NL8002962A - Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen. - Google Patents

Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen. Download PDF

Info

Publication number
NL8002962A
NL8002962A NL8002962A NL8002962A NL8002962A NL 8002962 A NL8002962 A NL 8002962A NL 8002962 A NL8002962 A NL 8002962A NL 8002962 A NL8002962 A NL 8002962A NL 8002962 A NL8002962 A NL 8002962A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
chain
support
steering
carriage
handlebar
Prior art date
Application number
NL8002962A
Other languages
English (en)
Other versions
NL180078C (nl
NL180078B (nl
Original Assignee
Balcke Duerr Ag
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Balcke Duerr Ag filed Critical Balcke Duerr Ag
Publication of NL8002962A publication Critical patent/NL8002962A/nl
Publication of NL180078B publication Critical patent/NL180078B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL180078C publication Critical patent/NL180078C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21CMANUFACTURE OF METAL SHEETS, WIRE, RODS, TUBES OR PROFILES, OTHERWISE THAN BY ROLLING; AUXILIARY OPERATIONS USED IN CONNECTION WITH METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL
    • B21C37/00Manufacture of metal sheets, bars, wire, tubes or like semi-manufactured products, not otherwise provided for; Manufacture of tubes of special shape
    • B21C37/06Manufacture of metal sheets, bars, wire, tubes or like semi-manufactured products, not otherwise provided for; Manufacture of tubes of special shape of tubes or metal hoses; Combined procedures for making tubes, e.g. for making multi-wall tubes
    • B21C37/15Making tubes of special shape; Making tube fittings
    • B21C37/22Making finned or ribbed tubes by fixing strip or like material to tubes
    • B21C37/24Making finned or ribbed tubes by fixing strip or like material to tubes annularly-ribbed tubes
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D53/00Making other particular articles
    • B21D53/02Making other particular articles heat exchangers or parts thereof, e.g. radiators, condensers fins, headers
    • B21D53/08Making other particular articles heat exchangers or parts thereof, e.g. radiators, condensers fins, headers of both metal tubes and sheet metal
    • B21D53/085Making other particular articles heat exchangers or parts thereof, e.g. radiators, condensers fins, headers of both metal tubes and sheet metal with fins places on zig-zag tubes or parallel tubes
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T29/00Metal working
    • Y10T29/53Means to assemble or disassemble
    • Y10T29/53113Heat exchanger

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Automatic Assembly (AREA)
  • Framework For Endless Conveyors (AREA)
  • Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)
  • Shaping Of Tube Ends By Bending Or Straightening (AREA)
  • Knitting Machines (AREA)
  • Carriages For Children, Sleds, And Other Hand-Operated Vehicles (AREA)

