BE1016903A3 - Yarn conditioning method, involves heating part of yarns to plastic state and allowing it to relax whilst freely suspended - Google Patents

Abstract

At a given time only a part of the yarns (2) is heated to the plastic state and then allowed to relax whilst freely suspended. A method for conditioning yarns comprises heating them until they reach a plastic state so that they undergo relaxation and fixation. At a given time only part of the yarns is heated to the plastic state and allowed to relax. This part is freely suspended at this given time. An independent claim is also included for the conditioning apparatus, comprising a means for heating the yarns and allowing them to be freely suspended during heating.

Description

Werkwijze voor het relaxeren en fixeren van garen en inrichting daarbij toegepast.Method for relaxing and fixing yarn and device applied thereby.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het relaxeren en fixeren van garen.The present invention relates to a method for relaxing and fixing yarn.

Het is bekend garen na het twijnen te conditioneren door middel van een hittebehandeling waarin het garen een natuurlijke krimp vertoont.It is known to condition yarn after twisting by means of a heat treatment in which the yarn exhibits a natural shrinkage.

Deze hittebehandeling wordt over een voldoende lange periode aangehouden, zodat het garen een chemisch en fysisch stabiele toestand bereikt en aldus geschikt wordt voor het weven.This heat treatment is maintained over a sufficiently long period so that the yarn reaches a chemically and physically stable state and thus becomes suitable for weaving.

Een bekende werkwijze voor het conditioneren van garen bestaat in het spiraalsgewijs aanbrengen van bundels van garen op een plaat in een stoomkamer. In de kamer wordt vervolgens, onder druk, stoom geïnjecteerd.A known method for conditioning yarn consists of spiraling bundles of yarn on a plate in a steam chamber. Steam is then injected into the chamber under pressure.

Een nadeel van deze werkwijze is dat de voornoemde stoomkamer moet worden afgesloten door zware drukrollen die op de voornoemde plaat drukken en die het garen plaatselijk samendrukken en aldus onherstelbaar vervormen.A disadvantage of this method is that the aforementioned steam chamber must be closed by heavy pressure rollers which press on the aforementioned plate and which locally compress the yarn and thus irreparably deform.

Een andere bekende werkwijze voor het conditioneren van garen bestaat in het aanbrengen van het garen dwars over verscheidene evenwijdige kabels, waarna het garen met behulp van warme lucht wordt opgewarmd.Another known method for conditioning yarn consists in applying the yarn transversely over several parallel cables, after which the yarn is heated with the aid of hot air.

Een nadeel van deze tweede bekende werkwijze is dat het garen, ter plaatse van het contactpunt met de kabels, wordt vervormd doordat het garen onder zijn eigen gewicht op de kabels wordt gedrukt.A disadvantage of this second known method is that the yarn, at the point of contact with the cables, is deformed because the yarn is pressed onto the cables under its own weight.

Bovendien is het haast onvermijdelijk spanningen in het garen op te wekken bij het verwijderen van het garen van de kabels of uit de stoomkamers, waardoor bijkomende ongewenste vervormingen in het garen worden aangebracht.In addition, it is almost inevitable to generate stresses in the yarn when removing the yarn from the cables or from the steam chambers, thereby introducing additional unwanted deformations into the yarn.

De voornoemde ongewenste vervormingen bestaan doorgaans in het feit dat het garen plaatselijk zijn ronde omtreksvorm verliest.The aforementioned undesired deformations usually consist in the fact that the yarn locally loses its round peripheral shape.

Garens met een niet-ronde omtreksvorm hebben het nadeel dat ze minder volumineus ogen dan garens met een ronde omtreksvorm, in het bijzonder wanneer ze aan hun uiteinde over een afstand worden ontrafeld, zoals gebruikelijk is voor het afwerken van tapijten en dergelijke.Yarns with a non-round peripheral shape have the disadvantage that they look less bulky than yarns with a round peripheral shape, in particular when they are unraveled at their end over a distance, as is customary for finishing carpets and the like.

Andere ongewenste vervormingen die relatief vaak voorkomen bij garen dat is geconditioneerd volgens één van de voornoemde bekende werkwijzen, is dat ze geknikt zijn en bijgevolg minder geschikt zijn voor het weven dan rechte garens.Other undesired deformations that occur relatively frequently with yarn that has been conditioned according to one of the aforementioned known methods is that they are kinked and are therefore less suitable for weaving than straight yarns.

