij voorkeur tussen 2,5 en 4,0 mm.
16. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies 11-15, met het kenmerk, dat het vezeldoek een vezelmateriaal omvat gekozen uit de groep van glasvezel, bamboevezel, hennepvezel, of combinaties daarvan.
17.De surfplank volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat het genoemde vezelmateriaal glasvezel is, welk glasvezel is gekozen uit de groep van A- glasvezel, C-glasvezel, D-glasvezel, E-glasvezel, ECR-glasvezel, AR-glasvezel, S-2-glasvezel, M-glasvezel, T-glasvezel, Z-glasvezel, of combinaties hiervan.
18. De surfplank volgens één der voorgaande conclusies 11-17, met het kenmerk, dat het vezeldoek is gefixeerd op de houtkern van het boven- en het onderblad middels de coating, welke coating een epoxypolymeer omvat.
19. De surfplank volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat het epoxypolymeer voor minstens 20 % is gebaseerd op een biologisch startmateriaal, bij voorkeur voor minstens 30 % is gebaseerd op een biologisch startmateriaal.
20.Een werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank omvattende de stappen: a. het samenstellen van een raamwerk (1), welk raamwerk een veelvoud aan ribben (2) en rails (3) omvat, en welke ribben en rails een bovenoppervlak (4), een onderoppervlak (5), een neuseind (6) en een staarteind (7) van het raamwerk definiëren, b. het samenstellen van een bovenblad en een onderblad, c. het koppelen van dit boven- en onderblad, respectievelijk aan het door de raamwerkelementen gedefinieerde boven- en onderoppervlak, en d. het aanbrengen van een coating welke het samenstel van het raamwerk, het boven- en het onderblad integraal omsluit, met het kenmerk, dat de ribben in een V- en/of Y-vormige constructie (8,9) worden gevormd, welke hoofdzakelijk in het staarteind van de surfplank zijn gepositioneerd.
21.De werkwijze volgens conclusie 20, waarbij de ribben (2) en/of rails (3) worden gevormd middels een CNC-snijproces.
22. De werkwijze volgens conclusie 20 of 21, waarbij een surfplank volgens één der conclusies 1-19 wordt verkregen.
BE20215434A 2021-05-31 2021-05-31 Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank BE1029460B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215434A BE1029460B1 (nl) 2021-05-31 2021-05-31 Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank
PCT/IB2022/055072 WO2022254324A1 (en) 2021-05-31 2022-05-31 Surfboard and method for manufacturing a surfboard

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215434A BE1029460B1 (nl) 2021-05-31 2021-05-31 Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1029460A1 BE1029460A1 (nl) 2023-01-05
BE1029460B1 true BE1029460B1 (nl) 2023-01-10

Family

ID=76305680

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20215434A BE1029460B1 (nl) 2021-05-31 2021-05-31 Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1029460B1 (nl)
WO (1) WO2022254324A1 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2336954A1 (fr) * 1975-12-30 1977-07-29 Labat Jacques Procede de fabrication d'une planche d'hydroplanage et produits ainsi obtenus
US4209867A (en) * 1978-03-20 1980-07-01 Abrams Henry H Iii Flexible surfboard
DE2938669A1 (de) * 1979-09-25 1981-04-09 S.A.N. Warenvertriebs-Gmbh, 7107 Neckarsulm Hohlkoerper
CA2175094A1 (en) * 1996-04-26 1997-10-27 Serge Daniel Michaud Core for a sailboard, surfboard or snowboard
US20090142975A1 (en) * 2007-12-02 2009-06-04 Wallace Wayne Zane Environmentally Friendly Hollow Wooden Surfboard
US10988215B1 (en) * 2020-10-09 2021-04-27 Daniel Martinez Sebastian Surfboard and method of construction

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4302859A (en) 1979-09-17 1981-12-01 Kozminski Andre A Surfboard and method of constructing same
US20090011667A1 (en) 2007-03-26 2009-01-08 Nova Chemicals Inc. Sportsboard structures
US20160257383A1 (en) * 2011-09-14 2016-09-08 Marc Maurice Masson Transparent and buoyant aquatic recreation assembly

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2336954A1 (fr) * 1975-12-30 1977-07-29 Labat Jacques Procede de fabrication d'une planche d'hydroplanage et produits ainsi obtenus
US4209867A (en) * 1978-03-20 1980-07-01 Abrams Henry H Iii Flexible surfboard
DE2938669A1 (de) * 1979-09-25 1981-04-09 S.A.N. Warenvertriebs-Gmbh, 7107 Neckarsulm Hohlkoerper
CA2175094A1 (en) * 1996-04-26 1997-10-27 Serge Daniel Michaud Core for a sailboard, surfboard or snowboard
US20090142975A1 (en) * 2007-12-02 2009-06-04 Wallace Wayne Zane Environmentally Friendly Hollow Wooden Surfboard
US10988215B1 (en) * 2020-10-09 2021-04-27 Daniel Martinez Sebastian Surfboard and method of construction

Also Published As

Publication number Publication date
WO2022254324A1 (en) 2022-12-08
BE1029460A1 (nl) 2023-01-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
ES2780178T3 (es) Cuerpo modelado multicapa de chapas de madera
US4209867A (en) Flexible surfboard
CN210479007U (zh) 小型无人机轻型机翼
WO2005108705A3 (en) Reinforced sandwich structure
US7871055B1 (en) Lightweight composite concrete formwork panel
BE1029460B1 (nl) Surfplank en werkwijze voor het vervaardigen van een surfplank
DK2119539T3 (en) Shaped body of the balsa wood and the process for its preparation
US7435150B2 (en) Internal rib and spine reinforcement system for a hollow surfboard
CA2833957C (en) Grid type element of open polygonal cells
CN211640275U (zh) 一种对称拼接式集装箱底板竹木材质胶合板
JP6899576B2 (ja) 竹材を用いた直交集成板
CN205149038U (zh) 组合式纸蜂窝夹心复合板
CN109318541A (zh) 一种双向波纹点阵增强型复合材料夹层结构
CN203765739U (zh) 竹篾层积材增强胶合木
CN104802235A (zh) 一种复合板材、制备方法及其应用
CN207714678U (zh) 一种生态集成地板
US20030072920A1 (en) Composite wall structure and method of manufacturing same
JP3101966U (ja) サーフボードの半加工素材
CA2294301A1 (en) Hockey stick
EP3668709A1 (en) Strip-shaped sandwich structure
CN216968922U (zh) 一种环保轻质高强木质复合胶合板材结构
US20230141832A1 (en) Composite stiffener
CN218028462U (zh) 一种高强度杉木胶合木梁
JP2005161624A (ja) トラック床板用複合板
CN217777218U (zh) 一种竹束胶合板

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20230110

HC Change of name of the owners

Owner name: VARUNA SURF; BE

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), CHANGE OF OWNER(S) NAME; FORMER OWNER NAME: SNAPPER BV

Effective date: 20231103