Description

i ^ < 49 637/Jo/AS - 1 -
Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het aanbrengen (Aufziehen) van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen door middel van meenemers, die aan beide einden 5 aan telkens een meeneemketting zonder einde tussen een werkstand, die de ribplaten vastgrijpt, en een stand buiten ingrijping, die de ribplaten vrij geeft, vrij zwenkbaar zijn gelegerd en voorzien van ten minste een de meemtiers in de werkstand houdende steunvoet, 10 die op steunorganen van een stuurinrichting steunt, die de meenemers op de transportweg tot aan het vrijgeven van de dwarsribben in de werkstand houdt en afhankelijk van de verdeling van de ribben en van de reeds aangebrachte dwarsribben voor het zwenken vrijgeeft, 15 waarbij de vrijgeefplaats tegengesteld aan de bewegingsrichting van de meeneemkettingen beweegt.
Een inrichting van de bovenbeschreven soort is bekend uit het Duitse octrooischrift 1.752.831. Bij deze bekende uitvoering zijn de steunorganen van de 20 stuurinrichting uitgevoerd als aan een ketting aangebrachte steundelen, waarvan het laatste tevens het vrijgeven van de meenemers voor het zwenken uit de werkstand naar de vrijgeefstand bestuurt, zodra telkens de steunvoet de achterkant van het steundeel heeft verlaten.
25 Deze bekende inrichting heeft niet slechts het nadeel, dat de glijbeweging van de steunvoeten op de steundelen is verbonden met een aanzienlijke wrijving, die door optredende draaimomenten en betrekkelijk korte hefboomarmen ook tot een hoge slijtage leidt, maar dat 30 ook de nauwkeurigheid van de verdeling van de ribben onvoldoende is.
Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag de bovenbeschreven nadelen te vermijden en een inrichting te verschaffen voor het aanbrengen van dwars-35 ribben op verscheidene stationair naast elkaar aange- 800 2 9 62 - 2 - brachte buizen, die bij geringer energieverbruik en aanzienlijk verminderde slijtage een grotere nauwkeurigheid van de verdeling van de ribben heeft.
Dit probleem wordt volgens de uitvinding opge-5 lost, doordat het ribopbrengtraject in een transportgebied en een stuurgebied is onderverdeeld en de stuurinrichting een stuurslede omvat, die aan het einde van een transportweg is aangebracht en waarop de meenemers steunen door middel van ten minste een steunvoet.
10 Door de onderverdeling van het gehele ribaan- brengtraject in een zuiver transportgebied en een stuurgebied ontstaat de mogelijkheid ter vermindering van de wrijving en voor het vergemakkelijken van het transport van de dwarsribben in het transportgebied de toleranties 15 voor het ondersteunen van de steunvoeten op de steunor-ganen te vergroten en toch in het stuurgebied een nauwkeurig aanhouden van het vooraf bepaalde punt voor het omklappen van de meenemers en daarmede voor het vrijgeven van de dwarsribben op de buizen te verkrijgen, 20 omdat daarvoor de stuurslede volgens de uitvinding wordt gebruikt, die niet slechts zelf een nauwkeurigere geleiding bezit maar wegens zijn geringe uitgestrektheid met grotere nauwkeurigheden ten opzichte van de ondersteuning en geleiding van de steunvoeten van de meenemers 25 kan zijn uitgevoerd. Met de uitvoering volgens de uitvinding ontstaat dus een vermindering van de wrijvings-krachten voor het aanbrengen van de dwarsribben en toch een aanzienlijk vergrote nauwkeurigheid voor de geleiding en het vrijgeefpunt in het stuurgebied, die voor de 30 ribverdelingsnauwkeurigheid beslissend is.
Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is de stuurslede op stationaire geleidingsstangen evenwijdig aan het bovenpart van de meeneemkettingen geleid en door ten minste één stuurketting verschuifbaar, die de stuur-35 slede insluitend zonder einde is uitgevoerd. Door deze verdere ontwikkeling volgens de uitvinding ontstaat enerzijds een goede geleiding van de stuurslede en anderzijds een constructief eenvoudige oplossing voor de beweging van de stuurslede, die op de beweging van meeneem- 80 0 2 9 62 * 1 - 3 - kettingen moet zijn afgestemd.