Het doel van de uitvinding is aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.The object of the invention is to offer a solution to one or more of the aforementioned and other disadvantages.

Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor het conditioneren van garen, welke werkwijze in hoofdzaak bestaat in het verwarmen van het garen totdat het garen plastisch wordt, waarbij het garen een relaxatie en fixatie ondergaat, en waarbij op een bepaald ogenblik slechts een gedeelte van het garen wordt verwarmd tot in een plastische toestand en een relaxatie ondergaat, welk gedeelte op dat ogenblik, tijdens de relaxatie, vrij is opgehangen.To this end the invention relates to a method for conditioning yarn, which method consists essentially in heating the yarn until the yarn becomes plastic, the yarn undergoing relaxation and fixation, and wherein at a certain moment only a portion of the yarn is heated to a plastic state and undergoes a relaxation, which part at that time, during the relaxation, is freely suspended.

Een voordeel van de huidige uitvinding is dat het garen tijdens de relaxatie relatief weinig trekkrachten of ongewenste spanningen ondervindt, waardoor het geen ongewenste vervormingen ondergaat.An advantage of the present invention is that during the relaxation the yarn experiences relatively few tensile forces or undesired stresses, so that it does not undergo undesired deformations.

Bij voorkeur wordt het voornoemd gedeelte van het garen dat op een bepaald ogenblik de relaxatie ondergaat, vrij is opgehangen aan een gedeelte van het garen dat zich, op het voornoemde ogenblik, in een niet-plastische toestand bevindt.Preferably, the aforementioned portion of the yarn that undergoes relaxation at a given time is freely suspended from a portion of the yarn that is, at the aforementioned moment, in a non-plastic state.

Een voordeel van deze voorkeurdragende werkwijze is dat het garen wordt opgehangen aan een gedeelte van het garen dat zich in een niet-plastische toestand bevindt, waardoor de kans uiterst klein tot onbestaande is dat, in dit gedeelte van het garen, ongewenste vervormingen worden veroorzaakt door het ophangen ervan.An advantage of this preferred method is that the yarn is suspended from a portion of the yarn that is in a non-plastic state, whereby the chance is extremely small to non-existent that, in this portion of the yarn, unwanted distortions are caused by hanging it up.

Nog een voordeel van de huidige werkwijze is dat het conditioneren van het garen op een eenvoudige en snelle wijze in een continue werkstap kan worden verwezenlijkt.Another advantage of the present method is that the conditioning of the yarn can be achieved in a simple and rapid manner in a continuous working step.

De voornoemde werkwijze wordt bij voorkeur toegepast voor het conditioneren van garen dat bestaat uit minstens twee of meer getwijnde draden, waarbij minstens twee van de voornoemde draden een verschillend krimpgedrag vertonen tijdens de relaxatie.The aforementioned method is preferably used for conditioning yarn consisting of at least two or more twisted wires, wherein at least two of the aforementioned wires exhibit different shrinkage behavior during the relaxation.

De huidige uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting voor het conditioneren van garen, welke inrichting in hoofdzaak bestaat uit middelen die toelaten een gedeelte van het garen te verhitten tot in een plastische toestand en uit middelen die toelaten het voornoemd gedeelte van het garen vrij op te hangen tijdens het verhitten ervan.The present invention also relates to a device for conditioning yarn, which device consists essentially of means that allow a portion of the yarn to be heated to a plastic state and of means that allow the above-mentioned portion of the yarn to be stored freely. hang while heating it.

Een voordeel van deze inrichting volgens de uitvinding is dat ze relatief eenvoudig is opgebouwd.An advantage of this device according to the invention is that it is of relatively simple construction.

Nog een voordeel van de huidige uitvinding is dat ze toelaat het garen in een continue werkstap te conditioneren, waardoor de inrichting relatief klein kan worden uitgevoerd ten opzichte van bekende inrichtingen waarin garens volumineus worden geconditioneerd.A further advantage of the present invention is that it allows the yarn to be conditioned in a continuous working step, whereby the device can be made relatively small compared to known devices in which yarns are bulky conditioned.

Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding beter aan te tonen, worden hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende werkwijzen en inrichtingen volgens de uitvinding beschreven voor het conditioneren van garen, met verwijzing naar de bijgaande figuren, waarin: figuur 1 een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 op grotere schaal het gedeelte weergeeft dat door F2 in figuur 1 is aangeduid; figuur 3 een variante weergeeft van figuur 1; figuur 4 op grotere schaal een zicht weergeeft volgens pijl F4 in figuur 3; figuur 5 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 4.With the insight to better demonstrate the features of the present invention, some preferred methods and devices according to the invention for conditioning yarn are described below as examples without any limiting character, with reference to the accompanying figures, in which: figure 1 shows device according to the invention; figure 2 represents the part indicated by F2 in figure 1 on a larger scale; figure 3 represents a variant of figure 1; figure 4 represents a view on a larger scale according to arrow F4 in figure 3; figure 5 represents a cross-section on a larger scale according to line V-V in figure 4.

In figuur 1 is een inrichting 1 volgens de uitvinding weergegeven voor het conditioneren van garen 2.Figure 1 shows a device 1 according to the invention for conditioning yarn 2.

Deze inrichting 1 bestaat in dit geval hoofdzakelijk uit een frame 3 waarop middelen zijn voorzien voor het ophangen van het garen en waarop middelen zijn voorzien voor het verhitten van het garen tot in een plastische toestand.This device 1 in this case mainly consists of a frame 3 on which means are provided for suspending the yarn and on which means are provided for heating the yarn to a plastic state.

De voornoemde ophangmiddelen bestaan in dit geval uit één of meer geleidingsrollen 4, terwijl de middelen voor het verhitten van het garen 2 bestaan uit een verwarmingselement 5.The aforementioned suspension means in this case consist of one or more guide rollers 4, while the means for heating the yarn 2 consist of a heating element 5.

In dit geval bestaat het verwarmingselement 5 uit een buis.In this case, the heating element 5 consists of a tube.

In de weergegeven uitvoeringsvorm is de buis 5 voorzien van een dubbele buitenwand 6-7, waarbij tussen beide wanden 6-7 een kamer 8 is gedefinieerd waarop een inlaat 9 en uitlaat 10 van een thermisch oliecircuit 11 aansluiten.In the embodiment shown, the tube 5 is provided with a double outer wall 6-7, a chamber 8 being defined between the two walls 6-7 to which an inlet 9 and outlet 10 of a thermal oil circuit 11 connect.

Beide uiteinden van de buis 5 zijn open en vormen respectievelijk een conisch geleidende inlaat 12 en uitlaat 13 voor het garen 2.Both ends of the tube 5 are open and respectively form a conically conductive inlet 12 and outlet 13 for the yarn 2.

Opgemerkt wordt dat de inlaat 9 voor thermische olie bij voorkeur dichter bij de uitlaat 13 voor garen 2 van de buis 5 is gesitueerd dan de uitlaat 10 voor thermische olie, zodat de thermische olie in tegenstroom ten opzichte van het garen 2 doorheen de buis 5 stroomt.It is noted that the thermal oil inlet 9 is preferably located closer to the yarn 13 outlet 13 of the tube 5 than the thermal oil outlet 10, so that the thermal oil flows through the tube 5 in countercurrent to the yarn 2 .

In de weergegeven uitvoeringsvorm is aan de voornoemde uitlaat 13 voor het garen 2, een conisch buisvormig element 14 voorzien met open uiteinden 15 en 16, waarvan het uiteinde 16, dat van de voornoemde buis 5 is weggericht, taps toeloopt.In the embodiment shown, a conical tubular element 14 with open ends 15 and 16 is provided at the aforesaid outlet 13 for the yarn 2, the end 16 of which tapers away from the aforementioned tube 5.

Opgemerkt wordt dat de voornoemde buis 5 bij voorkeur verticaal is opgesteld, waarbij de inlaat 12 voor garen 2 zich aan het bovenste uiteinde van de buis 5 bevindt.It is noted that the aforementioned tube 5 is preferably arranged vertically, the inlet 12 for yarn 2 being located at the upper end of the tube 5.

De werking van de inrichting is eenvoudig en als volgt.The operation of the device is simple and as follows.

Te conditioneren garen 2 wordt, geleidelijk, via de voornoemde geleidingsrollen 4 tot in de buis 5 geleid, waarbij het garen 2 onder invloed van de zwaartekracht van de laatste geleidingsrol in de conisch geleidende inlaat 12 van de buis 5 valt.Yarn 2 to be conditioned is gradually fed into the tube 5 via the aforementioned guide rollers 4, the yarn 2 falling into the conically conducting inlet 12 of the tube 5 under the influence of the gravity of the last guide roller.

