NL1008260C2 - Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode. - Google Patents

Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode. Download PDF

Info

Publication number
NL1008260C2
NL1008260C2 NL1008260A NL1008260A NL1008260C2 NL 1008260 C2 NL1008260 C2 NL 1008260C2 NL 1008260 A NL1008260 A NL 1008260A NL 1008260 A NL1008260 A NL 1008260A NL 1008260 C2 NL1008260 C2 NL 1008260C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
output signal
barcode
signal
contrast
amplitude
Prior art date
Application number
NL1008260A
Other languages
English (en)
Inventor
Gerrit Boersma
Original Assignee
Scantech Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Scantech Bv filed Critical Scantech Bv
Priority to NL1008260A priority Critical patent/NL1008260C2/nl
Priority to EP99200398A priority patent/EP0936572B8/en
Priority to DE69930984T priority patent/DE69930984T2/de
Priority to US09/247,267 priority patent/US6202928B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1008260C2 publication Critical patent/NL1008260C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K7/00Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns
    • G06K7/10Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns by electromagnetic radiation, e.g. optical sensing; by corpuscular radiation
    • G06K7/10544Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns by electromagnetic radiation, e.g. optical sensing; by corpuscular radiation by scanning of the records by radiation in the optical part of the electromagnetic spectrum
    • G06K7/10821Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns by electromagnetic radiation, e.g. optical sensing; by corpuscular radiation by scanning of the records by radiation in the optical part of the electromagnetic spectrum further details of bar or optical code scanning devices
    • G06K7/10851Circuits for pulse shaping, amplifying, eliminating noise signals, checking the function of the sensing device
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K7/00Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns
    • G06K7/10Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns by electromagnetic radiation, e.g. optical sensing; by corpuscular radiation
    • G06K7/14Methods or arrangements for sensing record carriers, e.g. for reading patterns by electromagnetic radiation, e.g. optical sensing; by corpuscular radiation using light without selection of wavelength, e.g. sensing reflected white light

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Toxicology (AREA)
  • Artificial Intelligence (AREA)
  • Computer Vision & Pattern Recognition (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Photometry And Measurement Of Optical Pulse Characteristics (AREA)
  • Facsimile Scanning Arrangements (AREA)

