<Desc/Clms Page number 1>
Inrichting voor het laten vallen van een gordijn.
Deze uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het laten vallen van een gordijn.
Voorwerpen worden dikwijls van het zicht afgeschermd door een gordijn dat bij een plechtige opening of onthulling wordt verwijderd.
Ook bij goocheltrucks en dergelijke wordt veelal gebruik gemaakt van een gordijn om dingen zogezegd te laten verdwijnen of uit het niets te laten verschijnen.
Voor het showeffect is het dan ook meestal belangrijk dat het gordijn, dat zeer groot kan zijn, in zijn geheel en snel wordt verwijderd.
Klassiek is dat hiertoe het gordijn bovenaan wordt opgehangen door middel van elektromagneten die samenwerken met ferromagnetische elementen die in het gordijn zijn verwerkt en die door de elektromagneten worden aangetrokken zolang deze elektrisch bekrachtigd zijn. Om het gordijn te laten vallen, wordt de stroomvoorziening van de elektromagneten uitgeschakeld, waardoor de aantrekkingskracht van de elektromagneten wegvalt.
Een nadeel van zulke bekende wijze van ophanging en laten vallen van een gordijn is dat, bij het uitschakelen van de stroom niet steeds alle elektromagneten op precies @ hetzelfde ogenblik hun aantrekkingskracht verliezen,
<Desc/Clms Page number 2>
waardoor het doek niet over zijn volledige breedte gelijkmatig valt, wat niet alleen weinig esthetisch is, maar bovendien ook bijvoorbeeld een goochelnummer volledig kan doen mislukken.
Een ander nadeel is dat de elektromagneten voortdurend dienen bekrachtigd te zijn om het gordijn omhoog te houden, wat uiteraard gepaard gaat met een aanzienlijk energieverbruik.
Nog een ander nadeel is dat bij een eventuele stroompanne het gordijn vroegtijdig en ongewenst neervalt.
Vermits deze elektromagneten meestal door batterijen op een spanning van bijvoorbeeld 12 volt gevoed worden, is het niet denkbeeldig dat bepaalde magneten minder stroom krijgen dan andere, met hetzelfde nadelig gevolg.
Om hieromtrent verwittigd te worden, heeft men dan weer zoemers aangebracht, doch deze worden niet altijd gehoord omwille van het omgevingslawaai, enzovoort.
De huidige uitvinding heeft als voorwerp een inrichting die het gordijn over zijn volledige breedte gelijktijdig loslaat en het gordijn met zekerheid doet neervallen op het gewenste kritieke ogenblik.
Teneinde aan deze en andere nadelen van de bekende inrichtingen een oplossing te bieden, voorziet de uitvinding in een inrichting die hoofdzakelijk bestaat uit minstens één horizontaal profiel dat scharnierbaar is rond
<Desc/Clms Page number 3>
een horizontale as ; die aan dit profiel zijn aangebracht waarmede ogen, die aan het gordijn zijn voorzien, kunnen samenwerken ; om het profiel in minstens één positie te vergrendelen ; ten slotte middelen om de voornoemde grendelmiddelen te ontgrendelen.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een inrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
Figuur 1 schematisch en in perspectief een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur 1; figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III in figuur 2; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 1; figuur 5 een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 4; figuur 6 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn VI-VI in figuur 5; figuur 7 een doorsnede weergeeft zoals in figuur 5, doch voor een andere stand; figuur 8 een doorsnede weergeeft zoals figuur 4, doch voor de stand van figuur 7;
figuur 9 een zicht weergeeft zoals figuur 1, doch voor de stand van de figuren 7 en 8;
<Desc/Clms Page number 4>
figuur 10 een meervoudige uitvoering weergeeft van figuur 1.
In de figuren 1 tot 9 is een inrichting volgens de uitvinding weergegeven voor het laten vallen van een gordijn 1 dat aan zijn bovenste rand is voorzien van ogen 2 die op onderling gelijke afstanden van elkaar zijn aangebracht.
Deze inrichting bestaat in hoofdzaak uit twee coaxiale behuizingen 3-4 die door middel van haken 5 aan een steun 6 of dergelijke kunnen worden opgehangen en waartussen een horizontaal profiel of lat 7 voor de bevestiging van het gordijn 1 is aangebracht.
De behuizingen 3-4 worden begrensd door twee verticale wanden 8-9 die aan hun omtrek onderling met elkaar verbonden zijn door middel van een tussenwand 10.