In de buis 5 wordt een temperatuur op peil gehouden waarbij het voornoemd garen 2 relatief snel plastisch wordt, waardoor het garen 2 een relaxatie ondergaat waarin het garen 2 een natuurlijke krimp vertoont.A temperature is maintained in the tube 5 at which the aforementioned yarn 2 becomes plastic relatively quickly, as a result of which the yarn 2 undergoes a relaxation in which the yarn 2 exhibits a natural shrinkage.

De verblijftijd van het garen 2 in de buis, wordt hierbij zodanig gekozen dat het garen 2 in de buis 5 zijn volledige natuurlijke krimp kan ondergaan en vervolgens een fixatie ondergaat waarin het garen 2 een fysico-chemisch stabiele toestand bereikt.The residence time of the yarn 2 in the tube is hereby chosen such that the yarn 2 in the tube 5 can undergo its complete natural shrinkage and subsequently undergo a fixation in which the yarn 2 reaches a physico-chemically stable state.

Van de uitlaat 13 voor garen 2 van de buis 5, valt het gefixeerde garen 2 in het voornoemd conisch buisvormig element 14, waarin het garen 2 kan afkoelen.From the outlet 13 for yarn 2 of the tube 5, the fixed yarn 2 falls into the aforementioned conical tubular element 14, in which the yarn 2 can cool.

Doordat dit element 14 buisvormig is en twee open uiteinden 15-16 bevat en doordat het warme gefixeerde garen in dit element 14 valt, ontstaat een luchtstroom doorheen dit element 14, waarbij verse koude lucht wordt aangevoerd via het uiteinde 16 van het conisch buisvormig element 14 naar het uiteinde 15 van dit element 14.Because this element 14 is tubular and contains two open ends 15-16 and because the warm, fixed yarn falls into this element 14, an air flow is created through this element 14, wherein fresh cold air is supplied via the end 16 of the conical tubular element 14. to the end 15 of this element 14.

Deze luchtstroom laat toe het gefixeerde garen 2 af te koelen tot op een temperatuur waarbij het garen 2 zich in een niet-plastische toestand bevindt.This air flow allows the fixed yarn 2 to cool down to a temperature at which the yarn 2 is in a non-plastic state.

De conische vorm van het element 14 laat toe het afgekoelde garen 2 op te vangen en zich spiraalsgewijs te laten opstapelen in dit element 14, waarbij de gevormde stapel 17 zich enige tijd na het opstarten van de inrichting 1 tot in de voornoemde buis 5 kan uitstrekken.The conical shape of the element 14 allows the cooled yarn 2 to be collected and to be spirally stacked in this element 14, wherein the formed stack 17 can extend into the aforementioned tube 5 some time after the device 1 is started up .

Het opstapelen van het garen 2 in de buis 5 zelf laat toe de verblijftijd van het garen 2 in de buis op te drijven, teneinde een goede fixatie van het garen te kunnen bekomen.The stacking of the yarn 2 in the tube 5 itself makes it possible to increase the residence time of the yarn 2 in the tube, in order to obtain a good fixation of the yarn.

Belangrijk is echter wel dat de stapel 17 zich niet te ver in de buis 5 uitstrekt, aangezien het garen 2, volgens de uitvinding, vrij in de buis 5 moet hangen tijdens de relaxatie.However, it is important that the stack 17 does not extend too far into the tube 5, since the yarn 2, according to the invention, must hang freely in the tube 5 during the relaxation.

Wanneer de voornoemde stapel 17 zich uitstrekt tot in een zone 18 van de buis 5, waarin het garen een fixatie ondergaat, biedt dit het voordeel dat de afstand waarover het garen 2 vrij in de buis 5 hangt relatief beperkt is, waardoor dit garen 2 tijdens de relaxatie geen ongewenste vervorming ondergaat onder invloed van interne spanningen of trekkrachten.When the aforementioned stack 17 extends into a zone 18 of the tube 5, in which the yarn undergoes a fixation, this offers the advantage that the distance over which the yarn 2 freely hangs in the tube 5 is relatively limited, so that this yarn 2 during the relaxation does not undergo undesired distortion under the influence of internal stresses or tensile forces.

