NL8102868A - Transmission chain for conical disc transmission - has pair of apertures in each link to receive hinge pins of which end surfaces bear against discs - Google Patents

Abstract

Each of the chain's coupled links (1) receives two hinge pins which extend through link apertures. The contact zones in the upright sides (5a,5b) of each aperture with the sides of the hinge pins are shorter than the puright sides. The contact zones each lie in a projecting portion (6a,6b) which is directed towards the centre of the aperture. The boundary of the zone fits in a corresponding recess formed in the longitudinal side of the cooperating hinge pin. The zones are offset in the longitudinal direction of the link w.r.t. the ends of the longitudinal sides (5a,5b).

Description

T t 8T5055/TimmersT t 8T5055 / Timmers

Korte aanduidings TransmissiekettingShort designation Transmission chain

De uitvinding heefi betrekking op een transmissieketting voor een kegelschijfdrijfwerk omvattende een aantal onderling gekoppel- t de schalmen die elk twee dwars op het schalmvlak staande en door schalmopeningen gestoken schamierpennen opnemen waarvan de eind-5 oppervlakken als wrijvingsvlakken samenwerken met de kegelopper-vlakken en waarvan de langszijden afroloppervlakken vormen met een kromtestraal verschillend van die van het ermee samenwerkend afroloppervlak.The invention relates to a transmission chain for a bevel gear drive comprising a number of mutually coupled links which each receive two hinge pins which are transverse to the link face and which are inserted through link openings, the end surfaces of which act as friction surfaces with the cone surfaces and of which the longitudinal sides form rolling surfaces with a radius of curvature different from that of the associated rolling surface.

Een dergelijke ketting is bekend uit de ter inzage gelegde 10 Nederlandse octrooiaanvrage 7906681 ten name van aanvraagster.Such a chain is known from Dutch patent application 7906681 laid open to public inspection in the name of applicant.

In deze bekende ketting worden de met elkaar samenwerkende afroloppervlakken gevormd door enerzijds het oppervlak van de schamierpen en anderzijds de daartegenover liggende stripvormige oppervlakken, gevormd door de randen der openingen in de dunne 15 schalmen. Hierdoor treden in een voor grote belastingen gedimen-sioneerde ketting hoge oppervlaktedrukken op waardoor de, normaal tussen over elkaar afrollende oppervlakken optredende elasto-hydrodynamische smering verloren gaat, daar olie zijdelings kan ontwijken. Dit resulteert in een verhoogde slijtage. Deze slijtage 20 wordt nog vergroot wanneer de schalmen niet exact loodrecht op de scharnierpenlangsrichting staan waardoor een kantbelasting op-treedt.In this known chain, the co-acting rolling surfaces are formed on the one hand by the surface of the hinge pin and, on the other hand, by the opposite strip-shaped surfaces, formed by the edges of the openings in the thin links. As a result, high surface pressures occur in a chain dimensioned for large loads, as a result of which the elasto-hydrodynamic lubrication, which normally occurs between surfaces that roll over one another, is lost, since oil can escape sideways. This results in increased wear. This wear 20 is further increased if the links are not exactly perpendicular to the hinge pin longitudinal direction, as a result of which a side load occurs.

De uitvinding beoogt met eenvoudige maatregelen dit bezwaar te ondervangen. Volgens de uitvinding is hiertoe tussen elke 25 schamierpen enerzijds en de daartegenover gelegen opstaande openingszijden van een aantal naast elkaar gelegen schalmen anderzijds een tussenstuk opgenomen waarvan de eerste langszijde met de schalmopeningszijden is gekoppeld en de daartegenover gelegen tweede langszijde het met de penlangszijde samenwerkende afrol-30 oppervlak vormt.The object of the invention is to overcome this drawback with simple measures. According to the invention, for this purpose, between each hinge pin on the one hand and the upright opening sides of a number of adjoining links situated on the other side, an intermediate piece is included, the first longitudinal side of which is coupled to the link opening sides and the opposite second longitudinal side co-operating with the pin longitudinal side. surface.

81 02 8 6 8 * » -2-81 02 8 6 8 * »-2-

Onder behoud van de constructief goedkope en voor het opnemen van grote belastingen gunstige opbouw van de transmissieketting met onderling identieke, uit plaatmateriaal vervaardigde, schalmen wordt het voordeel verkregen dat de de krachten overdragende 5 individuele afroloppervlakken tussen de naast elkaar gelegen schalmen enerzijds en het zijoppervlak van een scharnierpen ander-zijds worden vervangen door een beperkt aantal naast elkaar gelegen afroloppervlakken van aanzienlijk groter oppervlak, gevormd door de naar de scharnierpennen gerichte zijden van de naast elkaar gelegen 10 tussenstukken. Oeze tussenstukken voeren geen beweging uit ten op-zichte van de schalmen waarop zij zijn aangebracht zodat de afrol-beweging der scharnierpennen uitsluitend plaatsvindt tussen de de penlangszijden en de naar het midden der openingen gerichte afroloppervlakken der tussenstukken. De nu ontstane situatie komt 15 overeen met die welke optreedt tussen de oppervlakken van over elkaar afrollende tandwielen waar bij toepassing van voldoende smering een elastohydrodynamische smering optreedt resulterend in een zeer geringe slijtage. Kantbelasting ontbreekt uiteraard volkomen.While retaining the structurally inexpensive and favorable construction of the transmission chain, which is favorable for absorbing large loads, the links are provided with mutually identical plates made of sheet material, the advantage is obtained that the individual transfer surfaces transferring the forces between the adjacent links on the one hand and the side surface of a hinge pin, on the other hand, are replaced by a limited number of adjacent rolling surfaces of considerably larger surface area, formed by the sides of the adjacent intermediate pieces facing the hinge pins. These spacers do not move with respect to the links on which they are mounted so that the unwinding movement of the hinge pins takes place only between the longitudinal sides of the pin and the unwinding surfaces of the spacers directed towards the center of the openings. The situation which has now arisen corresponds to that which occurs between the surfaces of rolling gears that roll over each other where, when sufficient lubrication is applied, an elastohydrodynamic lubrication occurs, resulting in very little wear. Lace loading is of course completely missing.