Iedere meenemer van de inrichting volgens de uitvinding is voorzien van bij voorkeur drie naast elkaar liggende steunvoeten, waarvan de beide buitenste 5 steunvoeten uitsluitend aan het einde van de transport- weg op de stuurslede steunen, terwijl de middelste steun-voet uitsluitend in het transportgebied vóór het bereiken van de stuurslede op de stuurketting steunt. De toleranties tussen de zijdelingse steunvoeten en de stuurslede 10 zijn daarbij volgens de uitvinding geringer dan de tolerantie tussen de middelste steunvoet en de stuurketting, zodat bij deze uitvoering van de inrichting volgens de uitvinding geringe wrijvingskrachten in het transportgebied en een grotere nauwkeurigheid in het stuurgebied 15 ontstaan.
Bij een verdere ontwikkeling volgens de uitvinding is de stuurketting uitgevoerd als een uit drie strengen bestaande ketting, waarvan de buitenste strengen door stationaire steunrails worden ondersteund en waarvan 20 de middelste streng als directe ondersteuning voor de middelste steunvoet van de meenemers uitsluitend in het transportgebied is aangebracht. Deze uitvoering van de stuurketting verschaft niet slechts een constructief bijzonder eenvoudige uitvoering voor de ondersteuning 25 van de middelste steunvoet in het transportgebied, maar vermijdt iedere belemmering van de zwenkbeweging van de meenemers naar het vrijgeven daarvan door de stuurslede. Wanneer de stuurketting verder als een uit drie strengen bestaande rolketting met onafhankelijk van elkaar vrij 30 draaibare rollen wordt uitgevoerd, ontstaat tussen de middelste steunvoet van de meenemers en de steunketting een kwasi rollende beweging, die slechts geringe wrij-vingsverliezen en nauwelijks een slijtage als gevolg heeft.
Iedere steunvoet is volgens de uitvinding via 35 een hefboomarm verbonden met de meenemer, die zich uitstrekt aan de achterzijde van de meenemer ongeveer rechthoekig op het meeneemvlak daarvan. Daardoor ontstaat een grotere hefboomarm, zodat de ondersteuning van de meenemers zowel op de stuurketting als ook op de stuurslede 800 2 9 62 - 4 - slechts een geringe belasting van deze delen veroorzaakt.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de meenemers vrij draaibaar op een as gelegerd, die zich doorgaand tussen de meeneemkettingen 5 uitstrekt en buiten deze meeneemkettingen telkens een looprol draagt, die op een stationaire looprail rolt.
Deze uitvoering is bijzonder eenvoudig en functiebetrouw-baar.
Om een betrouwbare ondersteuning van de stuur-10 ketting te verkrijgen, rollen de rollen van de buitenste strengen van de stuurketting op de benen van een in dwarsdoorsnede U-vormige steunrail af, die in het midden tussen de looprails en de geleidingsstangen over de gehele lengte onder het bovenpart van de stuurketting stationair 15 is aangebracht. De geleidingsstangen voor de stuurslede worden in dwarsdoorsnede cirkelvormig uitgevoerd om niet slechts een betrouwbare maar ook een eenvoudig te vervaardigen geleiding te verkrijgen.
Met de uitvinding wordt tenslotte voorgesteld 20 de stuurslede aan zijn stuurkant te voorzien van een uitsparing voor het vrijgeven van de middelste steun-voeten, opdat geen enkele afbreuk van de meenemers, die van de werkstand naar de stand buiten ingrijping zwenken, door de stuurslede kan plaatsvinden.
25 De uitvinding zal hieronder nader worden toege licht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.
In de tekening toont: 30 Fig. 1 schematisch een zijaanzicht van de ge hele inrichting;
Fig. 2 een bovenaanzicht van een gedeelte van de inrichting op grotere schaal;
Fig. 3 een langsdoorsnede volgens de lijn 35 III-III in fig. 2;
Fig. 4 een dwarsdoorsnede door de inrichting volgens de lijn IV-IV in fig. 3 op grotere schaal;
Fig. 5 een langsdoorsnede volgens de lijn V-V in fig. 4; en 800 2 9 62 > - 5 -
Fig. 6 een op grotere schaal weergegeven dwarsdoorsnede volgens de lijn VI-VI in fig. 3.
De inrichting, die in fig. l schematisch is weergegeven in een zijaanzicht, werkt samen met een 5 ponsinrichting 1, die bijvoorbeeld als enentriekpers is uitgevoerd en dwarsribplaten Q levert, die op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen R worden aangebracht. Bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn zes dergelijke buizen R aanwezig, die gelijktijdig 10 worden voorzien van de dwarsribplaten Q.