In figuur 2 wordt op grotere schaal een gedeelte van een garen 2 weergegeven dat met behulp van de hierboven beschreven werkwijze volgens de uitvinding geconditioneerd kan worden.Figure 2 shows on a larger scale a portion of a yarn 2 which can be conditioned using the method according to the invention described above.

Dit garen 2 bestaat in hoofdzaak uit twee onderling getwijnde draden 18-19 die bij voorkeur uit verschillende materialen zijn vervaardigd en die elk een verschillende natuurlijke krimp vertonen, zodat bij het krimpen van dit garen 2 een min of meer gekruld garen 2 wordt bekomen.This yarn 2 consists essentially of two mutually twisted threads 18-19, which are preferably made from different materials and which each exhibit a different natural shrinkage, so that when this yarn 2 is shrinked, a more or less curled yarn 2 is obtained.

In figuur 3 is een variante weergegeven van de hierboven beschreven inrichting, waarbij een rol 20 en een tegenrol 21 beide vrij roteerbaar rond hun as 22, respectievelijk 23, zijn bevestigd aan het frame 3.Figure 3 shows a variant of the device described above, wherein a roller 20 and a counter roller 21 are both freely rotatable about their axis 22, 23, respectively, attached to the frame 3.

Zoals is weergegeven in figuur 4 zijn in dit geval, zowel de rol 20, als de tegenrol 21 voorzien van een aandrijving 24-25, voor het laten roteren van deze elementen 20-21 rond hun as 22-23.In this case, as shown in Figure 4, both the roller 20 and the counter roller 21 are provided with a drive 24-25 for rotating these elements 20-21 about their axis 22-23.

Zoals is weergegeven in figuur 5 bevat de rol 20 een dubbele wand, met wanden 26 en 27 waartussen een kamer 28 is gedefinieerd waarop een inlaat 29 en een uitlaat 30 aansluiten van een thermisch oliecircuit dat niet is weergegeven in de figuren.As shown in Figure 5, the roller 20 comprises a double wall, with walls 26 and 27 between which a chamber 28 is defined to which an inlet 29 and an outlet 30 connect a thermal oil circuit which is not shown in the figures.

Op een afstand van de rol 20 is de voornoemde tegenrol 21 voorzien die zich onder een hoek α uitstrekt ten opzichte van de rol 20.At a distance from the roller 20, the aforementioned counter-roller 21 is provided which extends at an angle α with respect to the roller 20.

De tegenrol 21 is bij voorkeur voorzien van, niet in de figuren weergegeven, middelen die toelaten de hellingshoek α van de tegenrol 21 aan te passen.The counter roller 21 is preferably provided with means, not shown in the figures, which allow the angle of inclination α of the counter roller 21 to be adjusted.

De voornoemde rol 20 laat toe het garen 2 voor te verwarmen alvorens het in de buis 5 aan te brengen. Hiertoe wordt het buitenoppervlak van de rol 20 verwarmd met behulp van, in dit geval, thermische olie, en wordt het garen 2 spiraalsgewijs over de rol 20 en tegenrol 21 geleid.The aforementioned roll 20 makes it possible to pre-heat the yarn 2 before placing it in the tube 5. For this purpose, the outer surface of the roll 20 is heated with the aid of, in this case, thermal oil, and the yarn 2 is spirally guided over the roll 20 and counter roll 21.

De tegenrol 21 is bedoeld om de snelheid waarmee het garen 2 aan de buis 5 wordt gevoed te regelen door het instellen van de voornoemde hoek α waaronder deze tegenrol 21 zich uitstrekt.The counter roller 21 is intended to control the speed at which the yarn 2 is fed to the tube 5 by adjusting the aforementioned angle α at which this counter roller 21 extends.

Opgemerkt wordt dat het garen 2 bij voorkeur wordt voorverwarmd tot op een temperatuur waarbij dit garen 2 zich nog in een niet-plastische toestand bevindt, zodat het geen ongewenste vervormingen kan ondergaan.It is noted that the yarn 2 is preferably preheated to a temperature at which this yarn 2 is still in a non-plastic state, so that it cannot undergo undesired deformations.

Het voorverwarmen van het garen 2 biedt het voordeel dat het garen 2 in de buis 5 relatief snel plastisch wordt, waardoor de verblijftijd van het garen 2 in de buis 5 minder lang moet worden gekozen dan wanneer het garen onverwarmd in de buis 5 wordt geleid.Preheating the yarn 2 offers the advantage that the yarn 2 in the tube 5 becomes plastic relatively quickly, as a result of which the residence time of the yarn 2 in the tube 5 must be chosen less long than when the yarn is introduced into the tube 5 unheated.