Description

Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode.
De uitvinding heeft betrekking op een optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van volgens een barcode aangebrachte en aan 5 elkaar grenzende stroken van verschillende reflectiviteit, omvattende een optische aftastinrichting voor het door middel van een lichtbundel aftasten van de stroken, een sensor voor het ontvangen van de gereflecteerde lichtbundel en het omzetten daarvan in een elektrisch sen-soruitgangssignaal, een overgangsdetector voor het detecteren van de 10 niveau-overgangen van het elektrische sensoruitgangssignaal en een decodeerinrichting die op basis van de uitgangssignalen van de overgangsdetector de afgetaste barcode decodeert.
Een dergelijke inrichting, ook wel laser-scanner genoemd, is algemeen bekend.
15 Bij een dergelijke laserscanner wordt een laserbunde’ (bijvoor beeld afkomstig van een halfgeleiderlaser met een golflengte van 670 nm) op een scanpatroongenerator gericht. De scanpatroongenerator bestuurt de laserbundel zodanig, dat er een patroon van sequentiële scanlijnen over een oppervlak waarop een barcode is aangebracht, wordt 20 geschreven.
Een klein gedeelte van het door de barcode verstrooide licht komt via een scansysteem dat omgekeerd werkt als de scanpatroongenerator, en via een collectorlens op een sensor, bijvoorbeeld in de vorm van een fotodiode. Er wordt een lineair over de barcode bewegende 25 laservlek tot stand gebracht en na reflectie op de barcode en na inval op de sensor wordt een elektrisch signaal aan de uitgang van de sensor opgewekt, dat overeenkomstig de barcode met de tijd varieert. Uit dit elektrische sensoruitgangssignaal worden twee digitale signalen afgeleid, waarbij het ene digitale signaal de tijdmomenten weergeeft dat 30 een overgang van licht naar donker plaats vindt, terwijl het andere signaal de tijdmomenten van de overgangen van donker naar licht aangeeft. In een digitale processor wordt dan decodering van de barcode uitgevoerd. Het resultaat in de vorm van een rij karakters wordt aan de microcontroller toegevoerd. Een microcontroller voert nog een aan-35 tal checks uit (bijvoorbeeld controlegetal) en keurt het resultaat wel dan niet goed. In het eerste geval wordt het goede resultaat naar de hoofdcomputer (bijvoorbeeld kassa) gestuurd, gepaard gaande met een "bleep" en een LED lichtsignaal. Een microcontroller voert de regie
1 D O Q n £ 0 ί J \J Ó i, O J
2 over het gehele proces en heeft daarnaast nog een aantal aanvullende taken.
Het traject van de sensor tot de decodeereenheid speelt een cruciale rol bij de kwaliteit van de scanner. Het ontvangen signaal is 5 veelal zeer klein en komt dan dicht bij de ruis. Dit speelt zich vooral bij grote leesafstand en barcodes met een slecht contrast af. Dichtbij en met groot contrast kan het signaal daarentegen heel sterk zijn.
Om veiligheidsredenen mag de sterkte van het laserlicht niet 10 hoog zijn. Verder varieert de tijd tussen twee overgangen met de scan-afstand en de barcodedichtheid. Rekening houdend met de minimum en maximum afstand en de grootste en kleinste barcodedichtheid kan een frequentiegebied gedefinieerd worden waarbinnen gedetecteerd moet kunnen worden. Door dit gebied uit te filteren wordt al een aanzien-15 lijke verbetering bereikt.
De uitvinding heeft ten doel te voorzien in een optische inrichting van de in de aanhef genoemde soort, waarbij op eenvoudige wijze met weinig componenten de betrouwbaarheid nog verder wordt ver- j hoogd, ook bij een lage signaal-ruisverhouding bij het aftasten.
20 Voorts is ernaar gestreefd om mogelijke codes, die uit ruis voortkomen, zogenaamde "Ghost reads" zoveel mogelijk te vermijden.
Dit doel wordt volgens een eerste aspect van de uitvinding bereikt, doordat het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd aan een amplitudemiddelingsinrichting, waarvan de uitgang is aangesloten op 25 een beslissingsinrichting, die de decodeerinrichting zodanig bestuurt, dat indien het uitgangssignaal van de amplitudemiddelingsinrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempelwaarde, het uitlezen en decoderen van de barcode een aantal malen wordt uitgevoerd.
Het doel wordt volgens een tweede aspect bereikt, doordat het 30 sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd aan een contrastmiddelings-inrichting, waarvan de uitgang is aangesloten op een beslissingsinrichting, die de decodeerinrichting zodanig bestuurt dat indien het uitgangssignaal van de contrastmiddelingsinrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempelwaarde, het uitlezen en decoderen van 35 de barcode een aantal malen wordt uitgevoerd.
