BE1003475A6 - Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen. Download PDF

Info

Publication number
BE1003475A6
BE1003475A6 BE8901020A BE8901020A BE1003475A6 BE 1003475 A6 BE1003475 A6 BE 1003475A6 BE 8901020 A BE8901020 A BE 8901020A BE 8901020 A BE8901020 A BE 8901020A BE 1003475 A6 BE1003475 A6 BE 1003475A6
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
sep
ethylene oxide
atoms
process according
condensation products
Prior art date
Application number
BE8901020A
Other languages
English (en)
Inventor
Bart Wallaeys
Prez Eddie Du
Original Assignee
Recticel
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from BE8900227A external-priority patent/BE1002898A6/nl
Application filed by Recticel filed Critical Recticel
Priority to BE8901020A priority Critical patent/BE1003475A6/nl
Priority to EP19900200395 priority patent/EP0386814A3/en
Priority to AU50125/90A priority patent/AU631183B2/en
Priority to NO90900971A priority patent/NO900971L/no
Priority to FI901048A priority patent/FI901048A0/fi
Priority to JP2051612A priority patent/JPH02283736A/ja
Priority to CA002011374A priority patent/CA2011374C/en
Priority to US07/487,503 priority patent/US5132332A/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1003475A6 publication Critical patent/BE1003475A6/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08JWORKING-UP; GENERAL PROCESSES OF COMPOUNDING; AFTER-TREATMENT NOT COVERED BY SUBCLASSES C08B, C08C, C08F, C08G or C08H
    • C08J9/00Working-up of macromolecular substances to porous or cellular articles or materials; After-treatment thereof
    • C08J9/0061Working-up of macromolecular substances to porous or cellular articles or materials; After-treatment thereof characterized by the use of several polymeric components

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Polymers & Plastics (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Polyurethanes Or Polyureas (AREA)
  • Manufacture Of Porous Articles, And Recovery And Treatment Of Waste Products (AREA)
  • Compositions Of Macromolecular Compounds (AREA)

Abstract

Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen, waarbij men een isocyanaat en een actieve waterstof bevattende verbinding in reactie brengt in aanwezigheid van een katalysator, schuimstabilisator en blaasmiddel, dat chloorpropaan bevat, waarbij men een schuimstabilisator gebruikt die hoofdzakelijk van het niet silicon type is.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  "Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen". 



   De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen, waarbij men een isocyanaat en een actieve waterstof bevattende verbinding, zoals een polyol, in reactie brengt in aanwezigheid van een katalysator, een schuimstabilisator en een blaasmiddel dat chloorpropaan bevat. 



   Het gebruik op laboratoriumschaal van chloorpropaan als blaasmiddel bij de productie van polyurethaanschuim is reeds vermeld in het Belgisch octrooi   656. 0 18   van Mobay Chemical Company. 



   Het is echter gebleken dat bij de produktie van een dergelijk schuim op industriële schaal door gebruikmaking van chloorpropaan als blaasmiddel belangrijke krimp waargenomen wordt en dit in het bijzonder in schuimen met de meest gebruikelijke densiteiten van circa 30   kg/m3.   Op een eerder onverwachte wijze stelt men vast dat een dergelijke krimp niet waarneembaar is op laboratoriumschaal, zoals dit het geval is in bovenvermeld Belgisch octrooi. 



   De uitvinding   heeft   dan ook tot doel aan dit belangrijk nadeel te verhelpen bij het vervaardigen van polyurethaanschuimen en/of polyisocyanuraatschuimen op industriële of semi-industriële schaal. 



   Tot dit doel maakt men gebruik van een schuimstabilisator die hoofdzakelijk van het niet silicon type is. 



   Doelmatig is deze niet silicon gebaseerde schuimstabilisator gevormd door minstens   een   copolymeer met volgende algemene structuurformule : 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 
 EMI2.1 
 m-2,  s"2s-F-' < < P q 1 r + 2 m jwaarbij : - A een cyclische of acyclische groep is met
1 tot 12 koolstofatomen
2 tot   [26 -   (j + m)] waterstofatomen
0 tot 4 zuurstofatomen
0 tot 2 stikstofatomen - E een groep is met als algemene struktuurformule : 
 EMI2.2 
   met n = 3 tot 5    - G een groep is met als algemene   struktuurformule :   
 EMI2.3 
 waarbij u = 2 of 3   v =   2 tot 9 - K een groep is met als struktuurformule : 
 EMI2.4 
 met R een acyclisch of cyclisch   radiaal   met 1 tot 18 koolstofatomen en   X = 3 of 4    waarbij verder :

   j = 0 tot 8 m   = 0   tot 4   1#j + m#g   

 <Desc/Clms Page number 3> 

 s = 2 tot 4 w 1 tot 200 p   = 1   tot 10   q = 1   tot 10 r = 1 tot 50
In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding maakt men gebruik van niet silicon gebaseerde schuimstabilisatoren van het niet-ionische, anionische en/of kationische type, zoals gedefinieerd in conclusies 4 tot 6. 



   In een meer specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding gebruikt men als schuimstabilisatoren nagenoeg uitsluitend niet silicon gebaseerde bestanddelen. 



   Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende meer gedetailleerde beschrijving, waarin enkele specifieke voorbeelden van de werkwijze voor het bereiden van polyurethaanschuim en polyisocyanaatschuim, volgens de uitvinding beschreven wordt ; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte van de uitvinding niet. 



   Voor de produktie van deze   polyurethaanschuimen   wordt essentieel gebruik gemaakt van de reactie tussen een polyalkohol en een isocyanaat in aanwezigheid van de geschikte katalysatoren. 



   Buiten het polyisocyanat, de polyolen, de typische katalysatoren en de blaasmiddelen wordt bovendien gebruik gemaakt van schuimstabilisatoren, vlamdovende additieven, enz.... 



   De organische polyisocyanaatverbindingen zijn van het type : R (NCO) n, waarbij   nj   2 en R een alifatische of aromatische groep voorstelt. Er wordt preferentieel gebruik gemaakt van diisocyanaten of polyisocyanaten, waarbij er gemiddeld 2 tot 4 isocyanaatgroepen per molecule voorkomen. Een typisch voorbeeld 
 EMI3.1 
 hiervan is 4, (MDI) en mengsels van dit laatste met zijn polymere vormen ("crude"MDI), die meestal aangewend worden in de produktie van hard polyurethaanschuim of polyisocyanuraatschuim. In bepaalde gevallen kan ook gebruik gemaakt worden van pregepolymeriseerde vormen van MDI. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Als reactiesubstraat komt principieel elke molekule met aktieve waterstofgroepen in aanmerking : R-OH, R-COOH, R-SH, R-2NH,   R-NH, R-SH....   Preferentieel wordt uitgegaan van polyalkoholen van het type polyetherpolyol of polyesterpolyol of mengsels hiervan (De voorkeur gaat bovendien uit naar polyetherpolyolen, gebaseerd op aromatische keteninitiatoren). 



   Kenmerkend is een molaire massa   150,   preferentieel gelegen tussen 500 en 5000. De funktionaliteit is steeds groter of gelijk aan 2 met als belangrijke eigenschap een hydroxylgetal (IOH) tussen 25 en 1000. 



   Voor de bereiding van polyurethaan wordt een isocyanaat met een index gebruikt, die dicht bij de stochiometrische verhouding ligt, namelijk 95 à 110, terwijl bij het bereiden van polyisocyanuraten een veel hogere index nodig is om de trimerisatie reactie van het isocyanaat op zichzelf toe te laten. Normaliter is deze isocyanaat index 150. 