In de verticale wanden 8-9 zijn tegenover elkaar twee openingen 11 voorzien waar doorheen een spil 12 is aangebracht die met haar beide uiteinden in lagers 13 is aangebracht.
Over de beide uitstekende uiteinden van een spil 12 zijn koppelmiddelen 14 aangebracht, bijvoorbeeld in de vorm van een mof, die op het betreffende uiteinde zijn aangebracht en die in doorsnede een vierkante uitwendige vorm vertonen.
Aan de uiteinden van het profiel 7 zijn in de wanden 15 vierkante uitsparingen 16 voorzien, waarvan de afmetingen
<Desc/Clms Page number 5>
iets groter zijn dan deze van de buitenomtrek van de voornoemde koppelmiddelen 14.
De twee uitsparingen 16 bevinden zich in mekaars verlengde en op eenzelfde afstand van het midden van de betreffende wand 15.
Het profiel 7 is met de voornoemde uitsparingen 16 over de koppelmiddelen 14 van de betreffende behuizingen 3-4 aangebracht.
Op één flank van het profiel 7, bij voorkeur op de flank 17 die het verst van de meetkundige scharnieras X-X van de coaxiale behuizingen 3-4 is verwijderd, zijn, 'op onderling gelijke afstanden van elkaar, pennen 18 aangebracht die radiaal gericht zijn ten opzichte van de meetkundige scharnieras X-X van de coaxiale behuizingen 3-4.
Deze pennen kunnen, hetzij vast, hetzij in de lenterichting van het profiel 7 verschuifbaar worden aangebracht.
De behuizing 4 is bijkomend voorzien van middelen 19 om het verdraaien van de spil 12 en dus ook ' van het daarmee verbonden profiel 7 te vergrendelen.
Deze middelen 19 zijn bij voorkeur positief werkende grendelmiddelen, met andere woorden middelen die automatisch vergrendelen. Zij bestaan in hoofdzaak uit een schijfkoppeling die gevormd is door twee, met elkaar samenwerkende, schijven 20-21, namelijk een eerste schijf 20 die op de spil 12 is bevestigd en een daarnaast
<Desc/Clms Page number 6>
gesitueerde tweede schijf 21 die axiaal verschuifbaar is in de behuizing 4.
Rond de spil 12 van de betreffende behuizing 4 is een huls 22 aangebracht die met de behuizing is bevestigd en die van een uitwendige axiale vertanding 23 voorzien is.
Op de tweede schijf 21 is op de zijde die van de eerste schijf 20 is afgewend, een ringvormig uitsteeksel 24 in ferromagnetisch materiaal aangebracht dat over de voornoemde huls 22 is geschoven en dat voorzien is van een inwendige axiale vertanding 25 die samenwerkt met de uitwendige vertanding 23 van de huls 22.
Tussen de tweede schijf 21 en de behuizing 4 is een veer 26 aangebracht die de tweede schijf 21 constant tegen de eerste schijf 20 aandrukt.
De behuizing 4 bevat ook middelen 27 om de voornoemde grendelmiddelen 19 uit te schakelen, waarbij deze middelen 27 hoofdzakelijk worden gevormd door een elektromagneet 28 die op de voornoemde huls 22 is bevestigd, zodat, wanneer de elektromagneet 28 wordt bekrachtigd, het ringvormig uitsteeksel 24 van de tweede schijf 21 van de schijfkoppeling wordt aangetrokken.
De voornoemde elektromagneet 28 is voorzien van een elektrisch snoer 29 voor aansluiting op een, niet in de figuren weergegeven, stroombron en in dit snoer is een bedieningselement 30 met drukknop 31 aangebracht.
<Desc/Clms Page number 7>
De werking van de inrichting volgens de uitvinding is zeer eenvoudig en als volgt.
De behuizingen 3-4 worden in de hoogte opgehangen aan een steun 6 of dergelijke, waarna het profiel 7 tussen deze behuizingen 3-4 wordt aangebracht, op zulke wijze dat de voornoemde pennen 18 van het profiel 7 schuin opwaarts gericht zijn, zoals weergeven in de figuren 1, 2 en 4.
In het geval dat de pennen 18 verschuifbaar zijn, zullen deze op geschikte afstanden worden bevestigd afhankelijk van het feit dat het gordijn 1 stak, dan wel in plooien moet hangen.
