BE1023565B1 - Machine evenals werkwijze voor het assembleren van profielen - Google Patents

Abstract

Machine (1) voor het assembleren van profielen (2) gevormd uit minstens een eerste profielgedeelte (3) en een tweede profielgedeelte (4) verbonden door middel van één of meerdere thermisch isolerende gedeelten (5,6), waarbij de machine (1) voorzien is van persmiddelen (58) die een instelbare druk uitoefenen op persgereedschappen (48) in een laterale richting (HH') en naar de te assembleren profielgedeelten (3,4) toe teneinde een instelbare kracht op overeenkomstige wanden (18) van groeven (17,20,31,33,82,90) van de profielgedeelten (3,4) te kunnen uitoefenen voor het verwezenlijken van een plastische vervorming ervan.

Description

Machine evenals werkwijze voor het assembleren van profielen.

De huidige uitvinding heeft eerst en vooral betrekking op een machine voor het assembleren van profielen.

Meer bepaald heeft de uitvinding betrekking op een machine voor het assembleren van profielen die gevormd worden uit minstens een eerste profielgedeelte en een tweede profielgedeelte, ook wel halfschalen genoemd, die verbonden worden door middel van één of meerdere thermisch isolerende gedeelten, in het vak beter bekend onder de benaming profielstegen.

Hierbij worden randen van de thermische isolerende gedeelten of profielstegen in groeven van de profielgedeelten aangebracht.

De randen van de profielstegen hebben gewoonlijk de vorm van een zwaluwstaart die met enige speling in de groeven van de halfschalen kunnen worden ingebracht, welke groeven tevens de vorm van een zwaluwstaart hebben.

Een machine waarop de uitvinding betrekking heeft, is hiertoe voorzien van één of meerdere persgereedschappen of walsgereedsschappen die kunnen ingrijpen ter plaatse van de groeven van de profielgedeelten teneinde door persen of walsen één of meerdere wanden van de groeven plastisch te vervormen en een inklemming van de thermisch isolerende gedeelten in de groeven te verkrijgen.

Vaak is één wand van een voornoemde groef, doorgaans de meer naar de binnenzijde van het profielgedeelte gelegen wand van de groef, weinig vervormbaar uitgevoerd, terwijl de tegenoverliggende wand van dezelfde groef, die doorgaans een buitenste contour van het profielgedeelte vormt, gemakkelijker vervormbaar is en bedoeld is om te worden aangedrukt door een persgereedschap of walsgereedschap.

Aldus wordt een verbinding tussen de profielgedeelten verwezenlij kt.

Zonder de uitvinding hiertoe te beperken zijn de profielen die met een machine volgens de uitvinding kunnen worden geassembleerd bijvoorbeeld typisch toepasbaar als profielen voor ramen, deuren of dergelijke.

Hierbij zijn de profielgedeelten of halfschalen typisch vervaardigd uit een metaal, zoals bijvoorbeeld aluminium, staal of roestvrij staal, door middel van extrusie.

De thermisch isolerende gedeelten of profielstegen zijn vervaardigd uit een kunststof ter vorming van een thermisch isolerende brug tussen de thermisch sterk geleidende, metalen profielgedeelten.

De profielstegen zijn meestal gemaakt uit glasvezelverstevigde polyamide.

Een minderheid van de profielstegen is vervaardigd uit glasvezelverstevigde PVC en voor brandwerende toepassingen worden ook profielstegen uit polyester toegepast.

Op deze wijze wordt vermeden dat raamprofielen een koude brug kunnen vormen tussen de ruimte binnenin een woning en de buitenlucht.

Er zijn reeds machines voor het assembleren van zulke profielen bekend, doch deze vertonen een aantal nadelen.

Bij de bekende machines van het bedoelde type wordt de plastische vervorming van de groeven bekomen door de persgereedschappen op een bepaalde laterale afstand ten opzichte van de centrale as van de profielgedeelten te houden of te doen bewegen die kleiner is dan de laterale afstand tussen de uiterste contouren van deze profielgedeelten ter plaatse van de groeven en deze centrale as.

Aldus worden de profielgedeelten verplicht te vervormen, wanneer de persgereedschappen en de profielgedeelten volgens de lengterichting relatief ten opzichte van elkaar worden bewogen.

Een eerste groot nadeel van de bekende machines is dat door mogelijke plaatselijke tollerantieverschillen over de lengte van de profielgedeelten een ongelijkmatige plastische vervorming van de groeven wordt verkregen langsheen de lengte van het te assembleren profiel.

De randen van de thermisch isolerende profielen zijn met andere woorden naargelang de positie op het profiel in meerdere of mindere mate ingeklemd tussen de vervormde wanden van de groeven.

Hierbij is tevens de kracht die wordt uitgeoefend tijdens het plastisch vervormen van de randen van de groeven niet steeds gelijk.

Dit is nadelig aangezien de sterkte van de permanente verbinding tussen een profielgedeelte en een rand van een thermisch isolerend gedeelte niet alleen bepaald wordt door de mate van vervorming van de randen van de groeven, maar tevens door de kracht die wordt uitgeoefend op deze randen.

Het is uiteraard de bedoeling een zo constant mogelijke kwaliteit te bekomen van de verbinding tussen de profielgedeelten en de thermisch isolerende gedeelten en dit zowel over de ganse lengte van een geassembleerd profiel als bij opeenvolgende assemblages van profielen.

De kwaliteit van de verbinding is onderworpen aan genormaliseerde minimum vereisten en wordt gemeten in afschuifwaarde (T-waarde) en uittrekwaarde (Q-waarde).

Bij sommige bekende machines voor het assembleren van profielen van het betreffende type worden aan de machine soms sensoren, zoals piëzo-elektrische sensoren toegepast, waarmee de uitgeoefende kracht tijdens de bewerking kan worden opgemeten.

Op basis van deze meting van de krachten kan de laterale positie van de persgereedschappen worden aangepast, indien dit nodig blijkt.

Het is duidelijk dat dit een zeer onrechtstreekse methode is, waarbij met vallen en opstaan de juiste laterale positie van de persgereedschappen kan worden ingesteld.

Dit heeft niet alleen als nadeel dat het veel tijd vergt alvorens de machine op punt is gesteld, maar dat ook veel materiaal verloren kan gaan alvorens de juiste instelling wordt bekomen.

Bovendien is een bepaalde instelling van de persgereedschappen niet noodzakelijk de geschikte instelling voor het assembleren van alle profielgedeelten van een bepaalde te assembleren partij, omwille van mogelijke tollerantieverschillen tussen de profielgedeelten van zulke partij.

Zulke tollerantieverschillen zijn typisch kleine lokale verschillen in de vorm van de profielgedeelten te wijten aan omstandigheden bij de vervaardiging van de profielgedeelten in het extrusieproces en dit binnen toegelaten grenzen die worden vastgelegd in normen zoals de norm EN NORM 12020-2 of gelijkaardige tollerantienormen.

