BE1015780A3 - Inrichting voorzien van elektrische componenten en module. - Google Patents

Abstract

Inrichtingen voorzien van elektrische componenten die met elkaar kunnen communiceren, waarbij componenten van een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) via ten minste een eerste interface (7;8;24), een derde verbindingsbus (6) en een tweede interface (8,24;7,24;7,8) kunnen communiceren met componenten van een tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4); Module en werkwijze die aangewend kunnen worden bij dergelijke inrichtingen.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Inrichting voorzienvan elektrische componenten en module. 



  De uitvinding betreft inrichtingen voorzien van elektrische componenten die met elkaar kunnen communiceren en een module. De uitvinding betreft tevens een werkwijze. 



  Het is gekend elektrische componenten met elkaar te laten communiceren door elektrische signalen met een bepaald dataformaat tussen dergelijke elektrische componenten door te geven, meer in het bijzonder signalen met een bepaalde standaard of met een bepaald protocol. Hierbij kan bijvoorbeeld een elektrische bedieningsmodule een signaal genereren dat via een verbindingsbus naar een stuurmodule wordt doorgeven en door de stuurmodule kan ontvangen worden. Hierbij kan de bedieningsmodule bestaan uit een als busdrukknop uitgevoerde schakelaar, kan de verbindingsbus bestaan uit een elektrische kabel en kan de stuurmodule bestaan uit een in een stuurkast opgestelde schakelmodule. tiet is eveneens gekend meerdere bedieningsmodules en meerdere stuurmodules op een gemeenschappelijke verbindingsbus aan te sluiten. 



  Hierbij kan bijvoorbeeld elke bedieningsmodule een uniek signaal genereren dat via de verbindingsbus doorgegeven wordt aan alle stuurmodules en waarbij bijvoorbeeld slechts één enkele stuurmodule die hoort bij die bedieningsmodule op dit signaal reageert en aangestuurd wordt. Dit laat bijvoorbeeld toe met behulp van een uniek signaal van een busdrukknop een bijhorende schakelmodule aan te sturen om een schakeling te vormen of te verbreken. Dergelijk 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 systeem biedt als nadeel dat slechts bedieningsmodules kunnen aangewend worden die signalen met een bepaald dataformaat kunnen genereren, dat slechts een verbindingsbus kan aangewend worden die voornoemde signalen kan transporteren en dat slechts stuurmodules kunnen aangewend worden die dergelijke signalen kunnen ontvangen en op dergelijke signalen kunnen reageren.

   Dit heeft onder meer voor gevolg dat meestal bij een bestaande inrichting of installatie er geen andere types bedieningsmodules, andere types stuurmodules of andere types verbindingsbussen kunnen aangewend of toegevoegd worden. 



  De uitvinding heeft een inrichting voorzien van elektrische componenten, een module en een werkwijze tot doel die de voornoemde nadelen niet vertonen en die toelaten op een efficiënte manier verschillende elektrische componenten met elkaar te laten communiceren. 



  Tot dit doel bevat de inrichting volgens de uitvinding een eerste groep elektrische componenten met componenten die via een eerste verbindingsbus die signalen met een eerste dataformaat kan doorgeven kunnen communiceren, een tweede groep elektrische componenten met componenten die via een tweede verbindingsbus die signalen met een tweede dataformaat kan doorgeven kunnen communiceren, een derde verbindingsbus die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven, een eerste interface die gekoppeld kan worden tussen de eerste verbindingsbus en de derde verbindingsbus, een tweede interface die gekoppeld kan worden tussen de tweede verbindingsbus en de derde 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 verbindingsbus, waarbij de eerste interface minstens signalen met het eerste dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat,

   waarbij de tweede interface minstens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het tweede dataformaat en waarbij componenten van de eerste groep elektrische componenten via ten minste de eerste interface, de derde verbindingsbus en de tweede interface kunnen communiceren met componenten van de tweede groep elektrische componenten. 



  De inrichting volgens de uitvinding biedt als voordeel dat componenten van een eerste groep elektrische componenten die signalen kunnen genereren met een eerste dataformaat kunnen communiceren met componenten van een tweede groep elektrische componenten die signalen kunnen ontvangen met een tweede dataformaat door tussenkomst van een derde verbindingsbus die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven. Dit laat toe een willekeurige verbindingsbus als derde verbindingsbus aan te wenden, meer in het bijzonder een derde verbindingsbus aan te wenden die onafhankelijk is van de componenten van de eerste groep elektrische componenten en die onafhankelijk is van de componenten van de tweede groep elektrische componenten.

   Met behulp van een inrichting volgens de uitvinding kan tevens bekomen worden dat componenten van een groep elektrische componenten niet alleen onderling kunnen communiceren maar eveneens met componenten van een andere groep elektrische componenten kunnen communiceren. De inrichting volgens de uitvinding biedt tevens als voordeel dat de componenten van de groepen elektrische componenten 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 eveneens onafhankelijk van de derde verbindingsbus kunnen gekozen worden. Bovendien kunnen de groepen elektrische componenten onafhankelijk van elkaar gekozen worden en bijvoorbeeld elk al dan niet met een eigen dataformaat werken.

   De inrichting volgens de uitvinding laat ook toe een component aan een groep elektrische componenten toe te voegen of een dergelijke component weg te nemen zonder dat hierbij een interface of de derde verbindingsbus hoeft gewijzigd te worden. 



  Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm kan de tweede interface tevens signalen met het tweede dataformaat converteren naar signalen met het derde dataformaat, kan de eerste interface tevens signalen met het derde dataformaat converteren naar signalen met het eerste dataformaat en kunnen componenten van de tweede groep elektrische componenten via ten minste de tweede interface, de derde verbindingsbus en de eerste interface communiceren met componenten van de eerste groep elektrische componenten. Dit laat toe dat componenten van de eerste groep elektrische componenten en componenten van de tweede groep elektrische componenten in beide richtingen onderling kunnen communiceren. 



  Volgens een uitvoeringsvorm bevat de eerste groep elektrische componenten een aantal controlemodules die bijvoorbeeld elk verbonden zijn met minstens één bedieningsmodule of met minstens één sensor en die minstens signalen met een eerste dataformaat aan de eerste interface kunnen doorgeven. Hierbij kunnen de controlemodules samen met de bijhorende interface in 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 een bepaald gedeelte van een gebouw opgesteld worden, meer in het bijzonder op een bepaalde verdieping of in een bepaalde vleugel van een woning. 



  Volgens een uitvoeringsvorm bevat de tweede groep elektrische componenten een aantal stuurmodules die minstens signalen met een tweede dataformaat, dat al dan niet verschillend is van het voornoemde eerste dataformaat, van de tweede interface kunnen ontvangen. Hierbij kunnen de stuurmodules van de tweede groep elektrische componenten onderling verbonden zijn en tevens verbonden zijn met de tweede interface, teneinde signalen met een tweede dataformaat te kunnen ontvangen. Bijvoorbeeld bevatten de stuurmodules zogenaamde schakelmodules die door een signaal met het tweede dataformaat kunnen gestuurd worden. Volgens een uitvoeringsvorm wordt de voornoemde tweede interface ter hoogte van één van de stuurmodules opgesteld.