Vervolgens wordt het gordijn 1 aan dit profiel opgehangen door de ogen 2 van het gordijn 1 over de opwaarts gerichte pennen 18 te haken.
Door de actie van de veer 26 van de grendelmiddelen 19 worden de schijven 20-21 van de behuizing 4 krachtig tegen elkaar geduwd.
Het is duidelijk dat hierdoor, aangezien de tweede schijf 21 door de ingrijping van de vertandingen 23-25 onverdraaibaar met de behuizing 4 is verbonden, verhinderd wordt dat de eerste schijf 20 die op de spil 12 van de behuizing 4 is bevestigd, zou kunnen verdraaien, waardoor ook het profiel 7 in de voornoemde stand van de figuren 1, 2 en 4 wordt geblokkeerd, met de pennen 18 schuin opwaarts gericht.
<Desc/Clms Page number 8>
Nadat de elektromagneet 28 door middel van het snoer 29 op een stroombron is aangesloten, is de inrichting klaar om gebruikt te worden en om aldus het gordijn 1 te laten neervallen door een druk op de knop 31 van het bedieningselement 30.
Hierdoor zal de tweede schijf 21 door de elektromagneet 28 worden aangetrokken en zal de tweede schijf 21, tegen de werking van de veer 26 in, van de eerste schijf 20 worden weggetrokken.
Het is duidelijk dat hierdoor het profiel 7 niet meer verhinderd wordt te wentelen rond de as X-X en dat bijgevolg het profiel 7, door het gewicht van het gordijn 1, wordt verdraaid, zodat de pennen 18 naar beneden wentelen.
Wanneer de pennen 18 in een positie komen waarbij ze naar beneden zijn gericht, schuift het gordijn 1 automatisch van de pennen 18 en valt het gordijn 1.
Het voordeel van de uitvinding is dat alle ogen 2 van het gordijn 1 gelijktijdig van de pennen 18 schuiven, zodat het gordijn 1 over zijn volledige breedte op een gelijkmatige manier naar beneden valt.
Bovendien wordt de inrichting slechts elektrisch bekrachtigd op het ogenblik dat men het gordijn 1 wil doen vallen, zodat het stroomverbruik zeer beperkt is.
<Desc/Clms Page number 9>
Bij een mogelijke stroompanne zal het gordijn 1, door de werking van de veer 26, niet ongewild neervallen, aangezien de grendelmiddelen 19 steeds in werking zijn en slechts kunnen worden uitgeschakeld wanneer er elektrische stroom voor handen is.
In figuur 10 is een uitvoering weergegeven van een inrichting volgens de uitvinding, waarbij in dit geval meerdere gordijnen 1 naast elkaar worden toegepast die samen één gordijnscherm vormen.
Tevens zouden zulke gordijnen 1 aan elkaar bevestigd kunnen worden om één enkel gordijn te vormen.
De inrichting bestaat in dit geval uit meerdere profielen 7 die naast elkaar en in mekaars verlengde aan elkaar worden gekoppeld door middel van behuizingen 3-4.
Minstens één behuizing 4 zal hierbij voorzien zijn van grendelmiddelen 19 en van middelen 27 om deze grendelmiddelen 19 uit te schakelen.
De werking van deze inrichting is analoog aan de voorgaande.
Opgemerkt wordt dat, aangezien alle profielen 7 mechanisch aan elkaar gekoppeld zijn, alle profielen gelijktijdig en synchroon naar beneden wentelen wanneer de grendelmiddelen 19 van de behuizing 4 worden uitgeschakeld.
<Desc/Clms Page number 10>
Hierdoor wordt bekomen dat alle gordijnen 1 als één scherm gelijktijdig naar beneden vallen.
Het is duidelijk dat in dit laatste geval, wanneer een zeer groot aantal schermen wordt toegepast, meerdere behuizingen 4 met grendelmiddelen 19 en middelen 27 kunnen worden aangewend, waarbij, in dit geval, de elektromagneten 28 van deze behuizing 4 uiteraard verbonden zijn met een gemeenschappelijk bedieningselement 30.
Het is eveneens duidelijk dat de behuizingen 3-4 in een vaste infrastructuur geïntegreerd kunnen zijn.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvormen, doch een inrichting volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
Device for dropping a curtain.
This invention relates to a device for dropping a curtain.
Objects are often shielded from view by a curtain that is removed at a solemn opening or disclosure.
