BE1027599B1 - Transport device - Google Patents

Abstract

Transportinrichting bevattende een transportband die zich uitstrekt tussen een eerste rol en een tweede rol om daardoor aangedreven te worden, waarbij de transportinrichting een behuizing bevat die de transportband nagenoeg volledig van een omgeving afschermt, welke behuizing minstens één inlaat heeft aan een bovenzijde ter plaatse van de eerste rol, en welke behuizing een uitlaat heeft aan een onderzijde ter plaatse van de tweede rol, daardoor gekenmerkt dat een reinigingsmechanisme met minstens een zuigelement voorzien is tussen de eerste rol en de tweede rol om de ruimte binnen de transportband te reinigen.Conveyor device comprising a conveyor belt extending between a first roller and a second roller to be driven thereby, the conveyor device comprising a housing that substantially completely shields the conveyor belt from an environment, said housing having at least one inlet on an upper side at the location of the conveyor. first roller, and which housing has an outlet on an underside at the location of the second roller, characterized in that a cleaning mechanism with at least one suction element is provided between the first roller and the second roller to clean the space within the conveyor belt.

Description

Transportinrichting De uitvmding heeft betrekking op een transportmrichting bevattende een transportband die zich uitstrekt tussen een eerste rol en een tweede rol om daardoor aangedreven te worden, waarbij de transportinrichting een behuizing bevat die de transportband nagenoeg volledig van een omgevmg afschermt, welke behuizing minstens één inlaat heeft aan een bovenzijde ter plaatse van de eerste rol, en welke behuizing een uitlaat heeft aan een onderzijde ter plaatse van de tweede rol.Conveyor The invention relates to a conveyor comprising a conveyor belt extending between a first roller and a second roller to be driven thereby, the conveyor comprising a housing that substantially completely shields the conveyor from an environment, the housing having at least one inlet. on a top side at the location of the first roll, and which housing has an outlet on a bottom side at the location of the second roll.

Dergelijke transportinrichtingen zijn bekend en worden gebruikt om goederen te verplaatsen. Hiertoe worden de goederen via de inlaat op de transportband gebracht. De transportband wordt aangedreven zodat de goederen daardoor meegenomen worden. De goederen worden dan ter plaatse van de uitlaat uit de transportinrichting verwijderd. Met name voor het verplaatsen van bulkgoederen zoals korrels en poeders worden dergelijke transportinrichtingen veelvuldig gebruikt.Such conveying devices are known and are used to move goods. To this end, the goods are brought onto the conveyor belt via the inlet. The conveyor belt is driven so that the goods are taken along with it. The goods are then removed from the transport device at the outlet. Such conveying devices are frequently used, in particular for moving bulk goods such as granules and powders.

Een nadeel van dergelijke transportinrichtingen is dat vuil en contaminaties die zich opstapelen in de transportinrichting het onmogelijk maken om de transportinrichting toe te passen voor kritische producten of in kritische processen. De transportinrichting volgens de uitvinding is ontwikkeld in een zoektocht naar een transportinrichting die toepasbaar is voor het transporteren van bijvoorbeeld dierenvoeding. Voor transport van dierenvoeding is belangrijk om minstens tot op zekere hoogte te garanderen dat de transportinrichting stofvrij, bacteriearm en kiemvrij is. Het zal duidelijk zijn dat de transportinrichting niet enkel dierenvoeding kan transporteren. Ook kunnen goederen voor menselijke consumptie of andere producten gevoelig aan contaminatie door de transportinrichting getransporteerd worden.A drawback of such transport devices is that dirt and contaminants that accumulate in the transport device make it impossible to use the transport device for critical products or in critical processes. The transport device according to the invention has been developed in a search for a transport device that can be used for transporting, for example, animal feed. For the transport of animal feed it is important to guarantee at least to a certain extent that the transport device is dust-free, low-bacteria and germ-free. It will be clear that the transport device cannot only transport animal feed. Goods for human consumption or other products sensitive to contamination can also be transported through the transport device.

Het is een doel van de uitvinding een transportinrichting te voorzien die minstens gedeeltelijk stofvrij, bacteriearm en kiemvrij is.It is an object of the invention to provide a transport device which is at least partly dust-free, low in bacteria and germ-free.

Hiertoe voorziet de uitvmding in een transportinrichting bevattende een transportband die zich uitstrekt tussen een eerste rol en een tweede rol om daardoor aangedreven te worden, waarbij de transportinrichting een behuizing bevat die de transportband nagenoeg volledig van een omgevmg afschermt, welke behuizing minstens één inlaat heeft aan een bovenzijde ter plaatse van de eerste rol, en welke behuizing een uitlaat heeft aan een onderzijde ter plaatse van de tweede rol, daardoor gekenmerkt dat een reinigmgsmechanisme met minstens een zuigelement voorzien is tussen de eerste rol en de tweede rol om de ruimte binnen de transportband te reinigen.To this end, the invention provides a conveying device comprising a conveyor belt extending between a first roller and a second roller to be driven thereby, the conveying device comprising a housing that substantially completely shields the conveyor belt from an environment, the housing having at least one inlet at the end. a top at the location of the first roller, and which housing has an outlet on a bottom at the location of the second roller, characterized in that a cleaning mechanism with at least one suction element is provided between the first roller and the second roller around the space within the conveyor belt to clean.