   Hierbij kunnen de stuurmodules of de componenten van de tweede groep elektrische componenten samen met de bijhorende interface in een gemeenschappelijke behuizing opgesteld worden, bijvoorbeeld in een zogenaamde schakelkast. 



  Volgens een uitvoeringsvorm bevat de inrichting meer dan twee groepen elektrische componenten waarbij componenten van een groep elektrische componenten via een eerste bijhorende interface, de voornoemde derde verbindingsbus en een tweede bijhorende interface met componenten van een andere groep elektrische componenten kunnen communiceren. Bij voorkeur kunnen componenten van alle groepen elektrische componenten via een eerste bijhorende interface, de voornoemde 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 derde verbindingsbus en een tweede bijhorende interface met componenten van eender welke andere groep elektrische componenten communiceren. 



  Volgens een mogelijkheid is de eerste interface via de voornoemde derde verbindingsbus rechtstreeks verbonden met de tweede interface teneinde signalen met het derde dataformaat van de eerste interface rechtstreeks naar de tweede interface door te geven. Volgens een andere mogelijkheid is de voornoemde derde verbindingsbus die de eerste interface en de tweede interface verbindt tevens gekoppeld met een programmeerbare functiemodule, meer in het bijzonder een zogenaamde PFE of "programmable function engine", teneinde signalen met het derde dataformaat afkomstig van de eerste interface via de voornoemde derde verbindingsbus naar de programmeerbare functiemodule door te geven en signalen met het derde dataformaat op basis van de programmeerbare functiemodule via de voornoemde derde verbindingsbus naar de tweede interface door te geven.

   Volgens een uitvoeringsvorm is tussen de programmeerbare functiemodule en de voornoemde derde verbindingsbus tevens een interface voorzien die signalen van de voornoemde derde verbindingsbus met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met een ander dataformaat voor de programmeerbare functiemodule en die signalen met een ander dataformaat van de programmeerbare functiemodule kan converteren naar signalen voor de voornoemde derde verbindingsbus met het derde dataformaat. Dergelijke programmeerbare functiemodule laat toe de signalen van de eerste interface volgens een bepaalde functie om te vormen naar signalen die 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 naar de tweede interface kunnen doorgegeven worden. 



  Tot het doel van de uitvinding bevat de uitvinding tevens een inrichting die als wezenlijk deel kan aangewend worden bij de hierboven beschreven inrichting. Die inrichting bevat een geheel dat een groep elektrische componenten bevat met componenten die kunnen communiceren via een verbindingsbus die signalen met een bepaald dataformaat kan doorgeven en dat een interface bevat die gekoppeld kan worden tussen de verbindingsbus voor de groep elektrische componenten die signalen met het bepaald dataformaat kan doorgeven en een andere centrale verbindingsbus die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven, waarbij de interface voornoemde signalen kan converteren en waarbij componenten van de groep elektrische componenten met andere componenten kunnen communiceren via ten minste de verbindingsbus die signalen met het bepaald dataformaat kan doorgeven,

   de interface en de centrale verbindingsbus die signalen met het ander dataformaat kan doorgeven. 



  Volgens een uitvoeringsvorm bevat de inrichting een interface die minstens signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus voor de componenten van de groep elektrische componenten kan converteren naar signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus en/of bevat de inrichting een interface die minstens signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus kan converteren naar signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus voor de componenten van de groep elektrische 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 componenten. 



   Volgens een uitvoeringsvorm kan de voornoemde inrichting twee of meer voornoemde groepen elektrische componenten met bijhorende interface bevatten. Volgens een mogelijkheid zijn de componenten van de groep elektrische componenten met elkaar en met de interface verbonden. De groep elektrische componenten bevat bijvoorbeeld een groep controlemodules die bijvoorbeeld elk verbonden zijn met minstens één en bij voorkeur met meerdere bedieningsmodules of met minstens één .sensor, een groep stuurmodules of enig andere groep elektrische componenten die bijvoorbeeld zowel controlemodules als stuurmodules kan bevatten. 



   De voornoemde inrichtingen laten toe dat componenten van een groep elektrische componenten, die ontwikkeld werden om via een verbindingsbus signalen met een bepaald dataformaat te kunnen doorgeven of te kunnen ontvangen, via één enkele interface op een bestaande inrichting kunnen aangebouwd worden, waarbij de bestaande inrichting een verbindingsbus bevat die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven, meer in het bijzonder een derde of centrale verbindingsbus die willekeurig en onafhankelijk van de groep elektrische componenten kan gekozen worden.

   Op die manier kunnen componenten van de voornoemde groep elektrische componenten met andere componenten communiceren die deel uitmaken van een bestaande inrichting of installatie en die via een voornoemde centrale verbindingsbus signalen met een ander dataformaat kunnen doorgeven of kunnen ontvangen, met andere woorden via een voornoemde centrale 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 verbindingsbus die volgens een ander dataformaat kan communiceren. 



  Tot het doel van de uitvinding bevat de uitvinding tevens een module die kan aangewend worden bij de voornoemde inrichtingen volgens de uitvinding, waarbij de module kan communiceren via een verbindingsbus voor een groep elektrische componenten die signalen met een bepaald dataformaat kan doorgegeven tussen de module en de componenten van de groep elektrische componenten, waarbij de module tevens kan communiceren via een andere centrale verbindingsbus die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven met een andere groep elektrische componenten en waarbij de module een interface bevat die voornoemde signalen kan converteren. 



  Volgens een mogelijkheid bevat de voornoemde module eveneens een component van de voornoemde groep elektrische componenten. Volgens een mogelijkheid bevat een   dergeli jke   module een stuurmodule en een interface die onderling verbonden zijn. Hierbij kan de interface verbonden worden met de andere verbindingsbus en de stuurmodule via de verbindingsbus voor de groep stuurmodules met de andere stuurmodules van de groep stuurmodules. 



  Tol het doel van de uitvinding bevat de uitvinding tevens een werkwijze die aangewend kan worden bij de eerstgenoemde inrichting volgens de uitvinding, waarbij de werkwijze het voorzien bevat van een eerste groep elektrische componenten met componenten die via een eerste verbindingsbus die signalen met een eerste 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 dataformaat kan doorgeven kunnen communiceren, het voorzien bevat van een tweede groep elektrische componenten met componenten die via een tweede verbindingsbus die signalen met een tweede dataformaat kan doorgeven kunnen communiceren, het voorzien bevat van een derde verbindingsbus die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven,

   het voorzien bevat van een eerste interface die minstens signalen met het eerste dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat en die bij voorkeur tevens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het eerste dataformaat, het voorzien bevat van een tweede interface die minstens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het tweede dataformaat en die bij voorkeur tevens signalen met het tweede dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat, het koppelen bevat van de eerste interface tussen de eerste verbindingsbus en de derde verbindingsbus en het koppelen bevat van de tweede interface tussen de tweede verbindingsbus en de derde verbindingsbus,

   zodat componenten van de eerste groep elektrische componenten met componenten van de tweede groep elektrische componenten kunnen communiceren via ten minste de eerste interface, de derde verbindingsbus en de tweede interface en zodat bij voorkeur tevens componenten van de tweede groep elektrische componenten met componenten van de eerste groep elektrische componenten kunnen communiceren via ten minste de tweede interface, de derde verbindingsbus en de eerste interface. De werkwijze biedt als voordeel dat twee willekeurige groepen elektrische componenten via een willekeurige derde 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 verbindingsbus en twee bijhorende interfaces kunnen gekoppeld worden, teneinde met elkaar te kunnen communiceren . 



  Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm bevat de werkwijze het voorzien van een derde verbindingsbus die onafhankelijk is van de componenten van een eerste groep elektrische componenten en die onafhankelijk is van de componenten van een tweede groep elektrische componenten. Dit laat toe de derde verbindingsbus willekeurig te kiezen, meer in het bijzonder een derde verbindingsbus met een willekeurig dataformaat of bijvoorbeeld met een universeel protocol te kiezen. 



  De kenmerken en verdere voordelen van de uitvinding worden aan de hand van in de tekeningen weergegeven niet beperkende uitvoeringsvoorbeelden, in de hierna volgende gedetailleerde beschrijving verder toegelicht. In deze beschrijving wordt verwezen naar de volgende tekeningen,   waarin :   figuur 1 schematisch een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 een variante van figuur 1 weergeeft ; figuur 3 nog een variante van figuur 1 weergeeft ; figuur 4 schematisch een inrichting volgens de uitvinding met meerdere groepen elektrische componenten weergeeft. 



  In figuur 1 wordt een inrichting 1 volgens de uitvinding weergegeven. De inrichting 1 bevat een eerste groep elektrische componenten 2 die via een eerste verbindingsbus 3 die een aantal 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 verbindingsleidingen bevat signalen met een eerste dataformaat kunnen genereren, doorgeven of ontvangen. 



  De inrichting 1 bevat een tweede groep elektrische componenten 4 die via een tweede verbindingsbus 5 signalen met een tweede dataformaat kunnen genereren, doorgeven of ontvangen. Tevens bevat de inrichting 1 een derde verbindingsbus 6 die tevens centrale verbindingsbus 6 wordt genoemd en die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven. Het derde dataformaat is verschillend van het eerste dataformaat en is verschillend van het tweede dataformaat. Het eerste dataformaat en het tweede dataformaat kunnen zowel gelijk als verschillend zijn. 



  Een eerste interface 7 is voorzien tussen de eerste verbindingsbus 3 en de derde verbindingsbus 6 en een tweede interface 8 is voorzien tussen de tweede verbindingsbus 5 en de derde verbindingsbus 6. De eerste interface 7 kan signalen met het eerste dataformaat converteren naar signalen met het derde dataformaat en kan hierbij tevens signalen met het derde dataformaat converteren naar signalen met het eerste dataformaat. De tweede interface 8 kan signalen met het derde dataformaat converteren naar signalen met het tweede dataformaat en kan hierbij tevens signalen met het tweede dataformaat converteren naar signalen met het derde dataformaat. De verbindingsbus 6 bevat een elektrische verbinding zoals een kabel die de ene interface 7 met de andere interface 8 elektrisch verbindt. 



  De eerste interface 7 en de tweede interface 8 kunnen bestaan uit een systeem dat elektrische signalen kan 

 <Desc/Clms Page number 13> 

 omvormen. Dit omvormen van signalen kan betekenen dat in geval van analoge signalen dat de frequentie, de amplitude of de fase van de signalen wordt gewijzigd. 



  In geval van digitale signalen kan dit betekenen dat het protocol, de standaard, de code of de communicatieafspraak van de signalen wordt gewijzigd. In nog een ander geval kan dit betekenen dat de signalen op één of andere manier gewijzigd worden. 



  De eerste groep elektrische componenten 2 kan gevormd worden door een aantal controlemodules 9 die elk verbonden zijn met minstens één bedieningsmodule 10. 



  De controlemodules 9 zijn via de verbindingsbus 3 met elkaar en met de interface 7 verbonden. De bedieningsmodules 10 kunnen bestaan uit zogenaamde busdrukknoppen die een bepaald uniek signaal of een bepaalde set signalen met een bepaald dataformaat kunnen genereren of doorgeven. Het geheel 11 van het aantal controlemodules 9 voorzien van bedieningsmodules 10 samen met de bijhorende interface 7 kan opgesteld zijn in een bepaald gedeelte van een gebouw, bijvoorbeeld een kamer of een verdieping van een woning. Dit laat toe met een enkele interface 7 alle controlemodules 9 die bijvoorbeeld bedieningsmodules 10 bevatten van een gedeelte van een woning samen via die ene enkele interface 7 op een verbindingsbus 6 aan te sluiten. 



  De tweede groep elektrische componenten 4 kan gevormd worden door een aantal stuurmodules 12 die minstens signalen met een tweede dataformaat van de tweede interface 8 kunnen ontvangen. De stuurmodules 12 zijn via de verbindingsbus 5 met elkaar en met de interface 

 <Desc/Clms Page number 14> 

 8 verbonden. De stuurmodules 12 bestaan bijvoorbeeld uit zogenaamde schakelmodules die door een bepaald signaal met het tweede dataformaat kunnen gestuurd worden. Het geheel 13 gevormd door het aantal stuurmodules 12 samen met de bijhorende interface 8 kunnen voorzien worden op een zogenaamde DIN bevestigingsrail en samen in een gemeenschappelijke behuizing 14 aangebracht worden, meer in het bijzonder in een zogenaamde schakelkast. Dergelijke schakelkast kan bijvoorbeeld centraal ergens in een gebouw opgesteld worden.

   Hierbij kan per gebouw één of een aantal dergelijke schakelkasten voorzien worden, waarbij elke schakelkast bijvoorbeeld een interface 8 en een aantal stuurmodules 12 bevat. 



  De voornoemde inrichting kan bijvoorbeeld als volgt aangewend of gebruikt worden. Een component van een eerste groep componenten 2 geeft een signaal met een eerste dataformaat via de eerste verbindingsbus 3 door naar de eerste interface 7. Dit signaal met het eerste dataformaat kan bijvoorbeeld bestaan uit een analoog signaal met een bepaalde frequentie en een bepaalde spanning of uit een digitaal signaal met een bepaald protocol, waarbij dit signaal uniek is en bijvoorbeeld ontstaat wanneer een bedieningsmodule 10 van de controlemodule 9 wordt ingedrukt. Elke controlemodule 9 of component van de eerste groep elektrische componenten 2 kan hierbij bijvoorbeeld een aantal unieke signalen genereren in functie van de signalen van bijvoorbeeld de bijhorende bedieningsmodules 10. 



