BE1019560A3 - ROOF MOUNTING SYSTEM FOR PANELS, AND A METHOD FOR MOUNTING THEM. - Google Patents

Abstract

De huidige uitvinding betreft een dakmontagesysteem (1) voor het bevestigen van panelen (2) op een dak (3), omvattende: een veelheid van dakhaken (4) met een eerste einde (41) voor bevestiging aan het dak (3); een tweede einde (42) met een U-vormige opening voor het opnemen van een liggende rail (5); een veelheid van panelen (2) geplaatst op minstens twee rails (5), en daaraan bevestigd met een bevestigingsprofiel (7) en een schroef (6) waarvan de kop (64) uitsteekt boven de panelen (2). De uitvinding betreft tevens een werkwijze voor het plaatsen van zulk dakmontagesysteem.The present invention relates to a roof mounting system (1) for attaching panels (2) to a roof (3), comprising: a plurality of roof hooks (4) having a first end (41) for attachment to the roof (3); a second end (42) with a U-shaped opening for receiving a horizontal rail (5); a plurality of panels (2) placed on at least two rails (5), and attached thereto with a mounting profile (7) and a screw (6), the head (64) of which protrudes above the panels (2). The invention also relates to a method for installing such a roof mounting system.

Description

DAKMONTAGESYSTEEM VOOR PANELEN. EN EEN WERKWIJZE VOORROOF MOUNTING SYSTEM FOR PANELS. AND A METHOD FOR

HET MONTEREN ERVANMOUNTING THEM

DOMEIN VAN DE UITVINDINGDOMAIN OF THE INVENTION

De uitvinding betreft een dakmontagesysteem voor het bevestigen van panelen op een dak, omvattende een veelheid van dakhaken, een veelheid van liggende rails en een veelheid van panelen, volgens de aanhef van de eerste conclusie.The invention relates to a roof mounting system for fixing panels to a roof, comprising a plurality of roof hooks, a plurality of horizontal rails and a plurality of panels, according to the preamble of the first claim.

De uitvinding betreft tevens een dakhaak en een werkwijze voor het monteren van het dakmontagesysteem.The invention also relates to a roof hook and a method for mounting the roof mounting system.

STAND VAN DE TECHNIEKSTATE OF THE ART

Verschillende montagesystemen voor het monteren van panelen (bv zonnepanelen) op een dak zijn gekend. Een probleem met vele van deze systemen is echter dat het monteren ervan op een dak niet eenvoudig is en/of veel tijd vergt.Various mounting systems for mounting panels (eg solar panels) on a roof are known. However, a problem with many of these systems is that mounting them on a roof is not easy and / or requires a lot of time.

DE102004057041A1 beschrijft een montagesysteem voor zonnepanelen met een bevestigingselement dat een C-vormig middenstuk bevat, en een eerste einde dat voorzien is om bevestigd te worden aan een dakelement, en een tweede einde dat voorzien is voor het bevestigen van een rail waaraan zonnepanelen worden bevestigd. De rail heeft een eerste gleuf die voorzien is voor het opnemen van de kop van eerste bouten voor het bevestigen van de rail aan de bevestigingselementen, en een tweede gleuf voor het opnemen van tweede bouten voor het bevestigen van de zonnepanelen aan de rail, waarbij de bouten niet kunnen roteren in de gleuven. Een probleem van dit systeem is echter dat de bouten aan één van beide uiteinden in de rail dienen ingebracht te worden, en dienen verschoven te worden naar de gewenste positie in de rail, zonder er evenwel aan het andere uiteinde uit te schuiven. Dit inbrengen van de bouten en het beletten dat de bouten eruit schuiven kan niet eenvoudig uitgevoerd worden op een dak. Vervolgens dient deze rail aan de bevestigingselementen bevestigd te worden, waarbij iedere eerste bout ingebracht moet worden in een gleuf van één bevestigingselement, maar aangezien de eerste bout niet veel speling heeft in de rail, dienen alle eerste bouten niet alleen op de juiste positie geschoven te worden maar bovendien allen tegelijk te worden ingebracht in de verschillende bevestigingselementen van deze rail, wat zeer moeilijk kan uitgevoerd worden op een dak.DE102004057041A1 describes a mounting system for solar panels with a mounting element that contains a C-shaped center piece, and a first end which is provided for being attached to a roof element, and a second end which is provided for mounting a rail to which solar panels are attached. The rail has a first slot provided for receiving the head of first bolts for attaching the rail to the mounting elements, and a second slot for receiving second bolts for attaching the solar panels to the rail, the Bolts cannot rotate in the slots. A problem with this system, however, is that the bolts must be inserted into the rail at one of both ends, and must be shifted to the desired position in the rail without, however, sliding out at the other end. This insertion of the bolts and preventing the bolts from sliding out cannot easily be carried out on a roof. This rail must then be attached to the fastening elements, with each first bolt having to be inserted into a slot of one fastening element, but since the first bolt does not have much play in the rail, all first bolts should not only be slid into the correct position but also to be introduced simultaneously into the various fixing elements of this rail, which is very difficult to implement on a roof.

ONTHULLING VAN DE UITVINDINGDISCLOSURE OF THE INVENTION

Het is een doel van de huidige uitvinding om een dakmontagesysteem te verschaffen dat sneller en eenvoudiger te monteren is, en een werkwijze voor het monteren ervan.It is an object of the present invention to provide a roof mounting system that is quicker and easier to assemble, and a method for mounting it.

Dit doel wordt bereikt door een dakmontagesysteem met de kenmerken van de eerste conclusie.This object is achieved by a roof mounting system with the features of the first claim.

Daartoe verschaft de huidige uitvinding een dakmontagesysteem voor het bevestigen van panelen op een dak, omvattende: - een veelheid van dakhaken, waarbij iedere dakhaak een eerste en een tweede einde heeft, waarbij het eerste einde voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak aan het dak, en het tweede einde voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak aan een liggende rail; - een veelheid van liggende rails, bevestigd aan de tweede einden van de dakhaken, waarbij de liggende rails nagenoeg evenwijdig aan elkaar en op een afstand van elkaar geplaatst zijn; - een veelheid van panelen, waarbij ieder paneel aan minstens twee rails bevestigd is; waarbij het tweede einde van iedere dakhaak een U-vormige opening omvat voor het opnemen van de liggende rail.To this end, the present invention provides a roof mounting system for fixing panels to a roof, comprising: a plurality of roof hooks, wherein each roof hook has a first and a second end, the first end being provided for attaching the roof hook to the roof and the second end is provided for attaching the roof hook to a horizontal rail; - a plurality of horizontal rails, attached to the second ends of the roof hooks, the horizontal rails being placed substantially parallel to each other and at a distance from one another; - a plurality of panels, each panel being attached to at least two rails; wherein the second end of each roof hook comprises a U-shaped opening for receiving the horizontal rail.

Het grote voordeel van een dakhaak met een U-vormige opening is dat een rail eenvoudig kan worden aangebracht in deze dakhaken door de rail simpelweg te schuiven in de U-vormige openingen, en dat de rail gehouden wordt door de dakhouden zonder bijkomende handelingen (zoals het vastdraaien van schroeven). Op die manier kan het bevestigen van de rail aan de dakhaken in twee stappen gebeuren: eerst het (voorlopig) plaatsen van de rail in de U-vormige opening, daarna pas het definitief bevestigen van de rail aan de dakhaken. Op die manier kan het bevestigen van de rail aan de dakhaken sneller en eenvoudiger gebeuren dan bij het montagesysteem van DE102004057041A1, aangezien er nu geen bouten dienen ingebracht te worden op het uiteinde van de rail, die daarna verschoven dienen te worden naar de positie die precies overeenkomt met de positie van de dakhaken, waarna alle eerste bouten tegelijk in de dakhaken dienen ingebracht te worden.The big advantage of a roof hook with a U-shaped opening is that a rail can easily be fitted in these roof hooks by simply sliding the rail into the U-shaped openings, and that the rail is held by the roof holding without additional actions (such as tightening screws). In this way, fixing the rail to the roof hooks can be done in two steps: first the (provisional) placement of the rail in the U-shaped opening, then only the final attachment of the rail to the roof hooks. In this way, fixing the rail to the roof hooks can be quicker and easier than with the mounting system of DE102004057041A1, since no bolts must now be inserted at the end of the rail, which must then be moved to the position that is exactly corresponds to the position of the roof hooks, after which all the first bolts must be inserted simultaneously into the roof hooks.

Met het dakmontagesysteem volgens de huidige uitvinding kan het bevestigen van de rail aan iedere dakhaak, bijvoorbeeld door middel van een nagel of een schroef, afzonderlijk gebeuren, de rail wordt immers reeds gedragen nadat hij ingebracht is in de U-vormige openingen. Het is dus niet nodig om bv eerst de twee uiterste dakhaken vast te maken om het gewicht van de rail te dragen, en daarna de dakhaken die zich daar tussen bevinden vast te maken. Na het inschuiven van de rail in de U-vorm kunnen de dakhaken aan de rail bevestigd worden in een willekeurige volgorde, bv sequentieel. Hierdoor kan wederom tijd worden gewonnen door het vermijden van overbodige verplaatsingen op het dak, bv van het ene uiteinde van de rail naar het andere uiteinde.With the roof mounting system according to the present invention, the rail can be attached to each roof hook, for example by means of a nail or a screw, separately, since the rail is already worn after it has been inserted into the U-shaped openings. It is therefore not necessary, for example, first to fasten the two extreme roof hooks to support the weight of the rail, and then to fasten the roof hooks between them. After sliding the rail into the U-shape, the roof hooks can be attached to the rail in any order, eg sequentially. As a result, time can again be gained by avoiding unnecessary displacements on the roof, for example from one end of the rail to the other end.

Verder is het met het systeem van de huidige uitvinding mogelijk dm snellere technieken te gebruiken voor het bevestigen van de rail aan de dakhaak dan een bout en moer, bv door het inschieten van een nagel doorheen een wand van de dakhaak en doorheen een wand van de rail.Furthermore, with the system of the present invention, it is possible to use faster techniques for fastening the rail to the roof hook than a bolt and nut, for example by inserting a nail through a wall of the roof hook and through a wall of the roof hook. rail.