De uitvinding is gebaseerd op het mzicht dat de combmatie van een behuizing die de transportband nagenoeg volledig van de omgevmg afschermt, en een reinigingsmechanisme met zuigelement tussen de eerste en tweede rol leidt tot een transportinrichting die nagenoeg stofvrij kan gehouden worden. Ook kan ophoping van vuil vermeden worden zodat bacteriën en kiemen weinig kans hebben om zich te ontwikkelen. Met deze combinatie is het daarom mogelijk gebleken om een transportinrichting te bouwen waarmee veevoeders en andere gevoelige bulkproducten kunnen getransporteerd worden.The invention is based on the fact that the combination of a housing which almost completely shields the conveyor belt from the environment and a cleaning mechanism with suction element between the first and second roll leads to a conveying device which can be kept virtually dust-free. The accumulation of dirt can also be avoided so that bacteria and germs have little chance of developing. With this combination it has therefore proved possible to build a transport device with which animal feeds and other sensitive bulk products can be transported.

Bijzonder voordelige uitvoermgsvormen van de transportinrichting volgens de uitvinding zijn het onderwerp van bijgevoegde afhankelijke conclusies, en/of kunnen volgen uit onderstaande figuurbeschrijving.Particularly advantageous embodiments of the conveying device according to the invention are the subject of the appended dependent claims, and / or can follow from the figure description below.

De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.The invention will now be described in more detail with reference to an exemplary embodiment shown in the drawing.

In de tekenmg laat : figuur 1 een zijaanzicht zien van een transportinrichting volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 2 een bovenaanzicht zien van een transportinrichting volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 3 een dwarsdoorsnede zien van een transportinrichting volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; en figuur 4 een doorsnede zien van een remigingsmechanisme dat toepasbaar is in een transportinrichting volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.In the drawing: figure 1 shows a side view of a conveying device according to an embodiment of the invention; figure 2 shows a top view of a transport device according to an embodiment of the invention; figure 3 shows a cross-section of a transport device according to an embodiment of the invention; and figure 4 shows a cross-section of a braking mechanism that can be used in a transport device according to an embodiment of the invention.

In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde verwijzingscijfer toegekend.In the drawing the same or analogous element is assigned the same reference numeral.

Figuur 1 toont een zijaanzicht van een transportinrichting 1 volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding. De transportinrichting heeft een transportband 2, die in figuur 1 in stippellijn is weergegeven omdat de transportband zich in de transportinrichting 1 bevindt en via de zijkant niet zichtbaar is. De transportband 2 sterkt zich uit tussen eerste rol 3 en een tweede rol 4. Minstens één van de rollen 3 en 4 is aangedreven. In de uitvoeringsvorm uit figuur 1 is de tweede rol 4 aangedreven. Door het aandrijven kan de transportband 2 bewogen worden. De werking van een transportband is bekend en wordt daarom in deze beschrijving niet verder toegelicht.Figure 1 shows a side view of a transport device 1 according to a preferred embodiment of the invention. The conveyor has a conveyor belt 2, which is shown in dotted line in Figure 1 because the conveyor belt is located in the conveyor 1 and is not visible from the side. The conveyor belt 2 extends between first roller 3 and a second roller 4. At least one of the rollers 3 and 4 is driven. In the embodiment of figure 1, the second roller 4 is driven. The conveyor belt 2 can be moved by driving. The operation of a conveyor belt is known and is therefore not explained in more detail in this description.

De transportband 2 wordt nagenoeg volledig afgesloten van een omgeving door een behuizing 5. De behuizing vormt een omkasting rond de transportband 2. De omkasting 5 verhindert toegang tot de transportband 2. De omkasting 5 is nagenoeg gesloten en voorkomt dat vuil en/of water van buitenaf op of in de nabijheid van de transportband 2 kan komen. De behuizing 5 heeft minstens twee openingen die een inlaat 6 en een uitlaat 7 vormen. In de hieronder beschreven uitvoeringsvorm heeft de transportinrichting één inlaat 6. Het zal duidelijk zijn voor de vakman dat meerdere laten kunnen voorzien worden op meerdere posities langs de transportband.The conveyor belt 2 is almost completely closed off from an environment by a housing 5. The housing forms a casing around the conveyor belt 2. The casing 5 prevents access to the conveyor belt 2. The casing 5 is virtually closed and prevents dirt and / or water from entering the conveyor belt. outside on or in the vicinity of the conveyor belt 2. The housing 5 has at least two openings which form an inlet 6 and an outlet 7. In the embodiment described below, the conveyor device has one inlet 6. It will be apparent to those skilled in the art that multiple leaves can be provided at multiple positions along the conveyor belt.