   Om de typische schuimstruktuur te verkrijgen, wordt gebruik gemaakt van een chemisch of fysisch blaasmiddel. Als chemisch blaasmiddel wordt meestal   H20 aangewend,   dat in reactie met   isocyanaat"in situ"CO vrijstelt.   Als fysische blaasmiddelen worden laagkokende organische vloeistoffen aangewend, die door de exothermie van de urea-, urethaan, en de trimerisatiereacties verdampen en mede aanleiding geven tot de typische schuimstruktuur. 
 EMI4.1 
 



  Als fysische blaamiddelen worden veelal chloor-fluorkoolwaterstofverbindingen aangewend, zoals bijvoorbeeld trichloorfluormethaan, trichloortrifluorethaan, dichloortrifluorethaan, dichloorfluormethaan, of andere analoge verbindingen of combinaties hiervan. 



   In deze uitvinding wordt een belangrijke fraktie van de CFK's of de totaliteit ervan vervangen door chloorpropaan. Ook andere blaasmiddelen zoals bijvoorbeeld pentaan, isopentaan, enz... kunnen gemengd met chloorpropaan, aangewend worden. De totale hoeveelheid blaasmiddel die aangewend wordt, is afhankelijk van de te bereiken densiteit van het schuim en het moleculaire gewicht van het blaasmiddel. Typisch zijn hoeveelheden tussen 1 en 50 gewichtsprocenten, 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 en bij voorkeur tussen 1 en 30 gewichtsprocenten. 



   In tegenstelling tot hetgeen vermeid wordt in het Mobay octrooi wordt hier gebruik gemaakt van een overmaat niet silikon gebaseerde celstabilisatoren, en bij voorkeur zonder de aanwezigheid van de klassieke silikon gebaseerde celstabilisatoren. Zoals blijkt uit de voorbeelden is het met deze klassieke produkten onmogelijk op industriële schaal schuimen te produceren die vooral in lage densiteitsregio rond 30   kg/m3 dimensioneei stabiel   zijn. Schuimstabilisatoren van het niet silikon type worden bijvoorbeeld beschreven in het US 
 EMI5.1 
 patent 4091030 van Air Products and Chemicals, Inc.

   Het betreft hier copolymeren met als algemene struktuurformule 
 EMI5.2 
 j (E) r I waarbij : 
 EMI5.3 
 - A een cyclische of acyclische groep is met :1 tot 12 koolstofatomen
2 tot   [26 -   (j + m)] waterstofatomen
0 tot 4 zuurstofatomen
0 tot 2 stikstofatomen - E een groep is met als algemene struktuurformule :

   
 EMI5.4 
   met n = 3 tot 5    - G een groep is met als algemene   struktuurformule :   

 <Desc/Clms Page number 6> 

 
 EMI6.1 
 waarbij u = 2 of 3 v   = 2   tot 9 - K een groep is met als   struktuurformule :   
 EMI6.2 
 met R een acyclisch of cyclisch radikaal met 1 tot 18 koolstofatomen en X = 3 of 4 waarbij   verder j   0 tot 8 
 EMI6.3 
 m = lu j + m s = tot 4 w   = 1   tot 200   p= l   tot 10   q= i   tot 10 r = 1 tot 50
Een voorbeeld van een dergelijke verbinding is deze molekule waarbij groep E het N-vinyl-2-pyrrolidone is en groep G dibutylmaleaat is. Deze produkten worden in deze uitvinding aangewend onder hun merknamen LK 221 en LK 443.

   Preferentieel worden hoeveelheden van   0,     1-10   gewichtsdelen ingezet per 100 gewichtsdelen polyol en meer specifiek tussen 0, 1 en 4 gewichtsdelen. 



   Andere voorbeelden van niet-ionische, niet-sili. con stabilisatoren zijn : - condensatieprodukten van   alkylfenolen   met ethyleenoxyde met als algemene   struktuurformule :   
 EMI6.4 
 waarbij R 8 tot 14 C atomen bevat en x varieert van 1 tot 40. - mono-, di- of tri-esters van condensatieprodukten van sorbitan met ethyleenoxyde.

   Preferentieel wordt gebruik gemaakt van lauraat, palmitat, stearaat of oleaat esters 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 - Condensatieprodukten van vetzuren met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld de condensatieprodukten van stearinezuur met ethyleenoxyde ; - Condensatieprodukten van alkoholen met ethyleenoxyde, met een hydrofobe keten die meestal 12 tot 18 C atomen bevat en gecondenseerd wordt met   (n-3) mol ethyleenoxyde   (waarbij n het aantal C atomen van de hydrofobe ketting aanduidt) ; - condensatieprodukten van amides met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld het diethanolamine- mono stearaat derivaat gecondenseerd met 2 mol ethyleenoxyde ; - condensatieprodukten van amines met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld de produkten uitgaande van oleylamine en ethyleenoxyde ; - condensatieprodukten van mercaptaanderivaten en ethyleenoxyde ;

   - acetyleenderivaten zoals bij voorbeeld het produkt met als struktuurformule : 
 EMI7.1 
 gecondenseerd met 0 tot 40 mol ethyleenoxyde. 



   Naast de niet ionische stabilisatoren komen ook anionische of kationische stabilisatoren in aanmerking. Als anionische bestanddelen kunnen volgende produkten onderscheiden worden : 
 EMI7.2 
 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 waarbij R een alkylradikal met 8 tot 20 C atomen en waarbij M+ een tegenion voorstelt, zoals bij voorbeeld   H,     K,     Na,     NR, NH. .....   



   Deze produkten kunnen bovendien ook nog condensatiekettingen met ethyleenoxyde bevatten. 



   Als belangrijke kationische bestanddelen komen in aanmerking : - amines onder de acetaat of chloorhydraat vorm - quateraire ammoniumzouten - pyridine en quinoline derivaten - derivaten van ethanolamines. 



   Als katalysator wordt gebruik gemaakt van tertiaire amineverbindingen, zoals bijvoorbeeld N, N'dimethylcyclohexylamine, diaminobicyclo-octaan   (DABCO)   enz..., of metaalzouten of alkali- of aardalkalimetaalzouten van organische of anorganische oorsprong, zoals bijvoorbeeld kaliumoctoaat, dibutyltindilauraat, Fomrez UL 28 (Merknaam van   Witco),   Sn-mercaptides, enz.... 



   De hoeveelheden die hier aangewend worden zijn afhankelijk van de katalytische aktiviteit en zijn typisch gelegen tussen
0, 01 en 10 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen polyol en meer specifiek tussen 0, 01 en 4 gewichtsdelen. 



   Extra additieven, zoals bijvoorbeeld brandvertragers (fosfor-en halogeenbevattende additieven of polyolen), rookonderdrukkers, extra verknopingsmiddelen, vulstoffen, verdunningsmiddelen,   enz...,   kunnen steeds toegevoegd worden om aan het eindprodukt bepaalde specifieke eigenschappen te geven. 



   Deze uitvinding laat toe schuimen te produceren hetzij volgens een continu proces, hetzij volgens een discontinu proces en dit zowel onder de vorm van platen, al dan niet bekleed, blokken, in situ gegoten stukken en als sprayschuim. 



   De fysische eigenschappen (met respectievelijke norm) die van de harde schuimen gemeten werden, zijn samengevat in tabel   i.   