20 De over elkaar afrollende oppervlakken oefenen op de olie in de transmissie een zekere ”pomp,,-werking uit: bij het van elkaar wijken der oppervlakken vult zich de ontstane ruimte met olie wat een uitstekende smering garandeert.The surfaces that roll over one another exert a certain pumping action on the oil in the transmission: when the surfaces move away from each other, the space created fills with oil, which guarantees excellent lubrication.

Bij voorkeur steken de tussenstukken in de schalmopeningen 25 uit en worden aan weerskanten omsloten door een kopdeel van een scharnierpen met versmald middendeel.Preferably, the spacers protrude into the link openings 25 and are enclosed on either side by a head part of a hinge pin with narrowed middle part.

Ook is een uitvoering mogelijk waarbij de tussenstukken in dwarsdoorsnede U-vormig zijn en de korte dwarsbenen ervan opsluit-oppervlakken bepalen voor de daartussen gelegen afrollangszijden 30 der scharnierpennen.An embodiment is also possible in which the cross-sections are U-shaped in cross-section and the short transverse legs thereof define confining surfaces for the roll-down long sides of the hinge pins located between them.

De tussenstukken moeten uiteraard onverschuofbaar op de schal-men worden vastgehouden; dit kan worden bereikt door toepassing 81 02 8 6 8 « * -3- ναη met elkaar samenwerkende onder een hoek met de schalmdwars-richting staande oppervlakken.The spacers must, of course, be held in an unmistakable manner on the links; this can be achieved by application 81 02 8 6 8 «* -3- ναη co-operating surfaces at an angle to the cross-directional direction.

In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de pennen voorzien van een versmald middendeel met afroloppervlakken die via aan weers-5 kanten daarvan geiegen ten opzichte van de eindranden ervan terug-springende groeven overgaan in de respectievelijke penkoppen, waarbij het met de afroloppervlakken saraenwerkend tegenoppervlak wordt gevormd door een eindvlak van een in de ruimte tussen de beide penkoppen opgenomen afroltussenstuk, welk tegenoppervlak 10 via twee aan weerskanten daarvan geiegen, uitspringende en in de groeven passende ribben overgaat in met grote kromtestraal bol gewelfde zijvlakken die zijn opgesloten tussen de penkoppen.In a preferred embodiment, the pins are provided with a narrowed center part with rolling surfaces which pass through recesses recessed on either side thereof relative to the end edges thereof into the respective pin heads, the counter-surface with the rolling surfaces being formed by an end surface of a roll-off intermediate received in the space between the two pin heads, the counter-surface 10 of which passes through two ribs, projecting on both sides thereof, and which fit into the grooves, into side surfaces curved with a large radius of curvature, which are enclosed between the pin heads.

Door deze configuratie wordt enerzijds een zodanige opsluiting der afroltussenstukken tussen de penkoppen, en anderzijds zodanige 15 onderlinge afrolomstandigheden verkregen dat een zuivere afrol-beweging, zonder verglijden van de delen ten opzichte van elkaar, wordt verkregen. Een dergelijke zuivere afrolbeweging is van belong daar dan zeer weinig warmte wordt ontwikkeld.By this configuration, on the one hand, such a confinement of the rolling intermediate pieces between the pin heads, and on the other hand, such mutual rolling conditions are obtained that a pure rolling movement, without slipping of the parts relative to each other, is obtained. Such a pure unrolling movement is essential since very little heat is then generated.

Een andere uitvoeringsvorm waarbij dit effekt, zij het in 20 mindere mate, wordt bereikt is er een waarbij de pennen zijn voorzien van een versmald middendeel met afroloppervlakken die via overgangen met kleine kromtestraal en convergerende overgangsvlakken zich voortzetten in aan weerskanten daarvan geiegen penkoppen, en waarbij het met deze afroloppervlakken samenwerkend tegenoppervlak 25 wordt gevormd door het eindvlak van een in de ruimte tussen een penzijvlak en de overgangsvlakken opgesloten afroltussenstuk welk eindvlak via overgangen met eveneens kleine kromtestraal overgaat in twee overeenkomstig gevormde convergerende tussen de penkoppen opgesloten zijvlakken.Another embodiment where this effect is achieved, albeit to a lesser extent, is one in which the pins are provided with a narrowed center portion with roll-off surfaces that continue through small radius curvature transitions and converging transition surfaces in pen heads on opposite sides thereof, and wherein the counter-surface 25 cooperating with these rolling surfaces is formed by the end surface of a rolling intermediate enclosed in the space between a pin side surface and the transition surfaces, the end surface of which transitions into likewise converging side surfaces enclosed between the pin heads via transitions with also a small radius of curvature.