  De opstelling of de positie van de controlemodules 9 of van de bedieningsmodules 10 is niet   belangrij k.   In hoofdzaak zijn alleen de gegenereerde signalen van de 

 <Desc/Clms Page number 15> 

 controlemodules 9 of van de bedieningsmodules 10 belangrijk. De eerste interface 7 converteert dit signaal naar een overeenkomstig signaal met het derde dataformaat. Dit signaal met het derde dataformaat kan bijvoorbeeld bestaan uit een digitaal signaal met een bepaald protocol zoals een CAN BUS signaal, waarbij dit signaal met het derde dataformaat eigenschappen vertoont die overeenkomstig zijn met of horen bij het uniek signaal met het eerste dataformaat, meer in het bijzonder waarbij het derde signaal tevens een uniek signaal is dat hoort bij het voornoemde eerste signaal.

   De interface 7 bevat bijvoorbeeld een systeem dat analoge signalen of digitale signalen met een bepaald protocol in overeenkomstige digitale signalen met een ander bepaald protocol kan omzetten. De twee voornoemde protocollen kunnen bijvoorbeeld onderling verschillen wat betreft transmissiesnelheid, stoorgevoeligheid of zogenaamde robuustheid. Dit signaal met het derde dataformaat wordt via de derde verbindingsbus 6 doorgegeven aan de tweede interface 8. Hiertoe wordt de derde verbindingsbus 6 uiteraard van de nodige systemen zoals een voeding en een medium voorzien om dergelijke signalen te kunnen doorgeven. 



  De tweede interface 8 converteert dit signaal naar een signaal met het tweede dataformaat. Dit signaal met het tweede dataformaat kan bijvoorbeeld bestaan uit een analoog signaal met een bepaalde frequentie en een bepaalde spanning of uit een digitaal signaal met een bepaald protocol, waarbij dit signaal bijvoorbeeld uniek is en bijvoorbeeld in staat is een bepaalde stuurmodule 12 aan te sturen. Een stuurmodule 12 of een component van de tweede groep componenten 4 kan via de tweede verbindingsbus 5 het voornoemde signaal 

 <Desc/Clms Page number 16> 

 met het tweede dataformaat van de tweede interface 8 ontvangen en op een dergelijk signaal reageren. 



  Hierbij dienen uiteraard voorzieningen getroffen te worden aan een bepaalde stuurmodule 12 zodat die stuurmodule 12 kan reageren of kan gestuurd worden op basis van een bijhorend signaal dat afkomstig is van een bepaalde bedieningsmodule 10 van een controlemodule 9. Op die manier kunnen componenten van de eerste groep elektrische componenten 2 communiceren met componenten van de tweede groep elektrische componenten 4, meer in het bijzonder via de eerste verbindingsbus 3, de eerste interface 7, de derde verbindingsbus 6, de tweede interface 8 en de tweede verbindingsbus 5. 



  Bij voorkeur kunnen de componenten van de tweede groep elektrische componenten 4 op een gelijkaardige wijze communiceren met componenten van de eerste groep elektrische componenten 2, meer in het bijzonder via de tweede verbindingsbus 5, de tweede interface 8, de derde verbindingsbus 6, de eerste interface 7 en de eerste verbindingsbus 3. In dit laatste geval bevat een component van de eerste groep componenten 2 bijvoorbeeld een lamp 19 die aangestuurd kan worden door een stuurmodule 12 van de tweede groep elektrische componenten 4 en die bijvoorbeeld voorzien is ter hoogte van een controlemodule 9. Dit kan bekomen worden daar de stuurmodule 12 een signaal doorlaat dat via de interfaces geconverteerd wordt en aanleiding heeft tot een signaal waarop de controlemodule 9 kan reageren teneinde de lamp 19 te laten branden. 

 <Desc/Clms Page number 17> 

 



  Indien een signaal met een bepaald dataformaat gegenereerd wordt door een bedieningsmodule 10 kan dit signaal al dan niet door een controlemodule 9 worden omgevormd. De controlemodule 9 kan op basis van het signaal van de bedieningsmodule 10 een bepaald signaal met een eerste dataformaat genereren of doorgeven. De bedieningsmodule 10 kan bestaan uit een zogenaamde busdrukknop. Het voornoemde signaal wordt vervolgens door de interfaces 7 en 8 geconverteerd naar een signaal met een tweede dataformaat dat functie is van het voornoemde signaal met het eerste dataformaat. 



  Vervolgens kan een bepaalde stuurmodule 12 die gerelateerd is met de voornoemde bedieningsmodule 10 dit signaal ontvangen en reageren op dit signaal om bijvoorbeeld een schakeling uit te voeren. Dit betekent dat in functie van een bepaald signaal dat afkomstig is van een controlemodule 9 een bijhorende stuurmodule 12 door een ander bijhorend signaal kan aangestuurd worden. Die stuurmodule 12 kan bijvoorbeeld een schakeling vormen om een eenheid zoals een gloeilamp in een bepaalde bijhorende kamer te laten branden. De stuurmodule 12 kan hierbij bestaan uit een elektronisch gestuurde schakelaar, uit een relais of uit enig ander dergelijk element. 



  Indien dergelijke schakeling is uitgevoerd kan de stuurmodule 12 bijvoorbeeld een signaal met het tweede dataformaat genereren of doorgeven, dat via de interface 8 en de interface 7 geconverteerd wordt naar een signaal met het eerste dataformaat dat functie is van het voornoemde signaal met het tweede dataformaat. 



  Op dit signaal met het eerste dataformaat kan bijvoorbeeld een controlemodule 9 reageren en een lamp 

 <Desc/Clms Page number 18> 

 19 laten branden, bijvoorbeeld een zogenaamde controlelamp die ter hoogte van het controlemodule 9 is voorzien om aan te geven dat bijvoorbeeld een gloeilamp in een bepaalde kamer brandt. Dit kan bekomen worden daar een communicatie in beide richtingen mogelijk is. 



  De componenten van de eerste groep componenten 2 kunnen ook één of meerdere sensoren 20 bevatten, bijvoorbeeld sensoren die een bepaald signaal genereren wanneer de temperatuur een bepaalde waarde bereikt. Dergelijke sensoren 20 kunnen net als de bedieningsmodules 10 op een controlemodule 9 voorzien worden die in functie van de signalen van de sensoren 20 een bijhorend signaal met een eerste dataformaat kan genereren. Volgens een uitvoeringsvorm worden de eerste groep elektrische componenten 2 gevormd door een aantal controlemodules die bijvoorbeeld een bedieningsmodule bevatten en die minstens signalen met een eerste dataformaat aan de eerste interface 7 kunnen doorgeven. 