De betrouwbaarheid wordt dus verbeterd, doordat de gemiddelde j7 contrastwaarde of gemiddelde amplitudewaarde van de gehele barcode !ï wordt bepaald en aan de beslissingsinrichting wordt toegevoerd. De ! a i * ! - Λ /"\ l i .>"✓ ·' - : : I 'J ‘- ·· ' 3 beslissingsinrichting beslist dat als een of beide hierboven genoemde waarden beneden een zekere drempelwaarde ligt, er niet volstaan mag worden met slechts één goed scanresultaat, maar dat er een herhaald gelijk resultaat gevonden moet worden.
5 Bij voorkeur toe te passen uitvoeringsvormen zijn omschreven in de volgconclusies.
De uitvinding zal hierna nader worden toegelicht aan de hemd van de tekening.
In de tekening tonen: 10 Fig. 1 een blokschema van een detector- en decodeerinrichting volgens de uitvinding voor een laserscanner;
Fig. 2 een blokschema van een uitvoeringsvorm van een amplitu-demiddelingsinrichting van fig. 1;
Fig 3 een blokschema van een uitvoeringsvorm van een contrast-15 middelingsinrichting van fig. 1;
Fig. ^ een blokschema van een andere uitvoeringsvorm van een detector- en decodeerinrichting volgens de uitvinding;
Fig. 5 een uitvoeringsvorm van een vensterdetector en amplitu-debepaling; 20 Fig. 6 een uitvoeringsvorm van een differentiator en contrast- bepaling van fig. en
Fig. 7 een uitvoeringsvorm van een piekdetector volgens de uitvinding.
In een bekende laserscanner voor het aftasten en uitlezen van 25 een barcode wordt door middel van een stelsel van lenzen en spiegels, waaronder spiegels die bevestigd zijn aan de as van een motor en daarmee roteren, een vast lijnenpatroon met een laserstraal geschreven. Wanneer de laserstraal een object, bijvoorbeeld een barcode treft, wordt een deel van het licht diffuus gereflecteerd. Een deel van dit 30 gereflecteerde licht wordt door middel van een omgekeerd werkend stelsel van lenzen en spiegels geprojecteerd op een sensor, bijvoorbeeld in de vorm van een fotodiode. In het laatstgenoemde stelsel van lenzen en spiegels wordt grotendeels gebruik gemaakt van de eerder genoemde spiegels die voor het genereren van het aftastlijnenpatroon worden 35 gebruikt, waaronder de roterende spiegels. De momentele hoeveelheid licht die op de sensor invalt, is aldus een maat voor de reflectivi-teit van het object ter plaatse van de laservlek.
De hierboven in het kort omschreven optische aftastinrichting ( ·. ·· ’ j 4 is algemeen bekend en de uitvinding is meer in het bijzonder gericht op het ontvanggedeelte van het gereflecteerde licht. Daarom kan hier worden volstaan met het verwijzen naar de stand van de techniek voor de implementatie van de aftastinrichting.
5 In figuur 1 is een blokschema van een uitvoeringsvorm van een detectorinrichting en decodeerinrichting volgens de uitvinding getoond. De op de sensor 1 invallende door de barcode gereflecteerde lichtbundel wordt door deze sensor of fotodiode 1 omgezet in een elektrisch signaal, waarbij dit sensoruitgangssignaal een functie is van 10 de hoeveelheid licht, die door de sensor is ontvangen. Dit sensoruitgangssignaal wordt eventueel versterkt en omgezet in een elektrische ' spanning in de voorversterker 2. Het hierop volgende banddoorlaatfil- j ter 3 filtert die frequenties uit het spectrum, die geen nuttige informatie bevatten voor het decoderen van barcodes.
15 Door toepassing van het banddoorlaatfilter is de signaalruis- verhouding van het verkregen signaal verbeterd en kan uit het gefilterde sensorsignaal de barcode relatief betrouwbaar worden gedecodeerd.
Het gefilterde sensorsignaal uit het banddoorlaatfilter 3 wordt 20 toegevoerd aan de overgangsdetector 4 voor het detecteren van de niveau-overgangen van de barcode uit het gefilterde sensoruitgangssignaal. De uitgangssignalen van de overgangsdetector die de niveau-overgangen van licht naar donker respectievelijk donker naar licht ;; vertegenwoordigen, worden toegevoerd aan de decodeerinrichting 8, die j* 25 deze signalen decodeert tot een barcode. Een microprocessor 9 haalt de gedecodeerde codes op uit de decodeerinrichting 8 en zorgt voor verdere verwerking daarvan alsmede besturing van andere onderdelen van de laserscanner en communicatie met een kassasysteem.
; =; De tot nu toe beschreven inrichting voor het detecteren en 30 decoderen van barcodes heeft algemeen bekende functies. Aan deze inrichting kleeft het nadeel, dat na het decoderen van een code niet altijd op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld of deze code is verkregen uit duidelijke analoge signalen of dat de code is afgeleid uit een zwak signaal of ruis met de daarmee gepaard gaande fouten.