Het niet kunnen compenseren van de tollerantie verschillen leidt vaak tot het kromtrekken van de profielen en tot andere kwaliteitsproblemen.

Een ander nadeel van de bekende machines voor het assembleren van profielen van het hier betreffende type is dat voor het assembleren van een zeer uiteenlopend aantal types profielen er vele aangepaste gereedschappen nodig zijn.

Doorgaans gelden vele beperkingen zowel wat betreft de breedte, de hoogte en de vorm van de profielgedeelten, de vorm en de richting van de groeven in deze profielgedeelten, de vorm en de grootte van de thermisch isolerende gedeelten waarmee deze profielgedeelten aan elkaar worden gekoppeld, evenals van het aantal profielgedeelten en tussenliggende thermische gedeelten dat in een profiel kan worden toegepast.

Hierbij speelt het gebrek aan mogelijkheden om tollerantieverschillen te ondervangen bij de bekende machines opnieuw tot problemen met de kwaliteit van de gerealiseerde verbindingen.

Nog een belangrijk nadeel van de bekende machines is dat het instellen ervan doorgaans ingewikkeld is, een goed ontwikkeld vakmansschap vergt en vaak tijdrovend is, waardoor de productiviteit van zulke machines eerder laag is, vooral bij kleinere te assembleren partijen.

Dit alles heeft tevens gevolgen voor de kostprijs van de assemblage.

De huidige uitvinding heeft dan ook tot doel aan één of meerdere van de voorgaande nadelen en mogelijks andere nadelen een oplossing te bieden.

Meer bepaald heeft de uitvinding tot doel een machine voor het assembleren van profielen aan te bieden die toelaat vele soorten types profielen samen te stellen op een eenvoudige en liefst zo geautomatiseerd mogelijke wijze, waarbij geen of nagenoeg geen speciale vakkennis van de operatoren van de machine vereist is.

Nog een doel van de uitvinding is een machine voor het assembleren van profielen te bekomen die op een flexibele en volledig automatische manier tollerantieverschillen in profielgedeelen van de te assembleren profiel kan opvangen.

Hiertoe betreft de huidige uitvinding een machine voor het assembleren van profielen volgens de preambule van conclusie 1 en waarbij in zulke machine bijkomend één of meerdere persgereedschappen of walsgereedschappen tijdens de pers- of walsbewerking beweegbaar is of zijn opgesteld in een laterale richting dwars op de lengterichting van een te vormen profiel en waarbij de machine voorzien is van persmiddelen die een instelbare druk uitoefenen op de betreffende persgereedschappen in de voornoemde laterale richting en naar de te assembleren profielgedeelten toe teneinde een instelbare kracht op de overeenkomstige wanden van de groeven te kunnen uitoefenen.

Een groot voordeel van zulke machine volgens de uitvinding is dat het plastisch vervormen één of meerdere wanden van de groeven in de profielgedeelten gebeurt onder invloed van een instelbare en gecontroleerde kracht, waardoor een gelijkmatige kwaliteit van de verbinding tussen de profielgedeelten en de thermisch isolerende gedeelten kan worden bekomen over de lengte van de profielgedeelten ongeacht welke plaatselijke verschillen er zijn, althans binnen zekere tollerantiegrenzen, in de vorm van de groeven.

Het feit dat een machine volgens de uitvinding zodanig is dat wanden van de groeven van de profielgedeelten plastisch worden vervormd op basis van een vooraf bepaalde kracht en niet op basis van de afstand waarop zulke wand zich bevindt ten opzichte van een referentiepositie of referentievlak of dergelijke, laat immers toe dat lokale verschillen in de profielgedeelten probleemloos kunnen worden opgevangen.

Voor alle duidelijkheid, deze tollerantiegrenzen zijn typisch van een grootteorde uitgedrukt in tienden van een mm en niet in mm, doch ze hebben een belangrijke invloed op de kwaliteit en duurzaamheid van de verbinding.

Om krachtsgestuurd vervormen van de wanden mogelijk te maken, is het noodzakelijk dat de betreffende persgereedschappen of walsgereedschappen tijdens de persof walsbewerking beweegbaar worden opgesteld in een laterale richting dwars op de lengterichting van een te vormen profiel.

Immers, het op een vaste laterale afstand opstellen van de persgereedschappen of walsgereedschappen tijdens de bewerking komt neer op de methode die bij de bekende machines wordt toegepast en houdt in dat kleine afwijkingen in de profielgedeelten ter plaatse van de groeven onvermijdelijk gepaard gaan met een grotere of kleinere toegepaste kracht.

Een gevolg van het beweegbaar opstellen van de persgereedschappen of walsgereedschappen is onder andere dat een zeer dynamische opstelling wordt bekomen, waarbij de persgereedschappen zich automatisch herpositioneren in functie van de lokale en momentane vorm van het gedeelte van de profielgedeelten dat op het moment van contact aan het betreffende persgereedschap wordt aangeboden.

Bijkomend biedt zulke beweegbare opstelling van de persgereedschappen of walsgereedschappen het voordeel dat het instellen van een machine volgens de uitvinding in functie van een partij te assembleren profielen van een bepaald type zeer vlot kan gebeuren en gemakkelijk kan worden geautomatiseerd.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding zijn de persmiddelen van het hydraulische, het pneumatische of het elektrische type of een combinatie daarvan.

Persmiddelen van het hydraulische type hebben in het bijzonder het voordeel dat zeer grote krachten kunnen worden ontwikkeld op de te vervormen wanden van de groeven van de profielgedeelten op een bovendien zeer precieze manier.

Hierbij kunnen gemakkelijk krachten worden toegepast die vereist zijn voor het aandrukken van de profielgedeelten en het vervormen van de wanden van de groeven erin.

Zulke aandrukkracht bedraagt typisch zo'n 5000 N en de vereiste inrolkrachten kunnen variëren tussen de 2000 N en 3500 N.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding laten de persmiddelen toe de kracht voor het plastisch vervormen van de wanden van de groeven van het eerste profielgedeelte in te stellen onafhankelijk van de kracht voor het vervormen van de wanden van de groeven van het tweede profielgedeelte.

Zulke uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding is uitermate interessant, aangezien de groeven in het eerste profielgedeelte niet noodzakelijkerwijze dezelfde vorm hebben als de groeven in het tweede profielgedeelte, waarbij bijgevolg de benodigde kracht voor het vervormen van de respectievelijke groeven niet noodzakelijkerwijze dezelfde dient te zijn.

Bij de bekende is er geen krachtsgecontroleerde sturing van de plastische vervorming van de groeven en zeker niet een krachtsgecontroleerde sturing van de plastische vervorming van de groeven die instelbaar is onafhankelij van elkaar.