De hieronder beschreven uitvoeringsvorm is daarom niet beperkend voor de beschermingsomvang.The embodiment described below is therefore not limiting on the scope of protection.

Wanneer meerdere mlaten voorzien zijn in de behuizing, worden in gebruik typisch alle inlaten behalve één afgesloten door een deksel.When multiple mlates are provided in the housing, in use typically all inlets except one are closed by a lid.

Dit laat toe om de hierboven en hieronder beschreven voordelen van minstens gedeeltelijk stofvrij, bacteriearm en kiemvrij te behouden en toch te kunnen kiezen welke ingang gebruikt wordt.This makes it possible to maintain the advantages described above and below of at least partially dust-free, low-bacteria and germ-free, while still being able to choose which input is used.

De inlaat 6 is gevormd ter plaatse van de eerste rol 3. De inlaat 6 is gevormd aan een bovenzijde van de behuizing 5. De inlaat 6 1s gevormd op een afstand in de horizontale richting van de eerste rol 3, zodanig dat wanneer goederen via de inlaat 6 in de behuizing 5 gebracht worden, deze goederen op de bovenzijde van de transportband 2 terechtkomen.The inlet 6 is formed at the location of the first roller 3. The inlet 6 is formed on an upper side of the housing 5. The inlet 6 is formed at a distance in the horizontal direction from the first roller 3, such that when goods pass through the inlet 6 are brought into the housing 5, these goods end up on the top side of the conveyor belt 2.

Wanneer de transportband 2 voortbewogen wordt, zullen de goederen ter plaatse van de tweede rol 4 van de transportband 2 vallen.When the conveyor belt 2 is moved forward, the goods will fall off the conveyor belt 2 at the location of the second roller 4.

Hiertoe 1s de uitlaat 7 voorzien aan de onderzijde van de behuizing 5, onder de tweede rol 4. Via de uitlaat 7 kunnen goederen de transportinrichting 1 verlaten.To this end, the outlet 7 is provided on the underside of the housing 5, under the second roller 4. Goods can leave the conveying device 1 via the outlet 7.

De inlaat 6 en uitlaat 7 zijn bij voorkeur de enige openingen in de behuizing 5 minstens in operationele toestand van de transportinrichting 1. Daarbij zal de vakman begrijpen dat de behuizing 5 verder montageopeningen kan hebben voor het monteren van onderdelen en dat deze montageopeningen tijdens de werking van de transportinrichting gesloten zijn omdat een onderdeel in deze opening gemonteerd is.The inlet 6 and outlet 7 are preferably the only openings in the housing 5 at least in the operational condition of the transport device 1. In addition, the skilled person will understand that the housing 5 may further have mounting openings for mounting parts and that these mounting openings during operation of the transport device are closed because a part is mounted in this opening.

Figuur 1 toont hoe een reimigingsmechanisme 8 voorzien is tussen de eerste rol 3 en de tweede rol 4. Het remigingsmechanisme 8 strekt zich uit over nagenoeg de gehele breedte van de transportband 2. Het reinigingsmechanisme 8 is daarmee voorzien om de ruimte tussen de eerste rol 3 en de tweede rol 4 te reinigen.Figure 1 shows how a cleaning mechanism 8 is provided between the first roller 3 and the second roller 4. The braking mechanism 8 extends over almost the entire width of the conveyor belt 2. The cleaning mechanism 8 is thus provided to close the space between the first roller 3. and to clean the second roller 4.

Deze ruimte tussen de rollen 3 en 4 wordt omgeven door het binnenoppervlak of achteroppervlak van de transportband 2. Het binnenoppervlak of achteroppervlak ligt tegenover het buitenoppervlak van de transportband.This space between the rollers 3 and 4 is surrounded by the inner surface or rear surface of the conveyor belt 2. The inner surface or rear surface is opposite the outer surface of the conveyor belt.

Goederen worden op het buitenoppervlak van de transportband 2 geplaatst om getransporteerd te worden.Goods are placed on the outer surface of the conveyor 2 to be conveyed.

In principe komen goederen niet aan of nabij het binnenoppervlak of achteroppervlak van de transportband 2. Door het reinigingsmechanisme 8 zo te positioneren kan het binnenoppervlak of achteroppervlak van de transportband 2 geremigd worden.In principle, goods do not reach or close to the inner surface or rear surface of the conveyor belt 2. By positioning the cleaning mechanism 8 in this way, the inner surface or rear surface of the conveyor belt 2 can be braked.

Wanneer de transportband aangedreven wordt, zal de transportband langs het reinigmgsmechanisme 8 bewogen worden, zodat het remigingsmechanisme 8 het gehele bmnenoppervlak van de transportband kan reinigen.When the conveyor belt is driven, the conveyor belt will be moved along the cleaning mechanism 8, so that the braking mechanism 8 can clean the entire inner surface of the conveyor belt.

