NL8900491A - Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten. - Google Patents

Description

- 1 - 4 VO 2064

Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten.

Deze uitvinding heeft betrekking op een hulpstuk om vloeistoffen over te gieten. Het werd bedacht en ontworpen voor gebruik bij ieder soort recipiënt, dat afgesloten wordt met een schroefdop, zoals bepaalde bussen of vaten die brandstof en/of olie bevatten voor voertuigen of voor ieder ander gebruik, wanneer het gebruikte recipiënt een mond of hals vertoont met schroef-dop.

Zoals afgeleid kan worden uit wat voorafging, wordt het uitgevonden hulpstuk gebruikt om elke vloeistof van een recipiënt, waarop het hulpstuk gemonteerd werd, over te gieten in een ander recipiënt, dat de vloeistof opvangt.

Het is algemeen bekend dat het vaak onmogelijk is vloeistoffen over te gieten van het ene in het andere recipiënt, omwille van de vorm van het recipiënt of omwille van de moeilijke toegang van het ontvangende recipiënt. Wanneer bij bepaalde gelegenheden toch vloeistof overgegoten wordt, gaat dit bijna zeker gepaard met een aanzienlijk verlies van de vloeistof.

Omdat de recipiënten niet uitgerust zijn met verstelbare elementen, die het gewenste overgieten mogelijk maken, als het duidelijk gaat om gewoon overgieten, werd een nieuw hulpstuk gecreëerd, waardoor het overgieten van vloeistoffen probleemloos en gemakkelijk verloopt zonder onnodige verspilling van de vloeistof.

Concreet zal het hulpstuk waarvan hier sprake is, vast gemonteerd worden op de geschroefde mond of hals van het recipiënt. Het wordt vastgezet op de hals door middel van een schroefbeweging en laat montage en bijhorend vastschroeven van de oorspronkelijke dop toe, zodat het recipiënt afgesloten kan worden wanneer het hulpstuk niet gebruikt wordt.

8900491.

ί i - 2 -

Het beschreven hulpstuk bestaat uit een hol stuk kunststof, waarin twee delen onderscheiden kunnen worden. Het ene vormt een hol gedeelte met inwendige schroefdraad voor de montage op de hals van het recipiënt en met een uitwendige schroefdraad voor de schroefkoppeling van de sluitdop. Het andere gedeelte is een axiale verlenging van het vorige en heeft een iets kleinere diameter. Het heeft de vorm van een verlengbare, soepele en wendbare harmonika en blijft stabiel in elke positie die eraan gegeven wordt. Dit tweede gedeelte kan opnieuw in zijn oorspronkelijke stand gebracht worden en vormt het eigenlijke mondstuk, dat onzichtbaar blijft op de mond van het recipiënt, wanneer hierop de passende sluitdop geschroefd wordt.

Dit hulpstuk is erg nuttig als het deel uitmaakt van het recipiënt. Dit wil zeggen dat het hulpstuk op de hals van het recipiënt gemonteerd wordt en zo het recipiënt afsluit met de eigen dop, die normaal perforaties vertoont als element van verzegeling.

Om de eigenschappen van de uitvinding duidelijker uit te leggen, wordt hierna een gedetailleerde beschrijving gegeven op basis van tekeningen die bij onderhavig dokument gevoegd werden en er volkomen deel van uitmaken.

De beschrijving die volgt, wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet.

Figuur 1 stelt een vertikaal beeld voor van het hulpstuk met de onafhankelijke sluitdop van het recipiënt. De twee elementen worden voor 1/4 voorgesteld in doorsnede.

Figuur 2 stelt een vertikale doorsnede voor van het op de hals van een recipiënt gemonteerde hulpstuk, waarop de sluitdop aangebracht werd, die zo het hulpstuk omsluit en beschermt.

Figuur 3 stelt een zijaanzicht voor van de vorm of stand waarin het hulpstuk gebruikt kan worden of beter gezegd het mondstuk zelf, die iedere richting 8900491.

♦ t * - 3 - kan aannemen en stabiel blijft in die stand totdat het mondstuk met de hand in de oorspronkelijke stand teruggebracht wordt.

Zoals vastgesteld kan worden op de bijgevoegde tekeningen bestaat het hulpstuk uit één stuk kunststof 1, waarin twee delen onderscheiden kunnen worden. Het ene vormt een soort huls 2 met een inwendige 3 en uitwendige 4 schroefdraad, die in een van de uiteinden of opening een ringvormige uitstekende rand 5 vertoont waarop een klem of iets dergelijks voorzien is, die bij schroefkoppeling op de hals 6 van het recipiënt 7 vastschroeven toelaat maar losschroeven of ontkoppelen verhindert.