Deze dwarsribplaten Q, die worden vervaardigd door de ponsinrichting bijvoorbeeld van bandvormig materiaal door middel van ponswerktuigen P, worden door middel van een geleiding 3 geleid naar een aanbreng-15 bank 4, die aansluit op de ponsinrichting 1 en meenemers 5 bezit, die de dwarsribplaten Q op de buizen R brengen met een vooraf bepaalde ribverdeling. De meenemers 5 zijn aangebracht aan meeneemkettingen 6, die de dwarsribplaten Q, die telkens al de zes buizen R omvatten, 20 van de ponsinrichting 1 tot de vooraf bepaalde plaats op de buizen R leiden. Voor dit doel zijn de meeneemkettingen 6 zonder einde uitgevoerd en op kettingwielen 7a en 7b geleid.
Het aanbrengtraject voor de dwarsribplaten Q, 25 d.w.z. de afstand van de ponsinrichting 1 tot telkens de plaats op de buizen R, is onderverdeeld in een transportgebied T en een stuurgebied S. Zowel in het transportgebied T als in het stuurgebied S worden de dwarsribplaten Q door middel van de meenemers 5 op de buizen R 30 geschoven, waarbij de dwarsribplaten Q met hun vlak steeds rechthoekig op de langsrichting van de buizen R worden gehouden. Te dien einde bevinden zich de meenemers 5 in de beide gebieden in een z.g. werkstand. Het onderscheid tussen de beide gebieden bestaat daarin, dat in 35 het transportgebied T een zo wrijvingsarm mogelijke ondersteuning van de meenemers 5 plaats vindt, die een bepaalde speling tussen de constructiedelen vereist, terwijl in het stuurgebied S een nauwkeuriger geleiding van de meenemers 5 nodig is om de noodzakelijke nauw- 800 2 9 62 - 6 - keurigheid van de ribverdeling, d.w.z. van de ribafstanden op de buizen R, te waarborgen. Zodra iedere dwars-ribplaat Q zijn vooraf bepaalde plaats ,op de buizen R heeft bereikt, wordt de meenemer 5 vrijgegeven, zodat 5 hij uit zijn werkstand, die de dwarsribplaten Q vast houdt, in een stand buiten ingrijping, die de dwarsribplaten vrijgeeft, kan zwenken.
De ondersteuning van de meenemers 5 in het transportgebied T wordt door een over kettingwielen 8a 10 en 8b geleide stuurketting 9 verkregen, die evenals de meeneemkettingen 6 van een aandrijfmotor 10 via een voortschuifdrijfwerk 11 en een voortschuifaandrijving 17 wordt aangedreven, en wel afhankelijk van de snelheid van de meeneemkettingen 6 maar in tegengestelde bewe-15 gingsrichting. Na beëindiging van het gehele aanbreng- proces wordt de stuurslede 12 via de terugbrengaandrij-ving 18 weer teruggebracht naar de uitgangsstand.
In het stuurgebied S vindt de ondersteuning van de meenemers 5 plaats door een stuurslede 12, die 20 op stationaire geleidingsstangen 13 verschuifbaar is geleid en door de stuurketting 9 wordt bewogen, die voor dit doel aangrijpt aan het voorste en achterste einde van de stuurslede 12 en deze insluitend zonder einde is uitgevoerd. De verdere bijzonderheden van deze con-25 structie kunnen aan de fig. 2-6 worden ontleend.
Zoals in het bijzonder fig. 4 toont, zijn de meeneemkettingen 6 als kettingen met plaatvormige schalmen uitgevoerd, die door een as 6a met elkaar zijn verbonden. Deze as 6a steekt aan beide zijden voorbij de 30 meeneemkettingen 6 uit en draagt op zijn einde telkens een looprol 6b, die op stationaire looprails 14 steunen. Deze looprails 14 zijn evenals de looprollen 6b ter bevordering van de overzichtelijkheid in de fig. 2 en 3 —_weggelaten.
35 Iedere meenemer 5, waarvan de kamvormige uit voering uit de fig. 4 en 6 blijkt, is vrij draaibaar door middel van een huls 5a gelegerd op een as 6a. Hij heeft op zijn achterzijde een legerdeel 5b, dat is verbonden met de huls 5a. Aan dit legerdeel 5b zijn per meenemer 5 800 2 9 62 t * - 7 - drie hefboomarmen 5c aangebracht, die telkens een steun-voet 15a, resp. 15b dragen.
Van deze drie steunvoeten 15a, 15b bevindt zich de middelste steunvoet 15a in het langsmidden van 5 de meenemer 5. Hij steunt in het transportgebied.T op de stuurketting 9, die voor dit doel als een uit drie strengen bestaande ketting is uitgevoerd en wel als rolketting met drie rijen onafhankelijk van elkaar draaibare rollen. Terwijl de beide uiterste strengen 9a van 10 de stuurketting 9 zonder einde zijn uitgevoerd, strekt de middelste streng 9b zich slechts uit in het transportgebied T. De middelste steunvoeten 15a van de mee-nemers 15 worden dus uitsluitend in het transportgebied T door de middelste streng 9b van de stuurketting 9 in 15 de werkstand gehouden, terwijl de ontbrekende middelste streng 9b in aansluiting op het stuurgebied S een zwenken van de meenemers 5 uit de werkstand naar de stand tuiten ingrijping mogelijk maakt, zoals dit uit de fig. 1 en 3 blijkt. Om een goede ondersteuning van de middelste 20 steunvoeten 15a, die op de rollen van de mideelste streng 9b afrollen, te waarborgen, worden de beide buitenste strengen 9a van de stuurketting 9 over de gehele lengte van de aanbrengbank 4 door de benen 16a van een in dwarsdoorsnede U-vormige steunrail 16 ondersteund, die 25 stationair is aangebracht en in de fig. 4 en 6 is weergegeven.