 <Desc/Clms Page number 9> 

   Tabel l :   Fysische eigenschappen, eenheden en overeenkomstige   norme !)    
 EMI9.1 
 
<tb> 
<tb> Fysische <SEP> eigenschap <SEP> Eenheid <SEP> Norm
<tb> Kern <SEP> densiteit <SEP> kg/m3 <SEP> DIN <SEP> 53420 <SEP> 
<tb> Compressie-Hardheid <SEP> kPa <SEP> DIN <SEP> 53421
<tb> Thermische <SEP> geleidbaarheid <SEP> )

   <SEP> W/mK <SEP> ISO <SEP> 2581
<tb> Dimensionele <SEP> stabiliteit <SEP> % <SEP> 1502796 <SEP> 
<tb> Krimp <SEP> bij <SEP> + <SEP> 4 C <SEP> % <SEP> Recticel <SEP> methode <SEP> * <SEP> 
<tb> Gesloten <SEP> cellen <SEP> % <SEP> ASTM <SEP> D <SEP> 2856
<tb> Brandgedrag <SEP> zelfdovend <SEP> ASTM <SEP> D <SEP> 1692
<tb> B2/B3 <SEP> klasse <SEP> DIN <SEP> 4201 <SEP> B2/B3
<tb> LOI <SEP> % <SEP> ASTM <SEP> D <SEP> 2863
<tb> Friabiliteit <SEP> (na <SEP> 10') <SEP> % <SEP> ASTM <SEP> C <SEP> 421
<tb> 
 * Voor de evaluatie van het krimpfenomeen werd een versnelde evaluatie methode ontworpen waarbij mogelijke   dimensionele   instabiliteiten geforceerd werden door de polyurethaan en de polyisocyanuraat schuimstukken direkt na produktie te verzagen in blokken met afmetingen van circa 15 cm X 5 cm X 5 cm.

   Deze blokken werden onmiddellijk gekonditioneerd bij 4 C gedurende 24 uren. Op deze manier was het mogelijk de krimp, die zich in normale kondities kan voordoen   een   maand na de produktie, te versnellen. Als eenheid werd hier de % breedte verandering genomen. 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 



   Om de \-waarde, onder reële omstandigheden voldoende snel te kunnen evalueren, wordt hier gebruik gemaakt van een versneld   verouderingsprocedé.   



   De \-waarde wordt gemeten na de produktie van het schuim, alsook in funktie van de tijd, waarbij de stalen gekonditioneerd worden bij   70 C   en dit gedurende een periode tot 15 weken na produktie. Deze   -waarde   is een gestabiliseerde waarde en kan   gekorreleerd   worden met de uiteindelijke isolatiewaarde op lange termijn van het schuim in reële gebruiksomstandigheden. 



   In de hierna volgende voorbeelden wordt het gebruik van 2-chloorpropaan   geillustreerd.   



   Voorbeelden 1-9
In deze voorbeelden wordt het vervangen van Freon 11 (Merknaam van Du Pont) door 2-chloorpropaan geillustreerd in een klassiek polyurethaan systeem. Tevens wordt hier het effect van de celstabilisator benadrukt. 



   Er werd uitgegaan van een polyol gebaseerd op een alifatische initiator. Het hydroxylgetal van deze polyol bedroeg 520 mg KOH/g polyol. Als isocyanaat werd uitgegaan van een"crude"MDI met als equivalent gewicht 135. De isocyanaat index bedroeg 110. De formulates zijn weergegeven in tabel 2. De schuimen werden geproduceerd op laboratoriumschaal, waarbij een mengsel van polyol, blaasmiddel, katalysator, stabilisator en water gedurende circa 10 sekonden zeer intens vermengd wordt met isocyanaat bij een toerental van circa 4000 toeren per minuut. Het opschuimend mengsel wordt vervolgens uitgegoten in een recipiënt met als afmetingen : 30 X 30 X 20 cm. 



   De fysische eigenschappen van de schuimen geproduceerd in voorbeelden 1-9 zijn weergegeven in tabel 3. 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 



  Tabel 2 : formulaties zoals aangewend in de voorbeelden   1 - 9   
 EMI11.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 1 <SEP> 2 <SEP> 3 <SEP> 4 <SEP> 5 <SEP> 6 <SEP> 7 <SEP> 8 <SEP> 9 <SEP> 
<tb> Samenstelling <SEP> : <SEP> 
<tb> Polyol <SEP> : <SEP> XZ <SEP> 95203. <SEP> 00 <SEP> (1) <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100 <SEP> 100
<tb> Trichloroethylfosfaat <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10 <SEP> 10
<tb> Silikon-Stabilisator <SEP> B <SEP> 1903(2) <SEP> 1.2 <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2
<tb> Non <SEP> silikon
<tb> Stabilisator <SEP> LK <SEP> 221 <SEP> (3) <SEP> - <SEP> - <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2 <SEP> - <SEP> 1.2
<tb> Water <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1.

   <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 
<tb> Dimethylcyclohexylamine <SEP> 3. <SEP> 0 <SEP> 3. <SEP> 0 <SEP> 3. <SEP> 0 <SEP> 2. <SEP> 8 <SEP> 2. <SEP> 9 <SEP> 2. <SEP> 9 <SEP> 2. <SEP> 8 <SEP> 2. <SEP> 9 <SEP> 2. <SEP> 8 <SEP> 
<tb> Freon <SEP> (4) <SEP> 40 <SEP> 30 <SEP> 30 <SEP> 20 <SEP> 20 <SEP> 10 <SEP> 10
<tb> 2-chloorpropaan <SEP> - <SEP> 5. <SEP> 2 <SEP> 5. <SEP> 2 <SEP> 10. <SEP> 5 <SEP> 15. <SEP> 8 <SEP> 15. <SEP> 8 <SEP> 15. <SEP> 8 <SEP> 21 <SEP> 21
<tb> MDI <SEP> 44V40 <SEP> (5) <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157 <SEP> 157
<tb> 
   (I)   Merknaam van Dow chemical (2) Merknaam van Th.

   Goldschmidt AG (3) Merknaam van Air Products (4) Merknaam van du Pont (5) Merknaam van Bayer 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 Tabel   3 :   Fysische eigenschappen van de schuimen geproduceerd in de voorbeelden 1 - 9 
 EMI12.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 1 <SEP> 2 <SEP> 3 <SEP> 4 <SEP> 5 <SEP> 6 <SEP> 7 <SEP> 8 <SEP> 9 <SEP> 
<tb> Fysische <SEP> eigenschap <SEP> :

   <SEP> 
<tb> Kerndensiteit <SEP> (kg/m3) <SEP> 29, <SEP> 8 <SEP> 29. <SEP> 2 <SEP> 29. <SEP> 4 <SEP> 29. <SEP> 6 <SEP> 29. <SEP> 2 <SEP> 29. <SEP> 6 <SEP> 28. <SEP> 9 <SEP> 29. <SEP> 1 <SEP> 29. <SEP> 3 <SEP> 
<tb> Hardheid <SEP> (kPa) <SEP> 152 <SEP> 137 <SEP> 148 <SEP> 162 <SEP> 141 <SEP> 132 <SEP> 162 <SEP> 153 <SEP> 151
<tb> Gesloten <SEP> cellen <SEP> (%) <SEP> 93. <SEP> 1 <SEP> 92. <SEP> 6 <SEP> 93. <SEP> 8 <SEP> 93. <SEP> 7 <SEP> 92. <SEP> 7 <SEP> 91. <SEP> 9 <SEP> 94. <SEP> 2 <SEP> 94. <SEP> 0 <SEP> 92. <SEP> 8 <SEP> 
<tb> Friabiliteit <SEP> (%) <SEP> 6.8 <SEP> 6.2 <SEP> 5. <SEP> 4.9 <SEP> 5.0 <SEP> 4.1 <SEP> 4.2 <SEP> 2.9 <SEP> 3.2
<tb> Dimens. <SEP> stabiliteit <SEP> (%) <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3 <SEP> < 3
<tb> Krimp <SEP> bij <SEP> 40C <SEP> (%) <SEP> 1. <SEP> 2 <SEP> 3. <SEP> 2 <SEP> 1. <SEP> 4 <SEP> 9 <SEP> 1. <SEP> 1 <SEP> 6.