81 02 8 6 8 X » -4-81 02 8 6 8 X »-4-

De uitvinding wordt toegelicht ααη de hand van de tekening.The invention is elucidated on the basis of the drawing.

Fig. la is een aijaanzicht van een transmissiekettingschalm met twee tussenstukken en twee pennen; fig. 1b is een dwarsdoorsnede van een dergelijke schalm; 5 fig. 2 toont in perspektief een gedeelte van een tussenstuk volgens de uitvinding; fig. 3a is een zijaanzicht van een bij de ketting volgens de uitvinding toegepaste pen; fig 3b is een eindaanzicht van een dergelijke pen; 10 fig. 4a toont in zijaanzicht een combinatie van een aantal schalmen en pennen tot een deel van de transmissieketting volgens de uitvinding; fig. 4b toont een overeenkomstig zijaanzicht met de op de peneinden aangebrachte borgklemmen; 15 fig. 5 is een bovenaanzicht van een deel van een complete transmissieketting; fig. 6 toont op vergrote schaal een deel van een schalm met pen en tussenstuk volgens een andere uitvoeringsvorm; fig. 7 is een zijaanzicht van een weer andere uitvoerings-20 vorm van schalm, tussenstuk en pennen; fig. 8 toont in perspektivisch aanzicht een deel van het daarbij gebruikte tussenstuk; fig. 9 is een zijaanzicht van een wat gewijzigde uitvoering van de schalm.Fig. 1a is a side view of a transmission chain link having two spacers and two pins; Fig. 1b is a cross-section of such a link; Fig. 2 shows in perspective a part of an intermediate piece according to the invention; Fig. 3a is a side view of a pin used in the chain according to the invention; Fig. 3b is an end view of such a pin; Fig. 4a shows in side view a combination of a number of links and pins to form part of the transmission chain according to the invention; Fig. 4b shows a corresponding side view with the retaining clips mounted on the pin ends; Fig. 5 is a top plan view of part of a complete transmission chain; Fig. 6 shows on an enlarged scale a part of a link with pin and intermediate piece according to another embodiment; FIG. 7 is a side view of yet another embodiment of link, spacer and pins; Fig. 8 shows in perspective view a part of the intermediate piece used therewith; Fig. 9 is a side view of a somewhat modified embodiment of the link.

25 De transmissieketting volgens de uitvinding is van de soort zoals beschreven de Nederlandse octrooiaanvrage 7906681 en is in het bijzonder bestemd te worden toegepast bij een continu varia-bele transmissie met kegelschijven. Bij deze bekende transmissie, evenals bij die volgens de aanvrage, zijn steeds in een schalm 30 twee pennen opgenomen waarvan bij de bekende transmissie de zij-vlakken samenwerken met de opstaande begrenzingen van de in de schalm aanwezige openingen en waarvan de einden bij het inlopen 81 02 8 6 8 -5-The transmission chain according to the invention is of the type as described in Dutch patent application 7906681 and is particularly intended for use in a continuously variable transmission with conical discs. In this known transmission, as in the case of the application, two links are always included in a link 30, the side surfaces of which in the known transmission cooperate with the upright boundaries of the openings present in the link and the ends of which run-in 81 02 8 6 8 -5-

« XX

tussen de kegelschijven tussen deze laatsten worden vastgeklemd.clamped between the conical discs between the latter.

In een dergelijke ketting wordt het vermogen overgebracht door trek.In such a chain, the power is transferred by tension.

Bij deze bekende ketting worden de samenwerkende afrolopper-5 vlakken gevormd door enerzijds oppervlaktedelen van de pennen en anderzijds de daartegenover gelegen stripvoimige oppervlakken ge-vormd door de randen der schalmopeningen. Bij grote beiastingen leidt dit ertoe dat de voor de smering der ketting toegepaste olie (de kettingen lopen in hun geheel in een oliebad) tussen de samen-10 werkende oppervlakken wordt weggedrukt zodat geen smering meer optreedt; ook bestaat de mogelijkheid van kantbelasting wanneer het schalmvlak niet exact loodrecht op de penlangsrichting staat.In this known chain, the cooperating unwinding surfaces are formed on the one hand by surface parts of the pins and on the other hand by the strip-like surfaces on the other side formed by the edges of the link openings. With large applications this results in the oil used for the lubrication of the chain (the chains run entirely in an oil bath) being pressed away between the cooperating surfaces, so that lubrication no longer occurs; there is also the possibility of edge loading if the link surface is not exactly perpendicular to the longitudinal pin direction.