  Bij de uitvoeringsvorm van figuur 1 is de derde verbindingsbus 6 tevens gekoppeld is met een programmeerbare functiemodule 15 teneinde signalen met het derde dataformaat afkomstig van de eerste interface 7 via de voornoemde derde verbindingsbus 6 naar de programmeerbare functiemodule 15 door te geven en signalen met het derde dataformaat op basis van de programmeerbare functiemodule 15 via de voornoemde derde verbindingsbus 6 naar de tweede interface 8 door te geven. Een programmeerbare functiemodules 15 is een systeem dat toelaat signalen te genereren in functie 

 <Desc/Clms Page number 19> 

 van signalen die de programmeerbare functiemodule ontvangt.

   Dergelijke programmeerbare functiemodule laat toe de signalen van de eerste interface volgens een bepaalde functie om te vormen naar signalen die naar de tweede interface kunnen doorgegeven worden, welke tweede 'interface die signalen kan omvormen of converteren naar signalen met het tweede dataformaat waarop een bepaalde stuurmodule 12 kan reageren om bijvoorbeeld aangestuurd te worden. Een programmeerbare functiemodule 15 laat dus toe op basis van signalen van controlemodules 9 andere signalen te vormen die aanleiding geven tot signalen waarop bijvoorbeeld een stuurmodule 12 of een component van de tweede groep elektrische componenten 4 kan reageren. 



  Zoals weergegeven in figuur 2 kan bij voorkeur tussen de programmeerbare functiemodule 15 en de voornoemde derde verbindingsbus 6 tevens een interface 16 voorzien worden die signalen van de voornoemde derde verbindingsbus 6 met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met een vierde dataformaat voor de programmeerbare functiemodule 15 en die signalen met het vierde dataformaat van de programmeerbare functiemodule 15 kan converteren naar signalen voor de voornoemde derde verbindingsbus 6 met het derde dataformaat, dit betekent signalen met het derde dataformaat op basis van de programmeerbare functiemodule 15. Hierbij is het vierde dataformaat verschillend van het derde dataformaat, maar kan het vierde dataformaat gelijk zijn aan zowel het eerste dataformaat als aan het tweede dataformaat.

   Dit laat toe eenzelfde programmeerbare functiemodule 15 aan te 

 <Desc/Clms Page number 20> 

 wenden als bij uitvoeringsvormen volgens de stand van de techniek waarbij geen derde verbindingsbus 6 met een ander dataformaat zou voorzien worden. Op een gelijkaardige wijze kan eveneens een interface 16 tussen de verbindingsbus 6 en de programmeerbare functiemodule 15 van figuur 1 voorzien worden. 



  Bij de uitvoeringsvorm van figuur 2 maakt de interface 7 deel uit van een module 17 volgens de uitvinding en maakt de interface 8 deel uit van een module 18 volgens de uitvinding. Bij voorkeur kunnen de interface 7 en de interface 8 signalen in beide richtingen converteren. Naast de interface 7 kan de module 17 tevens nog een component van een groep elektrische componenten 2 bevatten, zoals een controlemodule 9 voorzien van een aantal bedieningsmodules 10 die verbonden is met de interface 7. Analoog kan de module 18 naast de interface 8 nog een component van de tweede groep elektrische componenten 4 zoals een stuurmodule 12 bevatten die verbonden is met de interface 8.

   Het voorzien van dergelijke modules 17 of 18 laat toe bij een installatie een aantal standaard componenten te gebruiken en die te verbinden met een voornoemde module die verschillend is uitgevoerd van de standaard componenten, teneinde toe te laten dat tevens   jtandaard   componenten via een derde verbindingsbus 6 met elkaar kunnen communiceren. Het aanwenden van een module 18 die een stuurmodule 12 en een interface 8 bevat naast een aantal stuurmodules 12 die alleen bestaan uit een klassieke stuurmodule kan voordelig zijn om een voornoemd geheel 13 te vormen. Dergelijke module 18 kan eveneens naast de stuurmodules 12 op een 

 <Desc/Clms Page number 21> 

 bevestigingsrail voorzien worden in een gemeenschappelijke behuizing 14. 



  De voornoemde groepen elektrische componenten kunnen bijvoorbeeld componenten van hetzelfde type bevatten, bijvoorbeeld controlemodules 9 of stuurmodules 12. Het gebruik van groepen elektrische componenten met componenten van hetzelfde type laat toe de bijhorende interface eenvoudig uit te voeren en bijvoorbeeld een interface aan te wenden die slechts signalen in één enkele richting kan converteren. Dit betekent dat een interface bijvoorbeeld alleen signalen hoeft te kunnen converteren van een bepaald type controlemodules 9 naar de verbindingsbus 6 of alleen signalen hoeft te kunnen converteren van de verbindingsbus 6 naar een bepaald type stuurmodules 12. 



  In figuur 3 is een variante weergegeven waarbij de derde verbindingsbus 6 ter hoogte van elke interface 7,8 en 16 een zender en/of ontvanger 21 bevat om signalen met een bepaald dataformaat te zenden of te ontvangen. Het dataformaat van de derde verbindingsbus 6 kan bestaan uit radiogolven met een bepaalde aangepaste frequentie of uit infrarood licht met een bepaalde aangepaste golflengte. Indien ter hoogte van elke interface 7,8 en 16 een zender en ontvanger 21 wordt voorzien, is een communicatie in beide richtingen mogelijk.

   Uiteraard is het volgens een variante ook mogelijk bijvoorbeeld ter hoogte van een enkele interface een zender te voorzien en ter hoogte van een andere interface een ontvanger te voorzien om signalen in één enkele richting door te geven. 

 <Desc/Clms Page number 22> 

 In figuur 4 is een'inrichting 1 volgens de uitvinding weergegeven die meerdere groepen elektrische componenten bevat, meer in het bijzonder de groepen elektrische componenten 2,4 en 22. De componenten van de groep componenten 22 zijn verbonden met een verbindingsbus 23 die signalen met een bepaald dataformaat kan doorgeven teneinde toe te laten dat componenten van de groep componenten 22 onderling of via de bijhorende interface 24 kunnen communiceren.

   De componenten van elke groep elektrische componenten 2, 4 en 22 zijn respectievelijk via een bijhorende interface 7,8 en 24 gekoppeld met een centrale of een voornoemde derde verbindingsbus 6. Die verbindingsbus 6 strekt zich bijvoorbeeld uit doorheen de volledige woning. De groepen elektrische componenten 2 en 22 zijn bijvoorbeeld elk verspreid aangebracht in een respectievelijk gedeelte van een woning, terwijl de groep elektrische componenten 4 bijvoorbeeld centraal in een stuurkast wordt aangebracht. Minstens bepaalde groepen elektrische componenten en in het weergegeven voorbeeld alle groepen elektrische componenten 2,4 en 22 kunnen via een bijhorende interface 7,8 of 24 en de voornoemde centrale verbindingsbus 6 communiceren met componenten van andere groepen componenten, en dit bij voorkeur in beide richtingen.

   Het is duidelijk dat elke groep elektrische componenten 2,4 of 22 zowel kan fungeren als een eerste groep elektrische componenten evenals kan fungeren als een tweede groep elektrische componenten, meer in het bijzonder kan fungeren als groep elektrische componenten met een component die'signalen genereert of doorgeeft of als groep elektrische componenten met een component die signalen ontvangt.