Bij voorkeur zijn de m de behuizing 5 meerdere mspectieopeningen 10 gevormd, welke inspectieopeningen 10 met een doorzichtig materiaal zoals glas of kunststof zijn afgedicht.Preferably, a plurality of inspection openings 10 are formed in the housing 5, which inspection openings 10 are sealed with a transparent material such as glass or plastic.

Via de mspectieopeningen 10 kan een operator op eenvoudige wijze de toestand van de transportband 2 visueel inspecteren zonder dat daarbij de behuizing 5 moet geopend worden.Via the inspection openings 10, an operator can visually inspect the condition of the conveyor belt 2 in a simple manner without the housing 5 having to be opened.

In figuur 1 is een voorkeurskenmerk geïllustreerd dat de reinigmg van de transportinrichting 1 verder verbetert. Dit betreft de afstand tussen de transportband 2 en de behuizing 5. De transportband 2 heeft een transporteersegment en een retoursegment. Het transporteersegment strekt zich uit van de bovenkant van de eerste rol 3 naar de bovenkant van de tweede rol 4. Het retoursegment strekt zich uit van de onderkant van de eerste rol 3 naar de onderkant van de tweede rol 4. De hoogte hl tussen de retourzijde van de transportband en de onderzijde van de behuizing 5 is noemenswaardig kleiner dan de hoogte h2 tussen de transporteerzijde van de transportband 2 en de bovenzijde van de behuizing 5. Zoals hieronder besproken, heeft de transportband 2 bij voorkeur meenemers 15 die een hoogte hebben. De hoogte van de meenemers is bij voorkeur nagenoeg gelijk aan de hoogte hl tussen de retourzijde van de transportband 2 en de behuizing 5. Het gevolg is dat de meenemers behuizing 5 raken of nagenoeg raken aan de retourzijde. Omdat de hoogte h2 tussen de transporteerzijde en de bovenzijde van de behuizing 5 groter is, zullen de meenemers de bovenzijde van de behuizing 5 niet raken. Hierdoor ontstaat een ruimte tussen de transporteerzijde van de transportband 2 en de bovenzijde van de behuizing 5 waar de goederen geplaatst kunnen worden om getransporteerd te worden.Figure 1 illustrates a preferred feature that further improves the cleaning of the transport device 1. This concerns the distance between the conveyor belt 2 and the housing 5. The conveyor belt 2 has a transport segment and a return segment. The transport segment extends from the top of the first roll 3 to the top of the second roll 4. The return segment extends from the bottom of the first roll 3 to the bottom of the second roll 4. The height hl between the return side of the conveyor belt and the underside of the housing 5 is notably smaller than the height h2 between the conveying side of the conveyor belt 2 and the top of the housing 5. As discussed below, the conveyor belt 2 preferably has drivers 15 which have a height. The height of the drivers is preferably substantially equal to the height h1 between the return side of the conveyor belt 2 and the housing 5. The result is that the drivers touch or almost touch housing 5 on the return side. Because the height h2 between the conveying side and the top of the housing 5 is greater, the drivers will not touch the top of the housing 5. This creates a space between the transport side of the conveyor belt 2 and the top side of the housing 5 where the goods can be placed for transport.

Het effect van deze opbouw is als volgt. Wanneer goederen aan de uitlaat 7 van de transportband vallen, blijkt uit de praktijk dat het mogelijk 1s dat resten van de goederen niet door de uitlaat 7 gaan, maar de retourzijde van de transportband volgen. Omdat de meenemers de onderzijde van de behuizing raken of nagenoeg raken, worden dergelijke goederen terug meegenomen naar de mlaat 6. Hierdoor heeft de transportinrichting 1 een zelfreinigend effect.The effect of this structure is as follows. When goods fall at the outlet 7 of the conveyor belt, it appears from practice that it is possible that remnants of the goods do not pass through the outlet 7, but follow the return side of the conveyor belt. Because the drivers touch or almost touch the underside of the housing, such goods are taken back to the slab 6. As a result, the transport device 1 has a self-cleaning effect.