35 Om aan genoemd nadeel tegemoet te komen wordt volgens de uit- ljS^ vinding bij de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm het sensoruitgangs- ; '«mg jsss signaal, bij voorkeur na versterking in de voorversterker 2 en na '33 filtering in het banddoorlaatfilter 3 toegevoerd aan een amplitude- jijl t i /'· H ' ) 5 middelingsinrichting 5· 1° deze inrichting wordt de amplitude van het sensoruitgangssignaal bepaald en gemiddeld en de gemiddelde waarde wordt toegevoerd aan de beslissingsinrichting 7· Deze beslissings-inrichting 7 bestuurt de decodeerinrichting zodanig, dat indien het 5 uitgangssignaal van de amplitudemiddelingsinrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempelwaarde, het decoderen van de barcode een aantal malen wordt uitgevoerd.
Bij de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt het sensoruitgangssignaal tevens toegevoerd aan een contrast-10 middelingsinrichting 6, die ook wordt toegevoerd aan de beslissingsinrichting 7· Deze beslissingsinrichting stuurt de decodeerinrichting zodanig, dat indien het uitgangssignaal van de contrastmiddelings-inrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempelwaarde, het uitlezen en decoderen van de barcode een aantal malen wordt uitge-1 15 voerd.
Onder contrast wordt hierbij verstaan de snelheid van verandering tussen de diverse niveaus in een barcode. In de contrastmidde-lingsinrichting 6 zou het contract bijvoorbeeld kunnen worden bepaald aan de hand van de eerste afgeleide van het aan de contrastmiddelings-20 inrichting toegevoerde sensoruitgangssignaal. De contrastwaarde wordt dan gemiddeld en vergeleken met een tenminste één drempelwaarde.
Een code die gedecodeerd is uit een signaal met een kleine amplitude en/of een laag contrast wordt volgens de uitvinding vaker gedecodeerd dan een code uit een duidelijk signaal. De code wordt 25 eerst voldoende betrouwbaar geacht, wanneer een aantal gelijke door het systeem goedgekeurde codeerresultaten zijn vastgesteld, welk aantal afhankelijk is van bijvoorbeeld de grootte van de amplitude en/of het contrast. Indien aan het betrouwbaarheidscriterium in dit voorbeeld is voldaan, wordt het juiste coderesultaat aan het kassasysteem 30 toegevoerd. Op deze wijze kunnen ook codes met een geringe amplitude en/of contrast betrouwbaar worden gelezen, zonder dat dit ten koste gaat van de "first read rate" van de scanner voor duidelijke barcodes.
Hoewel er in het algemeen een verband bestaat tussen de amplitude en het contrast van een barcode voegt het beschikken over de com-35 binatie wel degelijk iets toe. Zo kan bijvoorbeeld een barcode die zich relatief ver van de scanner bevindt en derhalve een zwak signaal afgeeft, toch duidelijke overgangen hebben en dus een goed contrast. Een en ander hangt af van de drukkwaliteit van de code en van de l ü Ü υί. v) ^ 6 focussering van de laservlek. De keuze voor amplitude, contrast of de combinatie daarvan kan applicatie-afhankelijk worden gemaakt. De amplitude en contrastwaarde worden als het ware onderworpen aan een functie, bijvoorbeeld directe optelfunctie, waarbij de functiewaarde 5 wordt vergeleken met een drempelwaarde eventueel naast de toepassing van de eerder genoemde betrouwbaarheidscriteria. De keuzemogelijkheid kan bijvoorbeeld in de beslissingsinrichting worden gerealiseerd.
Bij een andere uitvoeringsvorm kunnen telkens een aantal door de amplitude- en/of contrastmiddelingsinrichtingen afgegeven waarden 10 worden opgeteld en de beide optelresultaten kunnen apart worden vergeleken met een eigen drempelwaarde eventueel aangevuld met een combina-tiefunctie.
Het is ook mogelijk om door middel van een aantal drempelwaarden gebieden van amplitude- en contrastwaarden te definiëren, waaraan ' 15 getallen zijn toegevoegd. Wanneer de amplitude- of contrastwaarden zich binnen een gebied bevinden, moet het aantal gelijke coderings-resultaten gelijk zijn aan het aan het gebied toegevoerde getal.
De criteriakeuze is dus zeer flexibel.
In fig. 2 is een uitvoeringsvorm van een amplitudemiddelings- 20 inrichting getoond.
Het uit het banddoorlaatfilter 3 afkomstige signaal wordt toegevoerd aan de piekdetector 10, waarvan de uitgang is verbonden met de I ingang van het laagdoorlaatfilter 11. Het uitgangssignaal van het j laagdoorlaatfilter is een maat voor de gemiddelde waarde van de ampli- 25 tude van het uitgangssignaal van het banddoorlaatfilter 3. Het uitgangssignaal van het laagdoorlaatfilter 11 is een analoog signaal dat kan worden toegevoerd aan een analoog uitgevoerde beslissingsinrichting 7· Bij voorkeur wordt het uitgangssignaal van het laagdoorlaatfilter 11 toegevoerd aan een analoog-digitaalconverter 12, waarvan het 30 uitgangssignaal wordt toegevoerd aan de in dit geval digitaal uitge-, voerde beslissingsinrichting 7·