Volgens nog een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding is de instelbare kracht zodanig dat er steeds een constante kracht wordt uitgeoefend op de betreffende wanden van de groeven tijdens het bewerken van een profiel, ongeacht kleine afwijkingen in de vorm van de profielgedeelten te wijten aan verschillen binnen zekere tollerantiegrenzen tijdens de vervaardiging ervan.

Zulke uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding is perfect voor het bekomen van een constante kwaliteit van de verbinding van de profielgedeelten.

In een mogelijke uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding waarbij zulke constante instelbare kracht wordt gerealiseerd, wordt er gebruik gemaakt van een hydraulisch systeem met schakelmiddelen die één of meerdere proportioneel ventielen bevatten.

In nog een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding is de machine voorzien van opruwmiddelen waarmee de groeven in de profielgedeelten kunnen worden opgeruwd.

Zulke opruwing van de groeven, en in het bijzonder van de binnenzijden van zulke groef, heeft de bedoeling de grip te verhogen tussen het ingeklemde thermish isolerende gedeelte en de metalen profielgedeelten na het inklemmen ervan door de plastische vervorming van de wanden van de groeven met behulp van de persgereedschappen.

Bijkomend is een machine volgens de uitvinding bij voorkeur voorzien van één of meerdere meenemers of duwelementen waarmee thermisch isolerende gedeelten in de groeven kunnen worden geschoven.

Een machine waarin de opruwmiddelen evenals zulke meenemers of duwelementen zijn opgenomen, laat toe vele bewerkingen in één keer te combineren, meer bepaald het opruwen, het inbrengen van de thermisch geïsoleerde gedeelten en het inklemmen ervan in de profielgedeelten.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding zijn de persgereedschappen, de opruwmiddelen en/of de meenemers of duwelementen op één of meerdere wagens aangebracht die heen en weer beweegbaar is of zijn langsheen te assembleren profielgedeelten, waarbij tijdens een heengaande beweging van de wagen of wagens eerst de groeven worden opgeruwd en de thermisch isolerende gedeelten in de groeven worden aangebracht en tijdens een terugkerende beweging van de wagen of wagens de groeven plastisch worden vervormd met de persgereedschappen teneinde de profielgedeelten te verbinden.

Zulke machine volgens de uitvinding combineert drie essentiële bewerkingen voor het assembleren van de bedoelde profielen in slechts één heengaande en terugkerende beweging van de wagen of wagens, wat resulteert in een zéér hoge productiviteit en tevens in geassembleerde profielen van zéér hoge en constante kwaliteit.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het assembleren van profielen waarbij minstens een eerste profielgedeelte en een tweede profielgedeelte verbonden worden door middel van één of meerdere thermisch isolerende gedeelten, waarbij randen van de thermische isolerende gedeelten in groeven van de profielgedeelten worden aangebracht en waarbij de werkwijze kenmerkend is doordat met één of meerdere persgereedschappen een instelbare en gecontroleerde kracht wordt uitgeoefend ter plaatse van de groeven van de profielgedeelten teneinde de wanden van de groeven plastisch te vervormen en een inklemming van de thermisch isolerende gedeelten in de groeven te verkrijgen en aldus een verbinding tussen de profielgedeelten.

Het is duidelijk dat zulke werkwijze alle voordelen vertoont hiervoor beschreven met betrekking tot de machine volgens de uitvinding, doch algemener de kern van de uitvinding vervat, die ligt in het bewerkstelligen van een vervorming op basis van een aangestuurde en gecontroleerde kracht.

Bij een voorkeurdragende werkwij ze volgens de uitvindingn worden de gereedschappen langsheen de lengte van de te assembleren profielgedeelten bewogen waarbij in een heengaande beweging de groeven in profielgedeelten worden opgeruwd en in dezelfde heengaande beweging de thermisch isolerende gedeelten in de groeven worden aangebracht, terwijl tijdens de terugkerende beweging de voornoemde instelbare en gecontroleerde kracht ter plaatste van de groeven wordt uitgeoefend voor het verwezenlijken van de voornoemde plastische vervorming.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een machine en werkwijze voor het assembleren van profielen, beschreven, met verwijzing naar bijgaande figuren, waarin: figuur 1 schematisch en in doorsnede gedeelten van een eerste uitvoeringsvorm van een machine volgens de uitvinding illustreert; figuren 2 tot 5 op grotere schaal de gedeelten uit figuur 1 weergeven respectievelijk aangeduid met F2 tot F5; en, figuren 6 en 7 op gelijkaardige wijze als in figuur 1 andere uitvoeringvormen van een machine volgens de uitvinding illustreren.

De in figuur 1 weergegeven gedeelten van een machine 1 volgens de uitvinding zijn uitsluitend bedoeld ter illustratie van de werking van een machine 1 volgens de uitvinding en dienen niet als een realistische weergave te worden beschouwd.

De machine 1 is bedoeld voor het assembleren van langwerpige profielen 2, die in de figuren in doorsnede zijn weergegeven en die minstens een eerste profielgedeelte 3 of halfschaal 3 bevatten, op grotere schaal weergegeven in figuur 2, evenals een tweede profielgedeelte 4 of halfschaal 4, op grotere schaal weergegeven in figuur 3.

Het eerste profielgedeelte 3 en het tweede profielgedeelte 4 worden in het geval van figuur 1 verbonden door middel van een paar thermisch isolerende gedeelten of profielstegen 5 en 6, respectievelijk weergegeven in figuren 4 en 5.

Het eerste profielgedeelte 3 is een geëxtrudeerd, metalen profielgedeelte 3 met een min of meer U-vormige doorsnede 7 gevormd door een rug 8 en twee zijpanelen, meer bepaald een eerste zijpaneel 9 en een tweede zijpaneel 10.

Het tweede zijpaneel 10 staat ietwat schuin naar buiten uit de haakse stand op de rug 8, terwijl het andere zijpaneel 9 haaks op de rug 8 staat.

Op de buitenzijde 11 van de rug 8 van het eerste profielgedeelte 3 is een paar naar elkaar gerichte haakvormige randen 12 voorzien.

De vrije zijrand 13 van het eerste zijpaneel 9 is voorzien van een naar binnen gerichte haakse tand 14.

Op de buitenzijde 15 van het tweede zijpaneel 10 ter plaatste van de vrije zijrand 16 is een groef 17 voorzien, gevormd door twee wanden 18 die samen een opening afbakenen waarvan het profiel de vorm heeft van een zwaluwstaart 19.

De groef 17 strekt zich uit over de lengte van het eerste profielgedeelte 3.

Een gelijkaardige groef 20 met een opening in de vorm van een zwaluwstaart 19 is voorzien op de buitenzijde 15 van het tweede zijpaneel 10 aan de andere zijrand 21 ter plaatse van de hoekverbinding met de rug 8.

Het tweede profielgedeelte 4 is tevens een geëxtrudeerd, metalen profielgedeelte 4 met een kokervormig lichaam 22 dat een rechthoekige doorsnede heeft, gevormd door een bovenvlak 23 en een ondervlak 24 die verbonden zijn door twee zijvlakken 25 en 26.