Om toe te laten ter plaatse van de tweede rol 4 dat de goederen die zich op de transporteerzijde van de transportband 2 bevinden van de band kunnen afvallen naar de uitlaat 7, is de horizontale afstand tussen de tweede rol 4 en het daaraan grenzende kopeinde van de behuizing 5 noemenswaardig groter dan de hoogte van de meenemers. Om te bekomen dat onzuiverheden ter plaatse van de eerste rol 3 door de meenemers mee naar de ingang 6 worden gevoerd, is het daaraan grenzende kopeimde van de behuizing 5 ter plaatse van de eerste rol 3, minstens onder de hartafstand van de eerste rol 3, op een nagenoeg vaste afstand gevormd van de eerste rol, welke vaste afstand nagenoeg gelijk is aan hoogte hl. Hierdoor zullen de meenemers resten van goederen meevoeren tot boven de eerste rol 3, waarna de goederen door de meenemers mee over de transportzijde van de transportband gevoerd worden. Dit zelfreinigende effect in combinatie met het reinigmgsmechanisme 8 dat hierboven beschreven is, maakt de transportinrichting 1 nagenoeg stofvrij, vuilvrij, bacterievrij en kiemvrij.In order to allow at the location of the second roller 4 that the goods on the conveying side of the conveyor belt 2 can fall off the belt towards the outlet 7, the horizontal distance between the second roller 4 and the adjacent head end of the conveyor belt housing 5 notably larger than the height of the flights. In order to obtain that impurities at the location of the first roll 3 are carried along by the drivers to the entrance 6, the adjacent end edge of the housing 5 is at the location of the first roll 3, at least below the center-to-center distance of the first roll 3, formed at a substantially fixed distance from the first roll, which fixed distance is substantially equal to height h1. As a result, the drivers will carry along the remnants of goods to above the first roller 3, after which the goods will be carried along by the drivers on the transport side of the conveyor belt. This self-cleaning effect, in combination with the cleaning mechanism 8 described above, renders the transport device 1 virtually dust-free, dirt-free, bacteria-free and germ-free.

Figuur 2 toont de transportinrichting 1 uit figuur 1 m bovenaanzicht. Daarbij toont figuur 2 hoe de tweede rol 4 verbonden is met een motor 11. Ook is ter plaatse van de eerste rol de inlaat 6 getoond. Figuur 2 toont verder hoe de bovenzijde van de behuizing 5 afgedekt is door een deksel 9. In de behuizing zijn ter plaatse van de eerste rol 3 en de tweede rol 4 bij voorkeur één of meerdere mspectieopeningen 10 voorzien. Figuur 3 toont een doorsnede van de transportband. In figuur 3 zijn de overstaande 5 zijwanden 12 van de behuizing 5 weergegeven. Aan de onderzijde is de bodem 13 van de behuizing getoond. Aan de bovenzijde is het deksel 9 van de behuizing getoond. De zijwanden 12, bodem 13 en deksel 9 omsluiten de transportband 2 nagenoeg volledig. De transportzijde van de transportband 2 rust op bovenste steunelementen 16. Deze bovenste steunelementen strekken zich bij voorkeur uit in de lengterichting van de transportband tussen de eerste rol 3 en de tweede rol 4. De zijkanten van de transportband 2 zitten gevangen in een gleuf 19 van een zijdelings steunelement 18. De gleuf 19 strekt zich bij voorkeur opwaarts uit zodanig dat de zijkant van de transportband omhoog gebogen wordt. Hierdoor werkt de transportband 2 als een trechter voor het vasthouden van de goederen. Ook vormt de gleuf 19 een weerstand tegen het in de dwarsrichting bewegen van de goederen. Dit verhindert dat goederen via de zijkant van de transportband kunnen ontsnappen.Figure 2 shows the transport device 1 of figure 1 m top view. Figure 2 shows how the second roller 4 is connected to a motor 11. The inlet 6 is also shown at the location of the first roller. Figure 2 further shows how the top side of the housing 5 is covered by a cover 9. At the location of the first roller 3 and the second roller 4, one or more inspection openings 10 are preferably provided in the housing. Figure 3 shows a cross-section of the conveyor belt. In figure 3 the opposite side walls 12 of the housing 5 are shown. The bottom 13 of the housing is shown at the bottom. The cover 9 of the housing is shown at the top. The side walls 12, bottom 13 and cover 9 almost completely encircle the conveyor belt 2. The transport side of the conveyor belt 2 rests on top support elements 16. These top support elements preferably extend in the longitudinal direction of the conveyor belt between the first roller 3 and the second roller 4. The sides of the conveyor belt 2 are caught in a slot 19 of the conveyor belt 2. a lateral support member 18. The slot 19 preferably extends upwardly such that the side of the conveyor belt is bent upward. As a result, the conveyor belt 2 acts as a hopper for holding the goods. The slot 19 also forms a resistance to the transverse movement of the goods. This prevents goods from escaping through the side of the conveyor belt.