Een voorbeeld van een contrastmiddelingsinrichting is in fig. 3 weergegeven.
Het uitgangssignaal van het banddoorlaatfilter 3 van fig. 1 35 wordt toegevoerd aan de differentiator 13. waarvan het uitgangssignaal wordt aangelegd op de ingang van de piekdetector 14. Het uitgangssignaal van de piekdetector 1^ is een maat voor het contrast van het • * ii sensoruitgangssignaal en de uitgang van het banddoorlaatfilter 3· Het
II
M :/,60 7 uitgangssignaal van de piekdetector wordt gemiddeld in het laag-doorlaatfilter 15, waarvan het uitgangssignaal bij voorkeur wordt toegevoerd aan de analoog-digitaalconverter 16. Het digitale uitgangssignaal van deze converter wordt dan toegevoerd aan de digitaal 5 uitgevoerde beslissingsinrichting 7*
In fig. U is een andere uitvoeringsvorm van een detector- en decodeerinrichting volgens de uitvinding in blokschema getoond. Bij deze uitvoeringsvorm wordt het sensoruitgangssignaal van de sensor 1 eveneens geleid door een voorversterker 2 en een banddoorlaatfilter 3-10 Vervolgens wordt het signaal gebufferd met de operationele versterker 17- Deze versterker levert een signaal TPSig+ gebufferd op de ingang + daarvan en bovendien een geïnverteerd signaal TPSig- dat gebufferd is op de inverterende ingang -.
De signalen TPSig+ en TPSig- worden toegevoerd aan een zoge-±5 naamde JAM-detectieschakeling l8. Deze detectieschakeling 18 geeft een puls op zijn uitgang af als er een sterke toename is in het momentele contrast, waarbij er sprake moet zijn van een overgang van licht naar donker. Dit betekent dat de laservlek na een lichte marge op een barcode is terecht gekomen en dat daarom de lichte marge niet als een 20 spatie moet worden geïnterpreteerd maar wel degelijk als een marge.
De signalen TPSig+ en TPSig- worden tevens toegevoerd aan een overgangsdetector die in de in figuur 4 getoonde uitvoeringsvorm bestaat uit een vensterdetector 19 en een differentiator 20. De vensterdetector 19 selecteert door middel van amplitudevensters (drem-25 pels) tijdvensters waarbinnen overgangen van licht naar donker en omgekeerd verwacht kunnen worden. Een overgang van licht naar donker wordt met de logische waarde 1 op de uitgang H aangegeven. Het overeenkomstige geldt voor de uitgang L voor overgangen van donker naar licht. Met andere woorden worden tijdvensters geselecteerd waarbinnen 30 overgangen van donker naar licht en omgekeerd verwacht kunnen worden. Een logische waarde 1 op de uitgang L van de vensterdetector 6 is een indicatie voor een opgetreden overgang van donker naar licht.
De differentiator 20 differentieert de signalen TPSig+ en TPSig-, waarbij de afgeleiden daarvan worden bepaald. Hiermee worden 35 de tijdstippen van de overgang van donker naar licht en omgekeerd bepaald. Bij een positieve afgeleide wordt op de uitgang R van de differentiator een logische één afgegeven en bij een negatieve afgeleide is op de uitgang F een logische één aanwezig.
fi A ; (- V/ 8
De uitgang H van de vensterdetector 19 wordt toegevoerd aan de ene ingang van de EN-poort 21 en de uitgang R is verbonden met de andere ingang daarvan. De ingangen van de EN-poort 22 zijn aangesloten op de uitgang L van de vensterdetector 19 en de uitgang F van de dif-5 ferentiator 20. De EN-poort 21 geeft een puls af bij een overgang van licht naar donker en de poort 22 geeft een puls bij een overgang van donker naar licht af. Op de uitgangen van de EN-poorten 21 en 22 treden signalen wtb en btw op, die bijbehorende impulsen op de over-gangs tijdstippen aangeven. Deze signalen wtb en btw worden tezamen met 10 het signaal jam uit de JAM-detector 18 toegevoerd aan een decodeer-inrichting 23 van een zogenaamde ASIC, waar het decoderen van de barcodes plaats vindt.
Een microprocessor 24 haalt de gedecodeerde codes uit de deco-deerinrichting 23 en zorgt voor verdere verwerking daarvan, alsmede 15 besturing van de andere onderdelen van de scanner en communicatie met een kassasysteem.
De vensterdetector 19 is ingericht voor het uit de signalen TPSig+ en TPSig- afleiden van een momenteel amplitudesignaal, welk signaal wordt toegevoerd aan het laagdoorlaatfilter 25-j 20 Het momentele contrastsignaal wordt door de differentiator 20 afgeleid uit de hierboven genoemde signalen en toegevoerd aan het laagdoorlaatfilter 26. Opgemerkt wordt dat het momentele amplitudesig-L naai en het momentele contrastsignaal ook op andere wijzen kunnen worden afgeleid. De uitgangen van de laagdoorlaatfliters 25 en 26 zijn 25 aangesloten op de ingangen van de AD-converter 27. Deze laagdoorlaat-filters 25 en 26 zorgen voor de middeling van de momentele amplitude-signalen resp. contrastsignalen. De microprocessor 24 leest de ana-loog-digitaalconverter 23 uit, direct nadat de decodeerinrichting 10 een code heeft gevonden en zorgt er vervolgens voor dat een code met • 30 een kleine amplitude en/of een laag contrast vaker moet worden gezien dan een code uit een duidelijk signaal alvorens de code wordt afgegeven aan het kassasysteem.