Het bovenvlak 23 strekt zich aan één zijde 27 uit over het betreffende zijvlak 26 met ongeveer een lengte L overeenkomstig de breedte B van het kokervormig lichaam 21 ter vorming van een eerste vleugel 28.

Aan de tegenoverliggende zijde 29 is een gelijkaardige tweede vleugel 30 voorzien, die evenwijdig is aan het bovenvlak 23 doch ietwat verspringt ten opzichte van dat bovenvlak 23 en die een breedte C heeft die ongeveer overeenstemt met de breedte B+L van het bovenvlak 23 en de eerste vleugel 28 samen.

Ter plaatse van de verbinding tussen deze tweede vleugel 30 en het bovenvlak 23 is een groef 31 voorzien met het profiel van een zwaluwstaart 19 die zich uitstrekt over de lengte van het tweede profielgedeelte 4.

Aan de vrije zijrand 32 van de tweede vleugel 30 is een gelijkaardige groef 33 voorzien.

Op de eerste vleugel 28 zijn verder ook een aantal haakvormige randen 34 voorzien.

De metalen profielgedeelten 3 en 4 dienen aan elkaar verbonden te worden door middel van de thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 met behulp van de machine 1 ter vorming van een thermisch isolerende brug 35.

De thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 zijn vervaardigd uit een kunststof.

Het eerste thermisch isolerende gedeelte 5 heeft de vorm van een hoekprofiel 5 of L-profiel 5 gevormd door twee benen 36 en 37 die haaks op elkaar staan.

Het hoekprofiel 5 heeft een raatvormige inwendige structuur.

Aan weerszijden van het hoekprofiel 5 is telkens een rand 38 en 39 voorzien die zich uitstrekt over de lengte van het hoekprofiel 5.

Deze randen 38 en 39 hebben elk de vorm van een zwaluwstaart 40 die complementair is aan de vorm van de groeven 17, 20, 31 en 33 in de profielgedeelten 3 en 4.

De rand 38 strekt zich uit in het verlengde van het been 36, terwijl de rand 39 dwars op het andere been 37 staat, zodat beide randen 38 en 39 zich uitstrekken volgens eenzelfde richting parallel aan het been 36 en parallel aan elkaar op een afstand D van elkaar ongeveer overeenkomstig de breedte E van het been 36.

Het andere thermisch isolerende gedeelte 6 wordt gevormd door een vlak profiel 6, eveneens met een raatvormige inwendige structuur 41 die hoofdzakelijk bestaat uit twee zijvlakken 42 en 43 die onderling verbonden zijn door middel van een aantal tussenschotten 44.

Aan twee tegenoverstaande zijden van het thermisch isolerend gedeelte 6 is telkens een rand voorzien, meer bepaald randen 45 en 46 die zich uitstrekken over de lengte van het thermisch isolerend gedeelte 6.

Deze randen 45 en 46 hebben tevens een vorm die zodanig is dat ze passen in de groeven 17, 20, 31 en 33 in de profielgedeelten 3 en 4.

De eerste rand 45 is rechtstreeks op de raatvormige structuur 41 voorzien ter plaatse van het midden van de ditke T van het thermisch isolerend gedeelte 6, terwijl de tweede rand 4 6 gevormd is aan een gedeelte 47 van het zijvlak 42 dat zich zijwaarts uitstrekt vanaf de raatvormig structuur 41 in een schuine richting.

Het is de bedoeling dat de randen 38, 39, 45 en 46 van de thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 in de groeven van de profielgedeelten 3 en 4 worden aangebracht, meer bepaald in dit geval respectievelijk in de groeven 33, 17, 20 en 31 en erin worden vastgeklemd door het vervormen van minstens één van de wanden 18 van de betreffende groeven 33, 17, 20 en 31.

Hiertoe is de machine 1 volgens de uitvinding voorzien van een aantal persgereedschappen 48 die kunnen ingrijpen ter plaatse van de groeven 33, 17, 20 en 31 van de profielgedeelten 3 en 4 teneinde door persen of walsen de wanden 18 van de groeven 33, 17, 20 en 31 plastisch te vervormen en een inklemming van de thermisch isolerennde gedeelten 5 en 6 in de groeven 33, 17, 20 en 31 te verkrijgen en aldus een verbinding tussen de profielgedeelten 3 en 4.

Meer bepaald worden de meest naar buiten gerichte wanden 18 van de groeven 33, 17, 20 en 31 die in contact worden gebracht met de persgereedschappen 48 onder de invloed daarvan plastisch vervormd.

De meer naar binnen gerichte wanden 18 van de groeven 33, 17, 20 en 31 die niet in contact komen met de persgereedschappen 48 dienen als steun tijdens het vervormen en ondergaan geen noemenswaardige plastische vervorming.

In de opstelling van de machine 1 volgens de uitvinding, zoals is weergegeven in figuur 1, bestaan de persgereedschappen 48 uit persschijven 49 tot 52.

In figuur 1 zijn slechts vier persschijven 49 tot 52 weergegeven, maar het is volgens de uitvinding niet uitgesloten meerdere zulke groepen persschijven 49 tot 52 naast elkaar op te stellen volgens de lengte van het te assembleren profiel 2.

Deze persschijven 49 tot 52 zijn paarsgewijs aan weerszijden 53 en 54 van de te assembleren profielgedeelten 3 en 4 opgesteld.

Het is zelfs zo dat in het algemeen de persschijven 49 en 50 zich tegen over elkaar zullen bevinden aan twee tegenovergestelde zijden 53 en 54 van het te assembleren profiel 2, terwijl de persschijven 51 en 52 zich op een zekere afstand daar vandaan verwijderd volgens de lengterichting van het te vormen profiel 2 tegenover elkaar zijn geplaatst, eveneens aan tegenoverliggende zijden 53 en 54 van het profiel.

Meer bepaald zijn de persschijven 49 en 50 tegenover elkaar opgesteld ter plaatse van respectievelijk de groeven 17 en 20 in het eerste prof ielgedeelte 3 en de persschijven 51 en 52 ter plaatse van respectievelijk de groeven 33 en 31 in het tweede profielgedeelte 4.

De machine 1 is zodanig dat de hoogte volgens de verticale richting W' van elk van de perschijven 49 tot 52 afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar kan worden ingesteld, wat symbolisch is weergegeven met de pijlen 55.

In het geval van figuur 1 zijn aldus de persschijven 51 en 52 in eenzelfde horizontaal vlak HH' opgesteld, aangezien de groeven 31 en 33 aan de zich horizontaal uitstrekkende tweede vleugel 30 zijn voorzien.

Anderzijds zijn de persschijven 48 en 49 enigszins volgens de verticale richting W' ten opzichte van elkaar versprongen, overeenkomstig de schuine stand van het zijpaneel 10 waaraan de groeven 17 en 20 zijn voorzien.