Bovendien laten de U-vormige openingen tevens toe kleine hoogteverschillen tussen de verschillende dakhaken op te vangen door de rail hoger of lager in de U-vormige opening te bevestigen.Moreover, the U-shaped openings also allow for small differences in height between the different roof hooks by fixing the rail higher or lower in the U-shaped opening.

Bij voorkeur omvat iedere rail een langwerpige gleuf die zich uitstrekt in een lengterichting van de rail, en waarbij de panelen bevestigd zijn aan de rails door middel van een schroef die is ingebracht in de gleuf. Door het voorzien van een langwerpige gleuf die zich uitstrekt in de lengterichting van de rail, kan eenvoudig en op iedere willekeurige positie in de lengterichting van de rail een schroef, bv een conische schroef, langs buiten worden ingebracht in de rail, zonder dat er hoeft geboord te worden, of zonder dat bouten hoeven verschoven te worden. Op deze manier kunnen de panelen op een zeer snelle en handige manier bevestigd worden aan de rails.Preferably, each rail comprises an elongated slot that extends in a longitudinal direction of the rail, and wherein the panels are attached to the rails by means of a screw inserted into the slot. By providing an elongated slot that extends in the longitudinal direction of the rail, a screw, for example a conical screw, can be introduced into the rail from outside simply and at any desired position in the longitudinal direction of the rail, without having to drilled, or without having to shift bolts. In this way the panels can be attached to the rails in a very quick and convenient way.

Bij voorkeur omvat de groef twee overstaande zijden, die elk minstens één groef omvatten voor het opnemen van schroefdraad van de schroef, welke groeven zich uitstrekken in de lengterichting van de rail. Door het voorzien van zulke groeven vergt het inbrengen van een schroef in de gleuf minder kracht waardoor het personeel minder snel vermoeid geraakt, en is er minder risico op het beschadigen van het profiel of het breken van schroeven. AangezienDoor dergelijke problemen te vermijden wordt wederom montagetijd gewonnen.The groove preferably comprises two opposite sides, each of which comprises at least one groove for receiving screw thread, which grooves extend in the longitudinal direction of the rail. By providing such grooves, inserting a screw into the slot requires less force, making staff less tired and there is less risk of damaging the profile or breaking screws. Since by avoiding such problems assembly time is again gained.

Bij voorkeur bevinden de groeven in de overstaande zijden zich op een alternerende diepte in de gleuf, overeenkomstig de afmetingen van de schroefdraad van de schroef. Op deze manier is het profiel van de gleuf afgestemd op de schroef die erin aangebracht zal worden. Door het gepast kiezen van de vorm en diepte van de groef (of groeven), kan een goed compromis verkregen worden tussen een stevige verbinding enerzijds, en het snel een eenvoudig aanbrengen van de schroef anderzijds.Preferably, the grooves in the opposite sides are located at an alternating depth in the slot, in accordance with the dimensions of the screw thread. In this way, the profile of the slot is adjusted to the screw that will be fitted in it. By appropriately choosing the shape and depth of the groove (or grooves), a good compromise can be obtained between a strong connection on the one hand, and quick and easy application of the screw on the other.

Bij voorkeur omvat het bevestigingssysteem verder een veelheid van bevestigingsprofielen voor het bevestigen van de panelen aan de rails, waarbij ieder bevestigingsprofiel een opening heeft voor het inbrengen van de schroef en een zodanige vorm heeft dat een kop van de schroef uitsteekt boven de panelen. Hierdoor is het vastdraaien van de schroef veel eenvoudiger dan wanneer de kop van de schroef zich tussen de panelen zou bevinden. In vergelijking met DE102004057041A1 is de schroef van het dakmontagesysteem volgens de huidige uitvinding weliswaar wat langer, maar de kost van een langere schroef is lager dan de kost van een langer bevestigingsprofiel zoals gebruikt in DE102004057041A1. Een bijkomend voordeel van een bevestigingsprofiel zoals gebruikt in het dakmontagesysteem volgens, de huidige uitvinding is dat het toelaat om panelen van een verschillende dikte te gebruiken, omdat enkel de lengte van de schroeven hoeft veranderd te worden, en niet de afmetingen van de bevestigingsprofielen. Dit biedt het bevestigingssysteem van de huidige uitvinding een grotere mate van flexibiliteit.Preferably, the mounting system further comprises a plurality of mounting profiles for mounting the panels to the rails, each mounting profile having an opening for inserting the screw and having a shape such that a head of the screw protrudes above the panels. This makes tightening the screw much easier than if the head of the screw were located between the panels. In comparison with DE102004057041A1, although the screw of the roof mounting system according to the present invention is somewhat longer, the cost of a longer screw is lower than the cost of a longer fixing profile as used in DE102004057041A1. An additional advantage of a mounting profile as used in the roof mounting system according to the present invention is that it allows to use panels of different thickness, because only the length of the screws need be changed, and not the dimensions of the mounting profiles. This offers the mounting system of the present invention a greater degree of flexibility.

Bij voorkeur is het bevestigingsprofiel T-vormig, waarbij een eerste segment van het bevestigingsprofiel is geplaatst tegen een rand van een eerste paneel en een tweede segment is geplaatst tegen een rand van een tweede paneel en een derde segment is geplaatst tussen het eerste en tweede paneel als afstandshouder, waarbij een afstand tussen het eerste en het tweede paneel bepaald is door een dikte van het derde segment. Op deze manier kunnen niet alleen de panelen aan de rail bevestigd worden, maar kan bovendien ook de afstand tussen naast elkaar liggende panelen eenvoudig bepaald worden, zonder gebruik te hoeven maken van extra hulpmiddelen zoals bv een meetlat, en met een minimum aan materiaal.The mounting profile is preferably T-shaped, wherein a first segment of the mounting profile is placed against an edge of a first panel and a second segment is placed against an edge of a second panel and a third segment is placed between the first and second panel as a spacer, wherein a distance between the first and the second panel is determined by a thickness of the third segment. In this way, not only can the panels be attached to the rail, but moreover the distance between adjacent panels can also be easily determined, without having to use additional aids such as a measuring rod, and with a minimum of material.

Bij voorkeur zijn de rails aan de dakhaken bevestigd door een nagel ingebracht doorheen minstens één wand van het U-vormig tweede einde en doorheen minstens één wand van de rail. Zulke nagel kan bv ingeschoten zijn. Dit is een zeer snelle en stevige bevestigingswijze voor het bevestigen van de rail aan de dakhaken.The rails are preferably secured to the roof hooks by a nail inserted through at least one wall of the U-shaped second end and through at least one wall of the rail. Such a nail may, for example, be shot in. This is a very fast and sturdy method for attaching the rail to the roof hooks.

Bij voorkeur omdat de dakhaak een S-vorm. Een S-vorm biedt enige mate van veerkracht aan het montagesysteem, waardoor spanningsconcentraties en breuk kunnen vermeden worden. Een S-vorm is verder ook erg geschikt om hoogteverschillen weg te werken door het aanbrengen van enige plastische vervorming aan de dakhaak tijdens de montage ervan.Preferably because the roof hook has an S-shape. An S-shape offers some degree of resilience to the mounting system, whereby stress concentrations and breakage can be avoided. An S-shape is furthermore also very suitable for eliminating height differences by applying some plastic deformation to the roof hook during its mounting.

Bij voorkeur zijn de dakhaken en de rails uit aluminium of een aluminium legering vervaardigd, bij voorkeur uit een aluminium-legering met een 0,2% rekgrens (Rp02) van 100 - 220 MPa, bij meer voorkeur van 130 - 190 MPa. Aluminium of aluminium-legeringen zijn bijzonder geschikt voor deze toepassing vanwege het lage gewicht (soortelijke massa van nagenoeg 2,8 kg/dm3), waardoor het montagesysteem eenvoudig te hanteren is op een dak. Een bijkomend voordeel van een aluminium-legering met een 0,2% rekgrens (Rp02) van 100-220 MPa is dat dit materiaal een goed compromis biedt tussen voldoende sterkte en stijfheid enerzijds, en de mogelijkheid om het materiaal plastisch te vervormen met matige krachten anderzijds, mocht enige plastische vervorming nodig zijn, bv om hoogteverschillen t.g.v. oneffenheden op het dak op te vangen.The roof hooks and rails are preferably made from aluminum or an aluminum alloy, preferably from an aluminum alloy with a 0.2% yield strength (RpO2) of 100 - 220 MPa, more preferably of 130 - 190 MPa. Aluminum or aluminum alloys are particularly suitable for this application due to the low weight (specific gravity of almost 2.8 kg / dm3), making the mounting system easy to handle on a roof. An additional advantage of an aluminum alloy with a 0.2% yield point (Rp02) of 100-220 MPa is that this material offers a good compromise between sufficient strength and rigidity on the one hand, and the possibility of plastically deforming the material with moderate forces. on the other hand, if some plastic deformation is needed, for example to compensate for height differences due to unevenness on the roof.

Bij voorkeur zijn op een achterzijde van ieder paneel minstens twee steunpunten gemonteerd voor het steunen van het paneel op minstens één rail. Dit is vooral voordelig tijdens het plaatsen van de panelen op de rails, omdat de panelen dan niet constant vastgehouden dienen te worden maar kunnen rusten op de minstens één rail zonder het risico dat ze eraf kunnen schuiven en van het dak vallen, waardoor de productiviteit en de veiligheid aanzienlijk wordt verhoogd. Aangezien een gedeelte van het gewicht van het paneel gedragen wordt door deze steunpunten kan ook de kracht nodig voor het bevestigen van de panelen aan de rails, bv door middel van het bevestigingsprofiel en de schroef in de gleuf van de rail, verlaagd worden, waardoor een dunner bevestigingsprofiel of een dunnere schroef kan gebruikt worden, wat resulteert in een materiaalbesparing.Preferably at least two support points are mounted on a rear side of each panel for supporting the panel on at least one rail. This is particularly advantageous when placing the panels on the rails, since the panels then do not have to be held constantly but can rest on the at least one rail without the risk of them sliding off and falling off the roof, thereby increasing productivity and the safety is considerably increased. Since a part of the weight of the panel is supported by these support points, the force required for fixing the panels to the rails, for example by means of the fixing profile and the screw in the slot of the rail, can also be reduced, whereby a a thinner mounting profile or a thinner screw can be used, resulting in a material saving.