   

 <Desc/Clms Page number 23> 

 De voornoemde derde' of centrale verbindingsbus 6 kan op een gekende wijze een materieel gedeelte of een "hardware" gedeelte bevatten zoals bijvoorbeeld een kabel en een schematisch weergegeven van een voeding voorziene stuureenheid 25 en kan een immaterieel gedeelte of een "software" gedeelte bevatten zoals bijvoorbeeld een programma dat toelaat signalen volgens een protocol door te geven of door te sturen, welk programma bijvoorbeeld in de stuureenheid 25 is opgeslagen. Volgens een variante kan een gedeelte van de interface 7,8, 16 of 24 eveneens de functie van de voornoemde stuureenheid 25 overnemen.

   Het is duidelijk dat elke andere verbindingsbus 3,5 of 23 gelijkaardig kan uitgevoerd worden en dat bijvoorbeeld elke interface 7, 8 of 24 voor de bijhorende verbindingsbus 3,5 of 23 een gedeelte kan bevatten dat een gelijkaardige functie als de voornoemde stuureenheid 25 van de verbindingsbus 6 op zich kan nemen met betrekking tot de bijhorende verbindingsbus 3,5 of 23. 



  Bij de uitvoeringsvorm van figuur 4 bevatten de componenten van de groep elektrische componenten 22 naast een stuurmodule 12 en een controlemodule 9 met een bedieningsmodule 10 of een sensor 20 bijvoorbeeld minstens één module 26 die kan bestaan uit een dimmer, een relais, een inputmodule die kan samenwerken met andere elementen die signalen kunnen genereren of doorgeven, een outputmodule die signalen kan genereren, een analoge spanningsgenerator, een analoge stroomgenerator of een module van enig ander type dat deel kan uitmaken van de groep elektrische componenten 22. Zoals in figuur 4 is weergegeven, kunnen de componenten van de groep elektrische componenten 22 

 <Desc/Clms Page number 24> 

 bijvoorbeeld nog een programmeerbare functiemodule 27 bevatten die verbonden is via de verbindingsbus 23 met de andere componenten van de groep elektrische componenten 22. 



  Het is duidelijk dat de componenten van de groep elektrische componenten 4 niet beperkt zijn tot stuurmodules 12, maar eveneens andere types componenten kunnen bevatten. Eveneens zijn de componenten van de groep elektrische componenten 2 niet beperkt tot controlemodules 9, maar kunnen eveneens andere types componenten bevatten. Zoals weergegeven in figuur 4 kan de groep elektrische componenten 4 bijvoorbeeld nog één of andere module 26, een controlemodule 9 met een aantal bedieningsmodules 10 of een programmeerbare functiemodule 27 bevatten. Hierbij kan de groep elektrische componenten 2 bijvoorbeeld nog een programmeerbare functiemodule 27, een stuurmodule 12 of één of andere module 26 bevatten. 



  De signalen met een bepaald   dataforrnaat   die aangewend worden bij een inrichting volgens de uitvinding bestaan bij voorkeur uit digitale signalen met een bepaald proto.col of code. Dergelijk protocol kan bestaan uit een zogenaamde protocolstapel of ook "protocolstack" genoemd. Hierbij kunnen de signalen met het eerste en het tweede dataformaat een protocol van de aanvraagster bevatten, meer in het bijzonder een zogenaamd NIKO protocol. De signalen met het derde dataformaat kunnen een algemeen verspreid protocol bevatten, zoals het gekende CAN BUS protocol.

   De uitvinding biedt vooral als voordeel dat een aantal 

 <Desc/Clms Page number 25> 

 elektrische componenten die via signalen met een bepaald dataformaat kunnen communiceren tevens kunnen communiceren met andere elektrische componenten via bijhorende interfaces en één enkele voornoemde centrale verbindingsbus 6 voor signalen met eender welk ander dataformaat. 



  De inrichting volgens de uitvinding laat onder meer toe een groep elektrische componenten van een bepaald type aan een bestaande inrichting of installatie toe te voegen, waarbij die toegevoegde componenten van een verschillend type zijn dan het type van de reeds aanwezige elektrische componenten van de inrichting of installatie. Tevens kan een inrichting volgens de uitvinding bekomen worden door aan een bepaalde bestaande inrichting of installatie een geheel van een eerste en/of een tweede groep elektrische componenten toe te voegen. Hierbij kan het voordelig zijn dat de componenten van de toegevoegde groep elektrische componenten allen van hetzelfde type zijn, dit betekent bijvoorbeeld allemaal controlemodules of stuurmodules zijn. 



  Volgens een uitvoeringsvorm bevat de inrichting volgens de uitvinding een eerste verbindingsbus 3 en een tweede verbindingsbus 5 die signalen met eenzelfde dataformaat kunnen doorgeven. Dit laat toe het eerste dataformaat gelijk te kiezen aan het tweede dataformaat. Hierdoor is het mogelijk dat componenten van een eerste groep elektrische componenten 2 niet alleen op een gekende wijze via een verbindingsbus die signalen met het bepaald dataformaat kan doorgeven, kunnen communiceren met componenten van een tweede 

 <Desc/Clms Page number 26> 

 groep elektrische componenten 4, maar eveneens volgens de uitvinding via een derde verbindingsbus 6 die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven onrechtstreeks met elkaar kunnen communiceren.

   Dit laat toe bij een bestaande inrichting of installatie twee voornoemde groepen elektrische componenten toe te voegen die volgens de uitvinding via een voornoemde derde verbindingsbus 6 met elkaar kunnen communiceren, welke derde verbindingsbus 6 onafhankelijk van de voornoemde groepen elektrische componenten kan gekozen worden. 



  Op de centrale verbindingsbus 6 kan bijvoorbeeld zoals weergegeven in figuur 4 tevens nog een eenheid 31 voorzien worden die bestaat uit een beeldscherm dat al dan niet voorzien is van functietoetsen om bepaalde signalen te genereren. Uiteraard kunnen op de centrale verbindingsbus 6 eveneens rechtstreeks bepaalde componenten gekoppeld worden die kunnen communiceren via het dataformaat van de centrale verbindingsbus 6. liet is duidelijk dat het aantal componenten per groep elektrische componenten niet beperkt is tot het aantal van de in de figuren weergegeven voorbeelden, maar dat de groepen elektrische componenten eveneens een ander aantal componenten kunnen bevatten. De inrichting volgens de uitvinding laat ook toe op een eenvoudige manier dergelijke elektrische componenten bij te plaatsen, te verwijderen of te vervangen.

   De inrichting volgens de uitvinding laat ook toe op een eenvoudige manier een voornoemde derde of centrale verbindingsbus 6 te vervangen door bijvoorbeeld een andere derde of centrale verbindingsbus die signalen 

 <Desc/Clms Page number 27> 

 met een ander dataformaat of protocol kan doorgeven. 