De instelling van de hoogte van de persschijven 49 tot 52 volgens de verticale richting W' kan bijvoorbeeld gebeuren met behulp van geautomatiseerde aanstuurmiddelen, waarbij op basis van data omtrent de te assembleren profielgedeelten 3 en 4 en thermische isolerende gedeelten 5 en 6, bijvoorbeeld data die softwarematig aan de machine 1 wordt geleverd, de persschijven 49 tot 52 in de juiste verticale stand W' worden gebracht en erin worden vastgezet of gehouden alvorens de eigenlijke persbewerking wordt ingezet.

De machine 1 kan bijvoorbeeld een CNC gestuurde machine 1 zijn die is voorzien van een interface waarmee een gebruiker gegevens omtrent het type te assembleren profielen 2 kan ingeven teneinde de machine 1 automatisch overeenkomstig te configureren.

De persschijven 49 tot 52 zijn tevens beweegbaar opgesteld volgens een horizontale richting HH' wat weergegeven is met de pijlen 56.

De horizontale richting HH' is een laterale richting HH' dwars op de lengterichting van het te assembleren profiel 2, welke lengterichting tevens in een horizontaal vlak is gelegen in dit geval.

Dit laat toe ingewikkelde vormen te assembleren, zoals ook het geval is in figuur 1, waarbij de groeven 17 en 33 niet in eenzelfde verticaal vlak W' zijn gelegen.

Bijgevolg strekken ook de assen 57 waarrond de overeenkomstige persschijven 49 en 51 verdraaibaar zijn opgesteld zich niet uit in eenzelfde verticaal vlak parallel aan de lengte van het profiel 2, doch zijn deze assen 57 over een zekere horizontale, laterale afstand I ten opzichte van elkaar verschoven die overeenkomt met de horizontale afstand I tussen de randen 38 en 39 van het thermisch isolerend gedeelte 5.

Op dezelfde wijze zijn de assen 57 waarrond de persschijven 50 en 52 verdraaibaar zijn opgesteld over een horizontale, laterale afstand J ten opzichte van elkaar verschoven die gelijk is aan de horizontale afstand J tussen de randen 45 en 46 aan het thermische isolerend gedeelte 6.

De vorm van het samen te stellen profiel 2 zoals is weergegeven in de figuren 1 tot 5 is uiteraard slechts één van de vele mogelijkheden en tal van andere profielen 2 kunnen met een machine 1 volgens de uitvinding probleemloos worden geaassemnbleerd.

Volgens de uitvinding is de machine 1 voorts voorzien van persmiddelen 58 waarmee een instelbare druk kan worden uitgeoefend op de betreffende persgereedschappen 48, meer bepaald op de assen 57 ervan in de voornoemde laterale richting HH' en naar de te assembleren profielgedeelten 3 en 4 toe teneinde een instelbare kracht op de overeenkomstige wanden 18 van de groeven 17, 20, 31, 33 te kunnen uitoefenen.

In de uitvoeringsvormen van de figuren zijn de persmiddelen 58 van het hydraulische type met krachtoverbrengers 59 en 60 die de assen 57 van de persschijven 49 tot 52 aansturen, wat meer bepaald is weergegeven door middel van cilinders 59 en zuigers 59.

Hierbij zijn de krachtoverbrengers 59 en 60 in het geval van figuur 1 zodanig aangestuurd dat het paar persschijven 49 en 50 dat in contact is met het eerste profielgedeelte 3 aan een andere druk kan worden onderworpen dan het paar persschijven 51 en 52 dat in contact is met het tweede profielgedeelte 4.

Hierbij worden de persschijven 49 en 50 aan eenzelfde kracht onderworpen teneinde op de respectievelijke assen 57 van elk paar persschijven krachten uit te oefenen van gelijke grootte die respectievelijk naar elkaar toe zijn gericht, zodat een gebalanceerde kracht wordt uitgeoefend op beide zijden 53 en 54 van het profiel 2 ter plaatse van de betreffende wanden 18.

Hetzelfde geldt voor de persschijven 51 en 52.

Op deze wijze wordt een stabiel systeem bekomen, waarbij beide zijden 53 en 54 van de profielgedeelten 3 en 4 aan gelijke en tegengestelde gerichte krachten zijn onderworpen.

Deze krachten zijn door het hydraulische systeem al dan niet in combinatie met een elektronisch systeem instelbaar en controleerbaar en dit uiteraard met de bedoeling de gewenste plastische vervorming van de betrokken wanden 18 van de groeven 17, 20, 31 en 33 te bekomen waarmee de thermische isolerende delen 5 en 6 kunnen worden vastgezet.

De krachten kunnen rechtstreeks via de persschijven 49 tot 52 op de prof ielgedeelten 3 en 4 worden uitgeoefend, maar in andere uitvoeringsvormen is het niet uitgesloten de machine 1 te voorzien van één of meerdere aanslagen waartegen persschijven 49 tot 52 eventueel kunnen steunen, waarbij het indrukken van de wanden 18 van de groeven 17, 20, 31 en 33 gebeurt door het ten opzichte van elkaar bewegen van de betreffende persschijven 49 tot 52 en de profielgedeelten 3 en 4 langsheen de betreffende aanslag of aanslagen.

Zoals in de inleiding reeds werd toegelicht, is het echter belangrijk dat de persschijven 49 tot 52 tijdens de persof walsbewerking beweegbaar zijn opgesteld in de laterale richting HH' dwars op de lengterichting van een te vormen profiel 2, aangezien daardoor het vervormen van de groeven 17, 20, 31 en 33 met een instelbare perskracht mogelijk wordt en aldus een goede kwaliteit van de assemblage wordt verkregen ongeacht kleine vormverschillen die eventueel aanwezig zijn aan de prof ielgedeelten 3 en 4 binnen de tollerantiegrenzen aanvaardbaar voor het bekomen van een bepaalde kwaliteit.

De machine 1 is in het getoonde voorbeeld van de figuren voorzien zijn van hydraulische schakelmiddelen 61, die in in dit geval bestaan uit een paar proportionele ventielen 62 en 63.

Voorst bevat de machine 1 één of meerdere hydraulische pompen 64, 65 en 66 voor het leveren van een persdruk.

Via de proportioneel ventielen 62 en 63 kan hiermee een instelbare persdruk worden bekomen die typisch varieerbaar is tussen 0 en 100 bar.

De maximale persdruk van de pompen 64 tot 66 is bijvoorbeeld typisch een persdruk van 200 bar.

De pompen 64, 65 en 66 zijn door middel van hydraulische leidingen 67 ia de schakelmiddelen 61 op de kamers 68 van de krachtoverbrengers 59 aangesloten voor het toeleveren van een hydraulische vloeistof 69.

Meer bepaald zijn de proportioneel ventielen 62 en 63 voorzien van vier aansluitingen voor het aansluiten van hydraulische leidingen 67, meer bepaald een drukaansluiting (P) 70, een tankaansluiting (T) 71 en twee cilinderaansluitingen (A en B) 72 en 73 voor aansluitingen naar de cilinders 59.