Bij voorkeur omvat ieder steunpunt een wieltje dat draaibaar bevestigd is aan het paneel voor het eenvoudig verschuiven van het paneel tijdens de bevestiging ervan aan het dakmontagesysteem. Wanneer er een wieltje voorzien is op het steunpunt, kan het paneel niet alleen steunen op de rail(s), maar ook eenvoudig verschoven worden over de rail(s), tot op de gewenste afstand van een naburige paneel. Proeven hebben uitgewezen dat dankzij deze wieltjes het plaatsen van de panelen op de rails aanzienlijk sneller kan verlopen.Preferably, each support point comprises a wheel pivotally attached to the panel for easily sliding the panel during its attachment to the roof mounting system. When a wheel is provided at the support point, the panel can not only be supported on the rail (s), but can also be simply shifted over the rail (s), to the desired distance of an adjacent panel. Tests have shown that, thanks to these wheels, placing the panels on the rails can be considerably faster.

In een uitvoeringsvorm heeft het eerste einde van de dakhaak tanden voor het ingrijpen achter een panlat van het dak. Door het eerste einde te voorzien van tanden (of weerhaken of dergelijke) kan een betere bevestiging van de dakhaak verkregen worden dan zonder zulke tanden. Hierdoor blijft de dakhaak beter op zijn plaats zitten.In one embodiment, the first end of the roof hook has teeth for engaging behind a tile batten of the roof. By providing the first end with teeth (or barbs or the like), a better attachment of the roof hook can be obtained than without such teeth. This keeps the roof hook in place better.

Het is tevens een doel van de uitvinding om een dakhaak te verschaffen die geschikt is voor een dergelijk dakpaneelsysteem.It is also an object of the invention to provide a roof hook suitable for such a roof panel system.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGURENBRIEF DESCRIPTION OF THE FIGURES

De uitvinding wordt verder verduidelijkt aan de hand van de onderstaande beschrijving en de bijhorende figuren. Merk op dat de figuren niet noodzakelijk op schaal zijn getekend. De figuren dienen om de principes van de uitvinding te beschrijven. Dezelfde elementen worden gelijk genummerd over de verschillende tekeningen. Verschillende kenmerken uit verschillende figuren kunnen gecombineerd worden.The invention is further elucidated on the basis of the description below and the accompanying figures. Note that the figures are not necessarily drawn to scale. The figures serve to describe the principles of the invention. The same elements are numbered equally across the various drawings. Different characteristics from different figures can be combined.

Fig 1 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een dakmontagesysteem volgens de huidige uitvinding in zijaanzicht.Fig. 1 is a side view of a preferred embodiment of a roof mounting system according to the present invention.

Fig 2A toont in detail een voorkeursuitvoeringsvorm van de dakhaak gebruikt in het dakmontagesysteem van Fig 1, in zijaanzicht.Fig. 2A shows in detail a preferred embodiment of the roof hook used in the roof mounting system of Fig. 1, in side view.

Fig 2B toont een andere uitvoeringsvorm van een dakhaak volgens de uitvinding.Fig. 2B shows another embodiment of a roof hook according to the invention.

Fig 3A toont in detail een voorkeursuitvoeringsvorm van het bevestigingsprofiel gebruikt in het dakmontagesysteem van Fig 1, in dwarsdoorsnede.Fig. 3A shows in detail a preferred embodiment of the fixing profile used in the roof mounting system of Fig. 1, in cross section.

Fig 3B toont het bevestigingsprofiel en twee panelen van Fig 3A in bovenaanzicht.Fig. 3B shows the mounting profile and two panels of Fig. 3A in top view.

Fig 3C toont een paneelsysteem met enkele panelen en bevestigingsprofielen in bovenaanzicht.Fig. 3C shows a panel system with single panels and mounting profiles in top view.

Fig 4 toont een detaildoorsnede van een voorkeursuitvoeringsvorm van de rail gebruikt in het dakmontagesysteem van Fig 1.Fig. 4 shows a detail section of a preferred embodiment of the rail used in the roof mounting system of Fig. 1.

Fig 5A toont in detail een gedeelte van het dakmontagesysteem van Fig 1, waarbij de rail bevestigd is aan de dakhaak door middel van een nagel.Fig. 5A shows in detail a portion of the roof mounting system of Fig. 1, wherein the rail is attached to the roof hook by means of a nail.

Fig 5B toont in detail een gedeelte van het dakmontagesysteem van Fig 1, waarbij de rail bevestigd is aan de dakhaak door middel van een bout.Fig. 5B shows in detail a portion of the roof mounting system of Fig. 1, wherein the rail is attached to the roof hook by means of a bolt.

Fig 5C toont in detail een gedeelte van het dakmontagesysteem van Fig 1, waarbij de rail bevestigd is aan de dakhaak door middel van een bout met moer.Fig. 5C shows in detail a portion of the roof mounting system of Fig. 1, wherein the rail is attached to the roof hook by means of a bolt with nut.

Fig 6A toont in perspectief aanzicht een gedeelte van het dakmontagesysteem van Fig 1.Fig. 6A shows a perspective view of a portion of the roof mounting system of Fig. 1.

Fig 6B toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een eindbevestiging die gebruikt kan worden in het dakmontagesysteem volgens de uitvinding.Fig. 6B shows a preferred embodiment of a final mounting that can be used in the roof mounting system according to the invention.

Fig 6C en 6D tonen in detail de eindbevestiging van Fig 6B ingebracht in de rail van Fig 4, in doorsnede en in zijaanzicht.Figs 6C and 6D show in detail the end fixation of Fig 6B inserted into the rail of Fig 4, in cross section and in side view.

Fig 7 toont een voorbeeld van een bevestiging van de dakhaak aan het dak, in perspectief aanzicht.Fig. 7 shows an example of a fastening of the roof hook to the roof, in perspective view.

Fig 8A en Fig 8B tonen een voorkeursuitvoeringsvorm van een wiel dat draaibaar bevestigd is aan de achterkant van een paneel, in zijaanzicht resp. achteraanzicht.Fig. 8A and Fig. 8B show a preferred embodiment of a wheel that is rotatably mounted on the rear of a panel, in side elevation respectively. rear view.

Fig 9 toont een gedeeltelijk gemonteerd dakmontagesysteem volgens de uitvinding, in perspectief aanzicht.Fig. 9 shows a partially mounted roof mounting system according to the invention, in perspective view.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN VOORKEURSUITVOERINGSVORMEN VAN DE UITVINDINGDETAILED DESCRIPTION OF PREFERRED EMBODIMENTS OF THE INVENTION

REFERENTIES: 1 dakmontagesysteem 2 paneel 21 rand van een paneel 22 steunpunt, bv wieltje 23 achterzijde van een paneel 24 rij panelen 3 dak 31 panlat 32 dakpan 33 keper 4 dakhaak 41 eerste uiteinde 42 tweede uiteinde, U-vormige opening 43 eerste wand van het tweede uiteinde 44 tweede wand van het tweede uiteinde 45 opening met schroefdraad 46 tanden 47 punt 48 montagevoet 49 schroefgaten in de montagevoet 5 rail 51 langwerpige gleuf 52 wand van de rail 521 eerste wand van de gleuf 522 tweede wand van de gleuf 53 groef 54 zijde van de gleuf 55 diepte van de groef 56 diepte van de gleuf 57 breedte van de gleuf 58 tweede gleuf (voor het wiel) 59 eindbevestiging 591 eerste gat 592 tweede gat 6 schroef 63 schroefdraad 64 kop van de schroef 7 bevestigingsprofiel 71 eerste segment 72 tweede segment 73 derde segment 74 opening van het bevestigingsprofiel 75 dikte van derde segment 81 nagel 82 schroef 83 bout 84 moer H1 hoogte van eerste rail H2 hoogte van tweede railREFERENCES: 1 roof mounting system 2 panel 21 edge of a panel 22 support point, eg wheel 23 rear of a panel 24 row panels 3 roof 31 panlat 32 roof tile 33 frame 4 roof hook 41 first end 42 second end, U-shaped opening 43 first wall of the second end 44 second wall of the second end 45 threaded opening 46 teeth 47 point 48 mounting foot 49 screw holes in the mounting foot 5 rail 51 elongated slot 52 wall of the rail 521 first wall of the slot 522 second wall of the slot 53 groove 54 side of the slot 55 depth of the groove 56 depth of the slot 57 width of the slot 58 second slot (for the wheel) 59 final mounting 591 first hole 592 second hole 6 screw 63 screw thread 64 head of the screw 7 mounting profile 71 first segment 72 second segment 73 third segment 74 opening of the fixing profile 75 thickness of third segment 81 nail 82 screw 83 bolt 84 nut H1 height of first rail H2 height of second rail

De uitvinding betreft een montagesysteem 1 voor het monteren van panelen 2, bij voorkeur zonnepanelen of warmtepanelen, op een dak 3, bij voorkeur een hellend dak 3 met dakpannen 32. Het montagesysteem 1 volgens de uitvinding biedt verschillende voordelen zoals hoger beschreven, en zal verder toegelicht worden aan de hand van de figuren.The invention relates to a mounting system 1 for mounting panels 2, preferably solar panels or heat panels, on a roof 3, preferably a sloping roof 3 with roof tiles 32. The mounting system 1 according to the invention offers various advantages as described above, and will further be explained with reference to the figures.