Fig. la toont de combinatie van een enkele schalm van een ketting volgens de aanvrage met twee erbij behorende pennen. De 15 schalm is in zijn geheel aangegeven met het verwijzingscijfer 1 en bestaat uit de twee langszijden 2a, 2b, de kopeinden 3a, 3b en een enkele centrale opening 4. Deze opening 4 wordt begrensd door de langsranden 5a, 5b en de opstaande randen 6a, 6b. Deze randen 6a, 6b maken een scherpe hoek met het langsmiddenvlak 7 van de Λ_ eventueel afgeronde, 20 schalm. D^/punt van deze hoek is naar het midden van de opening 4 gericht. De vlakken kunnen ook cilindrisch gewelfd zijn.Fig. 1a shows the combination of a single link of a chain according to the application with two associated pins. The link is indicated in its entirety by the reference numeral 1 and consists of the two longitudinal sides 2a, 2b, the head ends 3a, 3b and a single central opening 4. This opening 4 is bounded by the longitudinal edges 5a, 5b and the upright edges 6a , 6b. These edges 6a, 6b make an acute angle with the longitudinal center plane 7 of the possibly rounded, 20 link. The point of this angle faces the center of the opening 4. The surfaces can also be cylindrical curved.

Een afroltussenstukr in fig. la aangegeven met het verwijzingscijfer 8, overlapt, zoals in het hiernavolgende nog nader zal worden toegelicht, een aantal in dwarsrichting der transportketting 25 naast elkaar gelegen schalmen.A roll-off intermediate piece indicated in Fig. 1a with the reference numeral 8 overlaps, as will be explained in more detail below, a number of links situated side by side in the transverse direction of the conveyor chain.

Fig. 2 toont dit afroltussenstuk in perspektief. Het heeft enerzijds een vrijwel vlakke langszijde 9 dat het nog te bespreken afroloppervlak samenwerkend met de in de schalm opgenomen schar-nierpennen vormi; aan de andere zijde liggen de twee onder een 30 stompe hoek met elkaar staande oppervlakken 10a, 10b, complemen-tair aan de oppervlakken 6a, 6b. De configuratie is zodanig dat door de op het oppervlak 9 uitgeoefende krachten de tussenstukken 8 81 02 8 6 8 -6- onverschuifbaar op de vlakken 6a, 6b van de naast elkaar gelegen schalmen vorden vastgehouden.Fig. 2 shows this unwinding intermediate piece in perspective. On the one hand it has an almost flat longitudinal side 9 which forms the rolling surface to be discussed yet cooperating with the hinge pins incorporated in the link; on the other side, the two obtuse angle surfaces 10a, 10b are complementary to surfaces 6a, 6b. The configuration is such that, by the forces exerted on the surface 9, the spacers 8 81 02 8 6 8 -6 are retained in an immovable manner on the surfaces 6a, 6b of the adjacent links.

De figuren la en 2 tonen een tussenstukconfiguratie waarbij de smalle vlakken 11, 12 vrijwel loodrecht staan op het afrol-5 oppervlak 9; een wat afwijkende configuratie zal in het hierna-volgende nog worden beschreven.Figures 1a and 2 show an intermediate configuration in which the narrow surfaces 11, 12 are almost perpendicular to the unwinding surface 9; a somewhat different configuration will be described in the following.

De met schalmen van deze vorm samenwerkende pen is in fig. 3a afgebeeld in zijaanzicht en in fig. 3b in eindaanzicht. De pen is aangegeven met het verwijzingscijfer 15 en heeft gezien in 10 dwarsdoorsnede twee kopvlakken 16a, 16b die via de afgeronde overgangen 17 overgaan in de onderling evenwijdige langsvlakken 18a, 18b. Zoals in het bijzonder fig. 3b toont is de pen in dwarsdoorsnede symmetrisch ten opzichte van het middelpunt 19 en vallen de kopvlakken 16a, 16b op of binnen een met streeplijnen 15 aangegeven cirkel 20 waarvan het middelpunt samenvalt met het punt 19. De eindvlakken 21a, 21b zijn in de figuren 3a, 3b als vlakke eindvlakken getekend; in het hiernavolgende zal een andere mogelijke configiratie van deze eindvlakken nog in detail worden besproken.The pin cooperating with links of this form is shown in side view in fig. 3a and in end view in fig. 3b. The pin is indicated by the reference numeral 15 and, viewed in cross-section, has two end faces 16a, 16b which transition via the rounded transitions 17 into the mutually parallel longitudinal faces 18a, 18b. As shown in particular in Fig. 3b, the pin is symmetrical in cross-section with respect to the center 19 and the end faces 16a, 16b fall on or within a circle 20 indicated by dashed lines 15, the center of which coincides with the point 19. The end faces 21a, 21b are shown as flat end faces in Figures 3a, 3b; another possible configuration of these end faces will be discussed in detail below.

20 Nabij de eindvlakken zijn in de overgangsdelen 17 de sleuf- vormige uitsparingen 22 gevormd ter opname van een nog nader te bespreken borgring.In the transition parts 17, near the end surfaces, the slot-shaped recesses 22 are formed to receive a locking ring, which is yet to be discussed.