   <SEP> 3 <SEP> 1. <SEP> 5 <SEP> 7. <SEP> 1 <SEP> 1. <SEP> 4 <SEP> 
<tb> Brandklasse <SEP> (ASTM <SEP> D <SEP> 1692) <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> * <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> 
<tb> 



  Brandklasse <SEP> (DIN <SEP> 4102) <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3
<tb> LOI <SEP> 22. <SEP> 5 <SEP> 22. <SEP> 5 <SEP> 22. <SEP> 5 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22. <SEP> 5 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22
<tb> #initieel <SEP> (W/mK) <SEP> 0.0200 <SEP> 0.01989 <SEP> 0.0194 <SEP> 0.0209 <SEP> 0.0205 <SEP> 0.0212 <SEP> 0.0215 <SEP> 0.0219 <SEP> 0.0220
<tb> na <SEP> 15 <SEP> w. <SEP> 70 C <SEP> (W/mK) <SEP> 0.0247 <SEP> 0.0245 <SEP> 0.0248 <SEP> 0.0252 <SEP> 0.0249 <SEP> 0.0256 <SEP> 0.0252 <SEP> 0.0258 <SEP> 0.0255
<tb> 
 * Z.D > :

   zelfdovend 

 <Desc/Clms Page number 13> 

 
Uit tabel 3 blijkt duidelijk dat het gebruik van 2-chloorpropaan in combinatie met de niet silikon stabilisator aanleiding geeft tot schuimen die een krimpgedrag hebben gelijkaardig aan de traditionele schuimen op basis van CFC 11, en dit in tegenstelling tot deze schuimen, waarbij een silikon gebaseerde surfaktant aangewend wordt. Het blijkt bovendien uit deze voorbeelden dat met de ISO 2796 methode geen onderscheid te maken is tussen de schuimen die aan krimp onderhevig zijn en de stabiele schuimen. De krimptest bij   4 C   geeft wel een duidelijk onderscheid aan. Het schuim zoals geproduceerd in voorbeeld 8 is een schuim geproduceerd zoals beschreven in het Mobay octrooi nr. 656018 (1964). Het is duidelijk dat schuimen onderhevig aan dergelijke krimp, niet industrialiseerbaar zijn.

   Met deze uitvinding (voorbeeld 9) is het wel mogelijk een schuim te produceren met vergelijkbare krimp als een Freon 11 (Merknaam van Du Pont) geblazen schuim. Verder blijkt dat een vrij geringe verhoging van   -waarde   (na 15 weken op   70 C)   zich voordoet, dit in vergelijking met het Freon 11 ( Merknaam van Du Punt) geblazen schuim. Het blijkt bovendien uit deze voorbeelden dat de brandklassen van de schuimen, geproduceerd op basis van 2-chloorpropaan, essentieel niet verschillend zijn van de Freon 11 (Merknaam van Du Pont) geblazen schuimen. Het dient hier wel gesteld dat de   -waarden   relatief hoog liggen, omdat de stalen geproduceerd werden op laboratorium schaal.

   In de volgende voorbeelden zijn de schuimen geproduceerd op een machine, waardoor de betere menging   o. a.   aanleiding geeft tot een verbetering in de celstruktuur en dus ook van de   )-waarde.   Een belangrijk bijkomend voordeel van het 2-chloorpropaan is de afnemende friabiliteit bij hogere 2-chloorpropaan gehaltes. 



   Voorbeelden 10-15
In deze voorbeelden werd uitgegaan van polyolen zowel gebaseerd op alifatische als op aromatische keteninitiatoren, alsook van polyolen die mengsels zijn hiervan. 



   De polyolen hebben hydroxylgetallen die vergelijkbaar zijn en gemiddeld gelegen zijn rond 530. Er werd in deze voorbeelden steeds uitgegaan van een isocyanaat index van 110. Er werd gebruik gemaakt van 2-chloorpropaan als blaasmiddel. De aangewende formulates zijn weergegeven in tabel 4. 

 <Desc/Clms Page number 14> 

 



   De schuimen werden geproduceerd onder de vorm van platen op een dubbelbandmachine. Als bekleding werd een"gecoat" glasvlies aangewend van 300 g/m2. 



   De fysische eigenschappen van de bekomen produkten zijn weergegeven in tabel 5. Hieruit blijkt duidelijk dat het gekombineerd gebruik van 2-chloorpropaan en een non-silikon schuimstabilisator (in casu LK443) een stabiel schuim oplevert met een   dimensionele   stabiliteit (bij   4 C)   die veel beter is dan in alle andere gevallen. Het dient gesteld dat de stabiliteit hier geëvalueerd werd op het schuim zonder de bekleding. Uit deze voorbeelden blijkt bovendien dat deze uitvinding funktioneel is voor alle polyolen, onafhankelijk van de aard van deze polyol. Analoog zoals beschreven bij voorbeelden 1-9 worden schuimen verkregen met een goed   A-verouderingsgedrag.   

 <Desc/Clms Page number 15> 

 



  Tabel   4 :   Formulaties zoals aangewend in de voorbeelden 10 - 15 
 EMI15.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 10 <SEP> 11 <SEP> 12 <SEP> 13 <SEP> 14 <SEP> 15
<tb> Samenstelling <SEP> : <SEP> 
<tb> Polyol <SEP> : <SEP> XZ <SEP> 95203. <SEP> 00 <SEP> (1) <SEP> 100 <SEP> 100
<tb> Polyol <SEP> Caradol <SEP> MD <SEP> 944 <SEP> (2) <SEP> - <SEP> - <SEP> 100 <SEP> 100
<tb> Polyol <SEP> Baymer <SEP> VP <SEP> PU <SEP> 1504 <SEP> - <SEP> - <SEP> - <SEP> - <SEP> 100 <SEP> 100
<tb> (3)
<tb> Dimethylmethylfosfonaat <SEP> 6 <SEP> 68 <SEP> 8-- <SEP> 
<tb> SilikonStabilisator <SEP> B <SEP> 1903 <SEP> (4) <SEP> 1. <SEP> 5 <SEP> - <SEP> 1. <SEP> 5 <SEP> - <SEP> 1. <SEP> 5 <SEP> - <SEP> 
<tb> Non <SEP> silikon <SEP> - <SEP> 
<tb> Stabilisator <SEP> LK <SEP> 443 <SEP> (5) <SEP> - <SEP> 0.8 <SEP> - <SEP> 0.8 <SEP> - <SEP> 0.8
<tb> Water <SEP> 0. <SEP> 45 <SEP> 0.