Figuur 3 toont verder de meenemers 15. De meenemers 15 zijn bij voorkeur gevormd door opstaande structuren die op de transportband 2 voorzien zijn. De opstaande structuren strekken zich uit in de dwarsrichting van de transportband. De opstaande structuren hebben een breedte die bij voorkeur nauw past tussen de zijdelingse steunelementen. Hierdoor schrapen de opstaande structuren tegen de zijdelingse steunelementen om remiging verder te bevorderen. De meenemers 15 hebben bij voorkeur een constante hoogte over de breedte van de transportband 2. Zoals hierboven besproken is de afstand tussen de transportband 2 en de behuizing, het deksel 9, noemenswaardig groter dan de hoogte van de meenemers 15. Aan de retourzijde van de transportband, in figuur 3 aangeduid met 2’, strekken de meenemers zich neerwaarts uit. De meenemers zijn aan de onderzijde aangeduid met 15°. De hoogte van de meenemers 15 is nagenoeg gelijk aan de afstand tussen de retourzijde van de transportband 2’ en de bodem 13. Hierdoor schrapen de meenemers 15° over de bodem 13 wanneer de transportband voortbewogen wordt. De bodem wordt hierdoor geremigd. Ter plaatse van de onderzijde is aan de zijkanten van de transportband 2 een onderste steunelement voorzien, zodat de transportband aan de retourzijde kan glijden over de onderste steunelementen.Figure 3 further shows the drivers 15. The drivers 15 are preferably formed by upright structures provided on the conveyor belt 2. The upright structures extend in the transverse direction of the conveyor belt. The upright structures have a width that preferably fits tightly between the lateral support members. This causes the upright structures to scrape against the lateral support members to further promote braking. The drivers 15 preferably have a constant height across the width of the conveyor belt 2. As discussed above, the distance between the conveyor belt 2 and the housing, the lid 9, is notably greater than the height of the drivers 15. On the return side of the conveyor belt, indicated by 2 'in figure 3, the drivers extend downward. The flights are marked at the bottom with 15 °. The height of the drivers 15 is practically equal to the distance between the return side of the conveyor belt 2 "and the bottom 13. As a result, the drivers scrape 15 ° over the bottom 13 when the conveyor belt is moved forward. This inhibits the soil. At the location of the underside, a bottom support element is provided on the sides of the conveyor belt 2, so that the conveyor belt on the return side can slide over the bottom support elements.

De onderste steunelementen 17, zijdelingse steunelementen 18 en bovenste steunelementen 16 zijn bij voorkeur vervaardigd uit een kunststofmateriaal dat geselecteerd is om weinig glijweerstand te hebben met de transportband 2.The lower support elements 17, lateral support elements 18 and upper support elements 16 are preferably made of a plastic material selected to have little sliding resistance with the conveyor belt 2.

Figuur 3 toont verder het reinigingsmechanisme 8. Het reinigingsmechanisme 8 strekt zich uit over nagenoeg de gehele breedte van de transportband 2. Het reinigingsmechanisme 8 is verbonden via een montageplaat 20 met een buitenzijde 12 van de behuizing. In figuur 3 is cen montageplaat getoond aan één zijwand 12. In de praktijk kan het reinigingsmechanisme aan de twee zijwanden bevestigd zijn. Dit kan uitgevoerd worden als een symmetrische bevestiging waarbij het reinigingsmechanisme aan elke zijwand 12 op dezelfde manier is bevestigd. Alternatief kan één zljwand bijvoorbeeld aan een binnenzijde voorzien zijn van een bevestiging die compatibel is met het reinigingsmechanisme 8 om het reinigingsmechanisme 8 op te nemen, terwijl het reinigingsmechanisme 8 aan de andere zijde met een montageplaat 20 wordt vastgezet. Doorheen de montageplaat 20 strekt zich bij voorkeur een zuigaansluiting 14 uit om cen externe zuiginstallatie aan te sluiten op het reinigingsmechanisme 8. De zuigaansluiting 14 strekt zich uit doorheen de wandFigure 3 further shows the cleaning mechanism 8. The cleaning mechanism 8 extends over almost the entire width of the conveyor belt 2. The cleaning mechanism 8 is connected via a mounting plate 20 to an outside 12 of the housing. In figure 3 a mounting plate is shown on one side wall 12. In practice, the cleaning mechanism can be attached to the two side walls. This can be done as a symmetrical attachment with the cleaning mechanism attached to each side wall 12 in the same way. Alternatively, one side wall can be provided, for example, on an inside with a fastener compatible with the cleaning mechanism 8 to receive the cleaning mechanism 8, while the cleaning mechanism 8 is fixed with a mounting plate 20 on the other side. Preferably through the mounting plate 20 extends a suction connection 14 for connecting an external suction installation to the cleaning mechanism 8. The suction connection 14 extends through the wall.

12.12.