Also with magic trucks and the like, a curtain is often used to make things disappear or to appear out of nowhere.
For the show effect it is therefore usually important that the curtain, which can be very large, is removed in its entirety and quickly.
To this end, the curtain is suspended at the top by means of electromagnets which cooperate with ferromagnetic elements which are incorporated in the curtain and which are attracted by the electromagnets as long as they are electrically energized. To drop the curtain, the power supply of the electromagnets is switched off, eliminating the attraction of the electromagnets.
A drawback of such a known method of hanging and dropping a curtain is that, when the current is switched off, not all electromagnets always lose their attraction at exactly the same time,
<Desc / Clms Page number 2>
as a result of which the cloth does not fall uniformly over its entire width, which is not only not very aesthetic, but can also cause a magic number to fail completely.
Another drawback is that the electromagnets must be constantly energized to hold the curtain up, which of course is accompanied by a considerable energy consumption.
Another disadvantage is that in the event of a possible power failure, the curtain falls down prematurely and undesirably.
Since these electromagnets are usually powered by batteries at a voltage of, for example, 12 volts, it is not inconceivable that certain magnets receive less current than others, with the same adverse effect.
To be notified about this, buzzers have been installed again, but these are not always heard due to environmental noise, and so on.
The present invention has as an object a device which simultaneously releases the curtain over its entire width and causes the curtain to fall with certainty at the desired critical moment.
In order to offer a solution to these and other disadvantages of the known devices, the invention provides a device which essentially consists of at least one horizontal profile pivotable around
<Desc / Clms Page number 3>
a horizontal axis; which are arranged on this profile with which eyes provided on the curtain can cooperate; to lock the profile in at least one position; finally means for unlocking the aforementioned locking means.
With the insight to better demonstrate the features of the invention, a few preferred embodiments of a device according to the invention are described below as an example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which:
Figure 1 schematically and in perspective represents a device according to the invention; figure 2 represents a cross-section on a larger scale according to line II-II in figure 1; figure 3 represents a section according to line III-III in figure 2; figure 4 represents a section according to line IV-IV in figure 1; figure 5 represents a section according to line V-V in figure 4; figure 6 represents a cross-section on a larger scale according to line VI-VI in figure 5; figure 7 represents a section as in figure 5, but for a different position; figure 8 represents a cross-section like figure 4, but for the position of figure 7;
figure 9 represents a view like figure 1, but for the position of figures 7 and 8;
<Desc / Clms Page number 4>
Figure 10 represents a multiple embodiment of Figure 1.
Figures 1 to 9 show a device according to the invention for dropping a curtain 1 which is provided at its upper edge with eyes 2 arranged at mutually equal distances from each other.
This device consists essentially of two coaxial housings 3-4 which can be suspended by means of hooks 5 from a support 6 or the like and between which a horizontal profile or lath 7 is arranged for fixing the curtain 1.
The housings 3-4 are bounded by two vertical walls 8-9 which are mutually connected at their circumference by means of an intermediate wall 10.
In the vertical walls 8-9 two openings 11 are provided opposite each other through which a spindle 12 is arranged which is arranged with its both ends in bearings 13.
Coupling means 14 are arranged over the two protruding ends of a spindle 12, for example in the form of a sleeve, which are arranged on the relevant end and which have a square external shape in cross-section.
At the ends of the profile 7 square walls 16 are provided in the walls 15, the dimensions of which
<Desc / Clms Page number 5>
slightly larger than those of the outer circumference of the aforementioned coupling means 14.
The two recesses 16 are in line with each other and at the same distance from the center of the respective wall 15.
The profile 7 is arranged with the aforementioned recesses 16 over the coupling means 14 of the respective housings 3-4.
On one flank of the profile 7, preferably on the flank 17 which is furthest away from the geometric pivot axis XX of the coaxial housings 3-4, pins 18 are arranged which are radially directed at mutually equal distances from each other. with respect to the geometric pivot axis XX of the coaxial housings 3-4.
These pins can be arranged so as to be fixed or slidable in the spring direction of the profile 7.
The housing 4 is additionally provided with means 19 for locking the rotation of the spindle 12 and therefore also of the profile 7 connected thereto.
These means 19 are preferably positive-acting locking means, in other words means that automatically lock. They essentially consist of a disc coupling formed by two discs 20-21 cooperating with each other, namely a first disc 20 mounted on the spindle 12 and a
<Desc / Clms Page number 6>
second disc 21 situated axially slidable in the housing 4.