Fig 1 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding in zijaanzicht. Dit dakmontagesysteem 1 is vooral geschikt voor het bevestigen van panelen 2 op een hellend dak 3, en omvat: - een veelheid van dakhaken 4, waarbij iedere dakhaak 4 een eerste einde 41 en een tweede einde 42 heeft, waarbij het eerste einde 41 voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak 4 aan het dak 3, en het tweede einde 42 voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak 4 aan een liggende rail 5; - een veelheid van liggende rails 5, bevestigd aan de tweede einden 42 van de dakhaken 4, waarbij de liggende rails 5 nagenoeg evenwijdig aan elkaar en op een afstand van elkaar geplaatst zijn; - een veelheid van panelen 2, waarbij ieder paneel 2 aan minstens twee rails 5 is bevestigd; en waarbij het tweede einde 42 van iedere dakhaak 4 een U-vormige opening omvat voor het opnemen van een liggende rail 5. De "U-vormige opening van het tweede einde 42" wordt in dit octrooischrift ook het "U-vormige tweede einde 42" genoemd.Fig. 1 shows a preferred embodiment of a roof mounting system 1 according to the invention in side view. This roof mounting system 1 is particularly suitable for mounting panels 2 on a sloping roof 3, and comprises: a plurality of roof hooks 4, wherein each roof hook 4 has a first end 41 and a second end 42, the first end 41 being provided for fixing the roof hook 4 to the roof 3, and the second end 42 is provided for fixing the roof hook 4 to a horizontal rail 5; - a plurality of horizontal rails 5 attached to the second ends 42 of the roof hooks 4, wherein the horizontal rails 5 are placed substantially parallel to each other and at a distance from each other; - a plurality of panels 2, wherein each panel 2 is attached to at least two rails 5; and wherein the second end 42 of each roof hook 4 comprises a U-shaped opening for receiving a horizontal rail 5. The "U-shaped opening of the second end 42" in this patent specification also becomes the "U-shaped second end 42 " mentioned.

Een voordeel van de U-vormige opening 42 ten opzichte van een (niet getoonde) L-vormige opening (bv een rail 5 met een dwarsdoorsnede zoals getoond in Fig 2A maar waarbij de tweede wand 44 is weggelaten), is dat de kans dat de rail 5 uit de dakhaak 4 valt (of per ongeluk wordt uitgestoten) vooraleer de rail 5 stevig aan de dakhaken 4 bevestigd is, drastisch verminderd is. Vergeet niet dat deze handelingen gebeuren op een dak, vaak hoog boven de grond, en dat er ernstige schade kan ontstaan wanneer zulke rail 5 naar beneden zou vallen.An advantage of the U-shaped opening 42 over an L-shaped opening (not shown) (e.g. a rail 5 with a cross-section as shown in Fig. 2A but with the second wall 44 omitted) is that the chance that the rail 5 falls out of the roof hook 4 (or is accidentally ejected) before the rail 5 is firmly attached to the roof hooks 4, has been drastically reduced. Remember that these actions happen on a roof, often high above the ground, and that serious damage can occur if such rail 5 falls down.

De dakhaak 4 is bij voorkeur S-vormig en wordt vastgemaakt aan een dak 3. Daartoe heeft de dakhaak 4 een eerste einde 41, in Fig 1 een U-vormige beugel die bij voorkeur wordt geplaatst tussen twee kepers 33 van een dak 3, en die kan worden ingehaakt achter een panlat 31. Bij voorkeur is dit eerste einde 41 voorzien van tanden 46 voor het ingrijpen achter de panlat 31. Het inhaken van de dakhaak 4 aan zulke panlat 31 wordt tevens in Fig 7 getoond, waar een aantal dakpannen 32 uit de figuur werd verwijderd om illustratieve redenen, om het inhaken beter zichtbaar te maken. In de praktijk is het bij het monteren van de dakhaken 4 echter niet noodzakelijk om dakpannen 32 volledig te verwijderen, en volstaat het meestal om een hoger gelegen dakpan 32 naar boven te schuiven of lichtjes te kantelen, dan de dakhaak 4 omhoog te schuiven onder de hoger gelegen dakpan 32 totdat de punt 47 van de dakhaak 4 voorbij de panlat 31 is geschoven, en daarna de punt 47 onder de panlat 31 te schuiven, en verder onder de lager gelegen dakpan 32. De functie van de optionele tanden 46 is vooral om de positie van de dakhaak 4 te stabiliseren ten opzichte van de panlat 31. Fig 1 toont verder dat de dakhaak 4 ook een tweede einde 42 heeft, welk tweede einde 42 volgens de uitvinding een U-vormige opening vertoont, met een eerste wand 43 en een tweede wand 44, beiden nagenoeg loodrecht georiënteerd t.o.v. hèt dak 3. Wanneer meerdere dakhaken 4 naast elkaar en op nagenoeg gelijke hoogte H1 (zie Fig 9) gemonteerd zijn, wordt tussen deze wanden 43, 44 een rail 5 ingebracht, aan welke rail 5 de panelen 2 zullen bevestigd worden. Aangezien de U-vorm naar boven gekeerd is, kan de rail 5 er eenvoudig en snel worden ingebracht, en zal de rail 5 er niet eenvoudig uitvallen zelfs indien hij nog niet definitief bevestigd is aan de dakhaken 4, zelfs indien er per ongeluk tegen gestoten wordt. Bij voorkeur worden rails 5 met een lengte van 6 meter gebruikt, maar iedere andere lengte van 1 tot 6 m kan eveneens gebruikt worden, bv 2m of 3m of 4m of 5m. Wanneer de lengte van de rail 5 kleiner is dan de breedte van een dak 3, dan kunnen verschillende rails 5 aan elkaar bevestigd worden via gekende wijzen, bij voorkeur in eikaars verlengde.The roof hook 4 is preferably S-shaped and is fixed to a roof 3. For this purpose, the roof hook 4 has a first end 41, in Fig. 1 a U-shaped bracket which is preferably placed between two squares 33 of a roof 3, and which can be hooked in behind a tile batten 31. Preferably, this first end 41 is provided with teeth 46 for engaging behind the tile batten 31. The hooking of the roof hook 4 to such tile batten 31 is also shown in Fig. 7, where a number of roof tiles 32 was removed from the figure for illustrative reasons, to make the hooking more visible. In practice, however, when mounting the roof hooks 4, it is not necessary to completely remove roof tiles 32, and it is usually sufficient to slide a higher roof tile 32 upwards or tilt it slightly, than to slide the roof hook 4 upwards under the higher roof tile 32 until the tip 47 of the roof hook 4 has been slid past the tile batten 31, and then to slide the tip 47 under the tile batten 31, and further under the lower tile roof 32. The function of the optional teeth 46 is mainly to stabilizing the position of the roof hook 4 relative to the tile batten 31. Fig. 1 further shows that the roof hook 4 also has a second end 42, which second end 42 according to the invention has a U-shaped opening, with a first wall 43 and a second wall 44, both oriented substantially perpendicular to the roof 3. When several roof hooks 4 are mounted next to each other and at substantially the same height H1 (see Fig. 9), a rail 5 is inserted between these walls 43, 44, rail 5 the panels 2 will be attached. Since the U-shape faces upwards, the rail 5 can be inserted easily and quickly, and the rail 5 will not fall out easily even if it is not yet definitively attached to the roof hooks 4, even if accidentally bumped into it is becoming. Rails 5 with a length of 6 meters are preferably used, but any other length of 1 to 6 m can also be used, for example 2 m or 3 m or 4 m or 5 m. When the length of the rail 5 is smaller than the width of a roof 3, then different rails 5 can be attached to each other via known ways, preferably in line with each other.

Fig 2A toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een dakhaak 4 volgens de uitvinding in zijaanzicht. Bij voorkeur is de dakhaak 4 vervaardigd uit aluminium of een aluminium-legering. Bij voorkeur wordt een aluminium-legering gekozen met een 0,2% rekgrens (Rp02) van 100 - 220 MPa, bij meer voorkeur van 130- 190 MPa. Bij voorkeur wordt een aluminium-legering gekozen uit de zogenaamde 6000 reeks. Deze verzameling aluminium legeringen omvat Magnesium en Silicium als voornaamste legeringselementen, en laat zich gemakkelijk mechanisch bewerken (bv slijpen, zagen, boren, enz), en ze kunnen gehard worden tot aluminium legeringen met een matige sterkte, minder sterk dan de 2000 of de 7000 reeks. Als concreet voorbeeld kan een aluminium legering volgens de norm EN AW 6060 gekozen worden, met een T66 thermische nabehandeling. Een profiel van een dergelijk materiaal en met de dwarsdoorsnede getoond in Fig 2A laat zich gemakkelijk extruderen, waarna het profiel kan gesneden of gezaagd worden voor het verkrijgen van dakhaken met een breedte L7 (Fig 2B, Fig 6A), van bv 20 - 50 mm, bij voorkeur een lengte van 30-40 mm, maar andere afmetingen L7 zijn eveneens mogelijk. In een concrete uitvoeringsvorm zijn de afmetingen L1, L2, L3, L4 zoals aangeduid in de figuur bv nagenoeg resp. 100, 60, 140, 50 mm, maar andere afmetingen geschikt geacht door de vakman zijn eveneens mogelijk. De afmeting L5 is bij voorkeur 25 mm ± 30%, en de afmeting L6 is bij voorkeur 30 mm ± 30%. De afmetingen L5 en L6 zijn afgestemd op de afmetingen van de rail 5, die erin zal worden aangebracht.Fig. 2A shows a preferred embodiment of a roof hook 4 according to the invention in side view. The roof hook 4 is preferably made of aluminum or an aluminum alloy. Preferably an aluminum alloy is selected with a 0.2% elongation limit (RpO 2) of 100 - 220 MPa, more preferably of 130 - 190 MPa. An aluminum alloy is preferably selected from the so-called 6000 series. This collection of aluminum alloys includes Magnesium and Silicon as the main alloying elements, and is easy to machine mechanically (eg grinding, sawing, drilling, etc.), and they can be hardened to aluminum alloys with a moderate strength, less strong than the 2000 or the 7000 series. As an concrete example, an aluminum alloy can be chosen according to the EN AW 6060 standard, with a T66 thermal after-treatment. A profile of such a material and with the cross-section shown in Fig. 2A can easily be extruded, after which the profile can be cut or sawn to obtain roof hooks with a width L7 (Fig. 2B, Fig. 6A), for example 20 - 50 mm. , preferably a length of 30-40 mm, but other dimensions L7 are also possible. For example, in a concrete embodiment, the dimensions L1, L2, L3, L4 as indicated in the figure are substantially resp. 100, 60, 140, 50 mm, but other dimensions considered suitable by those skilled in the art are also possible. The dimension L5 is preferably 25 mm ± 30%, and the dimension L6 is preferably 30 mm ± 30%. The dimensions L5 and L6 are adjusted to the dimensions of the rail 5 which will be fitted therein.