   <SEP> 45 <SEP> 1 <SEP> 1 <SEP> 0. <SEP> 8 <SEP> 0. <SEP> 8 <SEP> 
<tb> dimethylcyclohexylamine <SEP> 2. <SEP> 0 <SEP> 2.0 <SEP> 1.5 <SEP> 1.5 <SEP> 3.2 <SEP> 3.2
<tb> 2-chloorpropaan <SEP> 26 <SEP> 26 <SEP> 26 <SEP> 26 <SEP> 26 <SEP> 26
<tb> MDI <SEP> 44V40 <SEP> (3) <SEP> 145 <SEP> 145 <SEP> 159 <SEP> 159 <SEP> 144 <SEP> 144
<tb> 
   (1)   Merknaam van Dow Chemical (2) Merknaam van Shell (3) Merknaam van Bayer (4) Merknaam van Th.

   Goldschmidt AG (5) Merknaam van Air Products 

 <Desc/Clms Page number 16> 

 Tabel 5 : fysische eigenschappen van de schuimen geproduceerd in de voorbeelden 10 - 15 
 EMI16.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 10 <SEP> 11 <SEP> 12 <SEP> 13 <SEP> 14 <SEP> 15
<tb> Fysische <SEP> eigenschap <SEP> : <SEP> 
<tb> Kerndensiteit <SEP> (kg/m') <SEP> 27. <SEP> 4 <SEP> 27. <SEP> 6 <SEP> 28. <SEP> 1 <SEP> 27. <SEP> 5 <SEP> 28. <SEP> 3 <SEP> 28. <SEP> 0 <SEP> 
<tb> Hardheid <SEP> (kPa) <SEP> 162 <SEP> 174 <SEP> 187 <SEP> 161 <SEP> 171 <SEP> 163
<tb> Krimp <SEP> bij <SEP> 4 C <SEP> (%) <SEP> 8.3 <SEP> 1.5 <SEP> 6.8 <SEP> 1.2 <SEP> 6.9 <SEP> 1.3
<tb> Brandklasse <SEP> ASTM <SEP> D1692 <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> (*) <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> Z. <SEP> D. <SEP> 
<tb> 



  DIN <SEP> 4201 <SEP> (5) <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B2 <SEP> B2 <SEP> B2 <SEP> B3
<tb> LOI <SEP> ASTM <SEP> D2863 <SEP> 23 <SEP> 22 <SEP> 25 <SEP> 24. <SEP> 5 <SEP> 24 <SEP> 24
<tb> Friabiliteit <SEP> 3. <SEP> 1 <SEP> 3. <SEP> 4 <SEP> 2. <SEP> 9 <SEP> 2. <SEP> 4 <SEP> 2. <SEP> 9 <SEP> 3. <SEP> 1 <SEP> 
<tb> #initial <SEP> 0. <SEP> 0189 <SEP> 0.0186 <SEP> 0.0172 <SEP> 0.0174 <SEP> 0.0180 <SEP> 0.0180
<tb> \na <SEP> 15 <SEP> w <SEP> 700C <SEP> 0. <SEP> 0239 <SEP> 0. <SEP> 0241 <SEP> 0. <SEP> 0232 <SEP> 0. <SEP> 0237 <SEP> 0. <SEP> 0242 <SEP> 0. <SEP> 0236 <SEP> 
<tb> 
 (*) Z. D. : zelfdovend 

 <Desc/Clms Page number 17> 

 
Voorbeelden 16-22
In deze voorbeelden werden grote blokken geproduceerd met als dimensies 2 m X 0, 60 m X 0, 60 m. Er werd uitgegaan van mengsels waarbij een combinatie van een sorbitol-gebaseerde polyetherpolyol en een fosforzure polyesterpolyol aangewend werden.

   Als blaasmiddel werd steeds het 2-chloorpropaan aangewend, doch in dalende concentraties zodat schuimdensiteiten bekomen werden van typisch 30 kg/m3 tot 75 kg/m3. Als isocyanaat werd gebruik gemaakt van een geprepolymeriseerde isocyanaat met een equivalent gewicht van circa 150. 



   De formulaties zijn weergegeven in tabel 6. 



   De fysische eigenschappen zijn samengevat in tabel 7. Het blijkt hieruit dat het ook mogelijk is 2-chloorpropaan aan te wenden in de produktie van blokken waarbij densiteiten van 30-80 kg/m3 kunnen geproduceerd worden. 



   Het voordeel van het 2-chloorpropaan in combinatie met de celstabilisatoren zoals hierboven beschreven, ligt in het feit dat krimpvrije en stabiele schuimen verkregen worden die bovendien een excellent verouderingsgedrag vertonen, waardoor de toename van de geleidingscoëfficiënt in de tijd relatief beperkt blijft. 

 <Desc/Clms Page number 18> 

 



  Tabel 6 : Formulaties zoals aangewend in de voorbeelden 16 - 22 
 EMI18.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 16 <SEP> 17 <SEP> 18 <SEP> 19 <SEP> 20 <SEP> 21 <SEP> 22
<tb> Samenstelling <SEP> : <SEP> 
<tb> Polyetherpolyol <SEP> 75 <SEP> 75 <SEP> 75 <SEP> 75 <SEP> 75 <SEP> 75 <SEP> 75
<tb> Polyesterpolyol <SEP> 25 <SEP> 25 <SEP> 25 <SEP> 25 <SEP> 25 <SEP> 25 <SEP> 25
<tb> LK <SEP> 221 <SEP> (*) <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 
<tb> Diethylamine <SEP> 1. <SEP> 75 <SEP> 1. <SEP> 75 <SEP> 1. <SEP> 75 <SEP> 1. <SEP> 80 <SEP> 1. <SEP> 80 <SEP> 1. <SEP> 90 <SEP> 1. <SEP> 95 <SEP> 
<tb> Sn-octoaat <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 0. <SEP> 05 <SEP> 
<tb> K-octoaat <SEP> 0. <SEP> 5 <SEP> 0. <SEP> 5 <SEP> 0. <SEP> 4 <SEP> 0.

   <SEP> 4 <SEP> 0. <SEP> 3 <SEP> 0. <SEP> 3 <SEP> 0. <SEP> 3 <SEP> 
<tb> 2-chloorpropaan <SEP> 22. <SEP> 2 <SEP> 19. <SEP> 2 <SEP> 16. <SEP> 8 <SEP> 15. <SEP> 0 <SEP> 12. <SEP> 3 <SEP> 10. <SEP> 2 <SEP> 7. <SEP> 9 <SEP> 
<tb> Polymeer <SEP> MDI <SEP> 142 <SEP> 142 <SEP> 142 <SEP> 142 <SEP> 14 <SEP> 142 <SEP> 142
<tb> 
 (*) Merknaam van Air Products 

 <Desc/Clms Page number 19> 

   Taxi 1   7 :

   Fysische eigenschappen van de schuimen geproduceerd in de voorbeelden 16 - 22 
 EMI19.1 
 
<tb> 
<tb> Voorbeeld <SEP> 16 <SEP> 17 <SEP> 18 <SEP> 19 <SEP> 20 <SEP> 21 <SEP> 22
<tb> Fysische <SEP> eigenschap <SEP> : <SEP> 
<tb> Kerndensiteit <SEP> (kg/m3) <SEP> 30. <SEP> 7 <SEP> 34. <SEP> 9 <SEP> 41. <SEP> 2 <SEP> 45. <SEP> 6 <SEP> 49. <SEP> 8 <SEP> 60. <SEP> 2 <SEP> 75. <SEP> 6 <SEP> 
<tb> Hardheid <SEP> (kPa) <SEP> 152 <SEP> 182 <SEP> 264 <SEP> 292 <SEP> 330 <SEP> 483 <SEP> 634
<tb> Gesloten <SEP> cellen <SEP> (%) <SEP> 91 <SEP> 91 <SEP> 90 <SEP> 92 <SEP> 92 <SEP> 91 <SEP> 91
<tb> Friabiliteit <SEP> (%) <SEP> 14. <SEP> 7 <SEP> 12. <SEP> 8 <SEP> 12. <SEP> 4 <SEP> 10. <SEP> 2 <SEP> 9. <SEP> 2 <SEP> 8. <SEP> 7 <SEP> 6.