In fig. 5 is een voorbeeld geïllustreerd, op welke wijze de vensterdetector 19 kan worden gerealiseerd en op welke wijze het 35 momentele amplitudesignaal kan worden afgeleid. Volgens fig. 5 bestaat de vensterdetector uit de piekdetectoren 28 en 29, waaraan de sensor-uitgangssignalen TPSig+ respectievelijk TPSig- worden toegevoerd. Deze ii uitgangssignalen worden tevens toegevoerd aan de plusingangen van de ΙΊ if i 4 : 7 Λ U o O c. v 9 comparatoren 31 respectievelijk 32. De uitgangen van de piekdetectoren 28 en 29 zijn op de ingangen van een drempelwaardegenerator 30 aangesloten, waarvan de uitgang is verbonden met de miningang van de comparatoren 31 en 32. De uitgangen van de comparatoren 31 en 32 komen 5 overeen met de uitgangen H respectievelijk L van de vensterdetector 19 van fig. 4. De uitgang van de piekdetector 28, 29 volgt onmiddellijk de ingang daarvan, als het niveau van de ingang hoger is dan dat van de uitgang. Als daarentegen de ingang lager is dan daalt het niveau van de uitgang exponentieel. De karakteristieke daaltijd is lang ten 10 opzicht van het tijdsinterval tussen twee elkaar opvolgende strepen in een barcode en kort ten opzichte van de tijdsperiode die nodig is voor het aftasten van een lijn.In de drempelwaardegenerator 30 worden de toegevoerde niveaus gemiddeld en gedeeld door ongeveer een factor 2 voor het verkrijgen van een drempelwaarde. Afhankelijk van de omstan-’ 15 digheden zijn uiteraard andere drempelwaarden mogelijk. De twee compa ratoren 31 en 32 zorgen ervoor dat de uitgangen H en L alleen een puls afgeven als respectievelijk de signalen TPSig+ en TPSig- boven deze drempel uitkomen. Met deze drempel wordt voorkomen dat overgangen uit ruis met een relatief lage amplitude worden gegenereerd. Het momentele 20 amplitudesignaal wordt afgenomen van de uitgang van de drempelwaardegenerator 30 en toegevoerd aan het laagdoorlaatfilter 25 van figuur 4.
Een voorbeeld van een realisatie van de differentiator 20 van fig. 4 en een wijze van afleiden van het momentele contrastsignaal is in figuur 6 geïllustreerd. De sensorsignalen TPSig+ en TPSig- worden 25 toegevoerd aan de differentieerschakeling 33 respectievelijk differen-tieerschakeling 3^. waarvan de uitgangen zijn aangesloten op de plus-ingangen van de comparatoren 35 respectievelijk 36. Op de uitgangen R en F treden de logische één- respectievelijk nulsignalen of andersom op, welke uitgangen overeenkomen met de uitgangen R en F van de diffe-30 rentiator 20 van figuur 4. Het momentele contrastsignaal wordt door middel van een piekdetector 37 afgeleid van de uitgangen van de diffe-rentieerschakelingen 33 en 3^· Dit momentele contrastsignaal kan dan worden toegevoerd aan de ingang van het laagdoorlaatfilter 26 van figuur 4. Met de comparatoren 33 en 36 wordt bepaald of er sprake is 35 van een positieve of een negatieve afgeleide, m.a.w. de soort over-gang.
In fig. 7 is een voorbeeld van een piekdetector geïllustreerd.
De ingang I van de piekdetector is verbonden met het verbin- . L ij o & o 'j 10 dingspunt van de weerstanden R1 en R2, waarvan de andere klemmen zijn aangesloten op een +potentiaal respectievelijk aarde. Met genoemd verbindingspunt van de weerstanden R1 en R2 is de basis van de transistor Tl verbonden. De collector van de transistor Tl is via de 5 weerstand R3 met de +potentiaal verbonden. De emitters van de transis-toren Tl en T3 zijn via de weerstand RU aangesloten op een -potentiaal.
De collector van de transistor T3 is op de +potentiaal aangesloten. De basis van de transistor T2 is verbonden met de collector 10 van de transistor Tl, terwijl de collector van de transistor T2 op de +potentiaal is aangesloten en de emitter daarvan via de serieschake-ling van de weerstanden R5 en R6 op aarde is aangesloten. De emitter van de transistor T2 is met de basis van de transistor T3 verbonden. Parallel aan de weerstand R6 is een condensator C geschakeld, waarbij ' 15 de uitgang U is verbonden met het verbindingspunt van de weerstand R5 I en de parallelschakeling van de weerstand R6 en condensator C.
I* iï 11 i mm ! -3 ·ϊ
r ~ ij \j J J. OU