In het voorbeeld van de figuur 1 is de drukaansluiting 70 van elk proportioneel ventiel 62 of 63 verbonden met één van de pompen 64 en 65 voor het leveren van een instelbare persdruk.

De tankaansluiting 71 van beide proportioneel ventielen 62 of 63 zijn aangesloten op dezelfde hydraulische pomp 66 voor het leveren van een maximale druk.

De resterende cilinderaansluitingen 72 en 73 van elk van de proportioneel ventielen 62 of 63 zijn telkens aangesloten aan de kamers 68 van cilinders 69 van een paar persschijven die tegenover elkaar zijn opgesteld aan weerszijden 63 en 64 van de profielgedeelten 3 en 4.

Meer bepaald zijn de aansluitingen 72 en 73 van het eerste proportioneel ventiel 62 aangesloten op de cilinders 69 van de persschijven 49 en 50, terwijl de aansluitingen 72 en 73 van het tweede proportioneel ventiel 63 zijn aangesloten op de cilinders 69 van de persschijven 51 en 52 .

In de configuratie van figuur 1 zijn beide proportioneel ventielen 62 en 63 in de middenstand geplaatst, waarbij de drukaansluitingen 70 zijn gekoppeld aan de aansluitingen 72 en 73 naar de tegenoverstaande cilinders 69, zodat in deze schakelstand tegenoverstaande persgereedschappen 48 aan eenzelfde instelbare persdruk worden onderworpen.

In dit geval is het zelfs zo dat persgereedschappen 48 aan weerszijden van het eerste profielgedeelte 3 aan eenzelfde druk worden onderworpen.

Ook de persgereedschappen 48 aan weerszijden van het tweede profielgedeelte 4 worden aan eenzelfde druk onderworpen, die evenwel onafhanelijk instelbaar is van de voornoemde druk toegepast op het eerste porofielgedeelte 3.

De tankaansluitingen 71 zijn in deze schakelstand afgeblokt, zodat de hydraulische pomp 66 in deze opstelling is afgesloten van de cilinders 69.

Een machine 1 volgens de uitvinding kan voorzien worden van opruwmiddelen (niet weergegeven in de figuren) waarmee de groeven 17, 20, 31 en 33 kunnen worden opgeruwd, evenals van één of meerdere meenemers of duwelementen (tevens niet weergegeven in de figuren) waarmee de randen 38, 39, 45 en 46 van de thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 in de groeven 17, 20, 31 en 33 kunnen worden geschoven.

Bij voorkeur zijn de persgereedschappen 48, de opruwmiddelen en/of de meenemers of duwelementen op één of meerdere wagens aangebracht die heen en weer beweegbaar is of zijn langsheen te assembleren profielgedeelten 3 en 4 en worden tijdens een heengaande beweging van de wagen of wagens eerst de groeven 17, 20, 31 en 33 opgeruwd en de thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 in de groeven worden aangebracht, terwijl tijdens een terugkerende beweging van de wagen of wagens de groeven 17, 20, 31 en 33 plastisch worden vervormd met de persgereedschappen 48 teneinde de prof ielgedeelten 3 en 4 te verbinden door middel van de thermisch isolerende gedeelten 5 en 6.

De machine 1 kan ook van allerlei grijpmiddelen worden voorzien voor het tijdelijk vasthouden van profielgedeelten 3 en 4 en thermisch isolerende gedeelten 5 en 6 op de machine 1 tijdens de bewerking ervan.

In figuur 6 is dezelfde machine 1 volgens de uitvinding weergegeven als in figuur 1, die evenwel anders is geconfigureerd teneinde een ander type profiel 2 te kunnen assembleren.

Volgens de uitvinding kan een machine 1 overeenkomstig de uitvinding bij voorkeur worden geherconfigureerd in meerdere verschillende configuraties, bijvoorbeeld door het automatisch of manueel aanbrengen of verwijderen van persgereedschappen 48, het wijzigen van het type persgereedschap 48 of het herpositioneren ervan.

In het geval van figuur 6 bestaat de herconfiguratie erin dat twee van de persschijven 49 en 52 elk werden vervangen door een steungedeelte, meer bepaald een steungedeelte 74 en een steungdeelte 75.

Zulk steungedeelte 74 of 75 is louter bedoeld om een steun te bieden aan prof ielgedeelten 3 of 4 van een te assembleren profiel 2 zonder dat ter plaatse van het contact tussen zulk steungedeelte 74 of 75 en het betreffende profielgedeelte 3 of 4 een plastische vervorming dient te worden verwezenlijkt voor het realiseren van een verbinding.

Kortom, zulke steungedeelten 74 of 75 vangen krachten op uitgeoefend op andere delen van de profielgedeelten 3 of 4 en zorgen enkel voor een goede postionering van de profielgedeelten 3 of 4 tijdens de assemblage.

In het geval van de configuratie weergegeven in figuur 6 is een eerste profielgedeelte 3 kokervormig met een rechthoekige doorsnede 76 die aan één zijde 77 is voorzien van een vleugel 78, terwijl aan de tegenoverstaande zijde 79 een aantal randen 80 en 81 zijn voorzien.

De randen 80 definiëren een groef 82 met wanden 18 die tijdens de assemblage plastisch vervormd worden voor het verwezenlijken van een verbinding met een thermisch isolerend gedeelte 5.

In het geval van figuur 6 is er slechts één thermisch isolerend gedeelte 5 of profielsteg 5 en men spreekt dan ook van een "single" of "mono"-steg verbinding.

Het thermisch isolerend gedeelte 5is tevens kokervormig met een hoofdzakelijk rechthoekige, symmetrische doorsnede 83 uitgevoerd met een aantal inwendige tussenschotten 84 en op de buitenzijde een aantal randen 85.

De hoeken van het thermisch isolerend gedeelte 5 zijn gegroefd ter vorming van randen 86 zodanig dat ze enerzijds passend kunnen worden aangebracht tussen de randen 80 en 81 aan het eerste profielgedeelte 3, evenals tussen randen 87 en 88 aan het tweede profielgedeelte 4.

Het tweede profielgedeelte 4 is een hoofdzakelijk vlak profielgedeelte 4 met enerzijds een paar naar elkaar gerichte tanden gevormd door de randen 87 en 88, en met anderzijds een getande vrije rand 89.

De rand 87 vormt tevens een groef 90 die tijdens de assemblage plastisch dient te worden vervormd.

In de configuratie van figuur 6 zijn de persgereedschappen 48 opnieuw in paren tegenover elkaar geplaatst aan weerszijden 53 en 54 van het te assebleren profiel 2.

Meer bepaald is het steungedeelte 74 ingesteld recht tegenover de persschijf 50 en op eenzelfde verticale hoogte als de persschijf 50.