De beide buitenste steunvoeten 15b van iedere meenemer 15 zijn zijdelings buiten de stuurketting 9 aangebracht, zoals uit fig. 4 en 6 blijkt. Deze buiten-30 ste steunvoeten 15b worden uitsluitend in het stuurgebied S gebruikt, wanneer zij op de stuurslede 12 steunen.
Deze ondersteuning, die ten opzichte van de ondersteuning van de middelste steunvoet 15a op de stuurketting 9 met grotere precisie is uitgevoerd, is in de fig. 4 en 5 35 weergegeven. Deze figuren tonen ook, dat de stuurslede 12 door middel van geleidingsflenzen 12a nauwkeurig op de geleidingsstangen 13 is geleid, die in dwarsdoorsnede cirkelvormig zijn uitgevoerd. Om de zwenkbeweging van de meenemers 5 niet te belemmeren, is de stuurslede 12 800 2 9 62 - 8 - aan zijn stuurkant voorzien van een uitsparing 12b voor het vrijgeven van de middelste steunvoeten 15a (zie fig.2).
De door de ponsinrichting 1 uitgeworpen dwars-ribplaten Q komen via de geleidingen 5 bij de opbreng-5 bank 4, waar zij telkens door een meenemer 5 worden gegrepen. Deze meenemers 5, die zijn aangebracht tussen de meeneemkettingen 6, bewegen door de rondloopbeweging van de meeneemkettingen 6 van de ponsinrichting 1 in de richting naar het reeds van ribben voorziene ge-10 deelte van de buizen R. In het transportgebied T worden zij door middel van een middelste steunvoet 15a in de werkstand, die de dwarsribplaten Q vasthoudt, gehouden doordat deze middelste steunvoet 15a door de middelste streng 9b van de stuurketting 9 wordt ondersteund. Daar-15 bij rolt de steunvoet 15a over de vrij draaiende rollen van de middelste STRENG 9b.
Zodra de meenemer 5, die de betreffende dwars-ribplaat Q transporteert, de stuurslede 12 bereikt, nemen de buitenste steunvoeten 15b de taak op zich de meenemer 20 5 in de werkstand te houden. Zij steunen te dien einde op daarvoor uitgevoerde glijbanen van de stuurslede 12. Daarbij heeft de middelste steunvoet 15a zijn steunfunctie verloren. Zodra de buitenste steunvoeten 15b de achterkant van de stuurslede 12 bereiken, wordt de meenemer 5 25 voor het zwenken tegen zijn transportrichting in vrij gegeven. Hij klapt naar achteren weg, zodat de dwars-ribplaat Q in de nu bereikte stand op de buiten R blijft. Omdat de middelste streng 9b van de stuurketting 9 achter de stuurslede 12 ontbreekt en deze stuurslede 12 boven-30 dien is voorzien van een uitsparing 12b, treedt na het vrijgeven van de meenemer 5 geen vermindering van zijn vrije zwenkbaarheid op. Hij komt in zijn stand buiten ingrijping aan het einde van het bovenpart en aansluitend langs het onderpart terug naar de ponsinrichting 1, 35 waar het bovenbeschreven proces per meenemer 5 wordt herhaald.
Daar de vrijgeefplaats voor de meenemers 5 met het voortgaande voorzien van ribben van de buizen R in de richting naar de ponsinrichting 1 verschuift, 800 2 9 62 - 9 - « ¥
wordt de slede 12 door middel van de stuurketting 9 tegen de bewegingsrichting van de meeneemkettingen 6 in verschoven. Deze verschuiving vindt plaats synchroon en afhankelijk van de snelheid van de meeneemkettingen 6 5 maar in tegengestelde richting. Het transportgebied T
wordt dus in toenemende mate kleiner met het voortschrijdende voorzien van ribben, terwijl het stuurgebied S steeds even groot blijft. Zodra de buizen R volledig van ribben zijn voorzien, worden zij naar boven van de aan-10 brengbank 4 afgenomen en door nieuwe buizen R vervangen, die weer op de bovenbeschreven wijze worden voorzien van dwarsribben Q. Door middel van het terugbrengdrijf-werk 18, dat in fig. 1 is weergegeven, wordt tevoren de stuurketting 9 met de stuurslede 12 naar de uitgangs-15 stand terug bewogen.
Conclusies.
800 2 9 62