Fig. 4a toont in zijaanzicht een aantal pennen 15a-15d met de daarmee samenwerkende schalmen la-le. Fig. 4b toont een over-25 eenkomstig zijaanzicht doch thans met de aangebrachte borgveren 23. Deze borgveren zijn in de gleuven aangebracht zodat ze de schalmen tegen elkaar houden.Fig. 4a shows in side view a number of pins 15a-15d with the links 1a-le co-acting therewith. Fig. 4b shows a corresponding side view, but now with the retaining springs 23 fitted. These retaining springs are arranged in the slots so that they hold the links together.

Fig. 4a toont duidelijk hoe door de vorm van de tussenstuk-oppervlakken 10a, 10b enerzijds en de schalmranden 6a, 6b ander-30 zijds de afroltussenstukken onverschuifbaar op de schalmopenings-, randen blijven vastgeklemd waarbij de afrolbeweging plaatsvindt tussen de langsoppervlakken van de pennen en de oppervlakken 9 van 8102868 -7- de afroltussenstukken. Hierdoor ontstaat een situatie vergelijk-baar met die optredend bij over elkaar afrollende tandflanken en ook de omstandigheden vaaronder de smering tussen de op elkaar afrollende oppervlakken plaatsvindt zijn zodanig dat de gewenste 5 elastohydrodynamische smering optreedt, gepaard gaande met een verwaarloosbare slijtage en een zeer hoog rendement.Fig. 4a shows clearly how, due to the shape of the intermediate surfaces 10a, 10b on the one hand and the link edges 6a, 6b on the other hand, the roll-off intermediate pieces remain clamped in a non-slidable manner on the link opening edges, with the roll-off movement taking place between the longitudinal surfaces of the pins and the surfaces 9 of 8102868 -7- the roll-off spacers. This creates a situation comparable to that occurring with tooth flanks rolling over one another, and the conditions under which the lubrication takes place between the rolling surfaces are such that the desired elastohydrodynamic lubrication occurs, accompanied by negligible wear and very high efficiency. .

Fig. 5 toont een bovenaanzicht van een gedeelte van de met de schalmen en pennen volgens de figuren 1 en 2 opgebouwde trans-missieketting.Fig. 5 is a plan view of a portion of the transmission chain constructed with the links and pins of FIGS. 1 and 2.

10 Opgemerkt wordt daarbij dat de schalmen duidelijkheidshalve in de kettingdwarsrichting op afstand van elkaar zijn getekend; in de praktijk liggen ze tegen elkaar en eventueel verdeeld in twee, door veerelementen voorgespannen groepen.It is noted here that the links are drawn at a distance from one another in the chain transverse direction for the sake of clarity; in practice they lie against each other and possibly divided into two groups prestressed by spring elements.

Voorts behoeven niet alle schalmen even dik te zijn; het is 15 bijvoorbeeld mogelijk voor een groep van drie lagen een andere schalmdikte toe te passen met dien verstande dat de totaalopbouw symmetrisch is. De pennen 15a ... 15h zijn elk nabij de eindvlak-ken voorzien van een borgveer 23, De schalmen, waarvan er enkele zijn getekend, zijn volgens een regelmatig patroon rond de pennen 20 aangebracht en wel als volgt:Furthermore, not all links need to be the same thickness; it is possible, for example, to use a different link thickness for a group of three layers, provided that the total structure is symmetrical. The pins 15a ... 15h are each provided with a circlip 23 near the end faces. The links, some of which are drawn, are arranged around the pins 20 in a regular pattern as follows:

Van de nabij de onderste peneinden gelegen eerste rij schalmen omvatten de schalmen If, 1g de beide pennen 15c, 15d enerzijds en 15f, 15g anderzijds, steeds via afroltussenstukken 8. In de tweede rij schalmen, versprongen aangebracht ten opzichte van de 25 schalmen der eerste rij omvat de schalm ah de pennen 15a en 15b, de schalm 1i de pennen 15d, 15e en de schalm 1j de pennen 15g en 15h. Ook hier zijn steeds tussen de schalmen enerzijds en de schamierpennen anderzijds afroltussenstukken opgenomen. Dan vol-gen twee rijen overeenkomstig georienteerde schalmen waarvan de 30 schalmen Ik en 11 de pennen 15b en 15c omvatten en de schalmen 1m en In de pennen 15e en 15f omvatten. Hierop volgt een rij schalmen 1o, Ip en 1q georienteerd overeenkomstig de schalmen 81 02 8 6 8 -8- 1h, 1i en lj; de in de twee daarachter gelegen rijen schalmen 1r ... 1u zijn veer georienteerd overeenkomstig de schalmen If en 1g van de eerste rij. Deze opbouw komt overeen met die welke is toege-licht aan de hand van fig. 4 van de Nederlandse octrooiaanvrage 5 7906681.Of the first row of links located near the lower pin ends, the links If, 1g comprise the two pins 15c, 15d on the one hand and 15f, 15g on the other, each time via roll-off intermediate pieces 8. In the second row of links, arranged staggered with respect to the 25 links of the first row, the link ah comprises the pins 15a and 15b, the link 1i the pins 15d, 15e and the link 1j the pins 15g and 15h. Here too, between intermediate links on the one hand and hinge pins on the other, roll-off intermediate pieces are included. Then followed two rows of correspondingly oriented links, the 30 links Ik and 11 comprising pins 15b and 15c and the links 1m and In comprising pins 15e and 15f. This is followed by a row of links 1o, Ip and 1q oriented in accordance with links 81 02 8 6 8 -8-1h, 1i and lj; the links 1r ... 1u located in the two rows behind it are spring oriented in accordance with the links If and 1g of the first row. This construction corresponds to that which is explained with reference to Fig. 4 of Dutch patent application 5 7906681.