Voorts is het steungedeelte 75 recht tegenover de persschijf 51 geplaatst, tevens op een zelfde verticale hoogte.

Hierbij zijn de steungedeelten 74 en 75, evenals de persschijven 50 en 51 kruislings opgesteld.

Meer bepaald is een eerste persgereedschap 50 aan een eerste zijde 54 van het profiel 2 opgesteld voor de vervorming van de wanden 18 van de groef 82 in het eerste profielgedeelte 3, terwijl een tweede persgereedschap 51 aan de tegenoverliggende zijde 53 van het profiel 2 is opgesteld voor de vervorming van de wanden 18 van de groef 90 in het tweede profielgedeelte 4.

Het is de bedoeling dat in deze opstelling de persschijven 50 en 51 aan eenzelfde instelbare persdruk worden onderworpen, terwijl de steunschijven 74 en 75 met eenzelfde maximale persdruk op een vaste afstand van de centrale as van het te vormen profiel 2 worden gehouden.

Hiertoe zijn de proportioneel ventielen 62 en 63 van de machine 1 in een tweede schakelstand geplaatst, waarbij in deze tweede schakelstand de drukaansluiting 70, de tankaansluiting 71 kruislings zijn gekoppeld met de cilinderaansluitingen, meer bepaald respectievelijk met de cilinderaansluiting 73 en de cilinderaansluiting 72.

De krachtoverbrengers 59 en 60 die de assen 57 van de steungedeelten 74 en 75 aansturen worden onderworpen aan een maximale persdruk geleverd door de hydraulische pomp 66.

Hierbij komen de zuigers 60 in de eindpositie te staan, zodat de cilinders 59 een soort aanslag vormen waartegen deze maximale persdruk werkt, zodat de steungedeelten 74 en 75 stevig in de gewenste positie worden gehouden.

In zekere zin worden de steungedeelten 74 en 75 aldus in een vaste positie gehouden, althans voor zover er geen tegenkracht wordt uitgeoefend die de maximale kracht geleverd door pomp 66 niet overschrijdt.

Op deze wijze kunnen met een machine 1 volgens de uitvinding door een eenvoudige herconfiguratie tevens moeilijk te assembleren profielen 2 worden samengesteld.

In figuur 7 is de machine 1 volgens de uitvinding nogmaals weergegeven, ditmaal geherconfigureerd in nog een andere configuratie.

Het thermisch isolerend gedeelte 5 is volledig gelijkaardig aan dat van de figuur 6.

Ditmaal dient het thermisch isolerend gedeelte 5 te worden ingeklemd tussen een eerste profielgedeelte 3 en een tweede profielgedeelte 4 die identiek hetzelfde zijn en die aan de bovenzijde en de onderzijde van thermisch isolerend gedeelte 5 worden aangebracht.

Het eerste profielgedeelte 3 en het tweede profielgedeelte 4 zijn hierbij gelijkaardig aan het tweede profielgedeelte 4 van figuur 7, met uitzondering van het feit dat ditmaal de hoofdzakelijk vlakke profielgedeelten 3 en 4 aan beide zijranden voorzien zijn van een getande vrije rand 89.

De opstelling van de machine 1 is in het geval van figuur 7 volledig symmetrisch.

Hierbij dienen groeven 90 aan de ene zijde 53 van het profiel 2 plastisch te worden vervormd door middel van persschijven 49 en 51 teneinde de overeenkomstige randen 86 aan het thermisch isolerend gedeelte 5 in te klemmen.

Hierbij vinden de vrije randen 89 aan de andere zijde 54 van het profiel 2 steun tegen de steungedeelten 74 en 75.

Een verschil met de opstelling van figuur 7 is dat de persschijven 49 en 51 en de steungedeelten 74 en 75 ditmaal niet kruislings zijn opgesteld, maar dat de persschijven 49 en 51 allebei zijn opgesteld aan de zijde 53 van het te assembleren profiel 2, terwijl de steungedeelten 74 en 75 allebei zijn opgesteld aan de zijde 54 van het te assembleren profiel 2.

De proportioneel ventielen 62 en 63 zijn hierbij geschakeld in een derde schakelstand die zodanig is dat de persgereedschappen 48 die zijn opgesteld aan eenzelfde zijde 53 of 54 van een te vormen profiel 2 aan eenzelfde instelbare persdruk of aan een vaste maximale persdruk kunnen worden onderworpen.

In deze derde schakelstand zijn daartoe de drukaansluiting 70 en de tankaansluiting 71 rechtstreeks gekoppeld met de cilinderaansluitingen, meer bepaald respectievelijk met de cilinderaansluiting 72 en de cilinderaansluiting 73.

Het is duidelijk dat zulke opstelling niets essentieels aan de werking van de machine 1 verandert en dat een plastische vervorming van de groeven 90 opnieuw met een instelbare kracht kan gebeuren.

De verschillende configuraties van de machine 1 tonen echter aan dat de machine zeer gemakkelijk kan worden aangepast aan allerhande mogelijke profielgedeelten 3 en 4 en thermisch isolerende gedeelten 5 en 6, waarbij de hoogte en horizontale positie van de persgereedschappen 48 op een eenvoudige wijze kan worden ingesteld en meer of minder steungedeelten 74 en 75 of persschijven 49 tot 52 kunnen worden toegepast.

Uiteraard kunnen volgens de uitvinding vele andere soorten persgereedschappen 48 of schakelmiddelen 61 worden toegepast.

De uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en aan de hand van de figuren geïllustreerde uitvoeringsvorm van een machine 1 voor het assembleren van profielen 2 volgens de uitvinding, doch zulke machine 1 kan op allerlei andere manieren worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

De uitvinding is tevens niet beperkt tot de beschreven voorbeelden van werkwijzen volgens de uitvinding voor het assembleren van profielen 2, doch andere werkwijzen kunnen tevens worden toegepast zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (17)