Fig 2B toont een alternatieve uitvoeringsvorm van de dakhaak 4 volgens de uitvinding, waarbij het eerste einde 41 geen beugel vorm heeft, maar een montagevoet 48 met minstens één schroefgat 49 voor bevestiging aan het dak 3, typisch een houten dakplaat. De montagevoet 48 kan bv een cirkelvormige, vierkante of rechthoekige vorm aannemen, maar andere vormen geschikt geacht door de vakman zijn eveneens mogelijk.Fig. 2B shows an alternative embodiment of the roof hook 4 according to the invention, wherein the first end 41 does not have a bracket shape, but a mounting foot 48 with at least one screw hole 49 for fixing to the roof 3, typically a wooden roof plate. For example, the mounting foot 48 can take a circular, square or rectangular shape, but other shapes considered suitable by those skilled in the art are also possible.

Fig 3B toont een bovenaanzicht op een gedeelte van het dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding, waarbij de positie van het bevestigingsprofiel 7 duidelijk is weergegeven bovenop en gedeeltelijk tussen twee panelen 2a, 2b. Ook duidelijk zichtbaar is de kop 64 van de schroef 6 waarmee het bevestigingsprofiel 7 wordt bevestigd in de rail 5 voor het aandrukken van de panelen 2 tegen de rail 5.Fig. 3B shows a top view of a portion of the roof mounting system 1 according to the invention, wherein the position of the fixing profile 7 is clearly shown on top and partly between two panels 2a, 2b. Also clearly visible is the head 64 of the screw 6 with which the fixing profile 7 is fixed in the rail 5 for pressing the panels 2 against the rail 5.

Fig 3A geeft het bevestigingsprofiel 7 van Fig 3B weer in dwarsdoorsnede volgens de snijlijn A-A. Onderaan wordt de rail 5 getoond, waarop links een paneel 2a rust, en rechts een paneel 2b. Deze panelen 2a, 2b worden gedrukt tegen de rail 5 door de schroef 6 en het bevestigingsprofiel 7. Bij voorkeur heeft het bevestigingsprofiel 7 een T-vormige dwarsdoosnede (zoals getoond in Fig 3B), en omvat het een eerste segment 71 dat geplaatst wordt op een rand 21a van een eerste paneel 2a, en een tweede segment 72 dat geplaatst wordt op een rand 21b van een tweede paneel 2b, en een derde segment 73 dat geplaatst wordt tussen het eerste en het tweede paneel 2a, 2b en fungeert als afstandshouder, zodat de afstand tussen de panelen 2a, 2b bepaald wordt door de dikte 75 van het derde segment 73. Zoals getoond in Fig 3A kan de hoogte 76 van het derde segment 73 veel kleiner zijn dan de hoogte van de panelen 2a, 2b, waardoor materiaal kan worden gespaard. Bij voorkeur is deze hoogte 7 mm ± 30%, maar andere afmetingen kunnen eveneens werken. Een typische lengte L9 ervan (in de diepterichting van de Fig 3A) is 3 - 5 cm, maar andere afmetingen kunnen eveneens gebruikt worden. Het bevestiginsprofiel 7 heeft een opening 74 waar een schroef 6 kan ingebracht worden langs boven, om het bevestigingsprofiel 7 en daarmee ook de panelen 2a, 2b te bevestigen aan de rail 5. Daartoe heeft de rail 5 een gleuf 51, zoals verder zal worden toegelicht in Fig 4. Merk op dat het bevestigingsprofiel 7 bij voorkeur een zodanige vorm heeft dat een kop 64 van de schroef 6 uitsteekt boven de panelen 2, zodat deze eenvoudiger vast te draaien is, waardoor montagetijd wordt gespaard.Fig. 3A shows the fastening profile 7 of Fig. 3B in cross section along the section line A-A. At the bottom the rail 5 is shown, on which a panel 2a rests on the left, and a panel 2b on the right. These panels 2a, 2b are pressed against the rail 5 by the screw 6 and the fastening profile 7. Preferably, the fastening profile 7 has a T-shaped cross-section (as shown in Fig. 3B), and comprises a first segment 71 which is placed on an edge 21a of a first panel 2a, and a second segment 72 that is placed on an edge 21b of a second panel 2b, and a third segment 73 that is placed between the first and the second panel 2a, 2b and acts as a spacer, so that the distance between the panels 2a, 2b is determined by the thickness 75 of the third segment 73. As shown in Fig. 3A, the height 76 of the third segment 73 can be much smaller than the height of the panels 2a, 2b, whereby material can be saved. This height is preferably 7 mm ± 30%, but other dimensions can also work. A typical length L9 thereof (in the depth direction of Fig 3A) is 3 - 5 cm, but other dimensions can also be used. The mounting profile 7 has an opening 74 where a screw 6 can be inserted from above, to fix the mounting profile 7 and thus also the panels 2a, 2b to the rail 5. To that end, the rail 5 has a slot 51, as will be further explained. in Fig. 4. Note that the mounting profile 7 preferably has such a shape that a head 64 of the screw 6 protrudes above the panels 2, so that it is easier to tighten, thereby saving assembly time.

Fig 3C toont dat bij voorkeur ieder paneel 2 rust op twee rails 5 die op een afstand van elkaar zijn geplaatst. De panelen 2 worden bij voorkeur op minstens vier plaatsen bevestigd aan de rails 5 door middel van vier bevestigingsprofielen 7, die elk twee panelen 2 overlappen.Fig. 3C shows that preferably each panel 2 rests on two rails 5 which are placed at a distance from each other. The panels 2 are preferably attached to the rails 5 in at least four places by means of four fixing profiles 7, each overlapping two panels 2.

Fig 4 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een rail 5 die gebruikt kan worden in het dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding. De uitvinder heeft deze vorm zodanig gekozen dat een grote structurele sterkte wordt bekomen met zo weinig mogelijk materiaal, om het gewicht van de rail 5 en de materiaalkost ervan te beperken. Bij voorkeur omvat deze rail 5 een gleuf 51 met een vorm en afmetingen die zodanig gekozen zijn dat er eenvoudig een schroef 6 kan ingebracht worden, bij voorkeur een conische schroef met een puntig einde, bv een zelfborende schroef (ook "zelftappende schroef' genoemd). Bij voorkeur strekt deze gleuf 51 zich uit over de ganse lengte van de rail 5 (zie ook Fig 6), zodat de schroef 6 in eender welke positie in de lengterichting van de rail 5 kan ingebracht worden in de gleuf 51. Dit biedt enorme voordelen bij het monteren, omdat er bv geen gat dient geboord te worden in de rail 5 op de plaats waar een bevestigingsprofiel 7 moet bevestigd worden. Hierdoor kan de montage veel sneller gebeuren, en dient er bv geen boormachine en elektriciteit te worden voorzien op het dak 3. In de voorkeursuitvoeringsvorm van de rail 5 getoond in Fig 4 omvat de gleuf 51 twee overstaande zijden 54a, 54b, waarbij iedere zijde minstens één groef 53a, 53b omvat voor het opnemen van schroefdraad 63 van een schroef 6. De groeven 53 strekken zich uit in de lengterichting van de rail 5. Bij voorkeur worden meerdere groeven 53 aan iedere zijde voorzien, (bv vijf groeven in Fig 4) afhankelijk van de lengte van de schroef 6. De uitvinder heeft vastgesteld dat zulke groeven 53 in de gleuf 51 het indraaien van de schroef 6 sterk vergemakkelijken en dus de montage versnellen. Deze groeven 53 mogen echter niet te groot zijn omdat anders de schroef 6 niet meer voldoende klemt tussen de overstaande zijden 54a en 54b van de gleuf 51. De optimale vorm en diepte van de groeven 53 kunnen bepaald worden door de vakman, door het uitvoeren van routinetesten. Zoals getoond in Fig 4 bevinden deze groeven 53a, 53b zich bij voorkeur op een alternerende diepte 55a, 55b in de gleuf 51, overeenkomstig de afmetingen van de schroefdraad 63 van de schroef 6, zodat de schroefdraad precies kan ingrijpen in deze groeven 53. De afmeting L8 (hoogte) van het profiel 5 wordt bij voorkeur nagenoeg gelijk gekozen aan de afmeting L6 (hoogte van de U-vormige opening) van de dakhaak 4, maar de uitvinding zal ook werken als deze afmeting L8 groter of kleiner wordt gekozen dan L6, bv 70% - 130% van L6. De afmeting L7 (breedte) van het profiel 5 wordt bij voorkeur 0,10 -1,00 mm kleiner gekozen dan L5 (breedte van de U-vormige opening) van de dakhaak 4, zodanig dat de rail 5 eenvoudig kan ingebracht worden in de U-vormige openingen van de tweede einden 42 van de dakhaken 4. Deze breedte L7 wordt bij voorkeur niet te klein gekozen om zijdelings verschuiven zoveel mogelijk te beperken. In figuren 5A-5C worden enkele voorkeurs-uitvoeringsvormen getoond hoe deze rail 5 kan vastgemaakt worden aan het U-vormig tweede einde 42 van de dakhaak 4. Uiteraard kunnen ook rails 5 met andere vormen en/of afmetingen die passen in de U-vormige opening van de dakhaak 4 gebruikt worden. Bij voorkeur wordt de rail 5 uit dezelfde aluminium-legering vervaardigd als hoger beschreven voor de dakhaak 4, zodat de rail eveneens door extrusie kan vervaardigd worden.Fig. 4 shows a preferred embodiment of a rail 5 that can be used in the roof mounting system 1 according to the invention. The inventor has chosen this form in such a way that a great structural strength is obtained with as little material as possible, in order to limit the weight of the rail 5 and the material cost thereof. This rail 5 preferably comprises a slot 51 with a shape and dimensions chosen such that a screw 6 can be easily inserted, preferably a conical screw with a pointed end, for example a self-drilling screw (also referred to as "self-tapping screw") Preferably, this slot 51 extends over the entire length of the rail 5 (see also Fig. 6), so that the screw 6 can be introduced into the slot 51 in any position in the longitudinal direction of the rail 5. This offers enormous advantages when mounting because, for example, no hole needs to be drilled in the rail 5 at the place where a mounting profile 7 is to be mounted. This makes mounting much quicker and requires no drilling machine and electricity to be provided on the rail. roof 3. In the preferred embodiment of the rail 5 shown in Fig. 4, the slot 51 comprises two opposite sides 54a, 54b, each side comprising at least one groove 53a, 53b for receiving the thread 63 of a sheath groove 6. The grooves 53 extend in the longitudinal direction of the rail 5. Preferably, several grooves 53 are provided on each side, (e.g. five grooves in Fig. 4) depending on the length of the screw 6. The inventor has determined that such grooves 53 in the slot 51 greatly facilitate screwing in the screw 6 and thus speed up assembly. However, these grooves 53 may not be too large because otherwise the screw 6 will no longer clamp sufficiently between the opposite sides 54a and 54b of the slot 51. The optimum shape and depth of the grooves 53 can be determined by the skilled person by carrying out routine testing. As shown in Fig. 4, these grooves 53a, 53b are preferably located at an alternating depth 55a, 55b in the slot 51, corresponding to the dimensions of the screw thread 63 of the screw 6, so that the screw thread can engage precisely in these grooves 53. The dimension L8 (height) of the profile 5 is preferably chosen substantially equal to the dimension L6 (height of the U-shaped opening) of the roof hook 4, but the invention will also work if this dimension L8 is chosen larger or smaller than L6 , e.g. 70% - 130% of L6. The dimension L7 (width) of the profile 5 is preferably chosen to be 0.10 -1.00 mm smaller than L5 (width of the U-shaped opening) of the roof hook 4, such that the rail 5 can be easily inserted into the U-shaped openings of the second ends 42 of the roof hooks 4. This width L7 is preferably not chosen too small to limit lateral displacement as much as possible. In figures 5A-5C some preferred embodiments are shown how this rail 5 can be attached to the U-shaped second end 42 of the roof hook 4. Of course, rails 5 with other shapes and / or dimensions that fit into the U-shaped can also be opening of the roof hook 4 can be used. The rail 5 is preferably manufactured from the same aluminum alloy as described above for the roof hook 4, so that the rail can also be manufactured by extrusion.