Figuur 4 toont een detaildoorsnede van het reinigingsmechanisme 8. Daarbij toont figuur 4 de montageplaat 20. Het reinigingsmechanisme 8 bevat een zuigelement opgebouwd uit een luchtkanaal 22 dat zich centraal over de breedte van de transportband 2 uitstrekt. Het luchtkanaal 22 is onderaan voorzien van een zuigopening 23 die zich ook bij voorkeur over nagenoeg de volledige breedte van de transportband 2 uitstrekt. Wanneer het luchtkanaal 22 aangesloten wordt op een externe zuigimstallatie, zal lucht via de zuigopening 23 en het luchtkanaal 22 kunnen afgeschoven worden. De zuigopening 23 is bij voorkeur geplaatst op een minimale hoogte ten opzichte van de transportband. Vuildeeltjes die zich op de transportband 2° bevinden, zullen met de afgezogen lucht mee verwijderd worden. Bij voorkeur is een borstel 21 voorzien grenzend aan het luchtkanaal 22. De borstel 21 strekt zich ook bij voorkeur uit over de volledige breedte van de transportband 2. Wanneer de transportband 2 aangedreven wordt, zal de transportband 2’ langs de borstel 21 bewogen worden, waardoor vuildeeltjes door de borstel 21 losgemaakt worden. Deze losgemaakte deeltjes kunnen dan door de zuigopenmg 23 via het luchtkanaal 22 verwijderd worden. Zo wordt de transportband 2 geremigd.Figure 4 shows a detailed cross-section of the cleaning mechanism 8. Figure 4 shows the mounting plate 20. The cleaning mechanism 8 comprises a suction element composed of an air channel 22 which extends centrally across the width of the conveyor belt 2. The air channel 22 is provided with a suction opening 23 at the bottom, which also preferably extends over almost the full width of the conveyor belt 2. When the air channel 22 is connected to an external suction installation, air will be able to be pushed off via the suction opening 23 and the air channel 22. The suction opening 23 is preferably placed at a minimum height with respect to the conveyor belt. Dirt particles that are on the conveyor belt 2 ° will be removed with the extracted air. Preferably a brush 21 is provided adjacent to the air channel 22. The brush 21 also preferably extends over the full width of the conveyor belt 2. When the conveyor belt 2 is driven, the conveyor belt 2 'will be moved along the brush 21, whereby dirt particles are loosened by the brush 21. These detached particles can then be removed through the suction opening 23 via the air channel 22. The conveyor belt 2 is thus braked.

In figuur 4 zijn twee borstelelementen 21 weergegeven aan weerszijden van de zuigopening 23. Dit is voordelig om, tijdens een remigmgsstap van de transportband, de transportband achterwaarts aan te drijven om vuildeeltjes die door de borstel 21 niet losgemaakt worden, wanneer de transportband m de voorwaartse transportrichting draait, alsnog los te maken door de transportband in de achterwaartse richtmg te draaien. Deze vuildeeltjes worden dan door de zuigopening en het zuigkanaal verwijderd. De borstelelementen 21 fungeren verder als afdichting voor lucht om te voorkomen dat lucht die door het reinigingsmechanisme onttrokken wordt ongewenst doorheen delen van de transportinrichting stroomt. Hiertoe worden de borstelelementen 21 met elkaar verbonden via een nagenoeg luchtdicht frame (niet weergegeven) waarm het zuigelement voorzien is. Het luchtdicht frame is als een omgekeerde doos op de binnenzijde van de transportband gepositioneerd.In figure 4 two brush elements 21 are shown on either side of the suction opening 23. This is advantageous to drive the conveyor belt backwards during a braking step of the conveyor belt to remove dirt particles which are not loosened by the brush 21 when the conveyor belt is moving forward. direction of transport, can still be loosened by turning the conveyor belt in the reverse direction. These dirt particles are then removed through the suction opening and the suction channel. The brush elements 21 further act as an air seal to prevent air extracted by the cleaning mechanism from flowing undesirably through parts of the conveying device. To this end, the brush elements 21 are connected to each other via an almost airtight frame (not shown), with which the suction element is provided. The airtight frame is positioned like an inverted box on the inside of the conveyor belt.

Dit nagenoeg luchtdicht frame wordt verbonden met de behuizing.This virtually airtight frame is connected to the housing.

In de behuizing worden openmgen gemaakt om lucht toe te laten binnen te stromen in de behuizing binnen het luchtdicht frame.Openings are made in the housing to allow air to enter the housing within the airtight frame.

Zo kan een luchtstroom geregeld worden.This way an air flow can be regulated.

Op basis van de beschrijving hierboven zal de vakman begrijpen dat de uitvinding op verschillende manieren en op basis van verschillende principes kan uitgevoerd worden.Based on the above description, those skilled in the art will understand that the invention can be carried out in various ways and on the basis of different principles.

Daarbij is de uitvinding niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.In addition, the invention is not limited to the embodiments described above.

De hierboven beschreven uitvoeringsvormen, alsook de figuren zijn louter illustratief en dienen enkel om het begrip van de uitvinding te vergroten.The above-described embodiments, as well as the figures, are merely illustrative and serve only to enhance the understanding of the invention.

De uitvinding zal daarom niet beperkt zijn tot de uitvoeringsvormen die hierin beschreven zijn, maar wordt gedefinieerd in de conclusies.The invention, therefore, is not to be limited to the embodiments described herein, but is defined in the claims.