Aan het uiteinde dat geen uitstekende rand vertoont, wordt de huls 2 verlengd in het tweede deel van het hulpstuk, dat bestaat uit een kokervormig harmoni-kavormig gedeelte 8, dat axiaal op de huls 2 aansluit en een kleinere diameter heeft dan de huls 2. Dit harmonikavormig gedeelte 8 heeft een opening met een versterkte ribbel 9.

Zoals voordien al werd vermeld, is het harmonika-vormig gedeelte verlengbaar, soepel, richtbaar en blijft stabiel in elke positie, die eraan gegeven wordt. De oorspronkelijke stand kan weer ingenomen worden door het hulpstuk eenvoudig met de hand te bewegen of van vorm te veranderen zodat de oorspronkelijke stand weer bereikt wordt. Zoals reeds werd aangegeven, vormt dit harmonikavormig gedeelte 8 het eigenlijke mondstuk.

Volgens de beschreven onderdelen gebeurt de montage als volgt :

De huls 2 wordt maximaal op de hals 6 van het recipiënt geschroefd, zodat het harmonikavormig gedeelte 8 als verlenging van de hals 6 het mondstuk vormt. Daardoor wordt het mogelijk de vloeistof uit het ene in het andere recipiënt over te gieten. Het mondstuk 8 werd vooraf met de hand in de gewenste stand gebracht 8900491· τ / ν - 4 - en aangepast aan de eigenschappen van het recipiënt dat de over te gieten vloeistof zal opvangen.

Als de overheveling tenslotte beëindigd wordt en het recipiënt 7 nog vloeistof bevat, zal dit afgesloten worden met een passende dop 10, die voorzien is van perforaties 11 als element van verzegeling.

De dop zal duidelijk geschroefd worden op de uitwendige schroefdraad 4 van de huls 2.

89 0 0491.'

Claims (2)

7> > - 5 -

1. Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten, dat bestemd is om op de hals (6) van een recipiënt (7), gemonteerd te worden waaruit men vloeistof wil overgieten in een ander recipiënt, dat de vloeistof dan opvangt waarbij het hulpstuk als het ware een verlengstuk van de hals (6) van het gebruikte recipiënt (7) vormt, daardoor gekenmerkt dat het uit een cirkelvormig hol lichaam bestaat, bij voorkeur uit kunststof, dat twee onderscheiden delen (2,8) bevat, waarvan het ene een soort huls (2) is met inwendige schroefdraad (3) voor montage op de hals (6) van het recipiënt (7) en een uitwendige schroefdraad (4) voor montage van de sluitdop (10) van het recipiënt (7) en het andere gedeelte bestaat uit een kokervormig harmonikavormig deel (8) dat een axiale verlenging is van een van de uiteinden van het voornoemde gedeelte (2) waarbij dit harmonikavormig deel (8), met een kleinere diameter dan de huls (2) verlengbaar, soepel, wendbaar is en stabiel blijft in elke positie, die eraan gegeven wordt en bovendien opnieuw in zijn oorspronkelijke stand teruggebracht kan worden en het eigenlijke mondstuk vormt.

2. Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten, volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de huls (2) aan zijn vrije uiteinde een ringvormige uitspringende rand (5) vertoont waarin klemmen of iets dergelijks voorzien zijn, die vastschroeven toelaten maar losschroeven of ontkoppeling van de huls (2) verhinderen. 690049 1. r 'i - 6 - Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten. Hulpstuk om vloeistoffen over te gieten, voor montage op de hals van een recipiënt, dat bestaat uit een cirkelvormig hol lichaam, bij voorkeur uit kunststof, waarin twee delen onderscheiden kunnen worden. Het ene bestaat uit een soort huls (2) met inwendige schroefdraad (3) voor montage op de hals (6) van het recipiënt (7) en een uitwendige schroefdraad (4) voor de montage van de sluitdop (10) op het recipiënt (7). Het andere gedeelte bestaat uit een kokervormig harmonika-vormig deel (8) dat een axiale verlenging is van een van de uiteinden van het voornoemde deel. Het harmonika-vormig deel (8) met een kleinere diameter dan de huls (2) is verlengbaar, soepel, wendbaar en blijft stabiel in elke positie, die eraan gegeven wordt. Het kan bovendien in zijn oorspronkelijke positie teruggebracht worden. Figuur 2. 89 0049 1.'