De figuren 5A tot 5C geven drie voorkeursuitvoeringsvormen voor het bevestigen van de rail 5 aan de dakhaak 4, maar andere gekende bevestigingsmethoden geschikt geacht door de vakman kunnen eveneens gebruikt worden.Figures 5A to 5C show three preferred embodiments for fixing the rail 5 to the roof hook 4, but other known fixing methods considered suitable by the person skilled in the art can also be used.

In Fig 5A wordt de rail 5 bevestigd aan de dakhaak 4 door het zijdelings inschieten van een nagel 81 in minstens één wand 43 van het U-vormig tweede einde 42 tot in minstens één wand 52 van de rail 5. Hierdoor wordt de positie van de rail 5 zowel in de hoogterichting "U" als in de breedterichting "V" van de U-vormige opening vastgelegd. De nagel 81 is bij voorkeur vervaardigd uit een roestvrij staal of gegalvaniseerd staal om corrosie of roestvorming te voorkomen. Het inschieten van zulke nagel 81 kan eenvoudig en snel gebeuren, bv gebruik makend van gekende pistolen beschikbaar op de markt. Alternatief kan reeds op voorhand een opening voorzien zijn in de wand 43 of 44 van de dakhaak 4, zodat alleen de wand 52 van de rail 5 hoeft doordrongen te worden bij het aanbrengen van de nagel 81. Desgewenst kunnen en mogen ook meerdere wanden van de rail 5 doordrongen worden.In Fig. 5A, the rail 5 is attached to the roof hook 4 by lateral insertion of a nail 81 into at least one wall 43 of the U-shaped second end 42 into at least one wall 52 of the rail 5. As a result, the position of the rail 5 is fixed both in the height direction "U" and in the width direction "V" of the U-shaped opening. The nail 81 is preferably made from a stainless steel or galvanized steel to prevent corrosion or rust. Putting in such a nail 81 can be done easily and quickly, for example using known pistols available on the market. Alternatively, an opening can already be provided in advance in the wall 43 or 44 of the roof hook 4, so that only the wall 52 of the rail 5 needs to be penetrated when applying the nail 81. If desired, several walls of the rail 5 can be penetrated.

Fig 5B toont een variant van Fig 5A waarbij een gat met inwendige schroefdraad 45 is aangebracht in een wand 43, 44 van de dakhaak 4, zodat de positie van de rail 5 kan vastgelegd worden door een bout 83 in dat gat met schroefdraad 45 te draaien, bv een bout van 5 of 6 of 8 mm diameter. Bij voorkeur wordt de positie van dit gat met schroefdraad 45 en de vorm van de rail 5, en de lengte van de bout 83 op elkaar afgestemd zodanig dat het uiteinde van de bout 83 spant tegen een eerste wand 521 van de rail 5 voor het vastleggen van de positie in de breedte (V)-richting, en wordt deze bout 83 aangebracht vlak naast en "boven" een tweede wand 522 in de U-richting, om opwaartse verschuiving (in de U-richting) te voorkomen. Merk op dat deze gaten met schroefdraad 45 op voorhand kunnen aangebracht worden in een wand 43, 44 van de dakhaken 4, zodat er niet hoeft geboord te worden of draad getapt op het dak 3. Merk op dat deze bout 83 langs buiten wordt ingebracht in de richting van de rail 5, en dat de bout niet verschoven dient te worden in de rail 5 zoals in DE102004057041A1.Fig. 5B shows a variant of Fig. 5A in which a hole with internal thread 45 is arranged in a wall 43, 44 of the roof hook 4, so that the position of the rail 5 can be fixed by turning a bolt 83 in that hole with thread 45 , eg a bolt of 5 or 6 or 8 mm diameter. Preferably, the position of this threaded hole 45 and the shape of the rail 5, and the length of the bolt 83 are matched to each other such that the end of the bolt 83 tensiones against a first wall 521 of the rail 5 for fixing of the position in the width (V) direction, and this bolt 83 is mounted right next to and "above" a second wall 522 in the U direction, to prevent upward shifting (in the U direction). Note that these holes with screw thread 45 can be made in advance in a wall 43, 44 of the roof hooks 4, so that there is no need for drilling or thread tapping on the roof 3. Note that this bolt 83 is inserted from outside into the direction of the rail 5, and that the bolt should not be shifted in the rail 5 as in DE102004057041A1.

Fig 5C toont nog een andere variant, waarbij er gaten zonder schroefdraad zijn voorzien in beide wanden 43, 44 van de dakhaak 4, en waarbij er tijdens de montage een gat wordt geboord doorheen de rail 5, waarna de rail 5 wordt bevestigd aan de dakhaak 4 door middel van een bout 83 en een moer 84. Eventueel wordt daarbij tevens een rondel (niet getoond) of een splitring (niet getoond) gebruikt.Fig. 5C shows yet another variant, in which holes without thread are provided in both walls 43, 44 of the roof hook 4, and wherein during mounting a hole is drilled through the rail 5, after which the rail 5 is attached to the roof hook 4 by means of a bolt 83 and a nut 84. Optionally, a washer (not shown) or a split ring (not shown) is also used.

Fig 6A toont in perspectief een gedeelte van het dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding. Alle onderdelen werden hoger reeds besproken, behalve de eindbevestigingen 59a en 59b, die kunnen gebruikt worden voor het bevestigen van panelen 2 die zich aan het uiteinde van een rij 54 panelen bevinden. In een voorkeursuitvoeringsvorm is deze eindbevestiging 59 een L-vormig profiel (Fig 6B) met een eerste gat 591 waarin een eerste schroef kan worden ingebracht die in of tegen een zijkant van het paneel 2 kan worden geschroefd, en een tweede gat 592 voor het bevestigen van het bevestigingsprofiel 59 aan de rail 5, door middel van een tweede schroef. Bij voorkeur is de vorm en de afmetingen van het eindprofiel 59 en de rail 5 op elkaar afgestemd, en wordt één been van dit L-profiel 59 ingeschoven in een bovenste compartiment van de rail 5, zoals in detail getoond in Fig 6C en 6D.Fig. 6A shows a perspective view of a portion of the roof mounting system 1 according to the invention. All parts have already been discussed above, except for the end mounts 59a and 59b, which can be used for fixing panels 2 located at the end of a row of 54 panels. In a preferred embodiment, this end fixation 59 is an L-shaped profile (Fig. 6B) with a first hole 591 into which a first screw can be inserted that can be screwed into or against a side of the panel 2, and a second hole 592 for fixing of the fixing profile 59 to the rail 5, by means of a second screw. The shape and dimensions of the end profile 59 and the rail 5 are preferably matched to each other, and one leg of this L-profile 59 is slid into an upper compartment of the rail 5, as shown in detail in Figs 6C and 6D.

Fig 7 toont in perspectief en in meer detail hoe de dakhaak 4 van Fig 2A typisch ingrijpt achter een panlat 31. Het plaatsen en bevestigen van de dakhaak 4 zou bv in de volgende stappen kunnen gebeuren: - het kantelen of verwijderen of verschuiven van een hoger gelegen dakpan 32; - het bevestigen van de dakhaak 4 aan het dak 3, bv door het inhaken van het eerste einde 41 van de dakhaak 4 achter een panlat 31; - het terug plaatsen van de gekantelde of verwijderde of verschoven dakpan 32, waarbij ze kan rusten op de dakhaak 4 in plaats van op de lager gelegen dakpan waar ze eerder op rustte vóór het aanbrengen van de dakhaak 4.Fig. 7 shows in perspective and in more detail how the roof hook 4 of Fig. 2A typically engages behind a tile batten 31. The placing and fixing of the roof hook 4 could for instance take place in the following steps: - tilting or removing or shifting a higher located roof tile 32; - fixing the roof hook 4 to the roof 3, for example by hooking in the first end 41 of the roof hook 4 behind a tile batten 31; - replacing the tilted or removed or shifted roof tile 32, wherein it can rest on the roof hook 4 instead of on the lower roof tile on which it previously rested before the roof hook 4 was fitted.