Arranged around the spindle 12 of the respective housing 4 is a sleeve 22 which is fixed with the housing and which is provided with an external axial toothing 23.
On the second disc 21, on the side remote from the first disc 20, an annular protrusion 24 of ferromagnetic material is arranged which is slid over the aforementioned sleeve 22 and which is provided with an internal axial toothing 25 which cooperates with the external toothing 23 of the sleeve 22.
A spring 26 is provided between the second disc 21 and the housing 4 which constantly presses the second disc 21 against the first disc 20.
The housing 4 also comprises means 27 for switching off the aforementioned locking means 19, said means 27 being mainly formed by an electromagnet 28 mounted on the aforementioned sleeve 22, so that, when the electromagnet 28 is energized, the annular protrusion 24 of the second disc 21 of the disc coupling is attracted.
The aforementioned electromagnet 28 is provided with an electric cord 29 for connection to a current source, not shown in the figures, and an operating element 30 with push button 31 is arranged in this cord.
<Desc / Clms Page number 7>
The operation of the device according to the invention is very simple and as follows.
The housings 3-4 are suspended in height from a support 6 or the like, whereafter the profile 7 is arranged between these housings 3-4, in such a manner that the aforementioned pins 18 of the profile 7 are inclined upwards, as shown in figures 1, 2 and 4.
In the case that the pins 18 are slidable, they will be fixed at suitable distances depending on the fact that the curtain 1 protrudes or must hang in folds.
The curtain 1 is then suspended from this profile by hooking the eyes 2 of the curtain 1 over the upwardly directed pins 18.
As a result of the action of the spring 26 of the locking means 19, the discs 20-21 of the housing 4 are pushed firmly against each other.
It is clear that, since the second disc 21 is rotatably connected to the housing 4 by the engagement of the teeth 23-25, it is prevented that the first disc 20 which is fixed on the spindle 12 of the housing 4 could rotate whereby the profile 7 is also blocked in the aforementioned position of figures 1, 2 and 4, with the pins 18 directed obliquely upwards.
<Desc / Clms Page number 8>
After the electromagnet 28 is connected to a power source by means of the cord 29, the device is ready to be used and thus to drop the curtain 1 by pressing the button 31 of the operating element 30.
As a result, the second disc 21 will be attracted by the electromagnet 28 and the second disc 21 will be pulled away from the first disc 20 against the action of the spring 26.
It is clear that as a result the profile 7 is no longer prevented from rotating about the axis X-X and that consequently the profile 7 is rotated by the weight of the curtain 1, so that the pins 18 rotate downwards.
When the pins 18 come to a position where they are directed downwards, the curtain 1 automatically slides off the pins 18 and the curtain 1 falls.
The advantage of the invention is that all eyes 2 of the curtain 1 slide simultaneously from the pins 18, so that the curtain 1 falls down its entire width in a uniform manner.
Moreover, the device is only electrically energized when the curtain 1 is to be dropped, so that the power consumption is very limited.
<Desc / Clms Page number 9>
In the case of a possible power outage, the curtain 1 will not fall down unintentionally due to the action of the spring 26, since the locking means 19 are always in operation and can only be switched off when electric power is available.
Figure 10 shows an embodiment of a device according to the invention, in which in this case a plurality of curtains 1 are used side by side, which together form one curtain screen.
Such curtains 1 could also be attached to each other to form a single curtain.
The device in this case consists of a plurality of profiles 7 which are coupled to each other side by side and in line with each other by means of housings 3-4.
At least one housing 4 will here be provided with locking means 19 and with means 27 for switching off these locking means 19.
The operation of this device is analogous to the foregoing.
It is noted that since all profiles 7 are mechanically coupled to each other, all profiles rotate downwards simultaneously and synchronously when the locking means 19 of the housing 4 are switched off.
<Desc / Clms Page number 10>
This ensures that all curtains 1 fall down simultaneously as one screen.
It is clear that in the latter case, when a very large number of screens is used, several housings 4 with locking means 19 and means 27 can be used, wherein, in this case, the electromagnets 28 of this housing 4 are of course connected to a common control element 30.
It is also clear that the housings 3-4 can be integrated into a fixed infrastructure.
The present invention is by no means limited to the embodiments described as examples and shown in the drawings, but a device according to the invention can be realized in all shapes and sizes without departing from the scope of the invention.