   <SEP> 0 <SEP> 
<tb> Krimp <SEP> bij <SEP> 40C <SEP> (%) <SEP> 1.3 <SEP> 0.9 <SEP> 0.5 <SEP> 0.4 <SEP> 0.4 <SEP> 0.2 <SEP> 0.2
<tb> #initieel <SEP> (W/mK) <SEP> 0.0199 <SEP> 0.0208 <SEP> 0.0210 <SEP> 0.0207 <SEP> 0.0210 <SEP> 0.0215 <SEP> 0.0220
<tb> ) <SEP> na <SEP> 15 <SEP> w <SEP> 70 C <SEP> (W/mK) <SEP> 0.0232 <SEP> 0.0239 <SEP> 0.0239 <SEP> 0.0244 <SEP> 0.0250 <SEP> 0.0249 <SEP> 0.0260
<tb> Brandtest <SEP> ON <SEP> 4102 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3 <SEP> B3
<tb> LOI <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22 <SEP> 22
<tb> 
 

 <Desc/Clms Page number 20> 

 
Voorbeelden 23-26
In deze voorbeelden werd een formulatie aangewend analoog met deze beschreven in voorbeeld 14.

   Het schuim werd geproduceerd op een discontinue wijze, waarbij het reagerend mengsel tussen 2 harde   bekledingen   (staal-en polyesterplaat)   geïnjecteerd   werd. 



  Er werden in dit voorbeeld 4 verschillende diktes geproduceerd. Hierbij werd, afhankelijk van de dikte, een verschillende densifikatiefaktor toegepast, zoals weergegeven in tabel 8. 



  Tabel 8 : Densifikatiefaktoren en densiteiten, zoals aangewend in de voorbeelden 23-26. 
 EMI20.1 
 
<tb> 
<tb> 



  Voorbeeld <SEP> 23 <SEP> 24 <SEP> 25 <SEP> 26
<tb> Dikte <SEP> (mm) <SEP> 60 <SEP> 90 <SEP> 160 <SEP> 200
<tb> Densifikatie <SEP> faktor <SEP> 1. <SEP> 43 <SEP> 1. <SEP> 28 <SEP> 1. <SEP> 22 <SEP> 1. <SEP> 20 <SEP> 
<tb> Kerndensiteit <SEP> (kg/m) <SEP> 42. <SEP> 4 <SEP> 41. <SEP> 0 <SEP> 38. <SEP> 9 <SEP> 38. <SEP> 2 <SEP> 
<tb> !
<tb> 
 
 EMI20.2 
 De geproduceerde panelen vertoonden uitstekende mechanische eigenschappen. De hechting van het polyurethaan met de bekledingen was vergelijkbaar met deze bekomen in deze gevallen waar Freon 11 (Merknaam van Du Pont) aangewend werd. 



   Voorbeeld 27
In dit voorbeeld werd een formule gebruikt met een isocyanaatindex van 250. Er werd hier uitgegaan van een polyesterpolyol zoals weergegeven in tabel 9. 



  Tabel 9 : Formulatie zoals aangewend in voorbeeld 27 

 <Desc/Clms Page number 21> 

 
 EMI21.1 
 
<tb> 
<tb> Polyol <SEP> Chardol <SEP> 336 <SEP> A <SEP> (a) <SEP> 100
<tb> Non <SEP> silikon <SEP> stabilisator <SEP> (b) <SEP> 1. <SEP> 5 <SEP> 
<tb> Fomrez <SEP> M66-82A
<tb> Katalysator <SEP> TMR <SEP> 30 <SEP> (c) <SEP> 0. <SEP> 2 <SEP> 
<tb> K-Octoaat <SEP> 1.

   <SEP> 6 <SEP> 
<tb> 2-chloorpropaan <SEP> 16
<tb> MDI <SEP> (44V20) <SEP> (d) <SEP> 138
<tb> 
 (a) Merknaam van Chardanol (b) Merknaam van Witco (c) Merknaam van air Products (d) Merknaam van Bayer
De schuimen beschreven in deze voorbeelden werden geproduceerd op een machine waarbij de 2 componenten (in casu een mengsel van polyol, katalysator, celstabilisator, blaasmiddel enerzijds en MDI anderzijds) onder hoge druk gemengd worden in een mengkamer en vervolgens verdeeld worden in een mal op een bekleding, hoofdzakelijk bestaande uit aluminium bedekt met een polyethyleenlaag. 



  De mal werd naderhand gesloten en na ca. 5 minuten opnieuw geopend. Op deze manier werden schuimplaten bekomen van 40 cm X 40 cm X 5 
 EMI21.2 
 cm. 



   De fysische eigenschappen van het schuim zijn weergegeven in tabel 10. 



  Tabel 10 : Fysische eigenschappen van het schuim zoals geproduceerd in voorbeeld 27. 
 EMI21.3 
 
<tb> 
<tb> 



  Kerndensiteit <SEP> (kg/m3) <SEP> 40
<tb> Hardheid <SEP> (kPa) <SEP> 250
<tb> Brandtesten <SEP> ASTM <SEP> D1692 <SEP> zelfdovend
<tb> Brandtesten <SEP> DIN <SEP> 4102 <SEP> B2
<tb> LOI <SEP> 25
<tb> 
 

 <Desc/Clms Page number 22> 

 
 EMI22.1 
 
<tb> 
<tb> Gesloten <SEP> cellen <SEP> (%) <SEP> 92. <SEP> 7 <SEP> 
<tb> Krimp <SEP> bij <SEP> 40C <SEP> (%) <SEP> 1. <SEP> 8 <SEP> 
<tb> ) <SEP> initieel <SEP> 0. <SEP> 0210 <SEP> 
<tb> ana <SEP> 15 <SEP> w. <SEP> 70 C <SEP> 0. <SEP> 0249 <SEP> 
<tb> 
 
Hieruit blijkt dat door deze technologie ook polyisocyanuraatschuimen kunnen geproduceerd worden die niet meer onderhevig zijn aan krimp. 



   Voorbeeld 28
In dit voorbeeld werd uitgegaan van een formulatie die in hoofdzaak aangewend wordt in spray-toepassingen. De formulatie is weergegeven in tabel 11. 



  Tabel 11 : Formulatie zoals aangewend in voorbeeld 28 
 EMI22.2 
 
<tb> 
<tb> Polyol <SEP> Acrol <SEP> 3750 <SEP> (*) <SEP> 34. <SEP> 2 <SEP> 
<tb> Dibutyltindilauraat <SEP> 0. <SEP> 2 <SEP> 
<tb> Stabilisator <SEP> LK <SEP> 443 <SEP> (**) <SEP> 0. <SEP> 3 <SEP> 
<tb> 2-chloorpropaan <SEP> 8. <SEP> 6 <SEP> 
<tb> Polymeer <SEP> isocyanaat <SEP> 50. <SEP> 9 <SEP> 
<tb> 
 (*) Merknaam van Arco (**) Merknaam van Air Products
De schuimen vertoonden een goede isolatiewaarde   (= 0. 0190   W/mK) en een excellent verouderingsgedrag   (\na   15 weken op   70 C   = 0. 0228 W/mK). 