Fig. 5 toont hoe de afroltussenstukken 8 zijn opgesloten tussen de aan weerskanten van de respectievelijke pennen 15 aan-gebrachte borgveren 23.Fig. 5 shows how the roll-off intermediate pieces 8 are enclosed between the circlips 23 arranged on either side of the respective pins 15.

Fig. 6 toont een wat gewijzigde pen- en afroltussenstuk-10 configuratie,Fig. 6 shows a somewhat modified pin and unwinder adapter-10 configuration,

De uitvoeringsvorm volgens fig, 6 komt in hoofdzaak overeen met die volgens fig. 1; het tussenstuk echter en de penconfiguratie geven een zodanige opsluiting van de pen en een zodanige opper-vlakconfiguratie dat tijdens de scharnierbeweging een vrijwel 15 zuiver afrollen zonder glijden van de delen ten opzichte van elkaar wordt verkregen met als resultaat een hoger rendement van de met een dergelijke ketting uitgevoerde transmissie.The embodiment of FIG. 6 substantially corresponds to that of FIG. 1; however, the spacer and the pin configuration provide such pin confinement and surface configuration that during the pivot movement an almost clean rolling without slipping of the parts relative to each other is obtained, resulting in a higher efficiency of such chain performed transmission.

Van de schalm 25 bestaat de begrenzing van de opstaande ran-den der opening 26 uit twee deelvlakken 27, 28 die onder een 20 stompe hoek ten opzichte van elkaar staan; de top van deze hoek is, evenals bij de uitvoeringsvorm volgens fig, 1, naar het midden van de opening gericht. Ook hier kan deze hoek zijn afgerond of de samenwerkende oppervlakken cilindrisch gewelfd zijn uitgevoerd. Het tussenstuk 29 heeft een afroloppervlak 30, gericht naar het 25 midden van de opening, dat via twee onder een scherpe hoek daarmee staande smalle zijvlakken 31, 32 overgaat in het met de vlakken 27, 28 samenwerkende achteroppervlak.The limitation of the upright edges of the opening 26 of the link 25 consists of two partial surfaces 27, 28 which are at an obtuse angle relative to each other; the top of this angle, as in the embodiment of fig. 1, is directed towards the center of the opening. Here, too, this corner may be rounded or the cooperating surfaces may be cylindrically curved. The intermediate piece 29 has a roll-off surface 30, directed towards the center of the opening, which merges via two narrow side surfaces 31, 32 at an acute angle therewith into the rear surface co-operating with the surfaces 27, 28.

De straal van de overgang tussen de vlakken 31 resp. 32 en het vlak 30 is zeer klein. Van de pen 32 zijn de ten opzichte van 30 het langsmiddenvlak 33 symmetrische afroloppervlakken 34, 35 bol gewelfd; zij gaan via ondersneden overgangen 36, eveneens met een kleine afrondingsstraal, over in de penkopdelen 37, 38. Bij deze 81 02 8 6 8 -9- uitvoeringsvorm is het afroltussenstuk 29 dus opgesloten tussen de overstaande delen van de penkoppen 37, 38; de beschreven con-figuratie met een kleine afrondingsstraal der overgangen ver-zekert bij een goede opsluiting een nagenoeg zuiver afrollen van 5 de delen ten opzichte van elkaar en het feit dat de afroltussenstuk-ken in de pennen zijn opgesloten (zi j warden van opzij ingeschoven) vergemakkeli j kt bovendien de montage van de ketting. (Jiteraard is ook een uitvoering mogelijk met een gewelfd tussenstuk en vlakke penzijwanden.The radius of the transition between the surfaces 31 resp. 32 and the plane 30 is very small. The roll-off surfaces 34, 35 of the pin 32 which are symmetrical with respect to the longitudinal center plane 33 are convexly curved; they transition via undercut transitions 36, also with a small rounding radius, into the pen head parts 37, 38. Thus, in this 81 02 8 6 8-9 embodiment, the unwinding intermediate piece 29 is enclosed between the opposite parts of the pen heads 37, 38; the described configuration with a small radius of rounding of the transitions ensures, with good confinement, an almost pure unrolling of the parts with respect to each other and the fact that the unrollers are enclosed in the pins (they are pushed in from the side ) also facilitates the mounting of the chain. (It is of course also possible to have a version with a curved intermediate piece and flat pin side walls.