Opgemerkt wordt dat voor het verwarmen van de buis 5 niet noodzakelijk thermische olie dient te worden toegepast, maar dat allerlei bekende middelen kunnen worden toegepast om de temperatuur in de voornoemde buis 5 op peil te brengen en te houden.It is noted that thermal oil does not necessarily have to be used for heating the tube 5, but that all kinds of known means can be used to maintain and maintain the temperature in the aforementioned tube 5.

Het is eveneens duidelijk dat het verwarmingselement 5 niet noodzakelijk moet worden uitgevoerd in de vorm van een buis, maar ook in andere uitvoeringsvormen kan worden verwezenlijkt waarin of waarlangs het garen 2 tijdens de relaxatie vrij kan worden opgehangen aan een gedeelte van het garen dat zich in een niet-plastische toestand bevindt.It is also clear that the heating element 5 does not necessarily have to be in the form of a tube, but can also be realized in other embodiments in which or along which the yarn 2 can be freely suspended from a portion of the yarn during relaxation. is in a non-plastic state.

Bovendien kan de buis 5 eveneens horizontaal worden opgesteld, waarbij het garen aan, zowel de inlaat 12, als de uitlaat 13 wordt geleid over een geleidingsrol 4 of dergelijke, teneinde toe te laten het garen vrij te laten hangen in minstens een zone van de buis 5 waarin het garen 2 een relaxatie ondergaat.Moreover, the tube 5 can also be arranged horizontally, the yarn being guided at both the inlet 12 and the outlet 13 over a guide roller 4 or the like in order to allow the yarn to hang freely in at least one zone of the tube 5 wherein the yarn 2 undergoes relaxation.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een werkwijze en inrichting volgens de uitvinding voor het vervaardigen van garen kan volgens verscheidene varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.The present invention is by no means limited to the embodiments described above and represented in the figures, but a method and device according to the invention for manufacturing yarn can be realized in various variants without departing from the scope of the invention.

Claims (19)