Claims (12)

1. Inrichting voor het aanbrengen van dwars-ribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen van telkens een meeneemketting zonder einde tussen een werkstand, die de ribplaten vasthoudt, 5 en een stand buiten ingrijping, die de ribplaten vrijgeeft, vrij zwenkbaar zijn gelegerd en van ten minste een de meenemers in de werkstand houdende steunvoet zijn voorzien, die op steunorganen van een stuurinrichting steunt, die de meenemers op de transportweg tot aan het 10 vrijgeven van de dwarsribben in de werkstand houdt en afhankelijk van de verdeling van de ribben en van de reeds aangebrachte dwarsribben voor het zwenken vrijgeeft, waarbij de vrijgeefplaats tegengesteld aan de bewegingsrichting van de meeneemkettingen beweegt, met het 15 kenmerk, dat het ribaanbrengtraject is onderver deeld in een transportgebied (T) en een stuurgebied (S) en de stuurinrichting een stuurslede (12) omvat, die is aangebracht aan het einde van de transportweg en waarop de meenemers (5) door middel van ten minste een steun-20 voet (15b) steunen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de stuurslede (12) op vast aangebrachte geleidingsstangen (13) evenwijdig aan het bovenpart van de meeneemkettingen (6) is geleid en door een 25 stuurketting (9) verschuifbaar is, die de stuurslede (12) insluitend zonder einde is uitgevoerd.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het kenmerk, dat iedere meenemer (5) is voorzien van drie naast elkaar liggende steunvoeten (15a, 15b), 30 waarvan de beide buitenste steunvoeten (15b) uitsluitend in het stuurgebied (s) steunen op de stuurslede (12), terwijl de middelste steunvoet (15a) uitsluitend in het transportgebied (T) vóór het bereiken van de stuurslede (12) op de stuurketting (9) steunt. 800 2 9 62 t * - 11 -
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies/ met het kenmerk, dat de constructie-speling tussen de buitenste steunvoeten (15b) en de stuurslede (12) geringer is dan de constructiespeling 5 tussen de middelste steunvoet (15a) en de stuurketting (9) .
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stuurketting (9) is uitgevoerd als een uit drie strengen bestaande 10 ketting, waarvan de buitenste strengen (9a) steunen op stationaire steunrails (16) en waarvan de middelste streng (9b) is aangebracht als directe ondersteuning voor de middelste steunvoet (15a) van de meenemers (5) uitsluitend in het transportgebied (T).
6. Inrichting volgens conclusie 5, m e t het kenmerk, dat de stuurketting (9) is uitgevoerd als een uit drie strengen bestaande rolketting met onafhankelijk van elkaar vrij draaibare rollen.
7. Inrichting volgens een der voorgaande con- 20 clusies, met het kenmerk, dat iedere steunvoet (15a, 15b) via een hefboomarm (5c) met de meenemer (5) is verbonden.
8. Inrichting volgens conclusie 7, m e t het kenmerk, dat de hefboomarm (5c) aan de achterzijde 25 van de meenemer (5) ongeveer rechthoekig op het meeneem-vlak daarvan zich uitstrekt.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meenemers (5) vrij draaibaar op een as (5a) zijn gelegerd, die zich 30 doorgaand tussen 'de meeneemkettingen (6) uitstrekt en buiten deze meeneemkettingen (6) telkens een looprol (6b) draagt, die op een stationaire looprail (14) rolt.
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de rollen van 35 de buitenste strengen (9a) van de stuurketting (9) op 800 2 9 62 - 12 - de benen (16a) van een in dwarsdoorsnede U-vormige steunrail (16) afrollen, die in het midden tussen de looprails (14) en de geleidingsstangen (13) over de gehele lengte onder het onderpart van de stuurketting 5 (9) stationair is aangebracht.
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de geleidingsstangen (13) voor de stuurslede (12) in dwarsdoorsnede cirkelvormig zijn uitgevoerd.
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stuurslede (12) aan zijn stuurkant is voorzien van een uitsparing (12b) voor het vrijgeven van de middelste steun-voeten (15a) van de meenemers (5). 800 2 9 62
NLAANVRAGE8002962,A 1979-05-26 1980-05-22 Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op een aantal vast naast elkaar aangebrachte buizen. NL180078C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE2921415A DE2921415C2 (de) 1979-05-26 1979-05-26 Vorrichtung zum Aufziehen von Querrippen auf mehrere ortsfeste nebeneinander angeordnete Rohre
DE2921415 1979-05-26