10 Fig. 7 toont een uitvoeringsvorm met schalmen 40 waarbij de afroltussenstukken opgenomen in de opstaande zijden van de schalm-opening 41 en aangegeven met de verwijzingscijfers 42, 43 in door-snede U-vormig zijn met (zie fig. 8) een betrekkelijk long dwars-been 44 en korte opstaande zijden 45, 46. Zij werken samen met 15 pennen 47, 48, elk met bol gewelfde afrollangszijden 49 die over-gaan in smallere kopdelen 50. Evenals dit bij de in het voor-gaande beschreven uitvoeringsvorm het geval is wordt door de vorm van de afroltussenstukken en de daarmee samenwerkende penlangs-zijden een goede smering van de pennen verkregen, resulterend in 20 een hoger rendement van de van een dergelijke ketting voorziene transmissie.FIG. 7 shows an embodiment with links 40 in which the unwinding spacers received in the upright sides of the link opening 41 and indicated by reference numerals 42, 43 are U-shaped in section with (see FIG. 8) a relatively long transverse leg 44 and short upright sides 45, 46. They cooperate with 15 pins 47, 48, each of which has convexly curved roll-down sides 49 that merge into narrower head sections 50. As is the case in the embodiment described above, the shape of the roll-off spacers and the associated longitudinal pin sides ensure good lubrication of the pins, resulting in a higher efficiency of the transmission provided with such a chain.

Fig. 9 toont een uitvoeringsvorm waarbij de configuratie van afroltussenstuk en pen zodanig zijn dat tijdens de bij het inlopen van de schalmen tussen de schijven van de transmissie optredende 25 scharnierbeweging geen verglijden der oppervlakken over elkaar doch een zuiver afrollen optreedt, resulterend in minimale ver-liezen en een optimaal rendement van de transmissie. De figuur toont een gedeelte (de linker helft) van de schalm 55 met de schalmopening 56. De begrenzing van de opstaande randen der 30 schalmopening 56 bestaat uit de deelvlakken 57, 58 die onder een stompe hoek ten opzichte van elkaar staan; de top van deze hoek is naar het midden der opening 56 gericht. Bovenomschreven 81 02 8 68 -10- effekt wordt bereikt doordat het afroltussenstuk 59 een vlak afroloppervlak 60 heeft gericht naar het midden van de opening, met daaraan grenzend twee aan weerskanten ervan gelegen opstaande ribben 61, 62 die via de gewelfde zijvlakken met grote kromte-5 straal 63, 64, waarvan het gemeenschappelijk middelpunt op het afroloppervlak 60 ligt, overgaan in het met de vlakken 57, 58 samenwerkend achteroppervlak 65. Depen 66 is symmetrisch ten ° opzichte van het langsmiddenvlak 67 en heeft cilindrisch gewelfde afroloppervlakken 68, 69 samenwerkend met het vlakke afrolopper-10 vlak van het tussenstuk 59· De overgang tussen de afroloppervlakken 58, 59 en de beide penkoppen 70, 71 verloopt via onderling evenwijdige zijvlakken 72 en aansluitende groeven 72a waarin de ribben 62 passen·Fig. 9 shows an embodiment in which the configuration of the rolling intermediate piece and pin are such that during the hinge movement occurring between the sheaves of the transmission during the running-in of the links, no sliding of the surfaces over each other occurs, but a clean unrolling, resulting in minimal losses and optimum transmission efficiency. The figure shows a part (the left half) of the link 55 with the link opening 56. The boundary of the upright edges of the link opening 56 consists of the dividing surfaces 57, 58 which are at an obtuse angle relative to each other; the top of this corner faces the center of the opening 56. The above-described 81 02 8 68 -10 effect is achieved in that the roll-off intermediate 59 has a flat roll-off surface 60 directed towards the center of the opening, adjacent to which are two upright ribs 61, 62 located on either side thereof, which are curved through the curved side surfaces. The radius 63, 64, the common center of which is on the unwinding surface 60, transitions into the rear surface 65 co-operating with the surfaces 57, 58. Dowels 66 are symmetrical to the longitudinal center plane 67 and have cylindrical domed rolling surfaces 68, 69 co-operating with the flat unrolling surface of the intermediate piece 59 · The transition between the unrolling surfaces 58, 59 and the two pin heads 70, 71 is via mutually parallel side surfaces 72 and connecting grooves 72a into which the ribs 62 fit ·

Opgemerkt wordt dat, hoewel het essentieel is dat steeds een 15 schalm samenwerkt met twee scharnierpennen, het niet essentieel is dat in de schalm slechts een enkele opening is gevormd; in de schalm kan een "brug" aanwezig zijn die de bij de in het voor-gaande beschreven uitvoeringsvorm voorkomende enkele opening verdeelt in twee aparte openingen.It is noted that while it is essential that a link always works with two hinge pins, it is not essential that only a single opening is formed in the link; in the link there may be a "bridge" which divides the single opening occurring in the above-described embodiment into two separate openings.

20 Fig. 10 toont een dergelijke uitvoeringsvorm: de schalm 55 werkt via de afroltussenstukken 56, 57 samen met de scharnierpennen 58, 59 en is uitgevoerd met het brugstuk 60 zodat in de schalm twee deelopeningen 61, 62 zijn ontstaan in elk waarvan zich een scharnierpen (58 resp. 59) bevindt.FIG. 10 shows such an embodiment: the link 55 interacts with the hinge pins 58, 59 via the roll-off intermediate pieces 56, 57 and is formed with the bridge piece 60, so that two partial openings 61, 62 are formed in the link, each of which has a hinge pin (58 resp. 59).