1. Werkwijze voor het conditioneren van garen, welke werkwijze in hoofdzaak bestaat in het verwarmen van het garen (2) totdat het plastisch wordt, waarbij het garen (2) een relaxatie en fixatie ondergaat, daardoor gekenmerkt dat op een bepaald ogenblik slechts een gedeelte van het garen (2) wordt verwarmd tot in een plastische toestand en een relaxatie ondergaat, welk gedeelte op dat ogenblik, tijdens de relaxatie, vrij is opgehangen.Method for conditioning yarn, which method consists essentially in heating the yarn (2) until it becomes plastic, wherein the yarn (2) undergoes relaxation and fixation, characterized in that at a certain moment only a portion of the yarn (2) is heated to a plastic state and undergoes a relaxation, which portion at that time, during the relaxation, is freely suspended. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het voornoemd gedeelte van het garen (2) dat op een bepaald ogenblik de relaxatie ondergaat, vrij is opgehangen aan een gedeelte van het garen (2) dat zich, op het voornoemde ogenblik, in een niet-plastische toestand bevindt.Method according to claim 1, characterized in that the aforementioned portion of the yarn (2) which undergoes relaxation at a given moment is freely suspended from a portion of the yarn (2) which, at the aforementioned moment, is located in a non-plastic condition. 3. Werkwijze volgens conclusies 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het garen (2) tijdens of na de fixatie ervan wordt opgevangen.Method according to claims 1 or 2, characterized in that the yarn (2) is collected during or after its fixation. 4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het garen (2) na fixatie wordt afgekoeld.Method according to one of the preceding claims, characterized in that the yarn (2) is cooled after fixation. 5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het garen (2) geleidelijk langs of door een verwarmingselement (5) wordt geleid dat toelaat het garen (2) in een plastische toestand te brengen.Method according to one of the preceding claims, characterized in that the yarn (2) is gradually passed along or through a heating element (5) that allows the yarn (2) to be brought into a plastic state. 6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het garen (2) wordt voorverwarmd alvorens het in een plastische toestand te brengen.Method according to one of the preceding claims, characterized in that the yarn (2) is preheated before it is brought into a plastic state. 7. Werkwijze volgens conclusies 5 en 6, daardoor gekenmerkt dat het garen wordt voorverwarmd alvorens het langs het voornoemde verwarmingselement (5) te geleiden.Method according to claims 5 and 6, characterized in that the yarn is preheated before it is passed along said heating element (5). 8. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemd garen bestaat uit twee of meer getwijnde draden, waarvan er minstens twee een verschillend krimpgedrag vertonen tijdens relaxatie.A method according to any one of the preceding claims, characterized in that said yarn consists of two or more twisted threads, at least two of which exhibit different shrinking behavior during relaxation. 9. Inrichting voor het conditioneren van garens, daardoor gekenmerkt dat ze bestaat uit middelen die toelaten een gedeelte van het garen (2) te verhitten tot in een plastische toestand en uit middelen die toelaten het voornoemde gedeelte van het garen (2) vrij op te hangen tijdens het verhitten ervan.Device for conditioning yarn, characterized in that it consists of means that allow heating a portion of the yarn (2) to a plastic state and of means that allow the above-mentioned portion of the yarn (2) to be stored freely hang while heating it. 10. Inrichting volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen bestaan uit een verwarmingselement (5) waarlangs het garen (2) geleidelijk kan worden geleid.Device according to claim 9, characterized in that the aforementioned means consist of a heating element (5) along which the yarn (2) can be guided gradually. 11. Inrichting volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat het verwarmingselement bestaat uit een verwarmde buis (5) met open uiteinden (12-13) waar doorheen het garen (2) wordt geleid.Device according to claim 10, characterized in that the heating element consists of a heated tube (5) with open ends (12-13) through which the yarn (2) is guided. 12. Inrichting volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde buis (5) dubbelwandig is uitgevoerd met twee wanden (6-7) waartussen een kamer (8) is gedefinieerd waarop een inlaat (9) en een uitlaat (10) van een thermisch oliecircuit (11) aansluiten.Device according to claim 11, characterized in that said tube (5) is of double-walled design with two walls (6-7) between which a chamber (8) is defined on which an inlet (9) and an outlet (10) of a thermal connect the oil circuit (11). 13. Inrichting volgens één van de conclusie 9 tot 12, daardoor gekenmerkt dat ze middelen bevat voor het afkoelen van het garen.Device according to one of claims 9 to 12, characterized in that it comprises means for cooling the yarn. 14. Inrichting volgens conclusies 11 of 12 en 13, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde middelen bestaan uit een conisch buisvormig element (14) met open uiteinden (15-16) dat tegenover een uiteinde, dat een uitlaat (13) voor garen (2) van de voornoemde buis (5) vormt, is aangebracht.Device according to claims 11 or 12 and 13, characterized in that the aforementioned means consist of a conical tubular element (14) with open ends (15-16) that opposite an end, that an outlet (13) for yarn (2) of the aforementioned tube (5). 15. Inrichting volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat het voornoemd element (14) taps toeloopt naar zijn uiteinde (16) dat van de voornoemde buis (5) is weggericht.Device according to claim 14, characterized in that said element (14) tapers towards its end (16) which is directed away from said tube (5). 16. Inrichting volgens één van de conclusies 9 tot 15, daardoor gekenmerkt dat ze is voorzien van middelen die toelaten het garen (2) voor te verwarmen alvorens het langs het verwarmingselement (5) te geleiden.Device according to one of claims 9 to 15, characterized in that it is provided with means that allow the yarn (2) to be pre-heated before guiding it along the heating element (5). 17. Inrichting volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde middel voor het voorverwarmen van het garen (2) bestaat uit een roteerbare rol (20) met een verwarmd buitenoppervlak.Device according to claim 16, characterized in that said means for preheating the yarn (2) consists of a rotatable roll (20) with a heated outer surface. 18. Inrichting volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat naast de voornoemde rol (20) een roteerbare tegenrol (21) is voorzien die zich onder een hoek (a) ten opzichte van de voornoemde rol (20) uitstrekt.Device according to claim 17, characterized in that, in addition to the aforementioned roller (20), a rotatable counter roller (21) is provided which extends at an angle (a) with respect to the aforementioned roller (20). 19.- Inrichting volgens conclusie 18, daardoor gekenmerkt dat de rol (20) en/of tegenrol (21) middelen bevatten die toelaten de voornoemde hoek (a) in te stellen.Device according to claim 18, characterized in that the roller (20) and / or counter-roller (21) contain means that allow the said angle (a) to be adjusted.