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8002962A true NL8002962A (nl) 1980-11-28
NL180078B NL180078B (nl) 1986-08-01
NL180078C NL180078C (nl) 1987-01-02

Family

ID=6071763

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8002962,A NL180078C (nl) 1979-05-26 1980-05-22 Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op een aantal vast naast elkaar aangebrachte buizen.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4407064A (nl)
JP (1) JPS55158828A (nl)
BE (1) BE883476A (nl)
BR (1) BR8003244A (nl)
DE (1) DE2921415C2 (nl)
ES (1) ES8101421A1 (nl)
FR (1) FR2457725B1 (nl)
GB (1) GB2053825B (nl)
IT (1) IT1130743B (nl)
MX (1) MX150375A (nl)
NL (1) NL180078C (nl)
ZA (1) ZA803137B (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP2008213891A (ja) * 2007-03-05 2008-09-18 Oji Nepia Kk 衛生紙箱
JP2012232325A (ja) * 2011-04-28 2012-11-29 Hidaka Seiki Kk 熱交換器用フィンの製造装置
JP5445876B2 (ja) * 2012-08-21 2014-03-19 日高精機株式会社 扁平チューブ用フィンの製造装置
KR102486827B1 (ko) 2015-11-20 2023-01-10 삼성전자주식회사 열교환기 제조장치 및 열교환기 제조방법
EP3614090B1 (en) * 2017-04-20 2021-06-30 Mitsubishi Electric Corporation Apparatus for manufacturing heat exchanger

Family Cites Families (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1996566A (en) * 1932-11-22 1935-04-02 Modine Mfg Co Machine for fabricating radiator cores
US2006383A (en) * 1932-11-22 1935-07-02 Modine Mfg Co Machine for fabricating radiator cores
US2133932A (en) * 1936-01-10 1938-10-18 Fedders Mfg Co Inc Machine for assembling fins and tubes
US2154855A (en) * 1936-09-11 1939-04-18 Fedders Mfg Co Inc Machine for assembling fins and tubes
US2247730A (en) * 1936-10-26 1941-07-01 Servel Inc Condenser finning machine
US2224549A (en) * 1936-10-26 1940-12-10 Servel Inc Condenser finning machine
DE1099976B (de) * 1959-02-13 1961-02-23 Transporttechnik G M B H Foerderband fuer das Aufziehen von Rippen oder Platten auf Rohre oder Stangen
US3095639A (en) * 1959-10-13 1963-07-02 Gea Luftkuehler Happel Gmbh Apparatus for automatically threading transverse ribs on to tubes, especially for heat exchangers
DE1752831B1 (de) * 1959-10-13 1971-07-08 Gea Luftkuehler Happel Gmbh Vorrichtung zum aufziehen von querrippen auf ortsfest gelagerte rohre
DE1402072B1 (de) * 1959-10-13 1970-04-23 Gea Luftkuehler Happel Gmbh Vorrichtung zum Aufziehen von Querrippen auf ortsfest gelagerte Rohre
US3095638A (en) * 1959-10-13 1963-07-02 Gea Luftkuehler Happel Gmbh Method and apparatus for the automatic production of tubes provided with transverse ribs especially for heat exchangers
GB1238464A (nl) * 1967-11-14 1971-07-07
DE2139382B2 (de) * 1971-08-06 1972-05-25 GEA Luftkühlergesellschaft Happel GmbH & Co KG, 4630 Bochum Vorrichtung zum aufziehen von querrippen auf ortsfest gelagerte rohre
DE2139381B2 (de) * 1971-08-06 1972-05-31 GEA Luftkühlergesellschaft Happel GmbH & Co KG, 4630 Bochum Vorrichtung zum aufziehen von querrippen auf ortsfest gelagerte rohre
DE2165973C2 (de) * 1971-08-06 1979-03-29 Gea Luftkuehlergesellschaft Happel Gmbh & Co Kg, 4630 Bochum Vorrichtung für das Aufziehen von Rippen auf mehrere ortsfest nebeneinander angeordnete Rohre
DE2142931B2 (de) * 1971-08-27 1972-05-25 GEA Luftkühlergesellschaft Happel GmbH & Co KG, 4630 Bochum Vorrichtung zum aufziehen von querrippen auf ortsfest gelagerte rohre
FR2222150A1 (en) * 1973-03-22 1974-10-18 Feillard Andre Machine for fabrication of refrigeration batteries - is mechanical - hydraulic, fits diaphragms or ribs onto tube nests