Fig 8A en Fig 8B tonen een paneel 2 waarbij op de achterzijde 23 van het paneel, dit is de zijde die naar het dak 3 gekeerd zal worden, bij voorkeur twee steunpunten 22 zijn aangebracht. De steunpunten 22 getoond in Fig 8A en 8B zijn wieltjes 22 die draaibaar zijn bevestigd aan de achterzijde 23 van het paneel 2, maar andere steunpunten 22 zoals bv uitstekende staafjes (niet getoond) zouden ook kunnen werken. Tijdens het plaatsen van de panelen 2 worden de panelen op de rails 5 gelegd, zodanig dat de steunpunten 22 rusten op de rail 5. Bij voorkeur omvatten de rails 5 daarbij een tweede gleuf 58 voor het opnemen en geleiden van deze steunpunten 22, bv de wieltjes. De steunpunten 22 worden bij voorkeur op voorhand (bv op de begaanbare grond) aan de achterzijde 23 van de panelen 2 bevestigd, op een vooraf bepaalde positie, bv op 10%-30% of op 70-90% van de hoogte van het paneel 2 (zie Fig 8B). In deze figuur zijn de panelen zodanig georiënteerd dat hun korte zijde parallel loopt met de rails 5, maar dat is niet strict noodzakelijk, en de panelen kunnen ook met hun lange zijde parallel met de rail georiënteerd zijn, zoals getoond in Fig 9. Deze steunpunten 22 zijn bijzonder handig om de panelen 2 snel op één lijn te plaatsen ten opzichte van elkaar, én om tijdelijk het gewicht van het paneel 2 te dragen tijdens het monteren,· én om een gedeelte van het gewicht van het paneel 2 te blijven dragen zelfs na de bevestiging van de panelen 2 op de rails 5, zodat niet alle kracht voor het houden van de panelen 2 dient uitgeoefend te worden door de schroeven 6 die doorheen de bevestigingsprofielen 7 zijn aangebracht, zoals hoger beschreven. Het gebruik van wieltjes 22 biedt het extra voordeel dat de panelen 2 eenvoudig en zonder veel inspanning kunnen verschoven worden tot op de gewenste afstand van de naburige panelen 2. Het is duidelijk dat hierdoor de montage van de panelen 2 op de rails 5 sterk vereenvoudigd wordt. Het dient opgemerkt dat zulke wieltjes 22 op de achterzijde 23 van het paneel 2, en de beschreven montagetechniek ook handig kan gebruikt worden in andere dakmontagesystemen dan dat van de huidige uitvinding, zeker wanneer dat eveneens een liggende rail 5 omvat.Fig. 8A and Fig. 8B show a panel 2, wherein on the rear side 23 of the panel, this is the side that will be turned towards the roof 3, preferably two supporting points 22 are arranged. The support points 22 shown in Figs 8A and 8B are wheels 22 which are rotatably mounted on the rear side 23 of the panel 2, but other support points 22 such as, for example, protruding rods (not shown) could also work. During the placement of the panels 2, the panels are laid on the rails 5, such that the support points 22 rest on the rail 5. Preferably, the rails 5 herein comprise a second slot 58 for receiving and guiding these support points 22, e.g. wheels. The supporting points 22 are preferably fixed in advance (for example on the accessible ground) to the rear 23 of the panels 2, at a predetermined position, for example at 10% -30% or at 70-90% of the height of the panel 2 (see Fig 8B). In this figure, the panels are oriented such that their short side is parallel to the rails 5, but this is not strictly necessary, and the panels can also be oriented with their long side parallel to the rail, as shown in Fig. 9. These supports 22 are particularly useful for quickly placing the panels 2 in line with each other, and for temporarily carrying the weight of the panel 2 during assembly, and for continuing to carry part of the weight of the panel 2 even after the fixing of the panels 2 on the rails 5, so that not all of the force for holding the panels 2 has to be exerted by the screws 6 which are arranged through the fixing profiles 7, as described above. The use of wheels 22 offers the additional advantage that the panels 2 can easily and without much effort be shifted to the desired distance from the adjacent panels 2. It is clear that this greatly simplifies the mounting of the panels 2 on the rails 5. . It should be noted that such wheels 22 on the rear side 23 of the panel 2, and the described mounting technique, can also be conveniently used in roof mounting systems other than that of the present invention, certainly when it also comprises a horizontal rail 5.

Fig 9 toont een dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding met vijf rijen 24 van panelen 2, waarvan de onderste rij panelen 24 zijn verwijderd om illustratieve redenen. Bij voorkeur zijn de panelen 2 zonnepanelen of warmwaterpanelen, maar het dakmontagesysteem 1 volgens de uitvinding is eveneens geschikt voor het monteren van andere soorten panelen 2 op een dak 3. Het plaatsen van dit dakmontagesysteem 1 bevat bij voorkeur de volgende stappen: - het plaatsen en bevestigen van een eerste en een tweede dakhaak 4a, 4b op een eerste hoogte H1 op het dak 3; - het plaatsen en bevestigen van een eerste rail 5a in de U-vormige openingen van de eerste en tweede dakhaak 4a, 4b; - het plaatsen en bevestigen van een derde en een vierde dakhaak 4c, 4d op een tweede hoogte H2 op het dak 3, verschillend van de eerste hoogte H1; - het plaatsen en bevestigen van een tweede rail 5b in de U-vormige openingen van de derde en vierde dakhaak 4c, 4d; - het plaatsen van een paneel 2 op de eerste en tweede rail 5a, 5b, en het bevestigen van het paneel 2 aan de eerste en de tweede rail 5a, 5b, zoals hoger beschreven.Fig. 9 shows a roof mounting system 1 according to the invention with five rows 24 of panels 2, the lower row of panels 24 of which have been removed for illustrative reasons. The panels 2 are preferably solar panels or hot water panels, but the roof mounting system 1 according to the invention is also suitable for mounting other types of panels 2 on a roof 3. The placing of this roof mounting system 1 preferably comprises the following steps: attaching a first and a second roof hook 4a, 4b to a first height H1 on the roof 3; - placing and fixing a first rail 5a in the U-shaped openings of the first and second roof hook 4a, 4b; - placing and fixing a third and a fourth roof hook 4c, 4d at a second height H2 on the roof 3, different from the first height H1; - placing and fixing a second rail 5b in the U-shaped openings of the third and fourth roof hooks 4c, 4d; - placing a panel 2 on the first and second rail 5a, 5b, and attaching the panel 2 to the first and second rail 5a, 5b, as described above.

Hoewel de onderhavige uitvinding is beschreven aan de hand van specifieke uitvoeringsvormen, zal het duidelijk zijn dat diverse wijzigingen kunnen worden aangebracht aan deze uitvoeringsvormen zonder af te wijken van de bredere beschermingsomvang van de uitvinding zoals uiteengezet in de conclusies. Bijgevolg zijn de beschrijving en tekeningen te beschouwen in een illustratieve zin in plaats van een beperkende zin.Although the present invention has been described with reference to specific embodiments, it will be appreciated that various modifications may be made to these embodiments without departing from the wider scope of the invention as set forth in the claims. Consequently, the description and drawings are to be considered in an illustrative sense rather than a restrictive sense.

Claims (23)