  In dit laatste geval hoeven alleen de derde of centrale verbindingsbus 6 en de bijhorende interfaces 7,8 en 23 vervangen te worden en kunnen de groepen elektrische componenten 2,4 en 22 met hun verbindingsbus 3,5 en 23 zonder meer behouden worden. 



  De inrichtingen volgens de uitvinding kunnen in verschillende toepassingen worden aangewend. Dergelijke inrichtingen zijn onder meer geschikt om aangewend te worden in elektrische installaties voor huishoudelijke toepassingen of zogenaamde domotica systemen. De inrichtingen volgens de uitvinding worden bij voorkeur aangewend in het zwakstroom gedeelte van een schakelsysteem voor verlichting in een gebouw of woning, meer in het bijzonder voor het doorgeven van signalen voor communicatie, bijvoorbeeld analoge of digitale zwakstroom signalen voor communicatie. 



  Het is duidelijk dat met de eerste groep elektrische componenten of met de tweede groep elektrische componenten eender welke van de groepen elektrische componenten 2,4 of 22 kan bedoeld worden. Tevens is het duidelijk dat met de eerste interface of met de tweede interface eender welke van de interfaces 7,8 of 24 kan bedoeld worden. De inrichtingen en de module volgens de uitvinding bieden als verdere voordelen dat die eenvoudig en prijsgunstig vervaardigd kunnen worden. De inrichtingen, de module en de werkwijze volgens de uitvinding beperken zich uiteraard niet tot de in de voorbeelden beschreven uitvoeringsvormen, maar kunnen eveneens varianten en combinaties van deze uitvoeringsvormen bevatten.

Claims (1)

1. Conclusies.

   1. Inrichting voorzien van elektrische componenten die met elkaar kunnen communiceren, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) bevat met componenten die kunnen communiceren via een eerste verbindingsbus (3,5,23) die signalen met een eerste dataformaat kan doorgeven, een tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) bevat met componenten die kunnen communiceren via een tweede verbindingsbus (5,23;3,23;3,5) die signalen met een tweede dataformaat kan doorgeven, een derde verbindingsbus (6) bevat die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven, een eerste interface (7;8;24) bevat die gekoppeld kan worden tussen de eerste verbindingsbus (3;5;23) en de derde verbindingsbus (6), een tweede interface (8,24;7,24;7,8) bevat die gekoppeld kan worden tussen de tweede verbindingsbus (5,23;3,23;

   3,5) en de derde verbindingsbus (6), waarbij de eerste interface (7;8;24) minstens signalen met het eerste dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat, waarbij de tweede interface (8,24;7,24;7,8) minstens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het tweede dataformaat en waarbij componenten van de eerste groep elektrische componenten (2;4;22) via ten minste de eerste interface (7;8;24), de derde verbindingsbus (6) en de tweede interface (8,24;7,24;7,8) kunnen communiceren met componenten van de tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4). <Desc/Clms Page number 29> 2.

   Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de tweede interface (8,24;7,24;7,8) tevens signalen met het tweede dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat, dat de eerste interface (7;8;24) tevens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het eerste dataformaat en dat componenten van de tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) via ten minste de tweede interface (8,24;7,24;7,8), de derde verbindingsbus (6) en de eerste interface (7;8;24) kunnen communiceren met componenten van de eerste groep elektrische componenten (2;4;22).

   3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een derde verbindingsbus (6) bevat die onafhankelijk is van de componenten van een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) en die onafhankelijk is van de componenten van een tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4).

   4. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 3, daardoor gekenmerkt dat de interface (7,8,24) die elektrische signalen met een bepaald dataformaat kan converteren naar elektrische signalen met een ander dataformaat bestaat uit een systeem dat elektrische signalen kan omvormen.

   5. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 4, daardoor gekenmerkt dat de eerste groep elektrische componenten (2;4;22) een aantal controlemodules (9) bevat die minstens signalen met een eerste dataformaat aan de eerste interface (7;8;24) kunnen doorgeven. <Desc/Clms Page number 30> 6. Inrichting volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat een controlemodule (9) een bedieningsmodule (10) bevat die een busdrukknop bevat die minstens één signaal met een bepaald dataformaat kan genereren.

   7. Inrichting volgens conclusie 5 of 6, daardoor gekenmerkt dat de controlemodules (9) samen met de bijhorende interface (7;8;24) opgesteld zijn in een bepaald gedeelte van een gebouw.

   8. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) een aantal stuurmodules (12) bevat die minstens signalen met een tweede dataformaat van de tweede interface (8,24;7,24;7,8) kunnen ontvangen.

   9. Inrichting volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat een stuurmodule (12) een schakelmodule bevat die door een signaal met het tweede dataformaat kan gestuurd worden.

   10. Inrichting volgens conclusie 8 tot 9, daardoor gekenmerkt dat de stuurmodules (12) samen met de bijhorende interface (8) opgesteld zijn in een gemeenschappelijke behuizing (14), meer in het bijzonder in een zogenaamde schakelkast.

   11. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 10, daardoor gekenmerkt dat de derde verbindingsbus (6) een elektrische verbinding bevat die de ene interface (7;8;24) met de andere interface <Desc/Clms Page number 31> (8,24;7,24;7,8) elektrisch verbindt.

   12. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 10, daardoor gekenmerkt dat de derde verbindingsbus (6) ter hoogte van minstens één interface (7;8;16) een zender en/of ontvanger (21) en ter hoogte van minstens één andere interface (7;8;16) een zender en/of ontvanger (21) bevat om signalen met een bepaald dataformaat te zenden of te ontvangen.

   13. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 12, daardoor gekenmerkt dat de inrichting meer dan twee groepen elektrische componenten (2;4;22) bevat waarbij componenten van een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) via een eerste bijhorende interface (7;8;24), de voornoemde derde verbindingsbus (6) en een tweede bijhorende interface (8,24;7,24;7,8) met componenten van een tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) kunnen communiceren.

   14. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 13, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde derde verbindingsbus (6) die de eerste interface (7;8;24) en de tweede interface (8,24;7,24;7,8) verbindt tevens gekoppeld is met een programmeerbare functiemodule (15), teneinde signalen met het derde dataformaat afkomstig van een eerste interface (7;8;24) via de voornoemde derde verbindingsbus (6) naar de programmeerbare functiemodule (15) door te geven en signalen met het derde dataformaat op basis van de programmeerbare functiemodule (15) via de voornoemde derde verbindingsbus naar een tweede interface (8,24;7,24;7,8) door te geven. <Desc/Clms Page number 32>

   15. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 14, daardoor gekenmerkt dat tussen de programmeerbare functiemodule- (15) en de voornoemde derde verbindingsbus (6) tevens een interface (16) 'is voorzien die signalen van de voornoemde derde verbindingsbus (6) met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met een ander dataformaat voor de programmeerbare functiemodule (15) en die signalen met een ander dataformaat van de programmeerbare functiemodule (15) kan converteren naar signalen voor de voornoemde derde verbindingsbus (6) met het derde dataformaat.