   Dit voorbeeld duidt er op dat chloorpropaan, meer bepaald 2-chloorpropaan, als blaasmiddel kan ingezet worden in spray-toepassingen. 



  Voorbeelden 29-38 In deze voorbeelden werden schuimen geproduceerd analoog met het schuim beschreven in voorbeeld 8. Er werd echter uitgegaan van een reeks niet silicon gebaseerde stabilisatoren. De aangewende produkten zijn typische voorbeelden van de produkten zoals hierboven beschreven. Als evaluatiecriterium werd steeds de krimp beoordeeld bij   4 C.   

 <Desc/Clms Page number 23> 

 
 EMI23.1 
 
<tb> 
<tb> voorbeeld <SEP> Stabilisator <SEP> Krimp <SEP> bij <SEP> 4 C <SEP> (%)
<tb> 29 <SEP> C8H17-O- <SEP> (CH2-CH2-O)-H <SEP> 2.0
<tb> 30 <SEP> oleaatester <SEP> van <SEP> sorbitan <SEP> + <SEP> 12 <SEP> mol <SEP> EO <SEP> i <SEP> 1. <SEP> 7 <SEP> 
<tb> 31 <SEP> C17H35-#-O- <SEP> (CH2-CH2-O)5-H <SEP> 1.5
<tb> 32 <SEP> 
<tb> C12H233 <SEP> C17H35COOCH2CH2NHCH2CH2OH <SEP> + <SEP> 2 <SEP> mol <SEP> EO <SEP> 2.

   <SEP> 1
<tb> 34 <SEP> C18H35-CH2 <SEP> + <SEP> 8 <SEP> mol <SEP> EO <SEP> 1.6
<tb> CH3 <SEP> CH3 <SEP> 
<tb> 3 <SEP> 3
<tb> 35 <SEP> (CH3)2CHCH2-#-C-C-C-CH2CH(CH3)2 <SEP> 1.9
<tb> OH <SEP> +10mdEO
<tb> 36 <SEP> C12H25OSO3#K# <SEP> 2.1
<tb> 37 <SEP> Natriumdioctylsulfosuccinaat <SEP> 2.0
<tb> 38 <SEP> 
<tb> 
 Het blijkt hieruit dat de krimp steeds beduidend kleiner is dan deze bekomen in voorbeeld 8 (tabel 3). 



  Voorbeeld 39 In dit voorbeeld werd gebruik gemaakt van l-chloorpropaan als blaasmiddel. Het schuim werd geproduceerd op analoge wijze als beschreven in voorbeeld 18, waarbij het 2-chloorpropaan vervangen werd door gelijke hoeveelheden 1-chloorpropaan. De eigenschappen van dit schuim zijn analoog zoals weergegeven in tabel 1.

Claims (1)

  1. CONCLUSIES 1. Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen, waarbij men een isocyanaat en een actieve waterstof bevattende verbinding in reactie brengt in aanwezigheid van een katalysator, schuimstabilisator en blaasmiddel, dat chloorpropaan bevat, waarbij men een schuimstabilisator gebruikt die hoofdzakelijk van het niet silicon type is.
    2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat men gebruik maakt, van een niet silicon gebaseerd bestanddeel als schuimstabilisator dat gevormd wordt door minstens een copolymeer met EMI24.1 volgende algemene structuurformule EMI24.2 AO.
    1 (f) 1 q r EMI24.3 waarbij - A een cyclische of acyclische groep is met :1 tot 12 koolstofatomen (2 tot [26 - (j + m)] waterstofatomen 0 tot 4 zuurstofatomen 0 tot 2 stikstofatomen - E een groep is met als algemene struktuurformule : EMI24.4 met n = 3 tot 5 - G een groep is met als algemene struktuurformule : <Desc/Clms Page number 25> EMI25.1 waarbij u = 2 of 3 v = 2 tot 9 - K een groep is met als struktuurformule : EMI25.2 met R een acyclisch of cyclisch radiaal met 1 tot 18 koolstofatomen en X = 3 of 4 waarbij verder : j = 0 tot 8 EMI25.3 m = tot 4 l < j+m8 s 2 tot 4 w = 1 tot 200 p= i tot 10 q = 1 tot 10 r = 1 tot 50 3.
    Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk dat men gebruik maakt van een copolymeer met bovenvermelde algemene struktuurformule, waarin A een koolwaterstof radikaal is dat 2 tot 26-j waterstofatomen bevat en waarin m = 0 is.
    4. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk dat men gebruik maakt van niet-ionische, niet silicon gebaseerde schuimstabilisatoren welke minstens bestaan uit een van volgende bestanddelen : - condensatieprodukten van alkylfenolen met ethyleenoxyde met als algemene struktuurformule : EMI25.4 waarbij R 8 tot 14 C atomen bevat en x varieert van 1 tot 40. <Desc/Clms Page number 26> - mono-, di- of tri-esters van condensatieprodukten van sorbitan met ethyleenoxyde, waarbij preferentieel gebruik wordt gemaakt van lauraat, palmitaat, stearaat of oleaat esters ;
    - condensatieprodukten van vetzuren met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld de condensatieprodukten van stearinezuur met ethyleenoxyde - condensatieprodukten van alkoholen met ethyleenoxyde, met een EMI26.1 hydrofobe keten tot 18 C atomen bevat en gecondenseerd wordt (waarbij n het aantal C atomen van de hydrofobe ketting aanduidt) ; - condensatieprodukten van amides met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld het diethanolamine- mono-stearaat derivaat gecondenseerd met 2 mol ethyleenoxyde ; - condensatieprodukten van amines met ethyleenoxyde, zoals bijvoorbeeld de produkten uitgaande van oleylamine en ethyleenoxyde ; - condensatieprodukten van mercaptaanderivaten en ethyleenoxyde ; - acetyleenderivaten zoals bij voorbeeld het produkt met als struktuurformule : EMI26.2 gecondenseerd met 0 tot 40 mol ethyleenoxyde 5.
    Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk dat men gebruik maakt van anionische stabilisatoren welke minstens bestaan uit een van volgende bestanddelen : EMI26.3 <Desc/Clms Page number 27> EMI27.1 EMI27.2 (Q))-CHSO x 2 4 waarbij R een alkylradikaal met 8 tot 20 C atomen en waarbij M een EMI27.3 tegenion voorstelt, zoals bij voorbeeld H+, K, , , ...
    6. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk dat men gebruik maakt van kationische stabilisatoren welke minstens bestaan uit een van volgende bestande- len : - amines onder de acetaat of chloorhydraat vorm - quateraire ammoniumzouten - pyridine en quinoline derivaten - derivaten van ethanolamines 7. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk dat men als schuimstabilisatoren nagenoeg uitsluitend niet silikon gebaseerde bestanddelen gebruikt.
    8. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 7, met het kenmerk dat men tussen 0, 01 en 10 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen polyol en bij voorkeur tussen 0, 1 en 4 gewichtsdelen van genoemde schuimstabilisator gebruikt.
    9. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk dat men een fysisch blaasmiddel gebruikt dat hoofdzakelijk 2-chloorpropaan bevat.
    10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk dat men een fysisch blaasmiddel dat minstens 90 %, en bij voorkeur nagenoeg volledig uit chloorpropaan bestaat.
BE8901020A 1989-03-03 1989-09-22 Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen. BE1003475A6 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE8901020A BE1003475A6 (nl) 1989-03-03 1989-09-22 Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen.
EP19900200395 EP0386814A3 (en) 1989-03-03 1990-02-21 A method for preparing hard polyurethane and polyisocyanurate foams
AU50125/90A AU631183B2 (en) 1989-03-03 1990-02-26 A method for preparing hard polyurethane and polyisocyanurate foams
NO90900971A NO900971L (no) 1989-03-03 1990-03-01 Fremgangsmaate for fremstilling av hard-polyuretan- og hard-polyisocyanurat-skumplast.
FI901048A FI901048A0 (fi) 1989-03-03 1990-03-01 Foerfarandet foer framstaellning av haord polyuretan och isocyanaturat skum.
JP2051612A JPH02283736A (ja) 1989-03-03 1990-03-02 硬質ポリウレタン及びポリイソシアヌレートフォームの製造法
CA002011374A CA2011374C (en) 1989-03-03 1990-03-02 Method for preparing hard polyurethans and polyisocyanurate foams
US07/487,503 US5132332A (en) 1989-03-03 1990-03-02 Method for preparing hard polyurethane and polyisocyanurate foams using chloropropane blowing agent and non-silicon foam stabilizer