Claims (8)

1. Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van volgens een barcode aangebrachte en aan elkaar grenzende stroken van verschillende reflectiviteit, omvattende een optische aftastinrichting voor 5 het door middel van een lichtbundel aftasten van de stroken, een sensor voor het ontvangen van de gereflecteerde lichtbundel en het omzetten daarvan in een elektrisch sensoruitgangssignaal, een overgangs-detector voor het detecteren van de niveau-overgangen van het elektrische sensoruitgangssignaal en een decodeerinrichting die op basis van 10 de uitgangssignalen van de overgangsdetector de afgetaste barcode decodeert, met het kenmerk, dat het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd aan een amplitudemiddelingsinrichting, waarvan de uitgang is aangesloten op een beslissingsinrichting, die de decodeerinrichting zodanig bestuurt, dat indien het uitgangssignaal van de amplitudemid-' 15 delingsinrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempel waarde, het uitlezen en decoderen van de barcode een aantal malen wordt uitgevoerd.
2. Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van volgens een barcode aangebrachte en aan elkaar grenzende stroken van verschil- 20 lende reflectiviteit, omvattende een optische aftastinrichting voor het door middel van een lichtbundel aftasten van de stroken, een sensor voor het ontvangen van de gereflecteerde lichtbundel en het omzetten daarvan in een elektrisch signaal, een overgangsdetector voor het detecteren van de niveau-overgangen van het elektrische signaal en een 25 decodeerinrichting die op basis van de uitgangssignalen van de overgangsdetector de afgetaste barcode decodeert, met het kenmerk, dat het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd aan een contrastmiddelings-inrichting, waarvan de uitgang is aangesloten op een beslissingsinrichting, die de decodeerinrichting zodanig bestuurt dat indien het 30 uitgangssignaal van de contrastmiddelingsinrichting lager is dan tenminste een voorafbepaalde drempelwaarde, het uitlezen en decoderen van de barcode een aantal malen wordt uitgevoerd.
3. Optische inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de door de middelingsinrichtingen afgegeven waarden 35 worden opgeteld en vergeleken met een voorafbepaalde drempelwaarde.
4. Optische inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een aantal gebieden van gemiddelde waarden van de amplituden en/of contrast van het sensoruitgangssignaal worden gedefinieerd door { ''· ·-· · ' Λ middel van drempelwaarden en dat aan elk gebied een getal is toegevoegd, waarmee het noodzakelijke aantal gelijke decoderingen voor dat gebied overeenkomt.
5. Optische inrichting volgens conclusie 1, waarbij de amplitude-5 middelingsinrichting een piekdetector bevat, aan de ingang waarvan het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd voor het opwekken van een te middelen amplitudesignaal en waarbij de uitgang van de piekdetector is aangesloten op de ingang van een laagdoorlaatfilter.
6. Optische inrichting volgens conclusie 1, waarbij de amplitude- 10 middelingsinrichting een operationele versterker omvat op de + en -uitgangen waarvan telkens een piekdetector is aangesloten en de uitgangen van de piekdetectoren zijn aangesloten op een drempelwaarde-j schakeling, waarbij het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd aan de 1 ingang van de operationele versterker en waarbij aan de uitgang van de i ’ 15 drempelwaardeschakeling een te middelen amplitudesignaal optreedt, dat f - wordt toegevoerd aan de ingang van een laagdoorlaatfilter.
7· Optische inrichting volgens conclusie 2, waarbij de contrast-middelingsinrichting een cascadeschakeling van een differentieerscha-keling, piekdetector en laagdoorlaatfilter bevat, waarbij aan de 20 ingang van de contrastmiddelingsinrichting het sensoruitgangssignaal wordt toegevoerd.
8. Optische inrichting volgens conclusie 5. 6 of 7, waarbij de uitgang van het laagdoorlaatfilter is verbonden met de ingang van een analoog-digi taalconverter. 25 I -m ! "w* i 'wm I:1EÜR· iaS
NL1008260A 1998-02-10 1998-02-10 Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode. NL1008260C2 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008260A NL1008260C2 (nl) 1998-02-10 1998-02-10 Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode.
EP99200398A EP0936572B8 (en) 1998-02-10 1999-02-10 Optical device for reading and decoding a barcode
DE69930984T DE69930984T2 (de) 1998-02-10 1999-02-10 Optische Vorrichtung zur Abtastung und Deckodierung eines Strichckodes
US09/247,267 US6202928B1 (en) 1998-02-10 1999-02-10 Optical device for reading and decoding a barcode