   16. Inrichting voorzien van elektrische componenten die met elkaar kunnen communiceren, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een geheel (11,13) bevat dat een groep elektrische componenten (2,4) bevat met componenten die kunnen communiceren via een verbindingsbus (3,5) die signalen met een bepaald dataformaat kan doorgeven en dat een interface (7,8) bevat die gekoppeld kan worden tussen de verbindingsbus (3,5) voor de groep elektrische componenten (2,4) die signalen met het bepaald dataformaat kan doorgeven en een centrale verbindingsbus (6) die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven, waarbij de interface (7,8) voornoemde signalen kan converteren en waarbij componenten van de groep elektrische componenten (2,4) met andere componenten kunnen communiceren via ten minste de verbindingsbus (3,5) die signalen met het bepaald dataformaat kan doorgeven, de interface (7,8)

   en de centrale verbindingsbus (6) die signalen met het ander dataformaat kan doorgeven. <Desc/Clms Page number 33> 17. Inrichting volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een interface (7,8) bevat die minstens signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus (3,5) voor de componenten van de groep elektrische componenten (2,4) kan converteren naar signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus (6).

   18. Inrichting volgens conclusie 16 of 17, daardoor gekenmerkt dat de inrichting een interface (7,8) bevat die minstens signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus (6) kan converteren naar signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus (3,5) voor de componenten van de groep elektrische componenten (2,4) .

   19. Inrichting volgens één van de conclusies 16 tot 18, daardoor gekenmerkt dat de inrichting twee of meerdere voornoemde groepen elektrische componenten (2,4) met bijhorende interface (7,8) bevat.

   20. Inrichting volgens één van de conclusies 16 tot 19, daardoor gekenmerkt dat de componenten van de groep elektrische componenten (2,4) met elkaar en met de bijhorende interface (7,8) zijn verbonden.

   21. Inrichting volgens één van de conclusies 16 tot 20, daardoor gekenmerkt dat de groep elektrische componenten (2) een groep controlemodules (9) bevat.

   22. Inrichting volgens één van de conclusies 16 tot 21, daardoor. gekenmerkt dat de groep elektrische <Desc/Clms Page number 34> componenten (4) een groep stuurmodules (12) bevat.

   23. Module die aangewend kan worden bij een inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 22, daardoor gekenmerkt dat de module (17,18) kan communiceren via een verbindingsbus (3,5) voor een groep elektrische componenten (2,4) die signalen met een bepaald dataformaat kan doorgegeven tussen de module (17,18) en de componenten van de groep elektrische componenten (2,4), waarbij de module (17,18) kan communiceren met een andere groep elektrische componenten via een centrale verbindingsbus (6) die signalen met een ander dataformaat kan doorgeven en waarbij de module (17,18) een interface (7,8) bevat die voornoemde signalen kan converteren.

   24. Module volgens conclusie 23, daardoor gekenmerkt dat de module (17,18) een interface (7,8) bevat die minstens signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus (3,5) voor de componenten van de groep elektrische componenten (2,4) kan converteren naar signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus (6).

   25. Module volgens conclusie 23 of 24, daardoor gekenmerkt dat de module (17,18) een interface (7,8) bevat die minstens signalen met het voornoemde ander dataformaat van de centrale verbindingsbus (6) kan converteren naar signalen met het voornoemde bepaald dataformaat van de verbindingsbus (3,5) voor de componenten van de groep elektrische componenten (2,4) . <Desc/Clms Page number 35>

   26. Module volgens één van de conclusies 23 tot 25', daardoor gekenmerkt dat de module (17,18) eveneens een component van een voornoemde groep elektrische componenten (2,4) bevat.

   27. Module volgens conclusie 26, daardoor gekenmerkt dat de module (17) een interface (7) en een controlemodule (9) bevat die onderling verbonden zijn.

   28. Module volgens conclusie 26, daardoor gekenmerkt dat de module (18) een interface (8) en een stuurmodule (4) bevat die onderling verbonden zijn.

   29. Werkwijze die aangewend kan worden bij een inrichting voorzien van elektrische componenten die met elkaar kunnen communiceren, waarbij de werkwijze het voorzien bevat van een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) met componenten die kunnen communiceren via een eerste verbindingsbus (3;5;23) die signalen met een eerste dataformaat kan doorgeven, het voorzien bevat van een tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) met componenten die kunnen communiceren via een tweede verbindingsbus (5,23;3,23;3,5) die signalen met een tweede dataformaat kan doorgeven, het voorzien bevat van een derde verbindingsbus (6) die signalen met een derde dataformaat kan doorgeven, het voorzien bevat van een eerste interface (7;8;24) die minstens signalen met het eerste dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat, het voorzien bevat van een tweede interface (8,24;

   7,24;7,8) die minstens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het tweede dataformaat, het koppelen <Desc/Clms Page number 36> bevat van de eer'ste interface (7; 8;24) tussen de eerste verbindingsbus (3;5;23) en de derde verbindingsbus (6), het koppelen bevat van de tweede interface (8,24;7,24;7,8) tussen de tweede verbindingsbus (5,23;3,23;3,5) en de derde verbindingsbus (6), zodat componenten van de eerste groep elektrische componenten (2;4;22) met componenten van de tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) kunnen communiceren via ten minste de eerste interface (7; 8;24), de derde verbindingsbus (6) en de tweede interface (8,24;7,24;7,8).

   30. Werkwijze volgens conclusie 29, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze het voorzien bevat van een tweede interface (8,24;7,24;7,8) die tevens signalen met het tweede dataformaat kan converteren naar signalen met het derde dataformaat, het voorzien bevat van een eerste interface (7;8;24) die tevens signalen met het derde dataformaat kan converteren naar signalen met het eerste dataformaat, zodat componenten van de tweede groep elektrische componenten (4,22;2,22;2,4) met componenten van de eerste groep elektrische componenten (2;4;22) kunnen communiceren via ten minste de tweede interface (8,24;7,24;7,8), de derde verbindingsbus (6) en de eerste interface (7;8;24).

   31. Werkwijze volgens conclusie 29 of 30, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze het voorzien bevat van meer dan twee groepen elektrische componenten (2;4;22) en van een respectievelijk bijhorende interface (7,8,24), waarbij componenten van een groep elektrische componenten (2;4;22) via een eerste <Desc/Clms Page number 37> bijhorende interface (7,8,24), de voornoemde derde verbindingsbus (6) en een tweede bijhorende interface (8,24;7,24;7,8) met componenten van een andere groep elektrische componenten (4;22;2,22;2,4) kunnen communiceren.

   32. Werkwijze volgens één van de conclusies 29 tot 31, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze het voorzien bevat van een derde verbindingsbus (6) die onafhankelijk is van de componenten van een eerste groep elektrische componenten (2;4;22) en die onafhankelijk is van de componenten van een tweede groep elektrische componenten (4;22;2,22;2,4).