Also Published As

Publication number Publication date
ES491834A0 (es) 1980-12-16
NL180078C (nl) 1987-01-02
IT8022294A0 (it) 1980-05-23
JPH02129B2 (nl) 1990-01-05
IT1130743B (it) 1986-06-18
GB2053825B (en) 1983-06-29
BE883476A (fr) 1980-09-15
FR2457725A1 (fr) 1980-12-26
GB2053825A (en) 1981-02-11
ZA803137B (en) 1981-05-27
DE2921415C2 (de) 1985-04-11
BR8003244A (pt) 1980-12-30
JPS55158828A (en) 1980-12-10
US4407064A (en) 1983-10-04
ES8101421A1 (es) 1980-12-16
NL180078B (nl) 1986-08-01
FR2457725B1 (fr) 1986-05-16
MX150375A (es) 1984-04-25
DE2921415A1 (de) 1980-11-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192517C (nl) Lussenaccumulator.
NL1033567C2 (nl) Transportsysteem.
DE4400925A1 (de) Speicher für Warenstücke
NL1010466C2 (nl) Inrichting voor het overbrengen van goederen.
NL7904898A (nl) Stapelinrichting.
NL8002962A (nl) Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen.
US6554127B1 (en) Power and free conveyor
AU640094B2 (en) Device for turning flat objects, such as for example bundles of notes
SE445200B (sv) Arrangemang innefattande ett par till varandra anpassade transportsystem av olika typ
NL1027879C2 (nl) Inrichting voor het selectief zijwaarts van een transporteur af geleiden van producten.
US4681003A (en) Mechanism for deposition of sheet metal
DE2151424A1 (de) Verpackungsvorrichtung
KR860007137A (ko) 이동하는 금속스트립을 잡아 당기거나 멈추게하는 장치
US4361023A (en) Mandrel-restraining assembly for a tube-rolling mill
NL8002965A (nl) Inrichting voor het aanbrengen van dwarsribben op verscheidene stationair naast elkaar aangebrachte buizen.
EP0291734A1 (en) Device to draw extruded stock for an extrusion press
SE432907B (sv) Forfarande och anordning for framstellning av pasar av slang- eller halvslangbanor
US4401265A (en) Method and devices for making traffic lines or the like
JP3864074B2 (ja) 物品の分岐方法
US3915289A (en) Endless conveyors with pivoted shelves and variable length control arms
NL2021590B1 (nl) Inrichting, systeem en werkwijze voor het sorteren van producten
CN217626069U (zh) 一种连续高速分道装置
NL2027462B1 (en) Festooner and method for buffering a strip
US4240274A (en) Reciprocating sled drive for a flat bed knitting machine
SU927672A1 (ru) Устройство дл транспортировки листового проката

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 19961201