- Conclusies - 8102868- Conclusions - 8102868

Claims (6)

1. Transmissieketting voor een kegelschijfdrijfwerk omvattende een aantal onderling gekoppelde schalmen die elk twee dwars op het schalmvlak staande en door schalmopeningen gestoken schamier-pennen opnemen waarvan de eindoppervlakken als wrijvingsvlakken 5 samenwerken met de kegeloppervlakken en waarvan de langszijden afroloppervlakken vormen met een kromtestraal verschillend van die van het ermee samenwerkend afroloppervlak, m e t h e t kenmerk, dat tussen elke schamierpen enerzijds en de daartegenover gelegen opstaande openingszijden van een aantal 10 naast elkaar gelegen schalmen anderzijds een tussenstuk is opge-nomen waarvan de eerste langszijde met de schalmopeningszijden is gekoppeld en de daartegenover gelegen tweede langszijde het met de penlangszijde samenwerkende afroloppervlak vormt.A bevel gear transmission chain comprising a number of interconnected links each of which receives two hinge pins which are transverse to the link face and protruded through link openings, the end surfaces of which act as friction surfaces 5 of which the rolling surfaces form rolling surfaces with a radius of curvature different from that of the co-acting rolling surface, characterized in that between each hinge pin on the one hand and the upright opening sides of a number of adjoining links situated opposite one another, an intermediate piece is included, the first longitudinal side of which is coupled to the link opening sides and the opposite second longitudinal side forms the unwinding surface co-acting with the pin longitudinal side. 2. Transmissieketting volgens conclusie 1, met het 15 kenmerk, dat de tussenstukken in de respectievelijke schalmopeningen uitsteken en aan weerskanten worden omsloten door een kopdeel van een schamierpen met versmald middendeel.2. Transmission chain according to claim 1, characterized in that the spacers protrude into the respective link openings and are enclosed on both sides by a head part of a hinge pin with narrowed middle part. 3. Transmissieketting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de tussenstukken in dwarsdoorsnede U-vormig 20 zijn en de korte dwarsbenen ervan opsluitoppervlakken bepalen voor de daartussen gelegen afrollangszijden der scharnierpennen.3. Transmission chain as claimed in claim 1, characterized in that the cross-sections are U-shaped in cross-section and their short transverse legs define locking surfaces for the roll-down long sides of the hinge pins located between them. 4. Transmissieketting volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de tussenstukken onverschuifbaar op de schalmen warden vastgehouden door middel van met elkaar 25 samenwerkende, onder een hoek met de schalmdwarsrichting staande, oppervlakken. 81 02 8 68 I ft- -12-4. Transmission chain as claimed in claims 1-3, characterized in that the spacers are held in an unmovable manner on the links by means of surfaces co-operating with each other at an angle to the direction of the transverse link. 81 02 8 68 I ft- -12- 5. Transmissieketting volgens conclusie 1, 2 of 4, met bet k e n m e r k , dat de pennen zijn voorzien van een ver-smald middendeel met afroloppervlakken die via aan weerskanten daarvan gelegen ten opzichte van de eindranden ervan terug- 5 springende groeven overgaan in de respectievelijke penkoppen, en bet met de afroloppervlakken samenwerkend tegenoppervlak wordt gevormd door een eindvlak van een in de ruimte tussen een pen-zijvlak en de beide penkoppen opgenomen afroltussenstuk welk tegenoppervlak via .twee aan weerskanten daarvan gelegen uit-10 springende en in de groeven passende ribben overgaat in met grote kromtestraal bol gewelfde zijvlakken.Transmission chain according to claim 1, 2 or 4, characterized in that the pins are provided with a narrowed central part with rolling surfaces which pass into the respective pin heads via recesses located on either side thereof relative to the end edges thereof. , and the counter-surface cooperating with the rolling surfaces is formed by an end face of a rolling intermediate received in the space between a pin-side face and the two pin heads, the counter-surface merging into ribs which fit into the grooves via two ribs located on either side thereof. with curved radius curved side surfaces. 6. Transmissieketting volgens conclusie 1, 2 of 4, met bet kenmerk, dat de pennen zijn voorzien van een ver-smald middendeel met afroloppervlakken die via overgangen met 15 kleine kromtestraal en convergerende overgangsvlakken zich voortzetten in aan weerskanten daarvan gelegen penkoppen, en waarbij bet met deze afroloppervlakken samenwerkend tegenoppervlak wordt gevormd door bet eindvlak van een in de ruimte tussen een penzijvlak en de overgangsvlakken opgesloten afroltussenstuk 20 welk eindvlak via overgangen met eveneens kleine kromtestraal overgaat in twee overeenkomstig gevormde convergerende tussen de penkoppen opgesloten zijvlakken. 81 0 2 8 6 86. Transmission chain as claimed in claim 1, 2 or 4, characterized in that the pins are provided with a narrowed central part with rolling surfaces which continue via pin heads with converging transition surfaces in pin heads located on either side thereof, and wherein counter surface co-operating with these rolling surfaces is formed by the end surface of a rolling intermediate piece 20 enclosed in the space between a pin side surface and the transition surfaces, which end surface merges with two similarly shaped converging side surfaces enclosed between the pin heads via transitions with also a small radius of curvature. 81 0 2 8 6 8