1. Een dakmontagesysteem (1) voor het bevestigen van panelen (2) op een dak (3), omvattende: - een veelheid van dakhaken (4), waarbij iedere dakhaak (4) een eerste en een tweede einde (41, 42) heeft, waarbij het eerste einde (41) voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak (4) aan het dak (3), en het tweede einde (42) voorzien is voor het bevestigen van de dakhaak (4) aan een liggende rail (5); - een veelheid van liggende rails (5), bevestigd aan de tweede einden (42) van de dakhaken (4), waarbij de liggende rails (5) nagenoeg evenwijdig aan elkaar en op een afstand van elkaar geplaatst zijn; - een veelheid van panelen (2), waarbij ieder paneel (2) aan minstens twee rails (5) bevestigd is; gekenmerkt doordat: - het tweede einde (42) van iedere dakhaak (4) een U-vormige opening omvat voor het opnemen van de liggende rail (5).A roof mounting system (1) for fixing panels (2) to a roof (3), comprising: - a plurality of roof hooks (4), wherein each roof hook (4) has a first and a second end (41, 42) wherein the first end (41) is provided for attaching the roof hook (4) to the roof (3), and the second end (42) is provided for attaching the roof hook (4) to a horizontal rail ( 5); - a plurality of horizontal rails (5) attached to the second ends (42) of the roof hooks (4), the horizontal rails (5) being placed substantially parallel to each other and spaced apart; - a plurality of panels (2), wherein each panel (2) is attached to at least two rails (5); characterized in that: - the second end (42) of each roof hook (4) comprises a U-shaped opening for receiving the horizontal rail (5). 2. Het dakmontagesysteem (1) volgens conclusie 1, waarbij iedere rail (5) een langwerpige gleuf (51) omvat die zich uitstrekt in een lengterichting van de rail (5), en waarbij de panelen (2) bevestigd zijn aan de rails (5) door middel van een schroef (6) die is ingebracht in de gleuf (51).The roof mounting system (1) according to claim 1, wherein each rail (5) comprises an elongated slot (51) extending in a longitudinal direction of the rail (5), and wherein the panels (2) are attached to the rails ( 5) by means of a screw (6) inserted in the slot (51). 3. Het dakmontagesysteem (1) volgens conclusie 2, waarbij de gleuf (51) twee overstaande zijden (54a, 54b) omvat, die elk minstens één groef (53a, 53b) omvatten voor het opnemen van schroefdraad (63) van de schroef (6), welke groeven (53) zich uitstrekken in de lengterichting van de rail (5).The roof mounting system (1) according to claim 2, wherein the slot (51) comprises two opposite sides (54a, 54b), each comprising at least one groove (53a, 53b) for receiving screw thread (63) from the screw (63) 6), which grooves (53) extend in the longitudinal direction of the rail (5). 4. Het dakmontagesysteem (1) volgens conclusie 3, waarbij de groeven (53a, 53b) in de overstaande zijden (54a, 54b) zich op een alternerende diepte (55a, 55b) bevinden in de gleuf (51), overeenkomstig de afmetingen van de schroefdraad (63) van de schroef (6).The roof mounting system (1) according to claim 3, wherein the grooves (53a, 53b) in the opposite sides (54a, 54b) are at an alternating depth (55a, 55b) in the slot (51), corresponding to the dimensions of the screw thread (63) of the screw (6). 5. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der conclusies 2-4, waarbij het dakmontagesysteem (1) verder een veelheid van bevestigingsprofielen (7) omvat voor het bevestigen van de panelen (2) aan de rails (5), waarbij ieder bevestigingsprofiel (7) een opening (74) heeft voor het inbrengen van de schroef (6) en een zodanige vorm heeft dat een kop (64) van de schroef (6) uitsteekt boven de panelen (2).The roof mounting system (1) according to any of claims 2-4, wherein the roof mounting system (1) further comprises a plurality of fixing profiles (7) for fixing the panels (2) to the rails (5), each fixing profile ( 7) has an opening (74) for inserting the screw (6) and has such a shape that a head (64) of the screw (6) protrudes above the panels (2). 6. Het dakmontagesysteem (1) volgens conclusie 5, waarbij het bevestigingsprofiel (7) T-vormig is, waarbij een eerste segment (71) van het bevestigingsprofiel (7) is geplaatst tegen een rand van een eerste paneel (2a) en een tweede segment (72) is geplaatst tegen een rand van een tweede paneel (2b) en een derde segment (73) is geplaatst tussen het eerste en het tweede paneel (2a, 2b) als afstandshouder, waarbij een afstand tussen het eerste en het tweede paneel (2a, 2b) bepaald is door een dikte (75) van het derde segment (73).The roof mounting system (1) according to claim 5, wherein the mounting profile (7) is T-shaped, wherein a first segment (71) of the mounting profile (7) is placed against an edge of a first panel (2a) and a second segment (72) is placed against an edge of a second panel (2b) and a third segment (73) is placed between the first and the second panel (2a, 2b) as a spacer, with a distance between the first and the second panel (2a, 2b) is determined by a thickness (75) of the third segment (73). 7. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de rails (5) aan de dakhaken (4) bevestigd zijn door een nagel (81) ingebracht doorheen minstens één wand (43, 44) van het U-vormig tweede einde (42) en doorheen minstens één wand (52) van de rail (5).The roof mounting system (1) according to any of the preceding claims, wherein the rails (5) are attached to the roof hooks (4) by a nail (81) inserted through at least one wall (43, 44) of the U-shaped second end (42) and through at least one wall (52) of the rail (5). 8. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der conclusies 1-6, waarbij minstens één wand (43, 44) van de U-vormige opening (42) van de dakhaak (4) een opening met schroefdraad (45) heeft waarin een bout (83) is aangebracht voor het bevestigen van de rails (5) aan de dakhaken (4).The roof mounting system (1) according to any of claims 1-6, wherein at least one wall (43, 44) of the U-shaped opening (42) of the roof hook (4) has a threaded opening (45) in which a bolt (83) is arranged for attaching the rails (5) to the roof hooks (4). 9. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der conclusies 1-6, waarbij een opening is aangebracht doorheen beide wanden (43, 44) van de U-vormige opening (42) van de dakhaak (4) en doorheen de rail (5), in welke opening een bout (83) is aangebracht waarop een moer (84) is bevestigd, voor het bevestigen van de rails aan de dakhaken (4).The roof mounting system (1) according to any of claims 1-6, wherein an opening is provided through both walls (43, 44) of the U-shaped opening (42) of the roof hook (4) and through the rail (5) in which opening a bolt (83) is provided on which a nut (84) is attached, for fixing the rails to the roof hooks (4). 10. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de dakhaken (4) een S-vorm omvatten.The roof mounting system (1) according to any one of the preceding claims, wherein the roof hooks (4) have an S-shape. 11. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de dakhaken (4) en de rails (5) uit aluminium of een aluminium legering zijn vervaardigd, bij voorkeur uit een aluminium-legering met een 0,2% rekgrens (Rp02) van 100 - 220 MPa, bij meer voorkeur van 130 - 190 MPa.The roof mounting system (1) according to any one of the preceding claims, wherein the roof hooks (4) and the rails (5) are made of aluminum or an aluminum alloy, preferably of an aluminum alloy with a 0.2% yield point (Rp02 from 100 to 220 MPa, more preferably from 130 to 190 MPa. 12. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij op een achterzijde (23) van ieder paneel (2) minstens twee steunpunten (22) zijn gemonteerd voor het steunen van het paneel (2) op minstens één rail (5).The roof mounting system (1) according to any of the preceding claims, wherein at least two support points (22) are mounted on a rear side (23) of each panel (2) for supporting the panel (2) on at least one rail (5) . 13. Het dakmontagesysteem (1) volgens conclusie 12, waarbij ieder steunpunt (22) een wieltje omvat dat draaibaar bevestigd is aan het paneel (2) voor het eenvoudig verschuiven van het paneel (2) tijdens de bevestiging ervan aan het dakmontagesysteem (1).The roof mounting system (1) according to claim 12, wherein each support point (22) comprises a wheel pivotally attached to the panel (2) for easily sliding the panel (2) during its attachment to the roof mounting system (1) . 14. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het eerste einde (41) van de dakhaak (4) tanden (46) heeft voor het ingrijpen achter een panlat (31) van het dak (3).The roof mounting system (1) according to any one of the preceding claims, wherein the first end (41) of the roof hook (4) has teeth (46) for engaging behind a tile batten (31) of the roof (3). 15. Het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de panelen (2) warmtepanelen of zonnepanelen zijn.The roof mounting system (1) according to any one of the preceding claims, wherein the panels (2) are heat panels or solar panels. 16. Een dakhaak (4) volgens één der voorgaande conclusies.A roof hook (4) according to any one of the preceding claims. 17. Werkwijze voor het monteren van het dakmontagesysteem (1) volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de werkwijze de volgende stappen omvat: - het plaatsen en bevestigen van een eerste en een tweede dakhaak (4a, 4b) op een eerste hoogte (H1) op het dak (3); - het plaatsen en bevestigen van een eerste rail (5a) in de U-vormige openingen (42a, 42b) van de eerste en tweede dakhaak (4a, 4b); - het plaatsen en bevestigen van een derde en een vierde dakhaak (4c, 4d) op een tweede hoogte (H2) op het dak (3), verschillend van de eerste hoogte (H1); - het plaatsen en bevestigen van een tweede rail (5b) in de U-vormige openingen (42c, 42d) van de derde en vierde dakhaak (4c, 4d); - het plaatsen van een paneel (2) op de eerste en tweede rail (5a, 5b), en het bevestigen van het paneel (2) aan de eerste en de tweede rail (5a, 5b).Method for mounting the roof mounting system (1) according to one of the preceding claims, wherein the method comprises the following steps: - placing and fixing a first and a second roof hook (4a, 4b) at a first height (H1) on the roof (3); - placing and fixing a first rail (5a) in the U-shaped openings (42a, 42b) of the first and second roof hook (4a, 4b); - placing and attaching a third and fourth roof hook (4c, 4d) at a second height (H2) on the roof (3), different from the first height (H1); - placing and attaching a second rail (5b) in the U-shaped openings (42c, 42d) of the third and fourth roof hook (4c, 4d); - placing a panel (2) on the first and second rail (5a, 5b), and attaching the panel (2) to the first and second rail (5a, 5b). 18. De werkwijze volgens conclusie 17, waarbij de rails (5) aan de dakhaken (4) bevestigd worden door het inschieten van een nagel (81) doorheen minstens één wand (43) van het U-vormig tweede einde (42) en doorheen minstens één wand (52) van de rail (5).The method of claim 17, wherein the rails (5) are attached to the roof hooks (4) by inserting a nail (81) through at least one wall (43) of the U-shaped second end (42) and through at least one wall (52) of the rail (5). 19. De werkwijze volgens conclusie 17, waarbij minstens één wand van het U-vormig tweede einde (42) een opening met schroefdraad (45) heeft, en waarbij de rails (5) aan de dakhaken (4) worden bevestigd door het schroeven van een bout (83) in deze opening met schroefdraad (45) op een zodanige wijze dat de bout (83) spant tegen de rail (5) .The method of claim 17, wherein at least one wall of the U-shaped second end (42) has a threaded opening (45), and wherein the rails (5) are attached to the roof hooks (4) by screwing a bolt (83) in this threaded opening (45) in such a way that the bolt (83) tensiones against the rail (5). 20. De werkwijze volgens conclusie 17, waarbij de rails (5) aan de dakhaken (4) bevestigd worden door het boren van een gat doorheen beide wanden van het U-vormig tweede einde (42) van de dakhaak (4) en doorheen de rail (5), en het aanbrengen van een bout (83) met een moer (84) in dit gat.The method of claim 17, wherein the rails (5) are attached to the roof hooks (4) by drilling a hole through both walls of the U-shaped second end (42) of the roof hook (4) and through the rail (5), and mounting a bolt (83) with a nut (84) in this hole. 21. De werkwijze volgens één der conclusies 17-20, waarbij het paneel (2) minstens twee draaibare steunpunten (22a, 22b) omvat op een achterzijde (23) van het paneel (2), en de werkwijze de stap omvat van het plaatsen van de steunpunten (22) van het paneel op de rails (5).The method according to any of claims 17-20, wherein the panel (2) comprises at least two rotatable support points (22a, 22b) on a rear side (23) of the panel (2), and the method comprises the step of placing from the support points (22) of the panel on the rails (5). 22. De werkwijze volgens conclusie 21, waarbij de steunpunten (22a, 22b) een draaibaar wieltje omvatten, en de werkwijze verder de stap omvat van het verschuiven van het paneel (2) over de rails (5).The method of claim 21, wherein the support points (22a, 22b) comprise a rotatable wheel, and the method further comprises the step of sliding the panel (2) over the rails (5). 23. De werkwijze volgens één der conclusies 17-22, waarbij het paneel (2) bevestigd wordt aan de eerste en tweede rail (5a, 5b) door het inbrengen van een eerste resp. tweede schroef (82a, 82b) in de langwerpige gleuf (51a, 51b) van de eerste resp. tweede rail (5a, 5b) doorheen een eerste resp. tweede bevestigingsprofiel (7a, 7b), waarbij het bevestigingsprofiel een zodanige vorm heeft dat een kop (64) van de schroef (6) uitsteekt boven de panelen (2).The method according to any of claims 17-22, wherein the panel (2) is attached to the first and second rail (5a, 5b) by inserting a first resp. second screw (82a, 82b) in the elongated slot (51a, 51b) of the first resp. second rail (5a, 5b) through a first resp. second mounting profile (7a, 7b), wherein the mounting profile has a shape such that a head (64) of the screw (6) protrudes above the panels (2).