1. Conclusies

   1. Machine (1) voor het assembleren van profielen (2) die gevormd worden uit minstens een eerste profielgedeelte (3) en een tweede profielgedeelte (4) die verbonden worden door middel van één of meerdere thermisch isolerende gedeelten (5,6), waarbij randen (38,39,45,46,86) van de thermisch isolerende gedeelten (5,6) in groeven (17,20,31,33,82,90) van de profielgedeelten (3,4) worden aangebracht, waarbij de machine (1) voorzien is van één of meerdere persgereedschappen of walsgereedschappen (48) die kunnen ingrijpen ter plaatse van de groeven (17,20,31,33,82,90) van de profielgedeelten (3,4) teneinde door persen of walsen één of meerdere wanden (18) van de groeven (17,20,31,33,82,90) plastisch te vervormen en een inklemming van de thermische isolerende gedeelten (5,6) in de groeven te verkrijgen en aldus een verbinding tussen de profielgedeelten (3,4), daardoor gekenmerkt dat één of meerdere persgereedschappen of walsgereedschappen (48) tijdens de pers- of walsbewerking beweegbaar is of zijn opgesteld in een laterale richting (HH') dwars op de lengterichting van een te vormen profiel (2) en waarbij de machine (1) voorzien is van persmiddelen (58) die een instelbare druk uitoefenen op de betreffende persgereedschappen (48) in de voornoemde laterale richting (HH') en naar de te assembleren profielgedeelten (3,4) toe teneinde een instelbare kracht op de overeenkomstige wanden (18) van de groeven (17,20,31,33,82,90) te kunnen uitoefenen.
2. 2. Machine (1) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de persmiddelen (58) toelaten de kracht voor het plastisch vervormen van de wanden (18) van de groeven (17,20, 82) van het eerste profielgedeelte (3) in te stellen onafhankelijk van de kracht voor het vervormen van de wanden (18) van de groeven (31,33,90) van het tweede profielgedeelte (4).
3. 3. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de instelbare kracht zodanig is dat er steeds een constante kracht wordt uitgeoefend op de betreffende wanden (18) van de groeven (17,20,31,33,82,90) vn de profielgedeelten (3,4) tijdens het bewerken van een profiel (2), ongeacht kleine afwijkingen in de vorm van de profielgedeelten (3,4) te wijten aan verschillen binnen zekere tollerantiegrenzen tijdens de vervaardiging ervan.
4. 4. Machine (1) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de persmiddelen (58) van het hydraulische, het pneumatische of het elektrische type zijn of een combinatie daarvan.
5. 5. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de persgereedschappen (48) gevormd worden door een persrol, een persschijf (49-52) of een steungedeelte (74,75), waarbij persgereedschappen (48) paarsgewijs aan weerszijden van de te assembleren profielgedeelten (3,4) kunnen worden opgesteld.
6. 6. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de machine (1) configureerbaar is in meerdere verschillende configuraties door het automatisch of manueel aanbrengen of verwijderen van persgereedschappen (48), het wijzigen van het type persgereedschap (48) of het herpositioneren ervan.
7. 7. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de persmiddelen voorzien zijn van schakelmiddelen (61) die voorzien zijn van een schakelstand die zodanig is dat tegenoverstaande persgereedschappen (48) aan weerszijden (53,54) van het te vormen profiel (2), meer bepaald aan weerszijden van één van de profielgedeelten (3,4), in de vorm van een persrol of persschijf (49-52) aan eenzelfde instelbare persdruk kunnen worden onderworpen.
8. 8. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de persmiddelen (58) voorzien zijn van schakelmiddelen (61) die voorzien zijn van een schakelstand die zodanig is dat persgereedschappen (48) die kruislings aan weerszijden (53,54) van het te vormen profiel (2) zijn opgesteld, meer bepaald een eerste persgereedschap (50) aan een eerste zijde (54) van het profiel (2) voor de vervorming van de wanden (18) van een groef (82) in een eerste profielgedeelte (3) en een tweede persgereedschap (51) aan de tegenoverliggende zijde (53) van het profiel (2) voor de vervorming van de wanden (18) van een groef (90) in een tweede profielgedeelte (4), aan eenzelfde instelbare persdruk of aan een vaste maximale persdruk kunnen worden onderworpen.
9. 9. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de persmiddelen (58) voorzien zijn van schakelmiddelen (61) die voorzien zijn van een schakelstand die zodanig is dat persgereedschappen (48) die zijn opgesteld aan eenzelfde zijde (53,54) van een te vormen profiel (2) aan eenzelfde instelbare persdruk of aan een vaste maximale persdruk kunnen worden onderworpen.
10. 10. Machine (1) volgens één of meerdere van de conclusies 8 tot 10, daardoor gekenmerkt dat de schakelmiddelen (61) één of meerdere proportioneel ventielen (62,63) bevatten.
11. 11. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat persgereedschappen (61) in hoogte instelbaar zijn, meer bepaald in een richting (W' ) die dwars op de laterale richting (HH') staat en dwars op de lengterichting van de profielen (2).
12. 12. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de machine (1) voorzien is van opruwmiddelen waarmee de groeven kunnen worden opgeruwd.
13. 13. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de machine (1)) voorzien is van één of meerdere meenemers of duwelementen waarmee thermisch isolerende gedeelten (5,6) in de groeven (17,20,31,33,82,90) kunnen worden geschoven.
14. 14. Machine (1) volgens conclusies 12 en 13, daardoor gekenmerkt dat de persgereedschappen (48), de opruwmiddelen en/of de meenemers of duwelementen op één of meerdere wagens zijn aangebracht die heen en weer beweegbaar is of zijn langsheen te assembleren profielgedeelten (3,4) en waarbij tijdens een heengaande beweging van de wagen of wagens eerst de groeven (17,20,31,33,82,90) worden opgeruwd en de thermisch isolerende gedeelten (5,6) in de groeven (17,20,31,33,82,90) worden aangebracht, en tijdens een terugkerende beweging van de wagen of wagens de groeven (17,20,31,33,82,90) plastisch worden vervormd met de persgereedschappen (48) teneinde de profielgedeelten (3,4) te verbinden.
15. 15. Machine (1) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de machine (1) een CNC gestuurde machine (1) is voorzien van een interface waarmee een gebruiker gegevens omtrent het type te assembleren profielen (2) kan ingeven teneinde de machine (1) automatisch overeenkomstig te configureren.
16. 16. Werkwijze voor het assembleren van profielen (2) waarbij minstens een eerste profielgedeelte (3) en een tweede profielgedeelte (4) verbonden worden door middel van één of meerdere thermisch isolerende gedeelten (5,6), waarbij randen (38,39,45,46,86) van de thermische isolerende gedeelten (5,6) in groeven (17.20.31.33.82.90) van de profielgedeelten (3,4) worden aangebracht, daardoor gekenmerkt dat met één of meerdere persgereedschappen (48) een instelbare en gecontroleerde kracht wordt uitgeoefend ter plaatse van de groeven (17,20,31,33,82,90) van de profielgedeelten (3,4) teneinde één of meerdere wanden (18) van de groeven (17,20,31,33,82,90) plastisch te vervormen en een inklemming van de thermisch isolerende gedeelten (5,6) in de groeven (17.20.31.33.82.90) te verkrijgen en aldus een verbinding tussen de profielgedeelten (3,4).
17. 17. Werkwijze volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat gereedschappen langsheen de lengte van de te assembleren profielgedeelten (3,4) worden bewogen waarbij in een heengaande beweging de groeven (17.20.31.33.82.90) in de profielgedeelten (3,4) worden opgeruwd en in dezelfde heengaande beweging de thermisch isolerende gedeelten (5,6) in de groeven (17.20.31.33.82.90) worden aangebracht, terwijl tijdens de terugkerende beweging de voornoemde instelbare en gecontroleerde kracht ter plaatste van de groeven (17,20,31,33,82,90) wordt uitgeoefend voor het verwezenlijken van de voornoemde plastische vervorming.