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008260A NL1008260C2 (nl) 1998-02-10 1998-02-10 Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode.
NL1008260 1998-02-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1008260C2 true NL1008260C2 (nl) 1999-08-11

Family

ID=19766509

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1008260A NL1008260C2 (nl) 1998-02-10 1998-02-10 Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US6202928B1 (nl)
EP (1) EP0936572B8 (nl)
DE (1) DE69930984T2 (nl)
NL (1) NL1008260C2 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1205871B1 (en) * 2000-11-10 2006-08-23 Datalogic S.P.A. Device for reading coded information
EP1205873B1 (en) * 2000-11-14 2006-09-27 Datalogic S.P.A. Method for locating the transitions between the elements of a bar code
CN1968860B (zh) * 2004-05-11 2010-12-08 美国卡德伯里亚当斯有限公司 带有舌片保持件的口香糖厚板包装
US7506816B2 (en) * 2004-10-04 2009-03-24 Datalogic Scanning, Inc. System and method for determining a threshold for edge detection based on an undifferentiated equalized scan line signal
US20060164211A1 (en) * 2005-01-26 2006-07-27 Brown Dolphus J Deliberate Multiple and Consecutive Data Scanning Process
WO2017039732A1 (en) 2015-08-28 2017-03-09 Micro Motion, Inc. Method for generating a synthetic time period output signal

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4740675A (en) * 1986-04-10 1988-04-26 Hewlett-Packard Company Digital bar code slot reader with threshold comparison of the differentiated bar code signal
US5298728A (en) * 1991-11-01 1994-03-29 Spectra-Physics Scanning System, Inc. Signal processing apparatus and method
EP0661661A1 (en) * 1993-12-13 1995-07-05 NCR International, Inc. Barcode reading method and apparatus
US5581072A (en) * 1989-06-16 1996-12-03 Symbol Technologies Inc. Digitizing circuit for a laser scanner including positive peak detectors

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5502311A (en) * 1992-01-17 1996-03-26 Nikon Corporation Method of and apparatus for detecting plane position
US5675136A (en) * 1994-03-30 1997-10-07 Leuze Electronic Gmbh + Co. Optoelectric device for the recognition of contrast marks
US5631457A (en) * 1994-08-17 1997-05-20 Olympus Optical Co., Ltd. Two-dimensional symbol data read apparatus

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4740675A (en) * 1986-04-10 1988-04-26 Hewlett-Packard Company Digital bar code slot reader with threshold comparison of the differentiated bar code signal
US5581072A (en) * 1989-06-16 1996-12-03 Symbol Technologies Inc. Digitizing circuit for a laser scanner including positive peak detectors
US5298728A (en) * 1991-11-01 1994-03-29 Spectra-Physics Scanning System, Inc. Signal processing apparatus and method
EP0661661A1 (en) * 1993-12-13 1995-07-05 NCR International, Inc. Barcode reading method and apparatus

Also Published As

Publication number Publication date
EP0936572B1 (en) 2006-04-26
DE69930984T2 (de) 2006-11-23
EP0936572B8 (en) 2006-06-07
US6202928B1 (en) 2001-03-20
DE69930984D1 (de) 2006-06-01
EP0936572A1 (en) 1999-08-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN107092850B (zh) 具有边缘检测增强的条码读取器
US6209788B1 (en) Optical scanners
EP1114391B1 (en) Fast edge detection system tolerant of high degree of intersymbol interference
US5811782A (en) Binary device for bar code reader
JPH07101429B2 (ja) バーコードリーダーのアナログ信号処理方式
EP0745951B1 (en) Optical scanners
US7775434B2 (en) Bar-code reading apparatus and bar-code reading method
NL1008260C2 (nl) Optische inrichting voor het uitlezen en decoderen van een barcode.
JP2761265B2 (ja) バーコード読取方式
JP2716298B2 (ja) バーコード信号2値化装置
JP2009259059A (ja) バーコード読取装置及びバーコード読取方法
JPS63165979A (ja) バ−コ−ド信号2値化回路
JP2849311B2 (ja) 光学的読取装置
JP2777321B2 (ja) バーコード読み取り方法及びバーコード読み取り装置
JP3005829B2 (ja) バーコード読取装置
JP4256745B2 (ja) 光学的情報読取装置
JPH0743117A (ja) 光学式寸法測定装置
JP5284115B2 (ja) バーコード読取装置
JP2831539B2 (ja) 光学式寸法測定装置
JPH07101428B2 (ja) バーコード検出装置
JPH10149408A (ja) 符号情報読み取り装置
JPH05215855A (ja) 物体検出装置
JPH07302299A (ja) バーコード読み取り装置
JPH0962771A (ja) バーコード読取装置
JPS63125014A (ja) パルスエツジ検出回路

Legal Events

Date Code Title Description
SD Assignments of patents

Owner name: DATALOGIC S.P.A.

Owner name: SCANTECH B.V.

SD Assignments of patents

Owner name: DATALOGIC S.P.A.

Effective date: 20060907

Owner name: SCANTECH-ID HOLDING B.V.

Effective date: 20060907

VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090901