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE8900227A BE1002898A6 (nl) 1989-03-03 1989-03-03 Polyisocyanuraatschuim of met polyurethaan gemodifieerd polyisocyanuraatschuim, alsook werkwijze voor het bereiden van dit schuim.
BE8901020A BE1003475A6 (nl) 1989-03-03 1989-09-22 Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1003475A6 true BE1003475A6 (nl) 1992-03-31

Family

ID=25662429

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE8901020A BE1003475A6 (nl) 1989-03-03 1989-09-22 Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US5132332A (nl)
EP (1) EP0386814A3 (nl)
JP (1) JPH02283736A (nl)
AU (1) AU631183B2 (nl)
BE (1) BE1003475A6 (nl)
CA (1) CA2011374C (nl)
FI (1) FI901048A0 (nl)
NO (1) NO900971L (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5260344A (en) * 1992-03-13 1993-11-09 Asahi Glass Company, Ltd. Open cell rigid isocyanurate foams and method for producing the same and vacuum heat insulating layer by use of the same
US5600019A (en) * 1993-12-17 1997-02-04 The Dow Chemical Company Polyisocyanate based polymers perpared from formulations including non-silicone surfactants and method for the preparation thereof
US5385952A (en) * 1994-08-17 1995-01-31 Basf Corporation Flame resistant rigid polyurethane foams containing phosphorus and a halogen
GB2292386A (en) * 1994-08-17 1996-02-21 Basf Corp Polyol compositions and rigid polyisocyanate based foams containing 2-chloropr opane and aliphatic hydrocarbon blowing agents
US5556894A (en) * 1994-11-04 1996-09-17 Basf Corporation Flame resistant rigid polyurethane foams containing phosphorus and a halogen
DE10337787A1 (de) * 2003-08-14 2005-03-24 Basf Ag Flammgeschützter Polyurethanhartschaumstoff, enthaltend siliconfreie Schaumstabilisatoren
DE102006042338A1 (de) * 2006-09-08 2008-03-27 Evonik Goldschmidt Gmbh Verwendung von Urethan- oder Harnstoffgruppen enthaltenden Polyethern zur Stabilisierung von Polyurethanschäumen
US20120301646A1 (en) * 2011-05-23 2012-11-29 PPG Insdustries Ohio, Inc. Coating compositions for containers
KR102075164B1 (ko) * 2019-08-29 2020-02-07 강대화 폴리우레탄 발포체 제조용 조성물 및 이를 이용하여 폴리우레탄 발포체를 제조하는 방법

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
LU34008A1 (nl) * 1955-06-22 1900-01-01
FR1302452A (fr) * 1960-06-02 1962-08-31 Dow Chemical Co Mousses de résines de polyuréthane possédant un faible pouvoir de transmission des vapeurs humides
FR1416089A (fr) * 1963-11-29 1965-10-29 Mobay Chemical Corp Porogènes pour mousses de polyuréthane
US3914188A (en) * 1974-01-31 1975-10-21 Air Prod & Chem Method of preparing cellular foams using polymeric stabilizer of cyclic nitrogenous monomers
DE3724716C1 (de) * 1987-07-25 1988-06-01 Goldschmidt Ag Th Verfahren zur Herstellung von Polyurethan- und/oder Polyisocyanurat-Hartschaeumen

Also Published As

Publication number Publication date
NO900971D0 (no) 1990-03-01
AU5012590A (en) 1990-09-06
EP0386814A2 (en) 1990-09-12
NO900971L (no) 1990-09-04
FI901048A0 (fi) 1990-03-01
US5132332A (en) 1992-07-21
AU631183B2 (en) 1992-11-19
EP0386814A3 (en) 1991-11-06
CA2011374C (en) 1998-02-03
CA2011374A1 (en) 1990-09-03
JPH02283736A (ja) 1990-11-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0429103B1 (en) Soft flexible polyurethane foams, a process for preparing the same, and a polyol composition useful in said process
KR100245236B1 (ko) 폴리우레탄 발포체
EP0253834B1 (en) Flexible polyurethane foams prepared from poly(ethylene carbonate) polyols
CZ20012816A3 (cs) Polopevná pěna s otevřenou buněčnou strukturou s odlupujícím se grafitem
CA2294821A1 (en) Flame resistant rigid polyurethane foams blown with hydrofluorocarbons
ES2230293T3 (es) Espumas en pelicula integrales que emplean agentes de expansion de pentafluorobutano.
SK150897A3 (en) New flexible polyurethane foams
JPH0241335A (ja) 軟質ポリウレタンフォームの製造方法
KR20010101240A (ko) 층상 박리성 흑연을 함유하는 폴리우레탄계 발포체 및이의 제조방법
JPH02105811A (ja) ポリウレタンフオームの製造方法
JPH01108216A (ja) 軟質ポリウレタン発泡体の製法
EP0496081B1 (en) Rigid polyurethane and polyisocyanurate foams
US4076654A (en) Process for producing a flame- and smoke-retarded, non-shrinkable, flexible polyurethane foam
BE1003475A6 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van harde polyurethaan- en polyisocyanuraatschuimen.
CA2150693A1 (en) Process for the production of polyurethane foams
US4180631A (en) Flame-and smoke-resistant flexible polyurethane foam and compressed foam sheet
CZ298818B6 (cs) Způsob výroby vodou nadouvaných polyurethanových pěn, způsob výroby tuhé polyurethanové pěny, způsob výroby pružné pěny a kompozice pro tyto způsoby
JPH09507872A (ja) 硬質ポリウレタンフォームおよびそれを含むラミネート製品の製造方法
JPH0770270A (ja) 硬質ポリウレタンもしくはウレタン改質ポリイソシアヌレートフォームの製造方法
WO1999060045A1 (en) Polyol blend for the preparation of open cell rigid polyurethane foams
US5741827A (en) Production of flame-resistant flexible polyurethane foams
US5885479A (en) Production of flame-resistant flexible polyurethane foams
KR100982430B1 (ko) 경질 폴리우레탄폼용 포리올 조성물 및 경질폴리우레탄폼의 제조 방법
WO1982003865A1 (en) Polyurethane foam
EP0435981A4 (en) Polyurethane compositions exhibiting reduced smoke density and method of preparing same

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: RECTICEL N.V.

Effective date: 19940930