Claims (13)

ConclusiesConclusions 1. Transportinnchting bevattende een transportband die zich uitstrekt tussen een eerste rol en een tweede rol om daardoor aangedreven te worden, waarbij de transportinrichting cen behuizing bevat die de transportband nagenoeg volledig van een omgevmg afschermt, welke behuizing minstens één inlaat heeft aan een bovenzijde ter plaatse van de eerste rol, en welke behuizing een uitlaat heeft aan een onderzijde ter plaatse van de tweede rol, daardoor gekenmerkt dat een reinigingsmechanisme met minstens een zuigelement voorzien is tussen de eerste rol en de tweede rol om de ruimte binnen de transportband te remigen.A conveyor comprising a conveyor extending between a first roller and a second roller to be driven thereby, the conveyor comprising a housing substantially completely shielding the conveyor from an environment, the housing having at least one inlet at an upper side at the site. of the first roller, and which housing has an outlet on an underside at the location of the second roller, characterized in that a cleaning mechanism with at least one suction element is provided between the first roller and the second roller to brake the space within the conveyor belt. 2. Transportmrichting volgens de voorgaande conclusie, waarbij het reinigingsmechanisme geplaatst is liggend aan en in een nabijheid van een binnenoppervlak van de transportband.Conveyor according to the preceding claim, wherein the cleaning mechanism is disposed adjacent and in proximity to an inner surface of the conveyor belt. 3. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het reinigingsmechanisme geplaatst is in een onderste segment van de behuizing.Transport device according to any of the preceding claims, wherein the cleaning mechanism is placed in a bottom segment of the housing. 4. Transportmrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het reinigingsmechanisme opeenvolgend een borstelelement en een zuigelement heeft, die zich beide nagenoeg over de volledige breedte van de transportband uitstrekken zodanig dat, wanneer de transportband beweegt, vuildeeltjes door de borstel losgemaakt worden en vervolgens door het zuigelement weggezogen worden.Conveyor according to any one of the preceding claims, wherein the cleaning mechanism has successively a brush element and a suction element, both of which extend substantially the full width of the conveyor belt such that, when the conveyor belt moves, dirt particles are loosened by the brush and then through. the suction element can be extracted. 5. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de behuizing cen zijwand bevat met een opening en waarbij het reinigingsmechanisme zich uitstrekt doorheen de opening teneinde de opening te vullen en verbonden is met de zijwand.A conveying device according to any one of the preceding claims, wherein the housing includes a side wall with an opening and wherein the cleaning mechanism extends through the opening to fill the opening and is connected to the side wall. 6. Transportinrichtmg volgens de voorgaande conclusie, waarbij het reinigingsmechanisme verder verbonden is met een overstaande zijwand van de behuizing.6. A transport device according to the preceding claim, wherein the cleaning mechanism is further connected to an opposite side wall of the housing. 7. Transportinrichting volgens de voorgaande conclusie, waarbij de transportband voorzien is van meenemers die zich opwaarts uitstrekken vanop het buitenoppervlak.Conveyor device according to the preceding claim, wherein the conveyor belt is provided with drivers extending upward from the outer surface. 8. Transportinnchting volgens de voorgaande conclusie, waarbij de hoogte van de meenemers nagenoeg gelijk is aan de afstand tussen de onderzijde van de behuizing en de transportband zodat de meenemers de onderzijde van de behuizing nagenoeg raken.Transport device according to the preceding claim, wherein the height of the drivers is substantially equal to the distance between the bottom of the housing and the conveyor belt so that the drivers substantially touch the bottom of the housing. 9. Transportinrichting volgens conclusie 7 of 8, waarbij de hoogte van de meenemers kleiner is dan de afstand tussen de bovenzijde van de behuizing en de transportband zodat boven de transportband ruimte gevormd is om goederen te transporteren.Conveyor device according to claim 7 or 8, wherein the height of the drivers is smaller than the distance between the top side of the housing and the conveyor belt, so that space is formed above the conveyor belt for transporting goods. 10. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de behuizing aan een binnenzijde van twee langssleuven voorzien is en waarbij de transportband met zijn dwarseinden in de langssleuven geplaatst is.Conveyor device according to one of the preceding claims, wherein the housing is provided on an inside with two longitudinal slots and wherein the conveyor belt is placed with its transverse ends in the longitudinal slots. 11. Transportinrichting volgens de voorgaande conclusie, waarbij de langssleuven zich in de dwarsrichting opwaarts naar buiten uitstrekken zodat de transportband met zijn dwarseinde omhoog gehouden wordt in de langssleuven.Conveyor device according to the preceding claim, wherein the longitudinal slots extend upwardly outwardly in the transverse direction so that the conveyor belt is held up with its transverse end in the longitudinal slots. 12. Transportinrichting volgens conclusie 10 of 11, waarbij de langssleuven zich over nagenoeg de volledige lengte van de transportinrichting uitstrekken ter plaatse van een bovenste segment van de behuizing.12. Conveying device according to claim 10 or 11, wherein the longitudinal slots extend substantially the full length of the conveyor device at the location of an upper segment of the housing. 13. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de behuizing voorzien is van minstens één visuele mspectieopening die met een doorzichtig materiaal afgedicht zijn.13. Conveying device according to any one of the preceding claims, wherein the housing is provided with at least one visual inspection opening which is sealed with a transparent material.